De uitgaven die in het kader van deze procedure worden goedgekeurd zullen budgettair verwerkt worden in de tweede aanpassing van het meerjarenplan.
De Nationale Veiligheidsraad kondigde op 12 en 17 maart 2020 strikte maatregelen aan om de verspreiding van het Coronavirus tegen te gaan. De maatregelen die genomen moeten worden om de verspreiding van het Coronavirus tegen te gaan, dwingen de stad tot enkele ingrepen die voor bijkomende uitgaven zorgen voor zowel stad Antwerpen als enkele verzelfstandigde entiteiten.
Het college keurde op 20 maart 2020 goed dat in de lopende aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 een compensatiefonds ten bedrage van 50.000.000 euro voor de Corona-crisis wordt opgenomen. Dit compensatiefonds zal aangewend kunnen worden voor 3 doeleinden:
In het besluit dat nu voorligt wordt een versnelde procedure uitgewerkt om, indien noodzakelijk, dringende bijkomende uitgaven te doen. Dit is enkel mogelijk voor de steunmaatregelen voor de economische impact op getroffen sectoren en ter sociale bescherming van getroffen groepen, en het opvangen van meerkosten voor de stad Antwerpen. In een volgende fase zal dit budgettair verrekend worden, wat niet per definitie betekent dat de middelen uit het compensatiefonds geput zullen worden.
Omdat momenteel niet duidelijk is welke verdere maatregelen nodig zullen zijn, kunnen de financiële gevolgen nog niet exact toegewezen worden. Daarom wordt het compensatiefonds momenteel als een uitgave voorzien in de aanpassing van het meerjarenplan waardoor reeds budgettaire ruimte gecreëerd wordt. Gezien de aard van deze crisissituatie zijn er uitgaven die zich echter op een hoogdringende wijze stellen. Hiervoor is de volgende procedure opgezet die toelaat dat de stedelijke diensten dringende uitgaven kunnen maken die het rechtstreeks gevolg zijn van het Coronavirus.
Soorten kosten:
Er kan enkel gebruik gemaakt worden van deze uitzonderingsmaatregel voor hoogdringende uitgaven die rechtstreeks verband hebben met de bestrijding, preventie en monitoring van het Coronavirus en de steunmaatregelen voor de economische impact op getroffen sectoren en ter sociale bescherming van getroffen groepen. Aangezien dit een uitzonderingsmaatregel is, zal deze definitie restrictief geïnterpreteerd en toegepast worden door het college.
Procedure:
Alle hoogdringende uitgaven die in het kader van het Coronacrisis worden gemaakt, worden als uitzonderingsmaatregel verwerkt op volgende budgetdimensies:
- Beleidsdoelstelling: 2SBS040501A00000
- Budgetplaats: 5271000000
- Budgetpositie: te kiezen volgens de aard van de economische uitgave
- Budgetperiode: 2000
- Begrotingsprogramma: 2SA080119
Bij de opmaak van een collegebesluit waarbij gebruik gemaakt wordt van deze uitgavepost wordt er verwezen naar artikel 269 van het Decreet Lokaal Bestuur dat het college van burgemeester en schepenen de bevoegdheid geeft om zonder voorafgaande aanpassing van het meerjarenplan over de uitgaven te beslissen die door dwingende en onvoorziene omstandigheden vereist zijn en als het geringste uitstel onbetwistbare schade zou veroorzaken. Daarbij wordt vermeld dat het college van burgemeester en schepenen de gemeenteraad van deze uitgave onmiddellijk op de hoogte brengt.
In de bestelbon voor de dringende uitgave wordt steeds gemotiveerd waarom de uitzonderingsprocedure van de uitgavecyclus beschreven in artikel 269 Decreet Lokaal Bestuur wordt aangewend.
Vooraleer de dringende uitgaven worden voorgelegd aan het college moeten deze ter advies worden voorgelegd aan de gemeenschappelijke aankoopdienst op basis van een mailsjabloon. Na advies van de gemeenschappelijke aankoopdienst zal de afdeling visum in naam van de financieel directeur binnen de gebruikelijke decretale wetmatigheidscontrole erop toezien dat de procedure en de invulling van het begrip “dwingende en onvoorziene omstandigheden” (waarbij het geringste uitstel onbetwistbare schade zal veroorzaken) correct wordt toegepast binnen de definities van dit besluit (zie soorten kosten).
Al de dringende uitgaven in het kader van dit besluit worden voorgelegd aan het college ongeacht het bedrag. Ook de (versnelde) uitbetaling van toelagen moet steeds aan het college voorgelegd worden. De delegaties in het kader van de door het college goedgekeurde principes bestellen en betalen zijn hier niet van toepassing.
In zeer hoogdringende en uitzonderlijke gevallen heeft de financieel directeur de bevoegdheid om een dringende uitgave goed te keuren en zal deze achteraf ter bekrachtiging aan het college worden voorgelegd.
Artikel 269 van het Decreet Lokaal Bestuur stelt dat de gemeenteraad zonder de nodige kredieten over de uitgaven kan beslissen die door dwingende en onvoorziene omstandigheden vereist zijn, op voorwaarde dat hij daarvoor een met redenen omkleed besluit neemt.
In dezelfde omstandigheden en als het geringste uitstel onbetwistbare schade zou veroorzaken, kan het college van burgemeester en schepenen op eigen verantwoordelijkheid over de uitgaven beslissen. Het college van burgemeester en schepenen brengt de gemeenteraad daarvan onmiddellijk op de hoogte.
De bevoegdheid om over de uitgaven te beslissen, houdt ook de bevoegdheid in tot het vaststellen van de voorwaarden van overheidsopdrachten, het vaststellen van de plaatsingsprocedure, het voeren van de plaatsingsprocedure, de gunning en de uitvoering van de overheidsopdrachten.
In de gevallen, vermeld in het eerste en het tweede lid, worden de financiële gevolgen opgenomen in de eerstvolgende aanpassing van het meerjarenplan.
Het college keurt de procedure met betrekking tot de hoogdringende uitgaven in het kader van het Coronavirus goed voor volgende doeleinden:
Het college geeft opdracht aan:
Bedrijfseenheid | Taak |
FI |
|