Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2020145698 |
Gegevens van de aanvrager: | mevrouw Christine Vanspeybroeck met als adres Selderstraat 54 te 2060 Antwerpen |
Ligging van het project: | Selderstraat 54 te 2060 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: | afdeling 5 sectie E nr. 461A20 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | regulariseren, verbouwen en uitbreiden van een bestaande eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 17/05/1963: vergunning (18#45130) voor verbouwing.
Vergunde toestand/Geacht vergunde toestand
- eengezinswoning van 2 bouwlagen + een daklaag onder plat dak in gesloten bebouwing.
Huidige toestand
- eengezinswoning van 2 bouwlagen + een daklaag onder plat dak in gesloten bebouwing, met een gewijzigde voor- en achtergevel.
Gewenste toestand
- het regulariseren van de gewijzigde voorgevel (12cm isolatie en 2cm crepi) en de raamopeningen in de achtergevel;
- het verbouwen binnen het bestaande volume;
- het integreren van overdekt terras op het gelijkvloers in de leefruimte;
- het aanleggen van een dakterras op de tweede verdieping;
- vervangen van het buitenschrijnwerk in aluminium zwart.
Inhoud van de aanvraag
- regulariseren van de voorgevel (crepi op isolatie) en raamopeningen in de achtergevel;
- uitbreiden van het gelijkvloers achteraan (integreren van overdekt terras in de leefruimte);
- verbouwen binnen het bestaande volume;
- aanleggen van een dakterras op de tweede verdieping;
- vervangen van het buitenschrijnwerk.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP 2060, goedgekeurd op 20 december 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 1 zone voor wonen - (wo).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Met voorliggende aanvraag wordt het overdekte terras op het gelijkvloers in het bouwvolume opgenomen en voorzien als een zithoek en/of slaapkamer. Hierdoor verkleint de buitenruimte van het perceel tot een oppervlakte van minder dan 20% van het perceel. Gezien de beperkte afmetingen van het perceel, namelijk slechts 12,4 m diep en 3,8m breed, kan een afwijking op dit percentage (artikel 27 (open ruimte)) toegestaan worden op voorwaarde dat de tuin zoveel als mogelijk vergroend wordt.
Open binnengebieden zijn namelijk ook belangrijk voor de ecologische kwaliteiten van een wijk. Zij zorgen voor speelruimte, voor infiltratiemogelijkheden van het regenwater en voor een afkoeling van de stadslucht. Op het gelijkvloers wordt een groot glazen raam voorzien dat het contact tussen de buitenruimte en de leefruimte versterkt en de toetreding van daglicht in de woning verhoogt.
Verder wordt op de tweede verdieping een dakterras voorzien. Het inrichten van het platte dak tot een dakterras wordt ongunstig geadviseerd. Het creëert onaanvaardbare overlast voor de omgeving door de inzichten die hierdoor ontstaan en wordt bijgevolg uitgesloten van vergunning (zoals in rood aangeduid op de plannen).
Visueel-vormelijke elementen
De aanvrager wenst de voorgevelwijzigingen ten opzichte van de vergunde toestand te regulariseren. De voorgevel werd geïsoleerd en bepleisterd met witte crepi. Het nieuwe gevelpakket heeft een dikte van 14 cm ten opzichte van de rooilijn. De oorspronkelijke vergunde voorgevel was afgewerkt natuursteen (leisteen) op het gelijkvloers en met bezet met simili op de eerste verdieping. Het bepleisteren van deze voorgevel (eventueel in combinatie met isoleren) is in principe strijdig met artikel 11 (Afwerken van gevels en materiaalgebruik) van de bouwcode. De reeds uitgevoerde voorgevelwijzigingen zijn qua kleurstelling en beeldkwaliteit echter in harmonie met het straatbeeld waardoor ze vanuit stedenbouwkundig oogpunt gunstig geadviseerd kunnen worden.
Aan de achtergevel worden de openingen van het buitenschrijnwerk vergroot en wordt de gevel tevens geïsoleerd en bepleisterd. De nieuwe gevelindeling is aanvaardbaar gezien ze veel daglichttoetreding en luchttoevoer mogelijk maakt. De lichte kleurstelling van de gevel is gunstig te adviseren omwille van de stedelijke opwarming, de beeldkwaliteit en de overeenstemming met de stedelijke context van het perceel.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De verbouwingswerken betekenen een meerwaarde voor de woning. De nieuwe interne inrichting en de toename van de lichtinval door de grotere raamopeningen verhogen het gebruiksgenot en wooncomfort van de woning.
Het inrichten van de gelijkvloerse ruimte achter de garage als een slaapkamer is echter niet aanvaardbaar. Deze ruimte doet immers dienst als doorgang tussen de bovenliggende verdiepingen en het openbaar domein waardoor het gebruiksgenot ondermaats is. Als voorwaarde bij vergunning wordt daarom opgenomen om deze ruimte te voorzien als zithoek.
Ook de voorgestelde inrichting van de voorste zone laat het beoogde gebruik als garage met het noodzakelijke gebruiksgenot niet toe. De toegangspoort worden bijgevolg inkomdeur. In functie hiervan dient wel het openbaar domein (de verlaagde boordsteen) aangepast te worden.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats.
De aanvraag betreft het supprimeren van een garage.
|
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.
Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens artikel 12, §3, 1° (Levendige plint) van de bouwcode is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1.
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1 plaats.
|
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de buitenruimte achteraan het perceel zoveel als mogelijk groen te voorzien, conform artikel 27 van de bouwcode;
2. de ruimte achteraan op het gelijkvloers te voorzien als zithoek en niet als slaapkamer;
3. de ruimte vooraan op het gelijkvloers te voorzien als inkomhal en niet als garage;
4. de toegangspoort te voorzien als doorzichtige voordeur en het openbaar domein in functie hiervan te laten aanpassen;
5. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Uitsluitingen
6. het terras achteraan de tweede verdieping, inclusief alle aanhorigheden.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 2 november 2020 |
Volledig en ontvankelijk | 25 november 2020 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 24 januari 2021 |
Verslag GOA | 6 januari 2021 |
naam GOA | Wim Van Roosendael |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften | Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften | Petitielijsten | Digitale bezwaarschriften |
0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de buitenruimte achteraan het perceel zoveel als mogelijk groen te voorzien, conform artikel 27 van de bouwcode;
2. de ruimte achteraan op het gelijkvloers te voorzien als zithoek en niet als slaapkamer;
3. de ruimte vooraan op het gelijkvloers te voorzien als inkomhal en niet als garage;
4. de toegangspoort te voorzien als doorzichtige voordeur en het openbaar domein in functie hiervan te laten aanpassen;
5. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Uitsluitingen
6. het terras achteraan de tweede verdieping, inclusief alle aanhorigheden.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.