Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2020130396 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer Chanoch Tabak met als adres Lamorinièrestraat 133 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: | Klein Hagelkruis 15 te 2180 Ekeren (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: | afdeling 35 sectie F nr. 721X |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | wijzigen van de bestaande achterbouw en het bepleisteren van de voorgevel |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 26/01/1959: vergunning (802#7762) voor kleine veranderingswerken aan de voorgevel;
- 13/06/1936: vergunning (802#3711) voor veranderingswerken en het bijbouwen van 2 koolhokken.
Vergunde toestand
- eengezinswoning van 3 bouwlagen onder zadeldak in gesloten bebouwing;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- dakafwerking:
Huidige toestand
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- dakafwerking:
Gewenste toestand
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- dakafwerking:
Inhoud van de aanvraag
- wijzigen van de bestaande achterbouw;
- bepleisteren van de voorgevel.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA nr. 1-3A Hagelkruis en omgeving, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 12 mei 1993. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: zone a voor woningen.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Bijzondere plannen van aanleg (BPA's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het bijzonder plan van aanleg op volgend(e) punt(en):
- artikel 1 – ZONE A VOOR WONINGEN, hoofdstuk II Bebouwingsvoorschriften, deel 1 Hoofdgebouwen, 4. Afmetingen van de gebouwen, a+c: de maximum hoogte van de achterbouw wordt binnen het BPA beperkt tot 3 m – hier is de nieuwe toestand 3,16 m hoog;
- artikel 1 – ZONE A VOOR WONINGEN, hoofdstuk II Bebouwingsvoorschriften, deel 1 Hoofdgebouwen, 5. Welstand van de gebouwen, B. Gevels en muren, 3. Gevelmaterialen, a. Gevels zichtbaar vanaf de openbare weg, het openbaar domein en de voor het publiek toegankelijke plaatsen: bepleistering en/of schildering der gevels is verboden, behoudens voor vrijstaande gebouwen. Hier wordt zonder meer bepleistering voorzien.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De aanvraag vertoont een aantal afwijkingen ten aanzien van zowel de geldende richtlijnen van het Bijzonder Plan van Aanleg als die van de Antwerpse bouwcode. Voor een aantal hiervan kunnen in het eindadvies voorwaarden worden opgenomen zodat het project na uitvoering alsnog voldoet aan de artikels in kwestie.
Echter is dit niet het geval wat de hoogte van de gelijkvloerse achterbouw betreft, in deze voorzien op een hoogte van 3,16 m, hetgeen 16 cm hoger is dan het opgelegde maximum van 3 m. Betreffende is evenwel een zeer beperkte afwijking zonder echte nadelige impact en deels te verklaren door het huidige gebruik van hogere plafonds; dit laatste is vanuit het opzicht van een betere interne woonkwaliteit zonder meer toe te juichen. Er wordt in deze dan ook geadviseerd aan het college om betreffende afwijking als dusdanig te bekrachtigen.
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag voorziet een beperkte verbouwing en uitbreiding van een vergunde eengezinswoning en gelet op de overeenstemming van laatstgenoemde functie met de specifieke bestemmingsvoorschriften van het van kracht zijnde Bijzonder Plan van Aanleg is er in deze dan ook effectief sprake van een correcte functionele inpasbaarheid.
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
De aanvraag voorziet een volumetrie die grotendeels aangepast is aan de voorschriften dienaangaande van het Bijzonder Plan van Aanleg – enkel de hoogte van de gelijkvloerse achterbouw wijkt hierop af aangezien deze 3,16 m hoog wordt voorzien; hetgeen 16 cm hoger is dan het opgelegde maximum. Betreffende is evenwel een zeer beperkte afwijking, zonder echte nadelige impact op de buurpercelen, en deels te verklaren door het huidige gebruik van hogere plafonds; hetgeen vanuit het opzicht van een betere interne woonkwaliteit zonder meer toe te juichen is. Betreffende afwijking kan dus zonder meer ruimtelijk aanvaard worden en het advies inzake schaal en ruimtegebruik is dan ook eenduidig gunstig.
Visueel-vormelijke elementen
De voorgestelde materialisatie, witte bepleistering, nieuw schrijnwerk zonder eenduidige materiaalaanduiding en zwarte dakpannen, is aanvaardbaar in de gebouwde context hoewel gepleisterde gevels niet in overeenstemming zijn met de richtlijnen dienaangaande van het Bijzonder Plan van Aanleg in kwestie. Er zijn in de onmiddellijke omgeving immers meerdere panden met gepleisterde gevel terug te vinden. Aldus is het aanvaardbaar om op basis van artikel 4.4.9/1 VCRO af te wijken van het BPA dat ouder is dan 15 jaar op het ogenblik van de indiening van de aanvraag, wat hier het geval is. Het advies inzake dit deelaspect van de aanvraag is gunstig.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. waar de scheidingsmuur geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, moet een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien worden tussen het groendak en de scheidingswand;
2. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 1 oktober 2020 |
Volledig en ontvankelijk | 14 oktober 2020 |
Start openbaar onderzoek | 22 oktober 2020 |
Einde openbaar onderzoek | 20 november 2020 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 27 januari 2021 |
Verslag GOA | 23 december 2020 |
naam GOA | Gerd Cryns |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
22 oktober 2020 | 20 november 2020 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. waar de scheidingsmuur geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, moet een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien worden tussen het groendak en de scheidingswand;
2. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.