Terug
Gepubliceerd op 01/03/2021

2021_CBS_01513 - Omgevingsvergunning - OMV_2020148503. Pompstraat 15. District Antwerpen - Weigering

college van burgemeester en schepenen
vr 26/02/2021 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2021_CBS_01513 - Omgevingsvergunning - OMV_2020148503. Pompstraat 15. District Antwerpen - Weigering 2021_CBS_01513 - Omgevingsvergunning - OMV_2020148503. Pompstraat 15. District Antwerpen - Weigering

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2020148503

Gegevens van de aanvrager:

mevrouw Birgit Vanhevel met als adres Mandenmakersstraat 16 te 2880 Bornem

Ligging van het project:

Pompstraat 15 te 2000 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 4 sectie D nr. 973E2

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

regulariseren van 4 zelfstandige studentenwoningen

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          04/12/2013: proces-verbaal (AN.66.LB.173168/2013) voor het wijzigen van het aantal woongelegenheden zonder een stedenbouwkundige vergunning;

-          01/07/1966: vergunning (18#48967) voor het verbouwen van de voorgevel, deze vergunning werd niet uitgevoerd;

-          01/01/1945: milieuvergunning (25#39874) voor een bergplaats voor ten hoogst 400kgr lompen.

 

Vergunde/vergund geachte toestand

-          functie en bouwvolume:

  • eengezinswoning in een gesloten bebouwing met 3 bouwlagen onder schuin dak;
  • vooraan het perceel een woning, achteraan een magazijn voor lompen met tussenin een open koer;

-          gevelafwerking voorgevel:

  • gelijkvloerse gevelpui in houten afwerking;
  • verdiepingen in rode gevelsteen geaccentueerd met zwarte gevelsteen en witte natuursteen.

 

Huidige toestand

-          vaststelling (ID: 5738) van eenheidsbebouwing van eclectische winkelhuizen  als bouwkundig erfgoed;

-          functie:

  • pand bestaande uit 4 zelfstandige studentenwoningen, allen voorzien van eigen keuken, badkamer en wc;
  • op elke bouwlaag bevindt zich 1 zelfstandige studentenwoning, op de 1ste verdieping is er een gemeenschappelijke ruimte aanwezig;
  • de netto vloeroppervlaktes (volgens wooncode) van de zelfstandige studentenwoningen zijn:
    • gelijkvloerse verdieping: circa 27 m²;
    • 1ste verdieping: circa 21 m²;
    • 2de verdieping: circa 21 m²;
    • 3de verdieping: circa 19,5 m²;

-          bouwvolume:

  • hoofdvolume heeft een bouwdiepte van circa 9m met een aanbouw van 4 bouwlagen tegen de linker perceelgrens tot een bouwdiepte van circa 11m;
  • achterbouw op het perceel bestaat uit 2 bouwlagen;
  • centraal is er een koer aanwezig van circa 5m²;

-          gevelafwerking:

  • op de gelijkvloerse en 1ste verdieping is de raamindeling gewijzigd, bovenaan de raam/deur bevindt zich een houten paneel.

 

Gewenste toestand:

-          - conform bestaande toestand (regularisatie).

Inhoud van de aanvraag

-          regulariseren van de 4 zelfstandige studentenwoningen;

-          regulariseren van de voorgevel (raamindelingen met houten panelen).

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

brandweer/ risicobeheer/ preventie

25 november 2020

21 december 2020

Ongunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg

25 november 2020

15 februari 2021

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel  1:   zone voor wonen - (wo1).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van  het ruimtelijk uitvoeringsplan Binnenstad op volgende punten:

-          2.1.1: culturele, historische en/of esthetische waarde

de raamindeling aan de voorgevel is wenselijk te behouden conform de vergunde voorgevel. Dit ook naar harmonie toe met de naburige panden.

-          2.1.2: harmonieregel en referentiebeeld

de houten panelen (op de gelijkvloerse en 1ste verdieping) die een deel uitmaken van de ramen in de voorgevel zijn niet in harmonie met de naburige gebouwen;

-          2.1.7 gevelmaterialen

voorgevel niet in harmonie met het referentiebeeld (houten panelen).

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 5: Cultuurhistorisch erfgoed:

Voor gebouwen, die opgenomen zijn in CHE-gebied, in de inventaris van het bouwkundig erfgoed is het veranderen van het schrijnwerk meldingsplichtig;

  • artikel 6: Harmonie en draagkracht

de houten panelen boven de ramen op de gelijkvloerse en 1ste verdieping zijn niet in harmonie met de naburige panden;

  • artikel 11: afwerken van gevels en materiaalgebruik

de houten panelen boven de ramen op de gelijkvloerse en 1ste verdieping zijn niet esthetisch verantwoord.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
 

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.


Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag betreft de regularisatie van vier studentenkamers in een eengezinswoning. Uit de bijgevoegde stukken (huurcontracten, facturen water, elektriciteit en gas) blijkt dat er reeds voor 2009 vier studentenkamers in het gebouw aanwezig waren. De aanvraag is functioneel inpasbaar.

 

Visueel-vormelijke elementen cultuurhistorische aspecten

De woning maakt deel uit van een reeks gebouwen in dezelfde eclectische stijl. Deze staan verspreid over 2 straten en hebben grotendeels hun karakter behouden. Deze reeks woningen werd opgenomen in de inventaris bouwkundig erfgoed.

 

Het advies van de stedelijke dienst monumentenzorg is voorwaardelijk gunstig:

 

Vanuit oogpunt monumentenzorg is er geen bezwaar tegen de regularisatie van de vier bestaande studentenstudio's.

 

Gezien het pand deel uitmaakt van een laat 19de-eeuwse eenheidsbebouwing van, in oorsprong respectievelijk zes en vijf winkelhuizen in eclectische stijl vragen we bijzondere aandacht voor het gevelbeeld.

 

De ramen met gesloten bovenlichten op de eerste verdieping, het gewijzigde uitstalraam, de voordeur (allebei eveneens met gesloten bovenlichten) en de met pvc-omkaste kroonlijst zijn onvergund en doen afbreuk aan de belevingswaarde en de uniformiteit van dit beeldbepalend ensemble. De bestaande toestand op het niet- uitgevoerde bouwplan van 1966 is de referentie.

Om de beeldwaarde te versterken is het aangewezen om de kleurstelling van het schrijnwerk in de voorgevel aan te passen, vooral die van de pui. Houten winkelpuien uit de late 19de- en de vroege 20ste-eeuw waren immers voorzien van specifieke kleuren waaronder donkergroen, donkerblauw, bordeaux, zwart en wit. Kleurenonderzoek kan hier uitsluitsel over geven. De puien van de buurpanden zijn geschilderd in een donkergroene kleur. Op de inventarisfoto uit de jaren 1970 is te zien dat ook de andere panden uit de reeks, donkergroen schrijnwerk bezaten. Mogelijk was dit de oorspronkelijke kleur. De huidige bi-kleurige kleurstelling van de pui in bruin en wit is geen meerwaarde voor het pand of de reeks waar het deel vanuit maakt.   

 

Zij vermelden onderstaande voorwaarden waarmee best rekening gehouden wordt bij een herindiening van de aanvraag:

 

  • De voorgevel wordt opgewaardeerd. De bestaande toestand getekend op de niet uitgevoerde bouwaanvraag uit 1966 kan een leidraad zijn (uitstalraam met vast bovenlicht, beglaasde paneeldeur met open bovenlicht, t-ramen op de verdiepingen met open bovenlichten)
  • Op zijn minst dienen de bovenlichten van het bestaande schrijnwerk in de voorgevel opengemaakt te worden (voordeur, uitstalraam, schrijnwerk +1).
  • De oorspronkelijke kroonlijst van zijn pvc-omkasting wordt ontdaan of hermaakt naar oorspronkelijk model indien niet meer aanwezig (zie rechterburen)
  • De kleurstelling van het schrijnwerk van de pui wordt onderzocht of vindt aansluiting bij de donkergroene kleurstelling van de buren.

 

De invulling met houten panelen in de ramen op de gelijkvloerse en eerste verdieping is niet in harmonie met de bouwstijl van de omgeving en daardoor strijdig met RUP Binnenstad (artikels 2.1.1, 2.1.2 en 2.1.7) en met de bouwcode (artikels 5, 6 en 11). Deze houten panelen zijn niet vergund. De ramen moeten in hun oorspronkelijke staat worden hersteld, zoals gevraagd door de dienst monumentenzorg.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Het advies van de brandweer is ongunstig omwille van het ontbreken van voldoende informatie op de plannen. De vergunning moet hierom geweigerd worden.

 

Afwijkingsmogelijkheden studentenhuisvesting

De aanvraag voldoet niet aan de minimale oppervlaktes voor een zelfstandige woning volgens de bouwcode (artikel 22). Er kan volgens artikel 3 §1 van de bouwcode door het college een afwijking worden toegestaan. In zitting van 5 juli 2013 (Jaarnummer 2013_CBS_06964) besliste het college via een afwijkingsbesluit de voorwaarden vast te stellen waarbinnen in het kader van studentenhuisvesting afwijkingen op de bouwcode kunnen worden toegestaan. Deze aanvraag voldoet aan de gestelde voorwaarden van het afwijkingsbesluit. Bijgevolg kan een afwijking worden toegestaan.

 

De kamers hebben een netto vloeroppervlakte (d.i. zonder badkamer, berging, hal) van 28, 22, 22 en 19m², en voldoen hiermee aan de wooncode. Ze hebben ook ruim voldoende vrije hoogte en daglicht.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte. Voor studentenkamers is de parkeerbehoefte nul. Op het gelijkvloers werd een ruimte voorzien voor het stallen van fietsen.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van het ongunstig advies brandweer.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

5 november 2020

Volledig en ontvankelijk

25 november 2020

Start openbaar onderzoek

3 december 2020

Einde openbaar onderzoek

1 januari 2021

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

10 maart 2021

Verslag GOA

17 februari 2021

naam GOA

Gerd Cryns

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

3 december 2020

1 januari 2021

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.

Artikel 3

De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.