Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2020166540 |
Gegevens van de aanvrager: | NV TAXANDRIA met als adres Herman De Nayerstraat 3 te 2550 Kontich |
Gegevens van de exploitant: | NV TAXANDRIA (0440519362) met als adres Herman De Nayerstraat 3 te 2550 Kontich |
Ligging van het project: | Lange Elzenstraat 33-35A, Jonghelinckstraat 16-20 te 2018 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: | afdeling 10 sectie K nrs. 1749S, 1750P15, 1750M17 en 1750P14 |
Inrichtingsnummer: | 20201207-0100 (Bemaling Colruyt-site) |
Vergunningsplichten: | Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van de aanvraag: | een bronbemaling voor het uitvoeren van bouwkundige werken |
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Inhoud van de aanvraag
De aanvraag betreft een bemaling klasse 2 voor de realisatie van een nieuw project van de Colruyt Group tussen de Lange Elzenstraat en de Jonghelinckstraat te Antwerpen. Er wordt een tijdelijke vergunning gevraagd voor de periode van één jaar.
Aangevraagde rubrieken
Rubriek | Omschrijving | Gevraagd voor |
3.4.2° | het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater; | 9 m³/uur |
3.6.3.2° | afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater met een effluent van meer dan 5 m³/uur tot en met 50 m³/uur; | 9 m³/uur |
53.2.2°a) | bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen, gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1°, met een netto opgepompt debiet van maximum 30.000 m³ per jaar of een maximale verlaging van het grondwaterpeil tot vier meter onder maaiveld. | 20.160 m³/jaar |
Aangevraagde bijstelling bijzondere milieuvoorwaarden in afwijking van algemene of sectorale voorwaarden
1. | Bij te stellen voorwaarde: De exploitant vraagt een bijstelling aan van artikel 4.2.3.1 - lozing van bedrijfsafvalwater dat één of meer gevaarlijke stoffen bevat.
Voorgesteld alternatief/aanvulling: Voor deze parameters wordt een lozingsnorm aangevraagd. Deze aangevraagde lozingsnormen zijn gebaseerd op het indelingscriterium. Voor vinylchloride bedraagt het indelingscriterium 100 µg/l, de gemeten waarden bevinden zich tussen 40 à 146 µg/l. Er wordt een verhoogde lozingsnorm aangevraagd van 5 x IC = 500 µg/l. Voor cis+trans-1,2 dichlooretheen bedraagt het indelingscriterium 10 µg/, de gemeten waarden bevinden zich tussen 3,5 à 6,6 µg/l. Er wordt een verhoogde lozingsnorm aangevraagd van 2 x IC = 20 µg/l. |
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Vlaamse Milieumaatschappij, afvalwater en lucht | 5 januari 2021 | 4 februari 2021 | Voorwaardelijk gunstig |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
Omgevingstoets
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
Het project betreft wooneenheden en een winkelruimte. De volledige oppervlakte van de projectsite wordt uitgegraven voor de aanleg van een ondergrondse parking. Lokaal zal dieper uitgegraven worden voor de aanleg van liftputten. Het gemiddelde grondwaterpeil op de projectsite bedraagt 3 m – mv. De bouwput heeft een oppervlakte van circa 5.515 m². De maximale lengte en breedte bedragen respectievelijk ongeveer 115 en 77 meter. Voor de ondergrondse kelder, de funderingszolen en de liftputten zijn verlagingen van het grondwaterpeil noodzakelijk van respectievelijk 2,47 meter, 2,97 meter en 3,67 meter.
De uitgraving zal gebeuren binnen waterkerende wanden die aangezet worden tot in de Boomse klei. Zo wordt een hydraulisch gesloten bouwput gecreëerd waarbinnen de bemaling kan uitgevoerd worden zonder nadelige effecten op de omgeving. Er dient dus enkel geborgen water, lek doorheen de wanden en neerslag die in de bouwput valt, bemaald te worden. Het volume geborgen water wordt geschat op 3.036 m³, het lekdebiet op 0,97 m³/uur en de neerslag die in de bouwput valt op 4.412 m³/jaar. Indien de bemaling één jaar duurt, dient er dus een totaal volume van 15.978 m³ weggepompt te worden. Het totaal aangevraagde jaardebiet bedraagt 20.160 m³. In dit debiet wordt rekening gehouden met een marge van 50 % op het berekende lekdebiet doorheen de wanden. Het aangevraagde debiet bedraagt 9 m³/uur. Na het behalen van het beoogde bemalingspeil, zal het stationair te verpompen debiet ongeveer 1,5 m³/uur bedragen (neerslag en lekwater).
In de onmiddellijke omgeving van de projectsite zijn verschillende OBO’s, BBO’s en BSP’s aanwezig. Aangezien de bemaling uitgevoerd wordt binnen volledig waterkerende wanden zal deze geen effect hebben op deze OVAM-dossiers. Op de projectsite zelf is er echter ook een OVAM-dossier (29121) aanwezig. In 2016 en 2018 werden reeds waterstalen genomen op de projectsite en geanalyseerd op verontreinigingen. Een verontreiniging met vinylchloride werd gemeten met concentraties boven de bodemsaneringsnorm. Vóór de opstart van de bemaling zullen nog nieuwe waterstalen genomen worden. Indien hieruit blijkt dat verontreinigingen aanwezig zijn in concentraties boven het indelingscriterium, zal ofwel een waterzuiveringsinstallatie geplaatst worden ofwel een lozing onder verhoogde lozingsnormen uitgevoerd worden. Zowel rubriek 3.6.3.2 als rubriek 3.4.2 wordt dan ook aangevraagd.
Er wordt een bijstelling gevraagd van de milieuvoorwaarden in afwijking van de algemene en sectorale voorwaarden van titel II van het Vlarem, meer bepaald van artikel 4.2.3.1 (lozing van bedrijfsafvalwater dat één of meer gevaarlijke stoffen bevat). Concreet wordt een verhoogde lozingsnorm gevraagd voor de parameters vinylchloride en cis+trans-1,2dichlooretheen.
stof | Gemeten waarden (µg/l) | IC (µg/l) | Gevraagd (µg/l) |
vinylchloride | 40-146 | 100 | 500 |
cis+trans-1,2dichlooretheen | 3,5-6,6 | 10 | 20 |
Het bouwproject ligt in een dichtbebouwde omgeving waardoor er geen plaats is om het bemalingswater te retourneren. Ook liggen er geen waterlopen of RWA in de buurt. In de omliggende straten is enkel een gemengde riolering aanwezig. Het lozingsdebiet is kleiner dan 10 m³/uur, er is geen contract met Aquafin noodzakelijk.
VMM geeft volgend advies: “De Vlaamse Milieumaatschappij adviseert ongunstig voor het lozen van bemalingswater met een maximumdebiet van 9 m³/uur, 216 m³/dag en 20.160 m³/jaar (rubriek 3.4.2) in de riolering. Er wordt gunstig advies gegeven voor het lozen van bemalingswater met een maximumdebiet van 9 m³/uur, 216 m³/dag en 20.160 m³/jaar via een waterzuivering (rubriek 3.6.3.2) voor een termijn van maximum één jaar mits voldaan wordt aan de algemene voorwaarden voor lozing in de riolering en de volgende bijzondere voorwaarde: vinylchloride 5 µg/liter. Cis+trans1,2 dichlooretheen wordt niet gemeten boven het IC. Voor deze parameter moet bijgevolg geen emissiegrenswaarde worden opgelegd.”
Het indelingscriterium (IC) voor vinylchloride is momenteel 100 µg/liter. Het voorstel van VMM om voor vinylchloride een bijzondere lozingsnorm van 5 µg/liter op te leggen, is gebaseerd op de opmaak van het stroomgebiedbeheersplan 2022 – 2027 waarbij de milieukwaliteitsnorm en het indelingscriterium voor vinylchloride zullen herzien worden. Er ligt momenteel voor vinylchloride een verstrengde MKN/IC voor van 0,09 µg/liter (jaargemiddeld). Voor bodemsaneringen wordt momenteel voor vinylchloride een norm van 5 µg/liter gehanteerd. VMM stelt voor deze norm ook te hanteren voor bemalingsdossiers.
Het is belangrijk dat toekomstige exploitanten op de hoogte zijn van een mogelijke verstrenging van het indelingscriterium voor vinylchloride. Aangezien echter momenteel het indelingscriterium voor vinylchloride nog wettelijk vastgesteld is op 100 µg/liter, lijkt het zeer moeilijk een bijzondere lozingsnorm op te leggen die veel strenger is dan dit IC. De stad Antwerpen beslist het huidige indelingscriterium te volgen, een bijzondere lozingsnorm voor vinylchloride op te leggen van 300 µg/liter en aldus gefundeerd voorbij te gaan aan het advies van VMM voor wat betreft de geadviseerde norm voor vinylchloride. Het advies voor de norm van cis+trans-1,2dichlooretheen wordt gevolgd.
Voorliggende project is niet MER-plichtig. Het aanvraagdossier werd tijdens het ontvankelijk- en volledigheidsonderzoek getoetst aan de criteria (bijlage II van het Decreet Algemene Bepalingen Milieubeleid) doordat de aanvraag betrekking heeft op een activiteit die voorkomt op de lijst van bijlage III (besluit van de Vlaamse Regering van 1 maart 2013 inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening).
De vergunningverlenende overheid is verplicht om een advies in te winnen bij het Agentschap Onroerend Erfgoed als de vergunningsaanvraag betrekking heeft op ingedeelde inrichtingen of activiteiten in of aan:
(decreet van 12 juli 2013 betreffende het onroerend erfgoed artikel 6.4.4§3).
Dit is hier niet het geval waardoor er ook geen advies gevraagd werd aan het Agentschap Onroerend Erfgoed.
Een bijkomend wateradvies is niet vereist en de vergunningsaanvraag voldoet aan de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid. Dit blijkt uit de toepassing van de beoordelingsschema’s van de watertoets.
Advies aan het college
Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Mits voldaan wordt aan de algemene, sectorale en voorgestelde bijzondere vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de VLAREM wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt voorwaardelijk positief advies gegeven de vergunning te verlenen.
Geadviseerde rubrieken
Rubriek | Omschrijving | Geadviseerd voor |
3.4.2° | het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater; | 9 m³/uur |
3.6.3.2° | afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater met een effluent van meer dan 5 m³/uur tot en met 50 m³/uur; | 9 m³/uur |
53.2.2°a) | bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen, gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1°, met een netto opgepompt debiet van maximum 30.000 m³ per jaar of een maximale verlaging van het grondwaterpeil tot vier meter onder maaiveld. | 20.160 m³/jaar |
Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. | Bijzondere lozingsnorm voor vinylchloride: 300 µg/liter |
2. | De kwaliteit van het bemalingswater moet worden opgevolgd. Op het moment dat de bemaling wordt opgestart (na circa 30 minuten) dient er een staal genomen te worden van het bemalingswater. Na de eerste staalname wordt de bemaling stilgelegd tot de resultaten van de analyses bekend zijn. Na toetsing van de analyseresultaten aan de milieukwaliteitsnorm (MKN) voor grondwater (Bijlage 2.4.1 van VLAREM II) en eventuele mobilisatie van een waterzuiveringsinstallatie kan de bemaling opnieuw opgestart worden. De analyse dient maandelijks herhaald te worden. De te analyseren parameters zijn die van het standaardanalysepakket zoals beschreven in bijlage 3 van de standaardprocedure voor een oriënterend bodemonderzoek (OVAM, 01/04/2020). De stand van elke debietmeter wordt genoteerd in een logboek dat ter inzage ligt op de werf, minstens met volgende frequentie:
|
3. | De startdatum van de bemaling wordt ten minste twee weken voor de start gemeld aan de stad Antwerpen. Hiervoor stuurt u een mail aan de dienst Vergunningen (milieuvergunningen@antwerpen.be) en de dienst Milieu-Interventie (mi@antwerpen.be) met vermelding van het dossiernummer, de contactgegevens van de werfverantwoordelijke en de start- en einddatum. |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 8 december 2020 |
Volledig en ontvankelijk | 5 januari 2021 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 6 maart 2021 |
Verslag GOA | 18 februari 2021 |
naam GOA | Bieke Geypens |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Bijzondere milieuvoorwaarden
1. | Bijzondere lozingsnorm voor vinylchloride: 300 µg/liter |
2. | De kwaliteit van het bemalingswater moet worden opgevolgd. Op het moment dat de bemaling wordt opgestart (na circa 30 minuten) dient er een staal genomen te worden van het bemalingswater. Na de eerste staalname wordt de bemaling stilgelegd tot de resultaten van de analyses bekend zijn. Na toetsing van de analyseresultaten aan de milieukwaliteitsnorm (MKN) voor grondwater (Bijlage 2.4.1 van VLAREM II) en eventuele mobilisatie van een waterzuiveringsinstallatie kan de bemaling opnieuw opgestart worden. De analyse dient maandelijks herhaald te worden. De te analyseren parameters zijn die van het standaardanalysepakket zoals beschreven in bijlage 3 van de standaardprocedure voor een oriënterend bodemonderzoek (OVAM, 01/04/2020). De stand van elke debietmeter wordt genoteerd in een logboek dat ter inzage ligt op de werf, minstens met volgende frequentie:
|
3. | De startdatum van de bemaling wordt ten minste twee weken voor de start gemeld aan de stad Antwerpen. Hiervoor stuurt u een mail aan de dienst Vergunningen (milieuvergunningen@antwerpen.be) en de dienst Milieu-Interventie (mi@antwerpen.be) met vermelding van het dossiernummer, de contactgegevens van de werfverantwoordelijke en de start- en einddatum. |
De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):
Rubriek | Omschrijving | Gecoördineerd |
3.4.2° | het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater; | 9 m³/uur |
3.6.3.2° | afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater met een effluent van meer dan 5 m³/uur tot en met 50 m³/uur; | 9 m³/uur |
53.2.2°a) | bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen, gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1°, met een netto opgepompt debiet van maximum 30.000 m³ per jaar of een maximale verlaging van het grondwaterpeil tot vier meter onder maaiveld. | 20.160 m³/jaar |
Het college beslist dat de omgevingsvergunning geldig is voor een periode van één jaar vanaf de opstartdatum van de bemaling.