2021_CBS_00788 - Wijk-werken - Dienstverleningsovereenkomst inzet wijk-werken op werkvloeren stad Antwerpen. Ondertekening. - Bekrachtiging

Binnen het grondgebied Antwerpen is er nood aan bijkomende werkplekken, specifiek voor de doelgroep met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt, waarbij ook voldoende omkadering kan worden voorzien voor de betrokken medewerkers. Hier wil de stad Antwerpen een rol in spelen en extra wijkwerkers inzetten op de werkvloeren van de stad Antwerpen.

De stad Antwerpen wil inzetten op leefloners, meer bepaald op vrouwen en werkarme gezinnen die baat hebben aan een voortraject omwille van:

• nog geen kinderopvang gevonden;
• nood aan opbouwen werkritme;
• taal.

Gezien het om een zeer kwetsbare doelgroep gaat is het noodzakelijk voldoende ondersteuning te voozien. Werkhaven is de meest geschikte en omkaderde werkvloer om te starten met leefloners binnen wijk-werken. Voorziene werkplekken binnen Werkhaven zijn:

• strijk- en naaiatelier;
• onderhoud;
• logistiek.

Na een succesvol traject wijk-werken kan een leefloner doorstromen naar een openstaande artikel 60 vacature, ook binnen de stad Antwerpen, als dit past in het traject naar werk. Aangezien wijk-werken enkel aanvullend wordt ingezet aan de bestaande trajecten, betekent dit een extra investering voor Werkhaven. Rekening houdend met de werklast van één instructeur/begeleider, wordt gekozen voor een proeftuin van 15 wijkwerkers, met focus op vrouwen en werkarme gezinnen. Als de proeftuin binnen Werkhaven succesvol blijkt, kan dit  project naar andere werkvloeren uitgebreid worden.

De overeenkomst omvat de inzet van een ploeg van 15 wijkwerkers à rato van 630 wijkwerkuren/wijkwerker op jaarbasis die tewerkgesteld worden op de werkvloeren van de stad Antwerpen. Omdat wijkwerkers niet altijd een volledig jaar nodig hebben om hun generieke competenties te versterken, en omdat wijkwerkers niet altijd vanaf dag één 60 uren per maand ingeschakeld kunnen worden, kan dit aantal van 15 wijkwerkers aan 630 uren ook wijzigen in 30 wijkwerkers die 30 uren/maand presteren,… Daarnaast omvat de overeenkomst een omkadering met één voltijdsequivalent instructeur die door de stad Antwerpen wordt tewerkgesteld.

In het kader van de zesde staatshervorming werd het PWA overgedragen aan de gewesten. Binnen dit stelsel werden werkzoekenden ingeschakeld om activiteiten uit te oefenen die niet of moeilijk in het gewone arbeidscircuit kunnen worden uitgevoerd.

In Vlaanderen is het PWA-stelsel hervormd naar Wijk-Werken. Op 7 juli 2017 vond de definitieve goedkeuring plaats van het decreet Wijk-Werken. De vzw Wijk-Werken Antwerpen bestaat sinds 2017 als een extern verzelfstandigd agentschap in privaatrechtelijke vorm van de stad Antwerpen. Het vormt de voortzetting van de vroegere vzw PWA.

Wijk-Werken is een activeringsmaatregel die zich richt op uitkeringsgerechtigden en leefloners die nood hebben aan een zeer geleidelijke opstap in hun traject naar werk. Zij kunnen nog niet halftijds aan de slag in een job of werkplekleren, maar zijn wel in staat om zelfstandig een aantal taken uit te voeren op een reële werkvloer met de nodige omkadering.

Wijk-Werken is in eerste instantie gericht op competentiebehoud en indien mogelijk ook competentieontwikkeling. De focus ligt op generieke competenties, soft skills of arbeidsattitudes genoemd. Zowel de stad Antwerpen (leefloners) als VDAB (uitkeringsgerechtigden) kunnen toeleiden naar wijk-werken.

Het oude PWA stelsel (Plaatselijk Werkgelegenheidsagentschap) kende een relatief sterke en stabiele doelgroep. De voorziene omkadering en de huidige werkplekken zijn aangepast aan de PWA doelgroep, die ook actief blijft door een overgangsmaatregel. Deze zittende doelgroep vraagt weinig begeleiding en is zelfredzaam. 

Het managementteam van de stad Antwerpen nam op 26 februari 2020 (jaarnummer 64) kennis van de inzet van wijk-werken op de werkvloeren van de stad Antwerpen. Het bestuursorgaan van de EVA (extern verzelfstandigd agentschap) Wijk-Werken Antwerpen verklaarde zich op 20 juni 2020 akkoord met de inzet van wijk-werken op werkvloeren van de stad Antwerpen. In afwijking van de beslissing van het management team, zal de stad Antwerpen tussenkomen in de kosten voor het project, voor wat betreft de aankoop van de wijk-werkcheques, op grond van een formele afspraak tussen de stad Antwerpen en VDAB binnen het directiecomité van de EVA waarin beide partners zijn.

Het college keurde op 25 september 2020 (jaarnummer 7994) de de inzet van wijk-werken op de werkvloeren van de stad Antwerpen, de gebruikersovereenkomst met de vzw Wijk-werken en de vastlegging van 95.000,00 EUR aan Edenred Belgium nv voor de aankoop van wijk-werkcheques goed. 

Voor de aankoop van materiaal en kledij voorziet de stad 24.500,00 EUR. Het gaat over de aankoop en installatie van 3 strijkposten, aankoop van kledij, onderhoudsproducten en materiaal. Deze kosten zullen integraal aan de EVA vzw wijk-werken doorgefactureerd worden. De 3 strijktafels blijven eigendom van de stad Antwerpen. De uitgaven en ontvangsten worden op de volgende budgettaire dimensies verrekend:  

Uitgaven:             2LWS090401A00000/5311300000/6103, 61411, 61418 voor kledij, onderhoudsproducten en materiaal

                            2LWS090401A00000/5311300000/231 voor strijkposten

Ontvangst:           2LWS090401A00000/5311300000/746 voor kledij, onderhoudsproducten en materiaal
2LWS090401A00000/5311300000/15 voor strijkposten

De loonkost van een instructeur wordt eerst door de stad gedragen en wordt voor maximaal 71.818,34 EUR teruggevorderd van de EVA vzw wijk-werken. De volledige personeelskosten zullen in januari 2021 door de stad Antwerpen gefactureerd worden aan de vzw Wijk-werken. De uitgaven en ontvangsten worden op de volgende budgettaire dimensies verrekend: 

Uitgaven:             2LWS099901A00000/5310100000/6202 voor 2020                             

2LWS099901A00000/5311300000/6202 voor 2021 

Ontvangst:          2LWS099901A00000/5310100000/74632 voor 2020  

2LWS099901A00000/5311300000/74632 voor 2021 

De loonkost wordt uitgesplitst over het jaar 2020 (5.984,86 EUR – een twaalfde van 71.818,34 EUR) en het jaar 2021 (65.833,48 EUR – elf twaalfde van 71.818,34 EUR).  

Aangezien de doorfacturatie van de loonkost pas in januari 2021 zal gebeuren, zal er voor de maand december een vordering opgemaakt worden ten bedrage van 5.984,86 EUR. De uitgaven en ontvangsten zijn nog niet ingeschreven in het meerjarenplan en zullen verwerkt worden in de eerstvolgende aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025. De uitgaven zullen voorlopig geprefinancierd worden met de beschikbare middelen. Het benodigde budget voor de aankoop materiaal en kledij werd reeds door middel van een IKA-light overgezet vanuit 5311010000/2LWS090101A00000/6141 naar 5311300000/2LWS090401A00000/6103, 61411, 61418. Het budget voor de aankoop van 3 strijktafels zal door middel van een IKA-light overgezet worden vanuit 5311050000/231/2LWS090101A00000 naar 5311300000/231/2LWS090401A00000. 

Er is voldoende budget op 2LWS099901A00000/6202 in 2021 om de loonkost van de instructeur te prefinancieren.