Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2020118162 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer Zaim Bucan met als adres Borrewaterstraat 62 te 2170 Antwerpen |
Ligging van het project: | Borrewaterstraat 62 te 2170 Merksem (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: | afdeling 40 sectie C nr. 285F19 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen en uitbreiden van een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 23/11/1959: toelating (103#6864) voor het veranderen van de voorgevel;
- 09/06/1986: vergunning (1974#2601) voor het verbouwen van de voorgevel.
Vergunde/vergund geachte toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Huidige toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Gewenste toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Inhoud van de aanvraag
- uitbreiden van een eengezinswoning;
- bepleisteren van de gevels in een lichtgrijze kleur;
- inrichten van een terras op de tweede verdieping.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA nr. 51 Het Dokske, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 8 juni 1995. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: zone a voor woningen en openbare weg.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Bijzondere plannen van aanleg (BPA's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het bijzonder plan van aanleg op het volgend punt:
- 2.15. HOFMUREN EN SCHEIDSMUREN TUSSEN DAKTERRASSEN: Wanneer particulier open plaatsen, tuinen en dakterrassen worden afgesloten door middel van muren, dienen deze uitgevoerd in baksteen en afgedekt zoals vermeld onder 2.14 of met muurkappen van getrild beton. De muurhoogte zal minimum 2 m en maximum 2.50 m. bedragen. De hoogte is maar 1,90 m en de muur wordt uitgevoerd in een houten scherm.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op het volgend punt:
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
Het verhogen van de scheidsmuur wordt uit de vergunning uitgesloten.
De aanvraag wijkt af van artikel 2.15 van het BPA. De muurhoogte is maar 1,8 m in plaats van de vereiste minimumhoogte van 2 m en wordt uitgevoerd in een houten scherm. Tevens wijkt de aanvraag, met de plaatsing van het houten scherm, af van artikel 34 van de bouwcode.
Werken die uitgevoerd worden aan de scheidsmuren kunnen slechts uitgevoerd worden, mits de uitdrukkelijke toestemming van beide partijen. Aangezien de aanpalende geen kennis hebben kunnen nemen voor het verhogen en de materiaalwijziging van deze scheidsmuur, kan dit niet in voorwaarde worden opgelegd. Daarom moet dit uit de vergunning worden uitgesloten.
Het dakterras kan wel vergund worden, maar aangezien de scheidsmuur niet opgetrokken kan worden, zal in voorwaarden opgelegd worden om het terras 1,9 m van de perceelsgrens te eindigen en af te sluiten met een borstwering, zoals aangegeven op de plannen in rood.
Functionele inpasbaarheid
Het perceel is gelegen binnen de perimeter van het BPA ‘Het Dokske’, in de bestemmingszone zone A voor woningen. Binnen deze bestemmingszone is ‘wonen’ toegelaten als hoofdbestemming. Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de Borrewaterstraat en Lebaudystraat.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Het wijzigen van het volume is stedenbouwkundig aanvaardbaar.
De aanvraag betreft een pand gelegen op de hoek van de Borrewaterstraat en de Lebaudystraat. Aan de linkerzijde in de Borrewaterstaat maakt de aanvraag deel uit van rijbebouwing bestaande uit 2 à 3 bouwlagen met ofwel een zadeldak of plat dak. Aan de rechterzijde in de Lebaudystraat maakt de aanvraag deel uit van rijbebouwing bestaande uit 1 à 2 bouwlagen met ofwel een zadeldak of plat dak.
Hoekgebouwen geven het begin en einde van straten aan. Om dit te accentueren of te benadrukken is een accent of blikvanger mogelijk. In dit geval is een extra bouwlaag stedenbouwkundig toegelaten.
Visueel-vormelijke elementen
In de voorgevel wordt een nieuwe raamverdeling aangebracht. Deze verdeling weerspiegelt de achterliggende functies. Hierdoor is er een duidelijke uitspraak over de architectuur van de woning en de beeldkwaliteit van het gebouw is in samenhang met zijn omgeving. De gevelwijziging is stedenbouwkundig aanvaardbaar.
De gevels worden afgewerkt met licht grijze bepleistering en wit PVC buitenschrijnwerk. Deze materialen passen binnen de omgeving waarop de aanvraag betrekking heeft en zijn dus aanvaardbaar.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De afwijking op artikel 24 van de bouwcode, is stedenbouwkundig aanvaardbaar.
Het pand betreft een hoekpand en kan alleen daglicht binnen krijgen via de twee gevels aan de straatzijde. Op plan wordt de grootste oppervlakte ingenomen door de leefruimte. Deze krijgt hierdoor ook het meeste daglicht. Het is dan ook logisch om de keuken achteruit te plaatsen. Dit is de meest ideale indeling.
Aangezien er geen mogelijkheid is om een regenwaterput te plaatsen, is een groendak verplicht. Tussen het inplantingsplan en de sneden is een tegenstrijdigheid. Op het inplantingsplan staat vermeld dat het plat dak wordt uitgevoerd als een groendak, echter kan dit niet worden uitgemaakt uit de sneden. Het niet voorzien van een groendak is stedenbouwkundig niet aanvaardbaar.
Naar voorwaarde wordt meegenomen om het plat dak, met uitzondering van de terraszone, volledig uit te voeren als een groendak, conform artikel 38 van de bouwcode.
Om het ruimtecomfort van een woning te bewaken is het belangrijk dat het aantal slaapkamers in verhouding staat met het aantal beschikbare vierkante meters leefruimte per bewoner. Dit is het geval in het voorliggend project, waardoor de woning voldoende wooncomfort biedt.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. het volledige plat dak is uit te voeren als een groendak, met uitzondering van de terraszone, conform artikel 38 van de bouwcode;
2. het terras moet beperkt worden tot op 1,9 m van de perceelsgrens en afgescheiden worden van de zone plat dak met een borstwering, zoals aangegeven op de plannen in rood;
3. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021;
Uitsluitingen
4. het verhogen van de scheidsmuur wordt uit de vergunning uitgesloten. Dit wordt in rood aangeduid op de plannen.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 8 september 2020 |
Volledig en ontvankelijk | 28 september 2020 |
Start 1e openbaar onderzoek | 6 oktober 2020 |
Einde 1e openbaar onderzoek | 4 november 2020 |
Beslissing toepassing administratieve lus | 20 november 2020 |
Start laatste openbaar onderzoek | 30 november 2020 |
Einde laatste openbaar onderzoek | 29 december 2020 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 12 maart 2021 |
Verslag GOA | 22 februari 2021 |
naam GOA | Gerd Cryns |
Administratieve lus
Op de aanvraag werd een administratieve lus toegepast, omwille van de volgende reden(en):
De affiche van het openbaar onderzoek is te laat uitgehangen. Het openbaar onderzoek startte op 6/10/2020 en de bekendmaking werd uitgehangen op 8/10/2020, 2 dagen na de start.
De stappen in de procedure die verkeerd gelopen zijn, werden opnieuw uitgevoerd, om te voorkomen dat de eindbeslissing over de aanvraag vernietigd wordt omwille van de vastgestelde procedurefout(en).
De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
6 oktober 2020 | 4 november 2020 | 0 | 0 | 0 | 0 |
30 november 2020 | 29 december 2020 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. het volledige plat dak is uit te voeren als een groendak, met uitzondering van de terraszone, conform artikel 38 van de bouwcode;
2. het terras moet beperkt worden tot op 1,9 m van de perceelsgrens en afgescheiden worden van de zone plat dak met een borstwering, zoals aangegeven op de plannen in rood;
3. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021;
Uitsluitingen
4. het verhogen van de scheidsmuur wordt uit de vergunning uitgesloten. Dit wordt in rood aangeduid op de plannen.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.