Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2021012183 |
Gegevens van de aanvrager: | Kevin en Dorien Vanuytsel - Vissers met als adres Laar_EK 85 te 2180 Antwerpen |
Ligging van het project: | Laar 85 te 2180 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: | afdeling 34 sectie E nr. 181P |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | bouwen garage in zijtuin en vellen van boom |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 20/08/1990: vergunning (872#2856) voor het bouwen van een vrijstaande woning;
- 01/12/1980: vergunning (198039) voor het verkavelen van bouwgronden.
Vergunde/vergund geachte toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Huidige toestand
- conform vergunde toestand, uitgezonderd:
Gewenste toestand
- identiek aan huidige toestand, doch met:
Inhoud van de aanvraag
- het bouwen van garage in de zijtuinstrook;
- het plaatsen van een tuinafsluiting;
- het regulariseren van de extra verharding in de voortuin;
- het vellen van een boom.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Vlaamse Milieumaatschappij, grondwaterbeheer | 16 februari 2021 | 16 februari 2021 | Geen advies |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in agrarisch gebied. De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt in de verkaveling EK/1980/V/0203/WV, goedgekeurd op 1 december 1980, meer bepaald in lot(en) 2 en 2.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verkavelingsvergunning op volgende punten:
- artikel 1.05 – Algemeen geldende voorschriften:
- artikel 2.03 – Bouwvrije voortuinstrook:
2° Welstand: behoudens de toegang tot de gebouwen dient de strook als tuin te worden aangelegd. De linkerzijde van de voortuinstrook is in de huidige toestand reeds verhard.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
elke constructie dient qua typologie, opbouw en onder andere inplanting in overeenstemming te zijn met wat in de onmiddellijke omgeving het meest voorkomend is. De gebouwde omgeving karakteriseert zich hier door nagenoeg uitsluitend losstaande villa’s, dewelke zonder meer beschikken over 2 onbebouwde zijtuinstroken en over voldoende gevelbreedte om inpandig te parkeren. Het bebouwen van de zijtuinstrook is bijgevolg niet in harmonie met de omgeving;
er kan principieel slechts een toegangspoort worden voorzien per gevelbreedte van 8 m. De gecombineerde gevelbreedte van de woning met een constructie in de zijtuinstrook is in deze slechts 13 m, beduidend minder dan 2 maal 8 meter, waardoor geen tweede toegangspoort mogelijk is, ook niet aangezien de berekende en vergunde parkeerbehoefte op zich niet wijzigt en reeds een inpandige garage aanwezig is;
in de voortuin zijn enkel de strikt noodzakelijke verhardingen toegelaten: opritten naar een garage, carport of autostaanplaats hebben daarbij een maximumbreedte van 3 m (per autostaanplaats);
het nieuwe platte dak van de garage dient te worden aangelegd als groendak.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
- Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
Er zijn geen gegronde redenen om af te wijken van de geldende voorschriften.
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag voorziet louter een beperkte uitbreiding van een vergunde eengezinswoning en gelet op de overeenstemming van laatstgenoemde functie met de specifieke bestemmingsvoorschriften van de van kracht zijnde verkaveling, is er in deze dan ook effectief sprake van een correcte functionele inpasbaarheid.
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
De voorgestelde volumetrie, met een gelijkvloerse uitbreiding in de zijtuinstrook, stemt niet overeen met wat gangbaar is in de gebouwde context, waar zich zonder meer geen van dergelijke constructies voordoen in de betreffende zijtuinstroken. De strikte typologie van losstaande villa’s is hierdoor niet eenduidig meer herkenbaar, waardoor de ruimtelijke uitgangspunten van de verkaveling niet gerespecteerd worden en het uitgesproken groene en open karakter wordt aangetast.
Het advies inzake schaal en ruimtegebruik is dan ook zonder meer ongunstig.
Visueel-vormelijke elementen
De gehanteerde materialen, gevelsteen en gelakt staal als schrijnwerk (beiden weliswaar zonder kleurstelling), zijn in overeenstemming met de verkavelingsvoorschriften en met wat voor de rest van de bestaande woningdelen wordt gebruikt en zijn visueel ingepast in de gebouwde context (indien een gelijkaardige tint zou worden gehanteerd).
Het advies voor dit deelaspect van de aanvraag is dan ook voorwaardelijk gunstig.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van:
- onverenigbaarheden met stedenbouwkundige voorschriften;
- onverenigbaarheden met verkavelingsvoorschriften;
- onverenigbaarheden met een goede ruimtelijke ordening.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 23 januari 2021 |
Volledig en ontvankelijk | 15 februari 2021 |
Start openbaar onderzoek | 24 februari 2021 |
Einde openbaar onderzoek | 25 maart 2021 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 31 mei 2021 |
Verslag GOA | 10 mei 2021 |
naam GOA | Gerd Cryns |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
24 februari 2021 | 25 maart 2021 | 1 | 0 | 0 | 0 |
Bespreking van de bezwaren
Er werd binnen de looptermijn van het openbaar onderzoek 1 schriftelijk bezwaarschrift ingediend, dat zich als volgt laat samenvatten:
Beoordeling:
Initieel zijn vanuit ruimtelijk oogpunt beide manieren van plaatsing aanvaardbaar waardoor geen stedenbouwkundig bezwaar te noteren valt. Voorts is betreffende onderhevig aan de tussen burgers onderlinge afspraken en is er sprake van een burgerrechterlijke aangelegenheid, dewelke geen deel uitmaakt van de lopende procedure.
Het bezwaar is ongegrond.
Beoordeling:
Er wordt vanuit de wenselijkheid van een goede ruimtelijke ordening in deze specifieke situatie, met nagenoeg zonder uitzondering losstaande villa’s met eenduidig onbebouwde zijtuinstroken (dus zonder enige vorm van bebouwing of volumetrie in deze zone), uitgegaan van het behoud van deze typologie. Het voorzien van een volume, zoals heden gevraagd, druist eenvoudigweg in tegen vermeld uitgangspunt. Indien alsnog zou worden afgeweken van betreffende, kan er volgens de algemene principes slechts sprake zijn van een wachtgevel, die op het aanpalende perceel slechts aanleiding kan geven om tegenaan te bouwen – er is in dat geval dus zonder meer geen sprake van een eventuele verplichting.
Het bezwaar is ongegrond.
Het college sluit zich integraal aan bij:
- de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;
- het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.
De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.