Terug
Gepubliceerd op 18/09/2020

2020_CBS_07834 - Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Stadscamping’. District Antwerpen - Ontwerp. Voorlopige vaststelling - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
wo 16/09/2020 - 16:00 Digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_07834 - Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Stadscamping’. District Antwerpen - Ontwerp. Voorlopige vaststelling - Goedkeuring 2020_CBS_07834 - Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Stadscamping’. District Antwerpen - Ontwerp. Voorlopige vaststelling - Goedkeuring

Motivering

Gekoppelde besluiten

Regelgeving: bevoegdheid

Art.2.2.21.§1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) bepaalt dat de gemeenteraad het ontwerp-RUP voorlopig vaststelt.

Argumentatie

Ontwikkelingsvisie

In het strategisch Ruimtelijk Structuurplan Antwerpen (s-RSA) is het plangebied gelegen in een nieuwe cluster voor recreatie. Deze cluster kan beschouwd worden als een mogelijkheid om de bestaande groenruimten te herwaarderen door het introduceren van linken en elementen van continuïteit met de omgeving. Het woonuitbreidingsgebied wordt op deze plek dus geschrapt voor bijkomende woningen, maar krijgt wel een functie met betrekking tot recreatie en stedelijke voorzieningen ingebed en geïntegreerd in een groene toegankelijke omgeving. 

Het RUP wordt opgemaakt om een deel van de ontwerp inrichtingsvisie (college 5 september 2014, jaarnummer 9070) voor het gebied uitvoerbaar te maken. De inrichtingsvisie voorziet de aanleg van een stadscamping van ca. 5 hectare in de noordoostelijke hoek van Middenvijver. Volgende principes worden vooropgesteld: maximaal behoud van het groene karakter, kampeeraanbod voorzien voor verschillende doelgroepen, een natuurlijke buffer rond de stadscamping voorzien en een onthaalgebied realiseren voor zowel de stadscamping als het Middenvijverpark aan de Willem Gijsselsstraat.

Afbakening plangebied 

Het plangebied van het RUP Stadscamping bevindt zich in de stad Antwerpen op Linkeroever en is gelegen in woonuitbreidingsgebied, zoals afgebakend op het gewestplan. Het plangebied sluit aan op het bebouwde weefsel van Antwerpen-Linkeroever ter hoogte van de Halewijnlaan en de Willem Gijsselsstraat. Het ligt tussen de gewestwegen N49a en N70 in respectievelijk noordelijke en zuidelijke richting. In het westen grenst het aan de open ruimte Middenvijver.

Reikwijdte en detailleringsgraad 

Het RUP Stadscamping vervangt een deel van de bestemmingszone “woonuitbreidingsgebied” en “recreatiegebied voor dagrecreatie” van het gewestplan naar:

  • zone voor “recreatie” die ingericht en gebruikt kan worden voor dag- en verblijfsrecreatie;
  • zone voor “groene buffer” die de zone voor recreatie in het noorden en oosten buffert ten opzichte van het woongebied en in het westen buffert ten opzichte van Middenvijver; 
  • zone voor “groen” als entréegebied voor zowel Middenvijver als de stadscamping;
  • zone voor “publiek domein” ter plaatsen van de Willem Gijsselsstraat;
  • zone voor “wonen” als gewestplancorrectie tussen de plancontour van de stadscamping met groenbuffer en de gewestplanbestemming wonen aan de Hallewijnlaan.

MER screening

Op 13 juli 2020 besliste het Team MER dat het voorgenomen plan geen aanleiding geeft tot aanzienlijke negatieve milieugevolgen en dat de opmaak van een plan-MER niet nodig is.

Veiligheid 

Het Team Externe Veiligheid (TEV) heeft in de fase van de scopingnota geadviseerd nader onderzoek te laten uitvoeren door een erkend VR-deskundige naar de impact van de populatie in het plangebied op het groepsrisico van enkele hogedrempelinrichtingen. TEV heeft op basis van dit onderzoek op 20 mei 2020 beslist dat mits inachtneming van de beperkingen van de populatie, het RUP te verzoenen is met de aanwezigheid van de Seveso-inrichtingen, en beslist daarom dat bij het RUP geen ruimtelijk veiligheidsrapport meer moet gemaakt worden.

Watertoets

In toepassing van artikel 8 van het decreet betreffende het integraal waterbeleid van 18 juli 2003 moeten alle uitvoeringsplannen worden onderworpen aan een watertoets. Op 1 maart 2012 is het aangepaste besluit, tot vaststelling van de nadere regels voor de toepassing van de watertoets, in werking getreden. Het RUP werd afgetoetst aan de opgelegde regels en heeft geen negatieve effecten op de waterhuishouding.

Planbaten

Er komen geen bestemmingswijzigingen voor die planbaten kunnen doen ontstaan voor percelen in eigendom van de stad en/of dochters.

Het bijhorende plan geeft weer welke percelen ten gevolge van de bestemmingswijziging in het kader van voorliggend RUP aanleiding kunnen geven tot planschade, planbaten en/of compensatie conform de richtlijn.

Fasering

Stap

Datum

Collegebeslissing: procesnota en startnota

21 juni 2019 (jaarnummer 5063)

Raadpleging en adviesaanvraag

19 juli tot en met 16 september 2019

Districtsraad: advies startnota

16 september 2019 (jaarnummer 171)

GECORO: advies

4 september 2019

Collegebeslissing: voorontwerp RUP en scopingnota

8 mei 2020

Districtsraad: advies voorontwerp RUP

15 juni 2020 (jaarnummer 89)

Beslissing Team Externe Veiligheid

20 mei 2020

Adviezen voorontwerp

17 juni 2020

GECORO: advies

30 juni 2020

Beslissing MER

13 juli 2020

Collegebeslissing: voorstel aan gemeenteraad om ontwerp RUP voorlopig vast te stellen

11 september 2020

Gemeenteraad: voorlopige vaststelling ontwerp RUP

28 september 2020

Openbaar onderzoek 

15 oktober 2020 tot en met 13 december 2020

GECORO advies

maart 2021

Gemeenteraad: definitieve vaststelling

mei 2021

Publicatie Belgisch staatsblad

mei 2021

RUP in werking (14 dagen na publicatie)

juni 2021

 Data in vet cursief onder voorbehoud.

Juridische grond

Art.2.2.18 en volgende van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) die de procedure vastleggen voor de opmaak van de gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP). 

Met de goedkeuring van het besluit betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma’s door de Vlaamse regering op 12 oktober 2007, moet de initiatiefnemer van een plan met - mogelijk – aanzienlijke milieueffecten, zoals bijvoorbeeld ruimtelijke uitvoeringsplannen, deze milieueffecten en eventuele alternatieven in kaart brengen.

Aanleiding en context

De stad Antwerpen wil, conform het bestuursakkoord, ten oosten van de site Middenvijver te Antwerpen Linkeroever een nieuwe, kwalitatieve stadscamping realiseren. Een stadscamping met ruimte voor alle vormen van kamperen. Middenvijver is een omvangrijk toegankelijk groengebied van ongeveer 40 ha. De stadscamping krijgt haar locatie in de noordoostelijke hoek van het terrein, op een oppervlakte van ongeveer 5 ha.  

Momenteel zijn er 2 kampeerterreinen op grondgebied van de stad Antwerpen, namelijk Camping De Molen en Kampeerwagenterrein Vogelzang. Beide terreinen zullen op middellange termijn verdwijnen. Ook wil de stad beter tegemoet komen aan de noden van de kampeerder en ruimte maken voor een stadscamping met trekkershutten en ook groepsverblijven, die beschikbaar zijn voor jonge globetrotters. De uitbating van deze camping zal uitbesteed worden aan een private partner.  

Dit plan is in overeenstemming met de goedgekeurde ontwerp inrichtingsvisie voor het gebied Middenvijver en met het strategisch Ruimtelijk Structuurplan Antwerpen (s-RSA). Het stadsbestuur besliste op 5 september 2014 (jaarnummer 9070) tot goedkeuring van de ontwerp inrichtingsvisie Middenvijver. Dit ontwerp ambieert om de open ruimte als bovenlokaal toegankelijk park te bewaren in combinatie met de aanleg van een stadscamping. Voorliggend RUP heeft als doel de stadscamping kwalitatief te realiseren.  

Op 21 juni 2019 (jaarnummer 5063) keurde het college de proces- en startnota van het RUP Stadscamping goed. 

Op 16 september 2019 (jaarnummer 171) verleende de districtsraad Antwerpen advies op de proces- en startnota van het RUP Stadscamping. 

Op 8 mei 2020 (jaarnummer 4132) keurde het college de geactualiseerde procesnota, de scopingnota en het voorontwerp van het RUP Stadscamping goed. 

Op 15 juni 2020 (jaarnummer 89) verleende de districtsraad Antwerpen advies op het voorontwerp van het RUP Stadscamping.

Adviezen

Team Externe Veiligheid Gunstig onder voorwaarden

De conclusies van de nota externe veiligheid, en de vaststellingen door en de daarop gebaseerde beslissing van het Team Externe Veiligheid steunen op begrote toekomstige populaties in de verschillende delen van het plangebied, hierbij onderscheid makend tussen weekdag/weekenddag, overdag/nacht en binnen/buiten. Voor het Team Externe Veiligheid gelden deze aantallen als te hanteren bovengrenzen. Daarom moeten de nota externe veiligheid toegevoegd worden aan de toelichtingsnota bij het RUP en de bovengrenzen van de toekomstig aanwezige populatie op gepaste wijze overgedragen worden naar (de toelichtende kolom bij) de verordenende stedenbouwkundige voorschriften, zodat in de toekomst de voorwaarden voor iedereen duidelijk zijn en blijven.
Het advies van TEV wordt toegevoegd bij de toelichtingsnota van het RUP en de bovengrenzen van de toekomstig aanwezige populatie werden op gepaste wijze overgedragen naar de toelichting bij de verordende stedenbouwkundige voorschriften zodat de voorwaarden voor iedereen duidelijk zijn en blijven.

Provincie Antwerpen – Departement Ruimte, Erfgoed en Mobiliteit Gunstig onder voorwaarden

Doelgroep: Qua doelpubliek wordt gemikt op tijdelijke en permanente kampeerders. De provincie heeft hierbij nog enkele vragen en aanbevelingen, zeker gelet op de sluiting van enkele andere terreinen:

  • De provincie vraagt of er ruimte is voor woonwagenbewoners.
    Het doelpubliek  van de stadscamping is de recreatieve kampeerder. De stad Antwerpen beheert twee residentiële woonwagenterreinen. Deze woonwagenterreinen liggen in Deurne en Wilrijk.
  • De provincie vraagt naar het beleid inzake verblijfsduur op de stadscamping.
    In de stedenbouwkundige en bestemmingsvoorschriften van het RUP wordt opgenomen dat permanente bewoning niet toegelaten is. De maximale verblijfduur wordt in het kampeerreglement vastgelegd.
  • In het RUP wordt er een mix van verschillende vormen van kamperen (tenten, campers en trekkershutten) voorzien. De provincie vraagt om voldoende ruimte voor alternatieve en innovatieve verblijfsvormen te voorzien, alsook voor het stijgende campergebruik.
    De mogelijkheid om alternatieve en innovatieve vakantieverblijven te voorzien wordt bijkomend opgenomen in de stedenbouwkundige voorschriften. De flexibele invulling van het percentage bebouwing en verharding werd opgenomen om flexibiliteit te bieden voor de verhouding standplaatsen – constructies.
  • Zaken zoals de maximale verblijfsduur en toegankelijkheid dienen gereguleerd te worden als de stadscamping gerealiseerd is en in een kampeerreglement vastgelegd te worden.
    Dit zal worden vastgelegd in het kampeerreglement.

Water: De provincie merkt op dat gezien de hoge infiltratiecapaciteit op deze locatie er maximaal zal moeten ingezet worden op infiltratie. Hemelwater dat afstroomt van aan te leggen verhardingen (vb. parking) moet 100% infiltreren. Volgens de watertoetskaart is de locatie niet aangeduid als overstromingsgevoelig gebied. Op de pluviale overstromingskaarten van VMM is wel te zien dat bepaalde delen van het terrein en een aantal aanpalende straten problemen kennen (zelfs vanaf een T10 bui). Hoewel deze overstromingskaarten (nog) geen juridische waarde hebben, is het aangewezen om hier rekening mee te houden.
In de voorschriften van het RUP werd opgenomen dat alle verharding waterdoorlatend aangelegd moet worden. 

Fiets: De provincie merkt op dat er momenteel niet verwezen wordt naar een effectieve aanknoping op het fietsknooppuntennetwerk. Nochtans wordt deze locatie wel in het toeristisch fietsactieplan van de stad Antwerpen aangehaald.
Er werd een verwijzing naar de aanknoping op het fietsknooppuntennetwerk toegevoegd in de toelichtingsnota. 

Departement Omgeving – afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en -Projecten Gunstig onder voorwaarden

Principieel heeft het departement geen bezwaar tegen een stadscamping op deze locatie, mits bij de inrichting onmiddellijk voldoende groenbuffering wordt aangelegd t.o.v. de aanpalende woonpercelen en het overige gebied Middenvijver.
De groenbuffer met een diepte van 15m ten opzichte van het woongebied en 10m ten opzichte van het gebied Middenvijver wordt opgenomen als een volwaardige bestemmingszone.

Het departement vraagt wel om in de toelichtingsnota de planopties van het RUP Stadscamping concreter te kaderen binnen de planopties voor het ruimere gebied Middenvijver. Het Masterplan Middenvijver met de globalere visie van het gebied wordt eerder summier aangehaald in de toelichtingsnota. Het departement vraagt om hier dieper op in te gaan.
De inrichtingsvisie voor de stadscamping is de basis voor de opmaak van voorliggend RUP. De inhoudelijke omschrijving van de inrichtingsvisie Middenvijver wordt toegelicht in hoofdstuk 2 ‘ontwikkelingsvisie’.

Het departement vraagt naar de stand van zaken van het RUP Middenvijver en de relatie met het RUP Stadscamping (eventuele relatie stadscamping met evenementenweide).
Het RUP Middenvijver werd tijdelijk gestopt. De stadscamping staat los van de evenementenweide op Middenvijver.

Sport Vlaanderen Gunstig advies

Het is belangrijk dat er in de nabijheid van de woonkern voldoende ruimte is voor enerzijds de georganiseerde sporter (de sportclub) als voor de anders- of niet georganiseerde sporter of recreant (wandelen, fietsen, joggen, spelen,… ). Het plangebied is goed gelegen t.o.v. de woonkern. Het RUP voorziet in een “zone voor recreatie”, bestemd voor activiteiten o.a. gericht op sport, spel, en recreatie. Het is ons niet duidelijk in welke mate deze accommodaties ook toegankelijk zullen zijn voor buurtbewoners. Dit kan nl. een meerwaarde zijn voor mensen uit de woonkern.
In de stedenbouwkundige voorschriften wordt de realisatie van één voorzieningengebouw voor parkbezoekers en verblijfsrecreanten voorzien. Het al dan niet ter beschikking stellen van de accommodaties en de voorwaarden worden vastgelegd in het kampeerreglement.

Districtsraad Antwerpen Gunstig onder voorwaarden

Het parkeerterrein wordt met waterdoorlatend materiaal aangelegd.
Binnen de zone voor recreatie moet ter hoogte van de toegang via de Willem Gijsselsstraat een centrale parking worden aangelegd voor de opvang van de parkeerbehoefte. Het materiaalgebruik van de paden, terrassen en parkeerplaatsen moet duurzaam zijn. De verharding moet waterdoorlatend zijn.

Agentschap Wonen Vlaanderen Geen advies ontvangen

Sinds 1 januari 2020 verleent Wonen-Vlaanderen geen adviezen meer bij ruimtelijke uitvoeringsplannen, MER-screenings en omgevingsvergunningen.

GECORO Advies uitgebracht

Groene inbedding van de stadscamping

  • Inzetten op een kwalitatief ontwerp voor de groene buffer.
    In de inrichtingsvisie Middenvijver werd op de snede een wal met een hoogte van 2m voorzien, dit werd aangepast in de voorschriften. De voorschriften werden aangevuld met: “zodat de buffer visueel een volledige afscherming vormt gedurende het hele jaar.”
  • Doorsteekpaden doorheen de buffer naar omliggende paden naar het natuurgebied Het Rot en de Middenvijver zijn niet wenselijk.
    Deze bepaling werd geschrapt.

Groene bufferzone (Gr1)

  • In de voorschriften ‘aanleggen’ verduidelijken of veranderen in ‘aanplanten’.
    Het woord aanplanten werd gebruikt.

Zone voor wonen (Wo)

  • In de voorschriften Wo concretiseren in functie van de gewenste ordening en inrichting van deze strook.
    Er werden geen bijkomende inrichtingsvoorschriften voor deze zone opgenomen. De zone is al in belangrijke mate bebouwd. De bestaande bebouwing wordt ruimtelijk niet als problematisch aanzien. De beoordeling van de plaatselijke ‘goede ruimtelijke ordening’ zal per ontwikkelingsvoorstel beoordeeld worden binnen het vergunningenbeleid. 

Compenseren van te rooien bomen

  • Juridisch nagaan of dit op de Middenvijver kan.
    Het rooien van bomen wordt niet vooropgesteld. Er werd een zin toegevoegd die het behoud van het groene karakter duidt. Voor de compensatie bij ontbossing is het Bosdecreet van toepassing. De VCRO bepaalt dat ontbossing vergunningsplichtig is. Dit wordt op vergunningsniveau behandeld.

Uitvoeren van de werken

  • In de voorschriften opnemen dat er geen werken mogen uitgevoerd worden tijdens het broedseizoen 1 maart-1 juli.
    Het natuurdecreet is van toepassing op elke stedenbouwkundige aanvraag. Dit wordt op vergunningsniveau behandeld.

Inrichtingsvisie

  • De inrichtingsvisie is onvoldoende uitgewerkt om kwaliteit te garanderen.
    • de concessieovereenkomst is een belangrijk instrument om de beeldkwaliteit af te dwingen
      Deze opmerking zal meegenomen worden bij de opmaak van de concessieovereenkomst. Het RUP kan hier geen uitspraak over doen.
    • alsook het door de stad zelf aanstellen van een landschapsontwerper en zelf aanleggen van de groene buffer
      Deze opmerking zal meegenomen worden bij de opmaak van de concessieovereenkomst. Het RUP kan hier geen uitspraak over doen.

Inrichting

  • Max. 30% bebouwde/recreatie waarvan 10% bebouwd duidelijker definiëren.
    De formulering werd aangepast. Het behoud van een flexibele invulling van het percentage constructies en verharding wordt vooropgesteld om zo de nodige flexibiliteit te bieden naar het aandeel vaste kampeervormen en standplaatsen.
  • Het gebruik van duurzame materialen kwalitatief omschrijven en duurzaamheid meetbaar maken.
    Er werd een definitie “duurzaam (bouwen)” toegevoegd.

Fasering

  • De voorgestelde fasering moet duidelijker omschreven worden en juridisch afdwingbaar zijn.
    Het voorschrift werd onderzocht.
  • Het gebruik van duurzame materialen kwalitatief omschrijven en duurzaamheid meetbaar maken.
    Er werd een definitie “duurzaam (bouwen)” toegevoegd.

Bestaande toestand

  • Het actualiseren van de bestaande toestand van de gebouwen in de strook met bestemming wonen.
    Zoals decretaal bepaald werd de meest actuele GRB laag gebruikt voor de opmaak van het grafisch plan. De GRB-anomalie werd gemeld op 11 januari 2017. 

Daarnaast wenst de GECORO volgende bekommernissen over te maken aan de stadsdiensten en het stadsbestuur:

  • Permanente bewoning op de camping moet vermeden worden.
    Het realiseren van permanente bewoning wordt niet voorzien in de bestemmingsvoorschriften. Er werd een bijkomende clausule toegevoegd bij elke definitie die duidt op een vaste constructie.
  • De samenhang van het RUP met zijn omgeving, Middenvijver en in het bijzondere het vermijden van extra druk op het Rot.
    De mogelijke effecten die het plan of programma kan hebben op de omgeving voor mens en milieu, ten opzichte van de bestaande situatie, werden in kaart gebracht. Er zijn geen aanzienlijke effecten te verwachten. De beslissing van het Team MER bevestigde op 13 juli 2020 dat er geen plan-MER opgesteld moet worden.
  • Het ontbreken van een verwijzing naar de historische (ernstige) bodem- en grondwaterverontreiniging met o.a. PFOS (3M).
    Dit wordt op vergunningsniveau behandeld.

Beleidsdoelstellingen

5 - Woonstad
2WNS03 - Ruimtelijke ordening
2WNS0302 - Plannen
2WNS030202 - Ruimtelijke uitvoeringsplannen
2WNS030202PA5834 - RUP Stadscamping

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen legt het volgende voor aan de gemeenteraad:

Artikel 1

De gemeenteraad stelt het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) 'Stadscamping', district Antwerpen, voorlopig vast. 

Dit RUP, met Algplan_ID 11002_214_10033_00001, bestaat uit een toelichtingsnota, de stedenbouwkundige voorschriften, een grafisch plan, en een plan van de bestaande toestand.

Artikel 2

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.

Bijlagen

  • RUP_11002_214_10033_GP_PV.pdf
  • RUP_11002_214_10033_RPC_VV.pdf
  • RUP_11002_214_10033_TNK_VV.pdf
  • RUP_11002_214_10033_TN_VV_bijlage4_beslissing_dienst_mer.pdf
  • RUP_11002_214_10033_TN_VV_bijlage5_advies_TEV.pdf
  • RUP_11002_214_10033_PN_VV_g_fase ontwerp.pdf
  • RUP_11002_214_10033_PN_VV_Bijlage1_verslag_participatiemoment.pdf
  • RUP_11002_214_10033_PN_VV_Bijlage2_adviezen.pdf
  • RUP_11002_214_10033_PN_VV_Bijlage3_advies_TEV.pdf
  • RUP_11002_214_10033_TN_VV_c.pdf
  • RUP_11002_214_10033_SV_VV_c.pdf