Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2021144659 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer Eric De Clerck met als adres Molenbaan 100 te 2920 Kalmthout |
Ligging van het project: | Kreeftstraat 12 2018 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 6 sectie F nrs. 0 en 1284G11 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | regularisatie van voorgevelwijzigingen aan een meergezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 04/10/2019: vergunning (20192319) voor het verbouwen en uitbreiden van een meergezinswoning met 2 woonentiteiten.
Vergunde/vergund geachte toestand
- functie: meergezinswoning met 2 wooneenheden;
- bouwvolume:
- voorgevelafwerking:
Huidige toestand
In overeenstemming met de laatst vergunde toestand met uitzondering van:
- voorgevelafwerking:
Gewenste toestand
- overeenkomstig vergunde toestand met uitzondering van:
- gevelafwerking:
Inhoud van de aanvraag
- wijzigen van de gevel.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg | 13 oktober 2021 | 16 november 2021 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen). In gebieden en plaatsen van culturele, historische en/of esthetische waarde wordt de wijziging van de bestaande toestand onderworpen aan bijzondere voorwaarden, gegrond op de wenselijkheid van het behoud, (Artikel 6 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:
door het vervangen van de dakkapel in de achtergevel door een dakvlakvenster ontvangt de slaapkamer op de 3de verdieping onvoldoende licht en lucht.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Het verbouwen van de bestaande meergezinswoning (twee wooneenheden) is in overeenstemming met de bestemming van het perceel en de woonfuncties op de omliggende percelen.
Cultuurhistorische aspecten en visueel-vormelijke elementen
In de laatst vergunde toestand werd het zadeldak voorzien van twee dakkapellen, 1 in de voorgevel en 1 in de achtergevel. Als voorwaarde werd toen opgelegd om de dakkapel in de voorgevel te vervangen door 2 kleinere dakkappellen. Deze dakkapellen dienden uitgelijnd te worden op de onderliggende vensteropeningen en voorzien te worden van dezelfde kroonlijsthoogte als de dakkapel van de rechter buurman.
Voorliggende aanvraag wenst deze voorwaarde te wijzigen en het dak te voorzien van dakvlakramen in plaats van dakkappelen. Deze wijziging wordt gunstig geadviseerd door de stedelijke dienst Monumentenzorg. Dit advies wordt gevolgd.
Het buitenschrijnwerk van de voorgevel wordt aangeduid door ‘h3’. In de legende is ‘h3’ niet terug te vinden. Volgens de voorgaande vergunning werd het buitenschrijnwerk van de voorgevel voorzien in natuurkleurig hout. Dit werd toen goedgekeurd en aanvaard. Bijgevolg wordt opgelegd in voorliggende aanvraag om het buitenschrijnwerk te voorzien in hout met natuurkleur.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Het bouwvolume wijzigt beperkt: de dakkappellen worden vervangen door dakvlakramen. Dit is aanvaardbaar inzake schaal en ruimtegebruik.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Door een dakvlakvenster te voorzien in plaats van een dakkapel ontvangt de slaapkamer op de 3de verdieping onvoldoende daglicht. De lichtdoorlatende oppervlakte is slechts 1,21 m² en dit is te klein voor een slaapkamer die ca 16 m² groot is (artikel 24 van de bouwcode). Indien men de lichtdoorlatende oppervlakte zou berekenen die zich tussen de 1 en 2 m bevindt, is deze oppervlakte nog kleiner. Echter zou het voldoen aan de 1-2m regel (artikel 24 van de bouwcode) betekenen dat de kroonlijst doorbroken dient te worden. Dit is niet wenselijk waardoor een afwijking op dit artikel gemotiveerd kan worden. De lichtdoorlatende oppervlakte dient wel voldoende groot te zijn. Daarom wordt opgelegd om één of meerdere dakvlakvensters te voorzien met een totale lichtdoorlatende oppervlakte van minstens 1,6 m².
Op de plannen van de bestaande en nieuwe toestand staat een brandladder ingetekend (die werd opgelegd in de voorgaande vergunning door de brandweer). Deze brandladder is echter niet aanwezig op de ingediende foto’s van de achtergevel. Bijgevolg wordt opgelegd om de brandladder zoals ingetekend te voorzien in de achtergevel en conform de voorwaarden van de voorgaande vergunning.
De aanvraag voldoet verder aan de opgelegde voorwaarden in de voorgaande vergunning (20192319).
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. één of meerdere dakvlakvensters te voorzien in slaapkamer 3 op de 3de verdieping met een totale lichtdoorlatende oppervlakte van minstens 1,6 m², conform artikel 24 van de bouwcode;
2. het buitenschrijnwerk in de voorgevel voorzien van hout in natuurkleur, zoals in de voorgaande vergunning (20192319);
3. de brandladder aan de achtergevel plaatsen conform de voorwaarden van de brandweer in de voorgaande vergunning (20192319);
4. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 16 september 2021 |
Volledig en ontvankelijk | 13 oktober 2021 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 12 december 2021 |
Verslag GOA | 26 november 2021 |
naam GOA | Katrijn Apostel |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.