Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2020138839 |
Gegevens van de aanvrager: | mevrouw Mieke Belmans met als adres Herderinstraat 24 te 2060 Antwerpen |
Ligging van het project: | Herderinstraat 26 te 2060 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: | afdeling 5 sectie E nrs. 448K8 en 448N8 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | samenvoegen van 2 rijwoningen |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- Huisnummer 24: 03/07/2007: vergunning (3152#1351) voor het verbouwen van een woning en het uitbreiden van de eerste verdieping;
- Huisnummer 26: 02/10/1936: vergunning (18#6147) voor het uitbreiden van de eerste verdieping van een woning.
Vergunde toestand/Geacht vergunde toestand
- Huisnummer 24:
- Huisnummer 26:
Huidige toestand
- Huisnummer 24:
- Huisnummer 26:
Gewenste toestand
- Huisnummer 24 en 26
Inhoud van de aanvraag
- Samenvoegen van 2 eengezinswoningen tot één eengezinswoning;
- Huisnummer 24:
- Huisnummer 26:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam | 3 november 2020 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg | 3 november 2020 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP 2060, goedgekeurd op 20 december 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 1 zone voor wonen - (wo).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen wordt betrokken bij de beoordeling van de verenigbaarheid van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Voorliggende aanvraag omvat het samenvoegen van twee aan elkaar grenzende eengezinswoningen tot één eengezinswoning. De nieuwe eengezinswoning is in overeenstemming met de kenmerkende woonfuncties in de Herderinstraat.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De gelijkvloerse bouwdiepte van de nieuwe eengezinswoning is in overeenstemming met de kenmerkende bouwdiepten in de omgeving. Door de afbraak van de uitbouw op de eerste verdieping van de woning met huisnummer 26, worden het volume teruggebracht tot de kenmerkende bouwdiepten en volumes van de arbeiderswoningen in de omgeving.
De nagenoeg volledig verharde tuin van de bestaande woning met huisnummer 26 wordt uitgebroken en de vrijgekomen oppervlakte wordt toegevoegd aan de tuin van de woning met huisnummer 24. De totale tuinoppervlakte zal na het samenvoegen van de twee woningen circa 89m² bedragen met een nieuw houten terras van circa 26m².
Visueel-vormelijke elementen - Cultuurhistorische aspecten
Beide in spiegelbeeld gebouwde arbeiderswoningen, te dateren circa 1885, zijn vastgesteld als bouwkundig erfgoed. De aanvraag beoogt bij de samenvoeging van de twee aan elkaar grenzende woningen, de twee individuele gevels te behouden. De samengevoegde eengezinswoning blijft zo passend in de reeks van gespiegelde arbeiderswoningen in de straat.
De aanvraag voorziet in het wit schilderen van de gevelbepleistering van woning met huisnummer 26 en het vervangen van het buitenschrijnwerk door houten grijsgroen geschilderd schrijnwerk. Het veranderen van buitenschrijnwerk verstoort de historische beeldwaarde van de gevels niet.
De arduinen plint en de vensterbank werden zonder vergunning wit geschilderd. Het verwijderen deze verf is positief.
Verder betreft de aanvraag een regularisatie van de raam- en deuropening die niet werden uitgevoerd volgens de laatste vergunning. Deze gevelopeningen worden positief beoordeeld gezien de afmetingen terug gebracht zijn tot de originele afmetingen van de gespiegelde arbeiderswoning.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Voorliggende aanvraag wenst gemotiveerd af te wijken van artikel 21 (Minimale hoogte van ruimten) van de bouwcode. De kamers in de daklaag hebben een binnenhoogte van slechts 2,45 meter, hetgeen lager is dan 2,60 meter, de minimale hoogte van binnenruimten die is voorgeschreven door de bouwcode. De aanvrager motiveert dat de minimale hoogte van 2,60 meter niet gehaald kan worden door voorwaarden met betrekking tot de EPB-regelgeving en het voorkomen van brandoverslag. Gezien de opname van het pand in de inventaris van onroerend erfgoed, wordt met toepassing van artikel 3 van de bouwcode een afwijking gevraagd van de minimale interne hoogte op de verdieping. Er wordt aangehaald dat er voldoende lichtinval aanwezig is door de raampartijen en koepels en gezien op de verdieping enkel de slaapkamers en badkamer zijn ondergebracht heeft deze lagere interne hoogte geen negatieve impact op het gebruiksgenot van de woning. Deze gemotiveerde redenering wordt gevolgd en er wordt, in navolging van artikel 3 (Afwijkingsmogelijkheid) van de bouwcode, een afwijking toegestaan op artikel 21.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing gezien de aanvraag het samenvoegen van twee eengezinswoningen tot één ruimere eengezinswoning betreft. De aanvraag houdt geen vermeerdering van het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande en vergunde of vergund geachte situatie in.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 18 oktober 2020 |
Volledig en ontvankelijk | 3 november 2020 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 2 januari 2021 |
Verslag GOA | 14 december 2020 |
naam GOA | Wim Van Roosendael |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.