Terug
Gepubliceerd op 07/02/2022

2022_CBS_00823 - Omgevingsvergunning - OMV_2021115965. Noordersingel 3. District Borgerhout - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 04/02/2022 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Bart De Wever, burgemeester; Annick De Ridder, schepen; Peter Wouters, schepen; Glenn Verspeet, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur
2022_CBS_00823 - Omgevingsvergunning - OMV_2021115965. Noordersingel 3. District Borgerhout - Goedkeuring 2022_CBS_00823 - Omgevingsvergunning - OMV_2021115965. Noordersingel 3. District Borgerhout - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2021115965

Gegevens van de aanvrager:

zie exploitant

Gegevens van de exploitant:

Stad Antwerpen (0207500123) met als contactadres Grote Markt 1 te 2018 Antwerpen

Ligging van het project:

Noordersingel 3 te 2140 Borgerhout (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 25 sectie A nr. 56V9

waarvan:

 

-          20210706-0051

afdeling 25 sectie A nr. 56V9 (Recyclagepark Borgerhout)

Vergunningsplichten:

Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

de actualisatie van de vergunning van recyclagepark Borgerhout en een bijstelling

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Voorgeschiedenis

De stad Antwerpen beschikt sinds 16 maart 2017 over een milieuvergunning van onbepaalde duur (MLAV1/2016-0375) voor de exploitatie van het containerpark van Borgerhout.

 

Inhoud van de aanvraag

De aanvraag omvat de actualisatie van de milieuvergunning voor een bestaand recyclagepark te Borgerhout. Het betreft dus een verandering. Tevens wordt een afwijking gevraagd voor het verplicht aanleggen van een meetgoot.

 

Aangevraagde rubrieken

 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

2.2.1.b)

opslag en sortering van selectief ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen en met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen, met inbegrip van gevaarlijk afval (recyclagepark);

1 recyclagepark

2.2.2.f)1°

opslag en mechanische behandeling van niet-gevaarlijke afvalstoffen van maximaal 100 ton;

8,00 ton

3.4.2°

het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater;

+67,65 m³/uur

 

Aangevraagde bijstelling bijzondere milieuvoorwaarden in afwijking van algemene of sectorale voorwaarden

1.

Bij te stellen voorwaarde:

Artikel 4.2.5.1.1§1 van Vlarem II tot het verplicht aanleggen van een meetgoot bij een uurdebiet > 2 m³/u bedrijfsafvalwater

 

Voorgesteld alternatief/aanvulling:

Een controle-inrichting na de koolwaterstofafscheider is aanwezig. Deze bestaat uit een goed bereikbare controleput waar het geloosd bedrijfsafvalwater kan worden gecontroleerd. Het water wordt reeds gemonitord.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij

29 september 2021

10 november 2021

Voorwaardelijk gunstig

Vlaamse Milieumaatschappij/ Advies Vergunning Afvalwater en Lucht

29 september 2021

18 november 2021

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Stedenbouw

29 september 2021

6 oktober 2021

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Oosterweelverbinding-Wijziging, goedgekeurd op 20 maart 2015. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: gebied voor wegeninfrastructuur.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor gemeenschapsuitrusting en openbare nutsvoorziening. Onder gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen dient te worden begrepen voorzieningen die gericht zijn op de bevordering van het algemeen belang en die ten dienste van de gemeenschap worden gesteld. De idee van dienstverlening (verzorgende sector) aan de gemeenschap is derhalve rechtstreeks aanwezig. Artikel 4.4.8.van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening schrijft voor dat in gebieden die op de gewestplannen zijn aangewezen als gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen, handelingen van algemeen belang en de daarmee verbonden activiteiten te allen tijde kunnen worden toegelaten, ongeacht het publiek of privaatrechtelijk statuut van de aanvrager of het al dan niet aanwezig zijn van enig winstoogmerk. Als gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen kunnen eveneens worden beschouwd een school, een voor het publiek toegankelijke toegangsweg tot een vergund gebouwencomplex in een gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen en neveninrichtingen naast een autosnelweg. Alhoewel in een gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen in principe geen gebouwen met een woonfunctie zijn toegelaten, heeft de Raad van State bovendien niettemin geoordeeld dat service-flats voor bejaarden kunnen worden vergund in dergelijk gebied. Ook een nomadenkamp werd door de Raad van State beschouwd als een gemeenschapsvoorziening en openbare nutsvoorziening, (Artikel 17 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA nr. 43 Noordersingel, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 3 augustus 1998. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: groenzone en bedrijvigheidszone.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Bijzondere plannen van aanleg (BPA's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

De aanvraag omvat geen vergunningsplichtige stedenbouwkundige handelingen. Het bestaande vergunde recyclagepark wordt gesitueerd in een zone voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut en is bijgevolg functioneel verenigbaar met de omgeving.

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

Op het recyclagepark worden huishoudelijke afvalstoffen en met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen van inwoners van de stad Antwerpen aanvaard. Meestal gaat het om fracties en/of hoeveelheden die niet met de wekelijkse huisvuilophaalrondes kunnen worden opgehaald. 

Ten opzichte van de in 2017 vergunde situatie worden volgende wijzigingen gevraagd:

  • actualisatie van het lozingsdebiet bedrijfsafvalwater naar aanleiding van de nieuwe neerslagdebieten van VMM;
  • actualisatie van de bestaande afvalstromen, hoeveelheden en inhouden;
  • een uitbreiding van de stroom afvalstoffen met de fractie “oude matrassen”.

 

Meer in detail omvat de aanvraag  een actualisatie van:

  • het aantal inzamelrecipiënten voor de fracties wit en gekleurd glas, PMD, brandbaar en niet brandbaar grofvuil, autobanden, snoeihout, gazonmaaisel, tuinafval, frituur- en afvalolie, vlak glas en harde kunststoffen;
  • het volume van de inzamelcontainer voor auto-accu’s, tl-lampen, asbest en batterijen (kleine en middelgrote);
  • het type inzamelrecipiënt voor piepschuim en AEEA;
  • Daarnaast wordt ook de nieuwe afvalfractie “oude matrassen” ingezameld in een container van 35 m³.
  • Voor het persen van 8 ton grofvuil in een pers met een vermogen van 11 kW wordt de bijkomende rubriek 2.2.2.f)1° aangevraagd. Dit gebeurde op vraag van OVAM. In de basisvergunning met referentie MLAV1/2016-0375 werd deze activiteit vergund onder rubriek 2.2.1.b.

 

KGA, frituur- en motorolie worden steeds op aanwijzing achtergelaten en verder gesorteerd door één van de parkbeheerders. Deze afvalstoffen worden in een opslaglokaal (KGA-kluis) en/of in vloeistofdichte recipiënten onder een luifel gestockeerd. Om bodemverontreiniging te voorkomen is de houder voor motorolie uitgerust met een niveaumeting en is deze geplaatst in een oliebestendige inkuiping. Ook voor de opslag van frituuroliën en -vetten gelden dezelfde maatregelen.

 

De container van 10 m³ voor de inzameling van asbest wordt vervangen door een container van 20 m³. Gebonden asbest mag enkel ingepakt in plastiek aangevoerd worden door de bezoekers en moet in de daartoe voorziene container worden gelegd, niet gegooid. De asbestcontainer is afgedekt met plastiek en staat afzonderlijk op het terrein opgesteld. Er worden driemaandelijks asbestmetingen georganiseerd. Om veelvuldig openen en sluiten van de container te voorkomen (en dus extra stofvorming) wordt de container tijdens de openingsuren opengelaten. Buiten de openingsuren wordt hij steeds afgedekt.

 

Met “gebonden asbest” wordt “hecht gebonden” asbestafval (asbestcement) bedoeld. Dit moet gescheiden van andere afvalstoffen aangeleverd worden. Het aanvaarden en het omgaan met asbestcement dient in overeenstemming te zijn met de omzendbrief van 18 december 2020 (2020/02020/1) betreffende de wijziging en actualisatie van de omzendbrief van 27 augustus 2008 over inzameling van asbestcement op de recyclageparken in het Vlaams Gewest.

 

De AEEA wordt ingezameld in 8 houten palletboxen in plaats van in 2 Recupelhuisjes. AEEA is gevaarlijk afval als het gevaarlijke onderdelen en/of mengsels bevat zoals koelgassen, batterijen, PCB houdende condensatoren, onderdelen die kwik bevatten, enzovoort. De ingezamelde AEEA moeten apart van de andere afvalstoffen opgeslagen worden. De ingezamelde AEEA worden op een milieuverantwoorde wijze opgeslagen, rekening houdend met de volgende technische voorschriften (conform artikel 5.2.5.2 van VLAREMA):

  • op een ondoorlatende ondergrond van geschikte terreinen met opvangvoorzieningen voor lekolie en indien nodig olie- en vuilafscheiders;
  • voorzien van een weerbestendige afdekking van geschikte terreinen;
  • koel- en vriestoestellen worden droog en zodanig geplaatst dat het koelcircuit niet kan beschadigd worden;
  • beeldschermen worden in intacte toestand opgeslagen;
  • gescheiden van gedemonteerde reserveonderdelen of herbruikbare toestellen.

 

Voor de inzameling van snoeihout, gazonmaaisel, tuinafval wordt een extra container van 35 m³ voorzien.

 

Alle selectief ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen komen in specifiek aangepaste recipiënten terecht. Er is geen opslag rechtstreeks op de grond. Alle containers en andere recipiënten staan op een vloeistofdichte verharding aangesloten op een vetvanger en olie-afscheider.

 

De exploitant wenst onder rubriek 2.2.1.b in de toekomst volgende afvalstoffen selectief in te zamelen:

 

Containerpark Borgerhout – OMV_2021115965 – 2021/3632

Afvalfractie

Vergund

Gewenst

glas

4 x 3 m³

2 x 3 m³

ferro- en non ferro metalen

35 m³

35 m³

grof vuil

30 m³

30 m³

houtafval

2 x 30 m³

2 x 30 m³

PMD

5 x 1,1 m³

3 x 1,1 m³

puin- en sloopafval

2 x 10 m³

2 x 10 m³

papier

2 x 40 m³

2 x 40 m³

textiel

5 x 0,66 m³

5 x 0,66 m³

brandbaar grof vuil

2 x 30 m³

3 x 30 m³

niet brandbaar grof vuil

30 m³

2 x 30 m³

autobanden

3 x 2 m³

5 x 2 m³

auto-accu’s

6 x 650 liter

1 x 600 liter

TL lampen

1 x 1.000 stuks

2 x 800 stuks

klein gevaarlijk afval (ASP-containers)

30 x 800 liter

30 x 800 liter

klein gevaarlijk afval (chemokluis)

18 m³

18 m³

snoeihout, gazonmaaisel en tuinafval

40 m³

75 m³

frituurolie

2 x 650 liter

4 x 650 liter

afvalolie

1.000 liter

500 liter

asbest

10 m³

20 m³

batterijen (kleine en middelgrote)

1 m³

660 liter

AEEA

2 x 12 m³

8 palletboxen

kringloopgoederen

1 garage

1 garage

piepschuim

20 m³

kunststof zakken

vlak glas

10 m³

2 x 1 m³

harde kunststoffen

20 m³

30 m³

reservecontainers

3 x 10 m³

3 x 10 m³

oude matrassen

 

35 m³

 

Deze wijziging van de afvalfracties zal (de bronnen van) de risico’s en potentiële hinder van het recyclagepark niet wijzigen, evenmin als de bedrijfsvoering. Er zijn geen klachten over het park gekend bij de toezichthoudende diensten van de stad Antwerpen. OVAM geeft een gunstig  advies voor wat de aanpassing van de rubriek 2.2.1.b betreft.

 

Artikel 4.2.5.1.1§1 van VLAREM II stelt dat bedrijfsafvalwater van inrichtingen die een maximum hoeveelheid bedrijfsafvalwater van meer dan 2 m³ per dag of 50 m³ per maand of 500 m³ per jaar lozen, moet worden geloosd via een controle-inrichting die alle waarborgen biedt om de kwaliteit van het werkelijk geloosde afvalwater te controleren en die inzonderheid toelaat gemakkelijk monsters van het geloosde water te nemen. Voor debieten groter dan 2 m³/uur of groter dan 20 m³/dag gaat de voorkeur uit naar de plaatsing van een meetgoot.

Bij de berekening van het uurdebiet is rekening gehouden met piekdebieten bij hevige regenbuien. Daar deze hevige regenbuien slechts in beperkte mate voorkomen, vindt de uitbater de plaatsing van een meetgoot een overdreven maatregel. Een controle-inrichting na de koolwaterstofafscheider is aanwezig. Deze bestaat uit een goed bereikbare controleput waar het geloosd bedrijfsafvalwater kan worden gecontroleerd. Het afvalwater wordt reeds gemonitord. VMM geeft gunstig advies voor de bijstelling van deze sectorale voorwaarde. De exploitant hoeft geen meetgoot te plaatsen.

De vloer van het recyclagepark is uitgerust met een betonverharding die afwatert naar de openbare riolering. Voor het lozen van bedrijfsafvalwater wordt een maximaal debiet van 3.300 m³/jaar gevraagd. De verhoging van het debiet voor het lozen van bedrijfsafvalwater (3.300 m³/jaar nu tegenover 3.105,6 m³/jaar in 2017) heeft te maken met de redenering dat hemelwater dat op de verharding terecht komt, mogelijks verontreinigd is en dus als bedrijfsafvalwater aanzien moet worden. Er zijn geen fysieke ingrepen gebeurd. Door de KWS-afscheider is reeds een buffervolume gecreëerd. Dit zal zorgen voor een vertraagde lozing van het afstromend hemelwater zodat de openbare riolering ontlast wordt. Na de KWS-afscheider komt het water terecht in een infiltratiezone. Deze is aangesloten op de riolering.

OVAM geeft een gunstig advies voor deze omgevingsvergunningsaanvraag en geeft onderstaande aandachtspunten mee:

 

  • Het aanvaarden en het omgaan met asbestcement dient in overeenstemming te zijn met de omzendbrief van 18 december 2020.
  • De ingezamelde AEEA moet op een milieuverantwoorde wijze opgeslagen worden conform artikel 5.2.5.2 van VLAREMA.
  • De inzamel- en verwerkingspercentages voor de ingezamelde AEEA dienen overeenkomstig artikel 5.2.5.4 van het VLAREMA steeds jaarlijks te worden gerapporteerd via het beheersorganisme. De gegevens die de exploitant via het beheersorganisme verstrekt, dienen eveneens overeenkomstig artikel 5.2.5.4 van het VLAREMA te worden gevalideerd door een onafhankelijke keuringsinstelling geaccrediteerd volgens ISO17020.
  • De opslagtermijn voor fijn tuinafval mag maximum 1 week in de periode april-oktober en 1 maand in de periode november-maart bedragen, voor het grovere tuinafval zoals snoeihout is de termijn beperkt tot 2 maanden.

 

 

In de basisvergunning met referentie MLAV1/2016-0375 werden reeds volgende bijstellingen op de sectorale voorwaarden van Vlarem II vergund:

 

  • In afwijking van artikel 5.2.1.2§3 van Vlarem II mogen er op woensdagen (vanaf 1 maart tot 1 oktober) tot 20.00 uur (in plaats van tot 19.00 uur) afvalstoffen aangevoerd worden.
  • In afwijking van artikel 5.2.1.5§2 van Vlarem II mag de bestaande gemeenschappelijke omheining met het RWZI Deurne (aan de noordzijde) een hoogte hebben van 180 centimeter (in plaats van 200 centimeter).
  • Onverminderd de bepalingen in de stedenbouwkundige vergunning dient er, in afwijking van artikel 5.2.1.5§5 van Vlarem II, geen 5 meter breed groenscherm voorzien te worden rond de inrichting. De omheining aan de oost-, zuid- en westzijde dient voorzien te zijn van klimop.

 

Deze reeds vergunde afwijkingen van de sectorale voorwaarden, blijven behouden.

 

Advies aan het college

 

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Mits voldaan wordt aan de algemene, sectorale en bijzondere  vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de VLAREM wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt voorwaardelijk positief advies gegeven de vergunning aan te passen.

 

Geadviseerde rubrieken

 

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

2.2.1.b)

opslag en sortering van selectief ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen en met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen, met inbegrip van gevaarlijk afval (recyclagepark);

1 recyclagepark

2.2.2.f)1°

opslag en mechanische behandeling van niet-gevaarlijke afvalstoffen van maximaal 100 ton;

8,00 ton

3.4.2°

het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater;

+67,65 m³/uur

 

Gecoördineerde rubrieken

 

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

2.2.1.b)

opslag en sortering van selectief ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen en met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen, met inbegrip van gevaarlijk afval (recyclagepark);

1 recyclagepark

2.2.2.f)1°

opslag en mechanische behandeling van niet-gevaarlijke afvalstoffen van maximaal 100 ton;

8,00 ton

3.4.2°

het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater;

68,00 m³/uur

 

Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden

1.

In afwijking van artikel 4.2.5.1.1§1 van Vlarem II dient geen meetgoot geplaatst te worden
De controle-inrichting bestaat uit een goed bereikbare controleput waar het geloosde bedrijfsafvalwater kan worden gecontroleerd.

2.

De exploitant volgt de aanbevelingen van OVAM op en implementeert deze in de bedrijfsvoering.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

6 september 2021

Volledig en ontvankelijk

29 september 2021

Start 1e openbaar onderzoek

8 oktober 2021

Einde 1e openbaar onderzoek

6 november 2021

Beslissing aanvaarding wijzigingsaanvraag

16 november 2021

Start laatste openbaar onderzoek

9 december 2021

Einde laatste openbaar onderzoek

7 januari 2022

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

13 maart 2022

Verslag GOA

28 januari 2022

naam GOA

Bieke Geypens


Wijzigingsverzoeken

De aanvrager heeft een of meerdere verzoeken ingediend om zijn oorspronkelijke dossier te wijzigen.

Minstens een van die verzoeken werd aanvaard, waardoor de aanvaarde wijzigingen mee beoordeeld worden.

De aanvaarde wijzigingen zijn zodanig dat er een nieuw openbaar onderzoek werd gehouden en eventuele adviezen opnieuw werden gevraagd.

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

8 oktober 2021

6 november 2021

0

0

0

0

9 december 2021

7 januari 2022

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Bijzondere milieuvoorwaarden

1.

In afwijking van artikel 4.2.5.1.1§1 van Vlarem II dient geen meetgoot geplaatst te worden
De controle-inrichting bestaat uit een goed bereikbare controleput waar het geloosde bedrijfsafvalwater kan worden gecontroleerd.

2.

De exploitant volgt de aanbevelingen van OVAM op en implementeert deze in de bedrijfsvoering.

 

Brandweervoorwaarden

de standaardbrandweervoorwaarden die aan deze vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

Artikel 3

De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):

 

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

2.2.1.b)

opslag en sortering van selectief ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen en met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen, met inbegrip van gevaarlijk afval (recyclagepark);

1 recyclagepark

2.2.2.f)1°

opslag en mechanische behandeling van niet-gevaarlijke afvalstoffen van maximaal 100 ton;

8,00 ton

3.4.2°

het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater;

68,00 m³/uur

 

De vergunning omvat thans volgende bijzondere milieuvoorwaarden:

1.

In afwijking van artikel 4.2.5.1.1§1 van Vlarem II dient geen meetgoot geplaatst te worden
De controle-inrichting bestaat uit een goed bereikbare controleput waar het geloosde bedrijfsafvalwater kan worden gecontroleerd.

2.

De exploitant volgt de aanbevelingen van OVAM op en implementeert deze in de bedrijfsvoering.

3.

In afwijking van artikel 5.2.1.2.§3 van Vlarem II mogen er op woensdagen (vanaf 1 maart tot 1 oktober) tot 20u (i.p.v. tot 19u) afvalstoffen worden aangevoerd.

4.

In afwijking van artikel 5.2.1.5.§2 van Vlarem II mag de bestaande gemeenschappelijke omheining met het RWZI Deurne (aan de Noordzijde) een hoogte hebben van 180 cm (in plaats van ongeveer 200 cm).

5.

Onverminderd te bepalingen in de stedenbouwkundige vergunning, dient er, in afwijking van artikel 5.2.1.5.§5 van Vlarem II, geen 5 meter breed groenscherm voorzien te worden. De omheining aan de oost-, zuid- en westzijde dient voorzien te zijn van klimop.

 

Artikel 4

Het college beslist dat de omgevingsvergunning geldig is voor onbepaalde duur.

Artikel 5

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.