Terug
Gepubliceerd op 19/04/2022

2022_CBS_02945 - Omgevingsvergunning - OMV_2022003349. Havanastraat, Vancouverstraat en Burgemeester Jozef Masurebrug ZN. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 15/04/2022 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Jinnih Beels, schepen; Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_02945 - Omgevingsvergunning - OMV_2022003349. Havanastraat, Vancouverstraat en Burgemeester Jozef Masurebrug ZN. District Antwerpen - Goedkeuring 2022_CBS_02945 - Omgevingsvergunning - OMV_2022003349. Havanastraat, Vancouverstraat en Burgemeester Jozef Masurebrug ZN. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2022003349

Gegevens van de aanvrager:

de heer Bart Van Camp met als contactadres Sint-Pietersvliet 7 te 2000 Antwerpen en NV PR Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel met als adres Sint-Pietersvliet 7 te 2000 Antwerpen

Ligging van het project:

Havanastraat, Vancouverstraat en Burgemeester Jozef Masurebrug ZN te 2030 Antwerpen

Kadastrale percelen:

 

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

heraanleggen van een fietspad in kader van Oosterweelverbinding

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          23/10/2021: voorwaardelijke vergunning (20212709) voor het uitvoeren van infrastructuurwerken met betrekking tot de Oosterweelverbinding (rechter Scheldeoever);

-          20/11/2020: voorwaardelijke vergunning (20201809) voor het bouwen en exploitatie van de Oosterweelverbinding.

Vergunde/huidige toestand

-          bestaande weginfrastructuur (autorijweg, voet- en fietspad).

Gewenste toestand

-          nieuw dubbelrichting fietspad in kader van Oosterweelverbinding;

-          groene berm tussen  rijweg en fietspad.

Inhoud van de aanvraag

-          heraanleggen van een fietspad in Havanastraat en Vancouverstraat in kader van Oosterweelverbinding:

  • verwijderen van het bestaande voet- en fietspad;
  • aanleg nieuw dubbelrichting fietspad en voetpad;
  • inrichten groene berm tussen  rijweg en fietspad.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Agentschap Wegen en Verkeer/ AWV - District Antwerpen Vergunningen

28 februari 2022

9 maart 2022

Voorwaardelijk gunstig

Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel/ B.A.M.

28 februari 2022

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen

28 februari 2022

15 maart 2022

Voorwaardelijk gunstig

Politiezone Antwerpen/ Verkeerspolitie

28 februari 2022

10 maart 2022

Geen bezwaar

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Stadsbeheer/ Groen en Begraafplaatsen

28 februari 2022

18 maart 2022

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

28 februari 2022

28 maart 2022

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit/ Oosterweelverbinding

28 februari 2022

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Havana, goedgekeurd op 26 september 2016. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: artikel 9: zone voor groen (gr) en artikel 8: zone voor publiek domein (pu).

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan en het ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening voetgangersverkeer.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
De rooilijn valt samen met de grens openbaar domein.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Context

Tijdens de werken voor de Oosterweelverbinding en de bouw van de verdiepte Ring zal de capaciteit op de tijdelijke Ring beperkt zijn. Bovendien zullen een aantal op- en afritten niet beschikbaar zijn. Ook op het onderliggende weggenet in de buurt van de tijdelijke Ring zal er hinder zijn. Om te vermijden dat de files te sterk toenemen wenst Lantis een aantal fietsverbindingen te verbeteren zodat meer mensen gaan kiezen voor de fiets als alternatief voor de wagen. Op lange termijn moet de verbetering van de fietsinfrastructuur ook bijdragen tot de doelstelling om tegen 2030 in Antwerpen 50% van de verplaatsingen met duurzame vervoermiddelen te laten plaats vinden.

 

Het dubbelrichtingsfietspad uit de aanvraag maakt deel uit van een fietsverbinding tussen Antwerpen en Brasschaat. Vanaf het Laar zal men op termijn via de Laaglandlaan en een nog te realiseren fietspad langs de volkstuintjes naar de Laarsebaan kunnen fietsen. Via een aantal fietsstraten in de wijk Kwadevelden bereikt men de nieuwe dubbelrichtingsfietspaden langs de Victor Govaertslaan en de Havanastraat om vervolgens via de Noorderlaan of de Vosseschijnstraat naar de stad en de haven te fietsen.

 

De huidige enkelrichtingsfietspaden op de Havanastraat voldoen niet overal aan de normen van het fietsersvademecum. Bijgevolg heeft Lantis ervoor gekozen om een nieuw vrijliggend dubbelrichtingsfietspad in te richten aan de noordzijde van de Havanastraat tussen de Masurebrug en de Noorderlaan. Op die manier vermijdt men dat:

-          er conflicten ontstaan tussen fietsers en werfverkeer aan de zuidzijde van de Masurebrug voor de werken aan de R1;

-          fietsers onnodig moeten oversteken tussen de wijk Kwadevelden en de Noorderlaan;

-          er minder conflicten zijn aan de noordzijde van de Havanastraat. Het dubbelrichtingsfietspad tussen de Masurebrug en de Wulpstraat maakt geen deel uit van deze aanvraag. De impact van een aangepaste indeling op de Masurebrug is te groot en aan de kant van Merksem kan het dubbelrichtingsfietspad gerealiseerd worden zonder omgevingsvergunning.

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag is functioneel verenigbaar met bestemmingsvoorschriften van het RUP Havana en het gewestplan.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De schaal en het ruimtegebruik van de aanvraag zijn verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

Het bestaande voet- en fietspad wordt opgebroken en een gedeelte van de vrijgekomen ruimte wordt terug verhard in functie van de aanleg van het nieuwe vrijliggende dubbelrichtingfietspad en voetpad. De resterende ruimte wordt ingericht als een groene berm. De 19 laanbomen met stamomtrek kleiner dan 1 meter, die zich in de noordelijke berm bevinden, worden verplant naar de nieuwe berm tussen de rijweg en het fietspad. Beide ingrepen zijn vrijgesteld van vergunningsplicht.

Een deel van de bestaande noordelijke berm wordt bijkomend verhard. Deze ingreep is wel vergunningsplichtig. In totaal wordt er circa 1.150m² bijkomend verhard. Zowel het fietspad als het voetpad wateren bovengronds af in de richting van de groene berm tussen de rijweg en het fietspad. Het afstromend hemelwater kan hier infiltreren.

 

De stedelijke groendienst geeft voorwaardelijk gunstig advies: “De jonge bestaande bomen Tilia cordata 'Böhlje' worden opgenomen in de plannen als te verplaatsen. De bomen komen bij het nieuw ontwerp in een groene strook met een breedte van 2,5m tot 2,8m. De groenstrook moet verbreed worden tot 3 meter. De te verplanten bomen mogen worden verplant onder de voorwaarden die worden opgelegd door de groendienst. De wortels van de jonge bomen ook laten geleiden onder het fietspad en voetpad naar de andere groenstrook, dit zal op termijn wortelopdruk vermijden.”

Het verbreden van de strook impliceert het verschuiven van de verharding naar het noorden waardoor de contour van de omgevingsvergunningsaanvraag wijzigt. De verbreding van de groenstrook kan niet als voorwaarde worden opgelegd. Er wordt geoordeeld dat een verbreding van de groenstrook met 20 tot 50 centimeter onvoldoende doorweegt om als weigeringsgrond voor de vergunningaanvraag. Deze voorwaarde van de stedelijke groendienst wordt niet bijgetreden. De voorwaarde om de wortels van de te verplanten bomen te leiden onder het fiets- en voetpad moet aan de vergunning worden gekoppeld.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Omdat de fietspaden op de Masurebrug nog niet kunnen vernieuwd worden heeft men ervoor geopteerd om het fietspad ter hoogte van de aansluiting, op te splitsen in twee enkelrichtingsfietspaden met een breedte van elk 2 meter. Het  fietspad richting Merksem ligt op de vroegere rechter rijstrook richting Noorderlaan en het fietspad richting Noorderlaan sluit aan op het bestaande verhoogde fietspad aan de noordzijde van de Masurebrug. Tussen het fietspad en de rijbaan wordt een onverharde berm voorzien met een breedte van 2 meter. In deze groenzone worden bomen aangeplant. Richting Masurebrug versmalt de onverharde berm en gaat ze over in een verharde berm met een breedte van minimaal 70 cm.

Voor voetgangers wordt het voetpad plaatselijk verbreed zodat er bijna overal een voetpad met een breedte van 2 meter beschikbaar is. Alleen ter hoogte van de aansluiting naar het bestaande voetpad op de Masurebrug versmalt het voetpad naar 1,55 m.

De veiligheid van de voetgangers en fietsers blijft gegarandeerd binnen de werfsituatie.

 

Het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer is als voorwaardelijk gunstig opgeladen in het Omgevingsloket, maar het is een gunstig advies zonder voorwaarden. Om die reden kunnen geen voorwaarden uit dit advies overgenomen worden.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

2. De wortels van de te verplanten bomen moeten geleid worden onder het fietspad en voetpad naar de andere groenstrook, om wortelopdruk te vermijden. 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

18 januari 2022

Volledig en ontvankelijk

28 februari 2022

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

29 april 2022

Verslag GOA

5 april 2022

naam GOA

Katrijn Apostel

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

2. De wortels van de te verplanten bomen moeten geleid worden onder het fietspad en voetpad naar de andere groenstrook, om wortelopdruk te vermijden.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.