Terug
Gepubliceerd op 19/04/2022

2022_CBS_02955 - Omgevingsvergunning - OMV_2022012073. Sint-Bernardsesteenweg 354. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 15/04/2022 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Jinnih Beels, schepen; Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_02955 - Omgevingsvergunning - OMV_2022012073. Sint-Bernardsesteenweg 354. District Antwerpen - Goedkeuring 2022_CBS_02955 - Omgevingsvergunning - OMV_2022012073. Sint-Bernardsesteenweg 354. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2022012073

Gegevens van de aanvrager:

de heer Wim Villé met als adres Sint-Bernardsesteenweg 354 te 2020 Antwerpen

Ligging van het project:

Sint-Bernardsesteenweg 354 te 2020 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 9 sectie I nr. 2494R6

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen en uitbreiden van apotheek

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          27/06/2001: vergunning (2001274) verbouwen woonhuis met apotheek.

Vergunde toestand/Geacht vergunde toestand

-          Een eengezinswoning op de verdiepingen;

-          Een apotheek op het gelijkvloers;

-          Een volume dat bestaat uit 3 bouwlagen onder een zadeldak;

-          De bouwdiepte op het gelijkvloers:

  • rechter perceelgrens circa 19,19 meter;
  • ter hoogte van de tuintrap is de bouwdiepte plaatselijk 23 meter.
  • linker perceelgrens circa 17,31 meter.

-          Op het plat dak ter hoogte van de 1ste verdieping is er tegen de rechter perceelgrens een dakterras met een tuintrap;

-          afwerking gevels:

  • gevelsteen in bruinrode kleur;
  • buitenschrijnwerk:
    • vooraan aluminium in groene kleur;
    • achteraan aluminium in witte kleur.

Huidige toestand

-          Idem vergunde toestand.

Gewenste toestand

-          De uitbreiding en herindeling van de apotheek op het gelijkvloers;

-          De bouwdiepte op het gelijkvloers:

  • 22,40 meter over de volledige perceelbreedte;
  • ter hoogte van de tuintrap is de bouwdiepte plaatselijk 26 meter;

-          De uitbreiding van het dakterras met een strook als extensief groendak;

-          De verhoging van de rechter scheidingsmuur door het doortrekken van de bestaande scheidingsmuur over een afstand van 2,80 meter;

-          afwerking gevel uitbouw:

  • rode baksteen;
  • schrijnwerk zwart aluminium.

Inhoud van de aanvraag

-          Het uitbreiden van het gelijkvloers van een apotheek;

-          Het uitbreiden van het dakterras van de hoger gelegen eengezinswoning.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Agentschap Wegen en Verkeer/ AWV - District Antwerpen Vergunningen

23 februari 2022

9 maart 2022

Voorwaardelijk gunstig

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen

23 februari 2022

9 maart 2022

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie

23 februari 2022

28 februari 2022

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

23 februari 2022

24 februari 2022

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.

 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • Artikel 10 Inplanting, bouwhoogte en bouwdiepte: Bij nieuwbouw, herbouw, functiewijziging of een volume-uitbreiding moeten de inplanting, bouwhoogte en bouwdiepte in harmonie zijn met het referentiebeeld. De bouwdiepte op de 1ste verdieping (dakterras en buitentrap) komen voorbij de kenmerkende bouwdiepte op dit niveau.
  • Artikel 26 Afvalverzameling: Functies anders dan wonen, dienen een afgescheiden ruimte voor afvalberging te hebben die voorzien wordt van verluchting en minimaal 4 vierkante meter groot is. Er is geen afvalberging voorzien.
  • Artikel 40 Privaat gescheiden rioolstelsel en afvoerleidingen: Elk gebouw moet voorzien zijn van een gescheiden rioolstelsel dat bestaat uit 1 droogweerafvoer (DWA) en 1 hemelwaterafvoer (RWA). Dit gescheiden rioolsysteem moet aangeboden worden aan de straat. Het rioolstelsel is niet gescheiden.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijn: art. 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Art. 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

De aanvraag wijkt af van artikel 26 en 40 van de bouwcode. Er kan niet op geldige wijze worden afgeweken van deze artikels. Dit wordt als voorwaarde opgenomen bij de vergunning.

 

De aanvraag wijkt af op artikel 10 van de bouwcode. Er kan met behulp van artikel 3 van de bouwcode een afwijking worden verleend. Dit wordt verder gemotiveerd onder de rubriek ‘Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid’.

 

Functionele inpasbaarheid

De functie van apotheek en eengezinswoning blijft behouden waardoor de functionele inpasbaarheid gegarandeerd blijft.

 

Er werd advies gevraagd aan de Stedelijke dienst Ondernemen en Stadsmarketing/Business en Innovatie. Het advies is gunstig:

“Het project omvat de beperkte uitbreiding van een bestaande apotheek voor onder meer de weekeinde en feestdagen dienstverlening te voorzien. De site is gelegen in het lokaal kenwinkelgebied Abdijstraat - Den Tir  (zone B3 is het secundaire deel) zoals voorzien in de beleidsnota detailhandel. Daar is er een grotere mengeling van handel, horeca, diensten.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag beoogt de uitbreiding van een apotheek op het gelijkvloers. Na uitbreiding bedraagt de bouwdiepte op het gelijkvloers 22,40 meter. Ter hoogte van de tuintrap palend aan het rechter buurperceel bedraagt de bouwdiepte plaatselijk 26 meter. De buurpercelen zijn in tegenstelling volledig bebouwd op het niveau van het maaiveld. Bovendien is de apotheker gelegen in Kernwinkelgebied waar meer bebouwing op het niveau van het maaiveld mogelijk is. In dit project wordt er echter gezorgd dat er nog een ruime tuinzone bewaard blijft voor de hoger gelegen eengezinswoning. Hierdoor komt de woonkwaliteit van de woning niet in het gedrang en blijft de ecologische waarde behouden op het perceel en in het bouwblok. De uitbreiding is bijgevolg inpasbaar op het perceel en de bebouwde omgeving. Op de eerste verdieping wordt het dakterras uitgebreid over de volledige dakoppervlakte van de nieuwe gelijkvloerse uitbreiding. Hierdoor wordt ook de trap naar de tuin verlegd. Er wordt opgemerkt dat dat de bouwdiepte ter hoogte van de eerste verdieping (uitbreiding dakterras inclusief tuintrap) hierdoor voorbij de kenmerkende bouwdiepte komt (artikel 10). Echter kan er geoordeeld worden dat de uitbreiding van het bestaande en vergunde dakterras een logisch gevolg is van de gelijkvloerse uitbreiding. Een gedeelte van het dakterras ontoegankelijk maken zou er voor zorgen dat er geen verbinding met de tuin meer mogelijk is vanuit de woning. Bovendien is het gelijkvloers van de buurpanden volledig bebouwd waardoor geoordeeld wordt dat er geen hinder verwacht wordt ten opzichte van de buurpercelen. Door het uitbreiden van het dakterras wordt de scheidingsmuur ter hoogte van het rechterbuurperceel verhoogd/doorgetrokken over een afstand van 2,80 meter.

 

Er wordt opgemerkt dat er, strijdig met art 678 van het burgerlijk wetboek, op het terras ter hoogte van het rechterbuurperceel geen ontoegankelijke zone wordt voorzien met een breedte van 1,90 meter daar waar de scheidingsmuur slechts 1,70 meter boven het terras uitkomt.  In beginsel mag de vergunningverlenende overheid geen rekening houden met burgerrechtelijke aspecten bij het beoordelen van aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning. Anderzijds doet een stedenbouwkundige vergunning deze rechten niet teniet en ontslaat de titularis van de vergunning niet om het nodige bouwrecht te bekomen. Indien zou blijken dat de aanvraag strijdig is met een contractuele verbintenis, dan blijft de vergunning onwerkzaam.

 

Visueel-vormelijke elementen

Er worden geen wijzigingen aangebracht aan de voorgevel ten opzichte van de vergunde toestand waardoor het advies inzake visuele-vormelijke elementen gunstig is.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer is als voorwaardelijk gunstig opgeladen in het omgevingsloket, maar het is een gunstig advies zonder voorwaarden. Om die reden kunnen geen voorwaarden uit dit advies overgenomen worden.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.

De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding van een apotheek.

De apotheek op het gelijkvloers breid uit met +/- 25m. Gezien de beperkte oppervlakte van de uitbreiding wordt er geen parkeerbehoefte bepaald.

De werkelijke parkeerbehoefte is 0.

 

Fietsvoorzieningen:

Omdat het gaat om een zeer beperkte uitbreiding moeten er geen fietsstalplaatsen voorzien worden.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Er dient een afvalberging te worden voorzien in de kelder conform artikel 26 van de bouwcode.

2. Het rioolstelsel moet gescheiden zijn en als dusdanig worden aangeboden aan de straat conform artikel 40 van de bouwcode.

3. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen dienen op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt te worden nageleefd.

4. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

28 januari 2022

Volledig en ontvankelijk

23 februari 2022

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

24 april 2022

Verslag GOA

1 april 2022

naam GOA

Gerd Cryns

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Er dient een afvalberging te worden voorzien in de kelder conform artikel 26 van de bouwcode.

2. Het rioolstelsel moet gescheiden zijn en als dusdanig worden aangeboden aan de straat conform artikel 40 van de bouwcode.

3. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen dienen op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt te worden nageleefd.

4. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.