Terug
Gepubliceerd op 11/04/2022

2022_CBS_02740 - Omgevingsvergunning - OMV_2022007577. Lamorinièrestraat 102. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 08/04/2022 - 09:00 Digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Karim Bachar, schepen; Tom Meeuws, schepen; Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur
2022_CBS_02740 - Omgevingsvergunning - OMV_2022007577. Lamorinièrestraat 102. District Antwerpen - Goedkeuring 2022_CBS_02740 - Omgevingsvergunning - OMV_2022007577. Lamorinièrestraat 102. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2022007577

Gegevens van de aanvrager:

mevrouw Axelle Vertommen met als adres Lamorinièrestraat 102 te 2018 Antwerpen

Ligging van het project:

Lamorinièrestraat 102 te 2018 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 6 sectie F nr. 1250T9

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

Bouwen van een aanbouw + regulariseren van voorgevel wijzigingen

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          29/08/1958: toelating (18#38596) voor verbouwingswerken.

Vergunde toestand

-          eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • 4 bouwlagen, waarvan de eerste gedeeltelijk ondergronds (garage), en een hellend dak;
  • bouwdiepte: 7,5m;

-          gevelafwerking:

  • gevels afgewerkt met simili bezetting;
  • houten buitenschrijnwerk met dorpels in witte steen;
  • balustrade in ijzerwerk voor raam ter hoogte van de 2de verdieping;
  • dakbedekking in pannen.

Huidige toestand

-          eengezinswoning;

-          bouwvolume overeenkomstig vergunde toestand met uitzondering van:

  • perceelsbrede achterbouw:

-          bouwdiepte: 2,92m;

-          hellend dak met een kroonlijsthoogte van 2,8m en een nokhoogte van 4,1m;

-          gevelafwerking:

  • gevels afgewerkt met een wit geschilderde gevelbepleistering;
  • zwart aluminium buitenschrijnwerk met dorpels in blauwe hardsteen;
  • verkleind raam ter hoogte van de 2de verdieping van 2,2m naar 1,97m en verwijderde balustrade;
  • donkergrijze houten voordeur en donkergrijze metalen garagedeur;

-          inrichting:

  • perceelsoppervlakte van 75m² waarvan 46,3m² bebouwd;
  • tuinmuren met variërende hoogtes tussen 2,19m en 4,09m.

Gewenste toestand

-          eengezinswoning;

-          bouwvolume overeenkomstig vergunde toestand met uitzondering van:

  • interne wijzigingen op het gelijkvloers en 1ste verdieping i.f.v. de nieuwe aanbouw;
  • nieuwe achterbouw met plat dak;

-          kroonlijsthoogte: 4,73m;

-          bouwdiepte rechts: 3,9m over een breedte van 1,9m;

-          bouwdiepte links: 4,7m over een breedte van 2,3m;

-          gevelafwerking:

  • voordeur en garagedeur in een donkergrijze, metalen variant;
  • aanbouw:

-          rood, glanzende keramische tegels;

-          bordeaux kleurig aluminium buitenschrijnwerk;

-          inrichting:

  • perceelsoppervlakte van 75m² waarvan 52,3m² bebouwd, 18m² wordt ingericht als tuin.

Inhoud van de aanvraag

-          slopen van de bestaande veranda en bouwen van een nieuwe aanbouw;

-          interne, structurele werken;

-          wijzigingen van de voorgevel.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan

woongebieden en de aanvullende voorschriften gp 14 : art 1, º1 punt 2 (bruinomrand, cfr binnenstad)

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:

  • Artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren: Het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dient minimaal een opstand te hebben van 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak. Deze opstand mag niet met brandbaar materiaal bekleed worden.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
 

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De bestaande en vergunde functie als eengezinswoning blijft behouden waardoor de functionele inpasbaarheid gegarandeerd blijft.

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
De aanvraag voorziet de sloop van de bestaande veranda en de nieuwbouw van een nieuwe perceelsbrede achterbouw die aansluit op de bouwdiepte van de linkerbuur. De totale gelijkvloerse bouwdiepte komt door toevoeging van het nieuwbouwvolume op ca. 10,70 m wat ruimtelijk aanvaardbaar is in de omgeving.

De bouwhoogte van de achterbouw bedraagt 4,73 m wat ca. 0,70m hoger is dan de achterbouw van de linkerbuur. Deze scheimuurverhoging is beperkt van aard en kan bijgevolg gunstig geadviseerd worden.
Verder beperkt de aanvraag zich tot interne structurele werken met het oog op een beter intern ruimtegebruik. Ook deze werken kunnen gunstig geadviseerd worden.

 

Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten

Ten opzichte van de bouwtoelating uit 1985 werd het schrijnwerk reeds gewijzigd. Het nieuwe, reeds geplaatste, zwartkleurig aluminium schrijnwerk op de verdiepingen, met een aangepaste raamverdeling, kan gunstig geadviseerd worden.

Huidige aanvraag voorziet eveneens in een vernieuwing van de voordeur en de garagepoort. Ondanks deze op de plannen zijn ingekleurd in marineblauw, vermeldt de legende een donkergrijs aluminium schrijnwerk met transparant glas. Een verschil in kleur zou niet gunstig geadviseerd worden. De voorgestelde materialisatie en kleurstelling zijn overeenkomstig deze van de rest van de voorgevel en kunnen gunstig geadviseerd worden aangezien.
 

Ook de achtergevel wordt gewijzigd. De raamopening op de 1ste verdieping wordt vergroot, het schrijnwerk wordt vervangen door bordeauxkleurig aluminium schrijnwerk, de gevel wordt geïsoleerd en opnieuw afgewerkt met een witte bepleistering. De nieuwe achterbouw wordt bekleed met glanzende rode keramische tegels die aansluiting zoeken bij de kleur van het schrijnwerk.
De voorgestelde kleurstelling wijkt af van het referentiebeeld maar kan alsnog gunstig geadviseerd worden aangezien ze zich beperkt tot de onderste bouwlaag. De rest van het bouwvolume wordt afgewerkt in een witte kleur die aansluiting zoekt bij de omliggende bebouwing. De aanvraag kan gunstig geadviseerd worden.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De nieuwe achterbouw en de interne wijzigingen aanvraag zorgen voor een verbetering van het wooncomfort. Ook het vervangen van het schrijnwerk en de isolatiewerken dragen bij aan een stijging van het wooncomfort zonder hierbij hinder te geven naar de omgeving.
De aanvraag kan gunstig geadviseerd worden.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande toestand ongewijzigd blijven.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. Het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

19 januari 2022

Volledig en ontvankelijk

16 februari 2022

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Beslissing aanvaarding wijzigingsaanvraag

4 maart 2022

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

17 april 2022

Verslag GOA

31 maart 2022

naam GOA

Katrijn Apostel

Wijzigingsverzoeken

De aanvrager heeft één of meerdere verzoeken ingediend om zijn oorspronkelijke dossier te wijzigen.

Minstens één van die verzoeken werd aanvaard, waardoor de aanvaarde wijzigingen mee beoordeeld worden.

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. Het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.