Terug
Gepubliceerd op 11/04/2022

2022_CBS_02717 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Gunstig advies - OMV_2021061670. Scheldelaan 600. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 08/04/2022 - 09:00 Digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Karim Bachar, schepen; Tom Meeuws, schepen; Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur
2022_CBS_02717 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Gunstig advies - OMV_2021061670. Scheldelaan 600. District Antwerpen - Goedkeuring 2022_CBS_02717 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Gunstig advies - OMV_2021061670. Scheldelaan 600. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd bij de deputatie een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:

- een openbaar onderzoek te houden;

- advies uit te brengen.

 

Projectnummer:

OMV_2021061670

Gegevens van de aanvrager:

zie exploitant

Gegevens van de exploitant:

NV AIR LIQUIDE LARGE INDUSTRY (0471356949) met als contactadres Bourgetlaan 44 te 1130 Brussel


Ligging van het project:

Scheldelaan 600 te 2040 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 20 sectie A nr. 5X2

waarvan:

 

-          20190405-0026

afdeling 20 sectie A nr. 5X2 (Jupiter (blokveld G600))

Vergunningsplichten:

Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

Inrichting voor de productie van gassen: hernieuwing, verandering en bijstelling voorwaarden

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Voorgeschiedenis

Zie bijgevoegd collegebesluit van 24 december 2021.

 

Inhoud van de aanvraag

Zie bijgevoegd collegebesluit van 24 december 2021.

Argumentatie

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Havenbedrijf Antwerpen, subadvies milieu

15 maart 2022

28 maart 2022

Gunstig

Havenbedrijf Antwerpen, subadvies milieu

15 november 2021

9 december 2021

Gunstig

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Zie collegebesluit 24 december 2021.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

De administratieve lus heeft geen invloed op de stedenbouwkundige voorschriften en stedenbouwkundige handelingen. Het standpunt uit het collegebesluit van 24 december 2021 blijft behouden: er is geen bezwaar vanuit stedenbouwkundig oogpunt.

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

Air Liquide beschikt op het terrein van BASF (blokveld G600) over 2 bestaande Hyco-installaties waarin aardgas met stoom tot een mengsel van waterstof en koolstofmonoxide reageert, meer bepaald Jupiter 1 en 2. De verdere productiestappen zijn erop gericht om zowel waterstof als koolstofmonoxide in een zo zuiver mogelijke vorm te produceren.

 

De bestaande milieuvergunning heeft als eindtermijn 17 oktober 2022. Onderhavige aanvraag staat dan ook hoofzakelijk in het teken van de hernieuwing van de vergunning.

 

De vergunde productiecapaciteit bedraagt:

- Jupiter 1: 70.350 ton waterstof per jaar (90.050 Nm³/u) en 126.400 ton CO per jaar (11.600 Nm³/u);

- Jupiter 2: 78.200 ton waterstof per jaar (100.100 Nm³/u) en 86.650 ton CO per jaar (7.950 Nm³/u).

Er wordt een verhoging aangevraagd (regularisatie) van de productiecapaciteit van waterstof door Jupiter 1 van 90.050 Nm³/u naar 100.100 Nm³/u (door de post reformer). De jaarcapaciteit in ton (185.550 ton/jaar) wordt echter niet verhoogd aangezien de compressie van waterstof de beperkende factor is.

 

Het college verleende op 24 december 2021 een gunstig advies. In het advies werd gesteld dat de beslissing over de indeling van de installaties Jupiter 1 en 2 al dan niet als chemische reactor aan de provincie wordt overgelaten. Er werd verder aangegeven in het advies van het college dat best de voorgestelde emissiegrenswaarde voor NOx van 150 mg/Nm³ (bij 3% zuurstof) als bijzondere voorwaarde wordt opgelegd, indien men ervoor opteert om de installaties effectief in te delen als chemische reactor. Dit ter beperking en beheersing van de NOx uitstoot.

 

De deputatie verlengde de beslissingstermijn, om de exploitant de kans de te geven om een bijkomende studie inzake emissiereducerende maatregelen voor NOx uit te werken. Het college werd opnieuw om advies gevraagd.

 

In het ongunstige advies van de POVC werd onder meer opgemerkt dat:

- de fornuizen van de reformers kunnen niet beschouwd worden als reactoren. De fornuizen dienen te voldoen aan de bepalingen van hoofdstuk 5.43 van VLAREM II;

- de nota van de MER-deskundige houdt geen rekening met een worst case benadering;

- er wordt voor NO2 een bijdrage van meer dan 3% aan de milieukwaliteitsnorm verwacht. Er dient onderzoek uitgevoerd te worden naar bijkomende maatregelen;

- vanuit de discipline Mens-gezondheid wordt het noodzakelijk geacht dat milderende maatregelen worden genomen;

- als de reformers maximaal binnen de vergunde capaciteiten zouden opereren, wordt de minimisdrempel van 1% ter hoogte van de Brabantse Wal overschreden. In combinatie met de totale impact van de BASF-site is het noodzakelijk dat maximaal BBT-technieken in combinatie met kosteneffectieve reductietechnieken ingezet worden.

 

De exploitant leverde een nota waarin de opmerkingen van de POVC beantwoord worden. Men geeft onder meer aan dat:

- de fornuizen nog altijd beschouwd moeten worden als reactoren. Men is wel bereid om de sectorale voorwaarden van rubriek 43 te volgen, in afwijking van de algemene emissiegrenswaarden;

- aan de hand van de mengregel kan een emissiegrenswaarde van 150 mg/Nm³ berekend worden;

- men vraag om de fornuizen verder te beschouwen als reactoren, waarbij een bijzondere voorwaarde wordt opgelegd voor een emissiegrenswaarde voor NOx, zoals bepaald in artikels 5.43.3.10 en 5.43.3.16 van VLAREM II, zowel aan de schouw van Jupiter 1 als aan de schouw van Jupiter 2. Dit in afwijking van de algemene emissiegrenswaarde voor lucht voor NOx (uitgedrukt als NO2) van 500 mg/Nm³;

- het worst case scenario werd wel onderzocht in de nota’s die deel uitmaken van de vergunningsaanvraag.

 

De exploitant leverde eveneens een economische haalbaarheidsstudie naar NOx reducerende maatregelen aan. In deze studie wordt aangegeven dat er voor Jupiter 2 in 2006 al emissiebeperkende maatregelen geïmplementeerd werden, wat al voor een NOx reductie van 83 ton/jaar zorgt. Met het KAIROS@C project, een carbon capture and storage project in samenwerking met BASF, zal het brander systeem van zowel Jupiter 1 als Jupiter 2 worden aangepast met Low NOx branders en zeer waarschijnlijk ook met een rookgas recycle ventilator. Het nieuwe brander systeem voor zowel Jupiter 1 Jupiter 2 zullen tijdens de turnarounds van Jupiter 2 in 2023/2024 (exacte timing nog te bepalen) en van Jupiter 1 in 2025 worden uitgevoerd. Er zal bijkomend 107 ton NOx/jaar minder worden uitgestoten, ten opzichte van het worst case scenario. Ten opzichte van de gemiddelde NOx emissies in de IMJV’s 2018-2020 (integrale milieujaarverslagen), de reëel verwachte emissies, zal er een reductie zijn van 45 ton NOx per jaar gerealiseerd worden. De investeringsratio bedraagt 7,8 EUR/kg NOx.

 

In de studie worden ook de installatie van een SCR of SNCR onderzocht, maar niet weerhouden. Een SNCR brengt een te hoge ammoniakslip met zich mee waardoor de NOx reductie teniet zou worden gedaan. Een SCR inbouwen vergt een zeer ingrijpende wijziging met hoge kosten waardoor de eenheidsreductiekosten buiten het geaccepteerde bereik liggen volgens de studie (investeringsratio SNCR 13,3 EUR/kg NOx, SCR 22,1 – 25,7 EUR/kg NOx).

 

Het is aan de vergunningverlenende overheid om, op basis van alle onafhankelijk uitgebrachte deskundige adviezen, tot een gemotiveerde en integrale beslissing te komen.

 

Advies van het college

Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:

 

  1. de aanvraag ingediend is door het betrokken college;
  2. de aanvraag louter betrekking heeft op mobiele of verplaatsbare ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

 

Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.

Fasering

Procedurestap

Datum

Ontvangst adviesvraag

11 maart 2022

Start openbaar onderzoek

19 november 2021

Einde openbaar onderzoek

18 december 2021

Beslissing toepassing administratieve lus

11 maart 2022

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste adviesdatum

10 april 2022

 

Administratieve lus

Op de aanvraag werd een administratieve lus toegepast, omwille van de volgende reden(en):

 

De deputatie verlengde de beslissingstermijn, om de exploitant de kans de te geven om een bijkomende studie inzake emissiereducerende maatregelen voor NOx uit te werken.

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek. 

De resultaten van dit openbaar onderzoek werden reeds opgenomen in het advies van het college van burgemeester en schepenen van 24 december 2021.

Informatievergadering

Over de aanvraag werd een informatievergadering gehouden op 24 november 2021. Het verslag van de informatievergadering werd bezorgd aan de vergunningverlenende overheid.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college beslist een gunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op de aanvraag.

 

Artikel 2

Het college geeft opdracht aan:

dienst
taak
SW/VHet advies college te bezorgen aan de instantie die advies gevraagd heeft.

Artikel 3

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.