Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2021188417 |
Gegevens van de aanvrager: | Filip en Elena D'Haese - Claes met als adres Grétrystraat 35 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: | Grétrystraat 35 te 2018 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 6 sectie F nr. 1347X28 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen van een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 12/05/1961: toelating (18#41980) voor een verbouwing.
Vergunde toestand/Geacht vergunde toestand
- eengezinswoning;
- bouwvolume:
- gelijkvloerse verdieping: circa 20 m;
- verdiepingen:
- hoofdvolume circa 13 m;
- terrassen tot circa 14,5 m;
- uitbreiding linkerzijde tot circa 19 m;
- gevelafwerking:
Huidige toestand
- dakterras op gelijkvloerse verdieping over volledige oppervlakte plat dak;
- gewijzigd schrijnwerk;
- tuinberging achteraan het perceel.
Gewenste toestand
- eengezinswoning;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Inhoud van de aanvraag
- gedeeltelijke sloop volume achteraan;
- vernieuwen van het gelijkvloerse volume achteraan;
- inrichten van terrassen op de 1ste verdieping en in de dakverdieping;
- doorvoeren van interne constructieve wijzigingen;
- wijzigen van de gevel;
- wijzigen van de scheimuren.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg | 24 februari 2022 | 29 maart 2022 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: art. 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Art. 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De bestaande en vergunde functie als eengezinswoning blijft behouden waardoor de functionele inpasbaarheid gegarandeerd blijft.
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
De aanvraag gaat in hoofdzaak uit van een herstel van de oorspronkelijke toestand van de woning. Zo wordt de gelijkvloerse achterbouw vernieuwd waarbij nieuwe koepels meer licht binnenbrengen, wordt het entresolvolume ter hoogte van de 1ste en 2de verdieping versmald en wordt de loggia op de 1ste verdieping in de voorgevel weer open gemaakt. Deze werken kaderen in een beter intern ruimtegebruik en kunnen positief geadviseerd worden.
Naast de tuinzone en de oorspronkelijke loggia worden er 3 bijkomende buitenruimtes voorzien verspreid over het gebouw:
- een dakterras op de gelijkvloerse achterbouw;
- een loggia vooraan op de 1ste verdieping;
- een inpandig dakterras aan de voorzijde van het hellend dak.
Het terras aan de achterzijde situeert zich tussen de bestaande en vergunde scheidingsmuren.
Het terras aan de voorzijde van het pand kan niet weerhouden worden. Een buitenruimte aan de voorzijde van het hellend dak is niet kenmerkend binnen het referentiebeeld (bouwcode, art. 6). Er wordt daarnaast ook geoordeeld dat de winsten qua gebruikskwaliteit niet in verhouding staan met het verlies aan beeldkwaliteit en de impact ervan op de straat en de erfgoedwaarde. De woning beschikt over voldoende buitenruimtes op andere, vlotter bereikbare en frequenter gebruikte plaatsen dan deze naast de speelzolderkamer. Door de perceelsbrede dakuitsnede is de dakvorm ook niet langer duidelijk leesbaar (bouwcode, art. 15).
Om alsnog een vergunning te kunnen verlenen wordt het dakterras ter hoogte van de 3de verdieping uitgesloten uit de vergunning.
Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten
Het pand is gelegen in een zone met verschillende inventarispanden en kent zelf nog een authentieke erfgoedwaarde die beeldondersteunend werkt ten opzichte van de omliggende panden. Daarom werd advies gevraagd aan de stedelijke dienst monumentenzorg. Dit advies is voorwaardelijk gunstig en laat zich als volgt samenvatten: “De aanvraag heeft betrekking op het pand Grétrystraat 35, vermeldt in de straatinleiding van de inventaris bouwkundig erfgoed als één van de vier burgerhuizen die architect Jos Bascourt hier in 1903 bouwde voor dhr. G-Franz Cox. Het pand betreft een burgerhuis in neo-Vlaamserenaissance-stijl, oorspronkelijk het linker pand van een geheel van twee gekoppelde woningen (nummer 35-37). Het rechterpand werd gesloopt en vervangen door een appartementsgebouw.
Met een gevelbreedte van drie traveeën omvat de rijwoning 3,5 bouwlagen onder een zadeldak. De lijstgevel is opgetrokken uit rood baksteenmetselwerk in kruisverband, met gebruik van witte natuursteen voor speklagen, waterlijsten, balustrades, lateien, de deuromlijsting, diamantkoppen en blauwe hardsteen voor de plint. De linker travee springt als inkomtravee vooruit ten opzichte de rechtse traveeën. Eertijds slechts 2 bouwlagen onder plat dak met terras, werd de inkomtravee volgens een bouwaanvraag van 1961 verhoogd met een bijkomende bouwlaag. In diezelfde bouwfase werd de inkomdeur verplaatst naar het voorgevelvlak en werd sous-sol een garage ingericht met garagepoort in de voorgevel. Het pand werd terzelfdertijd ingericht als meergezinswoning met 3 appartementen.
Niettegenstaande het pand an sich niet vastgesteld werd als inventarispand, behield het grotendeels zijn authenticiteit en erfgoedwaarde, mede als beeldondersteunende bakteenarchitectuur voor onder meer De Saint Boniface Anglican Church op Grétrystraat 39.
Met voorliggende aanvraag wenst de bouwheer de oorspronkelijke toestand van het gebouw maximaal te herstellen. Het pand wordt opnieuw ingericht als een eengezinswoning. De entresoltypologie achteraan wordt hersteld. Binnenin worden de verlaagde plafonds verwijderd, waardoor de raamopeningen vooraan opnieuw kunnen worden voorzien van houten schrijnwerk met beglaasd bovenlicht, naar oorspronkelijk model. Boven de inkom wordt de uitsprong op de eerste verdieping opengemaakt als loggia, conform het oorspronkelijke ontwerp van Jos Bascourt. In het dakvlak tenslotte wordt aan de voorzijde een inpandig dakterras voorzien over de volledige breedte van het pand.
De intentie van de aanvrager om het pand terug in zijn oude glorie te herstellen, wordt sterk gewaardeerd. De ontwerpkeuzes zijn doordacht en bouwen verder op de initiële planindeling, waardoor de oorspronkelijke architecturale kwaliteiten terug maximaal hersteld worden.
De oorspronkelijke bouwplannen tonen de voorgevel met een inkomtravee van 2 bouwlagen onder een dakterras. De eerste verdieping werd uitgewerkt als loggia. Vanzelfsprekend geen bezwaar tegen herstel van deze buitenruimte. Op basis van de informatie in de aanvraag, is het echter niet uit te sluiten dat de gevelopeningen initieel (minstens gedeeltelijk) voorzien waren van schrijnwerk. Het schrijnwerk dat vandaag in deze gevelopeningen aanwezig is, lijkt immers een samenstelling van historisch en recent schrijnwerk. De bovenlichten met gele beglazing zijn mogelijk een restant van de oorspronkelijke toestand. Om een accuraat advies te kunnen verlenen over de historisch correcte invulling van de gevelopeningen, wordt meer onderzoek gevraagd. De stedelijke dienst monumentenzorg ontvangt graag voorafgaand aan de uitvoering een korte nota met details en fotomateriaal van het bestaande (oorspronkelijke?) schrijnwerk, aangevuld met een beknopte motivatie. Ook met betrekking tot de invulling van de overige gevelopeningen in de voorgevel, worden voorafgaand aan de bestelling en de uitvoering details gevraagd van het vooropgestelde schrijnwerk. Indien gewenst zijn er op de stedelijke dienst monumentenzorg typedetails ter beschikking.
Aan de voorzijde van het dak wordt een opening voorzien in functie van een inpandig dakterras bij de zolderkamer. Niettegenstaande hellende daken vaak slechts beperkt zichtbaar zijn vanop het openbaar domein, wordt vanuit oogpunt monumentenzorg de nodige aandacht gevraagd voor het historisch dakenlandschap en wordt aangeraden deze minimaal te accidenteren. Indien inpandige dakterrassen noodzakelijk zouden zijn voor de garantie van de woonkwaliteit van het pand, wordt gevraagd de impact van de doorbrekingen zo klein mogelijk te maken. Rekening houdende met het bovenstaande adviseert de stedelijke dienst monumentenzorg in eerste instantie het dakvlak aan de voorzijde niet te doorbreken. Indien het dakterras toch voor vergunning in aanmerking zou komen, wordt gevraagd om in voorwaarde op te leggen de dakopening in breedte te beperken tot op 1m afstand ten opzichte van beide scheidsmuren.”
Het advies van de stedelijke dienst monumentenzorg wordt bijgetreden en de voorwaarden worden overgenomen en als voorwaarden bij de vergunning geformuleerd.
Rekening houdend met de gestelde voorwaarden hebben de wijzigingen aan de voorgevel een positieve impact op de beeldkwaliteit van het pand en zorgen ze voor een harmonieuze inpassing in de straat.
Ook de achtergevelwijzigingen met nieuw schrijnwerk en het vervangen van de beglazing van ondoorzichtbaar naar transparant glas kunnen gunstig geadviseerd worden.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De aanvraag voorziet in een beter intern gebruiksgemak en een verbetering van het wooncomfort zonder hierbij hinder te genereren naar de omgeving. De doorgedreven renovatie met respect voor de erfgoedwaarde van het pand, heeft een positieve impact op de beeldkwaliteit van de ruimere omgeving.
De aanvraag kan op dit aspect gunstig geadviseerd worden.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. Een beknopte nota op te maken met betrekking tot de historische invulling van de gevelopeningen ter hoogte van de loggia op de 1ste verdieping met details en fotomateriaal van het bestaande (oorspronkelijke) schrijnwerk, aangevuld met een beknopte motivatie over de voorgestelde werken. De nota dient voorafgaand aan de uitvoering der werken bezorgd te worden aan de stedelijke dienst monumentenzorg via monumentenzorg@antwerpen.be.
3. Het houten schrijnwerk in de voorgevel dient voorzien te worden naar oorspronkelijk model. De detailplannen dienen voorafgaand aan de bestelling en uitvoering van het schrijnwerk bezorgd te worden aan de stedelijke dienst monumentenzorg via monumentenzorg@antwerpen.be.
4. De dakdoorbreking in functie van het inpandig dakterras op de 3de verdieping wordt uitgesloten uit de vergunning.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 13 december 2021 |
Volledig en ontvankelijk | 24 februari 2022 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 25 april 2022 |
Verslag GOA | 1 april 2022 |
naam GOA | Katrijn Apostel |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften | Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften | Petitielijsten | Digitale bezwaarschriften |
0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. Een beknopte nota op te maken met betrekking tot de historische invulling van de gevelopeningen ter hoogte van de loggia op de 1ste verdieping met details en fotomateriaal van het bestaande (oorspronkelijke) schrijnwerk, aangevuld met een beknopte motivatie over de voorgestelde werken. De nota dient voorafgaand aan de uitvoering der werken bezorgd te worden aan de stedelijke dienst monumentenzorg via monumentenzorg@antwerpen.be.
3. Het houten schrijnwerk in de voorgevel dient voorzien te worden naar oorspronkelijk model. De detailplannen dienen voorafgaand aan de bestelling en uitvoering van het schrijnwerk bezorgd te worden aan de stedelijke dienst monumentenzorg via monumentenzorg@antwerpen.be.
4. De dakdoorbreking in functie van het inpandig dakterras op de 3de verdieping wordt uitgesloten uit de vergunning.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.