Terug
Gepubliceerd op 02/05/2022

2022_CBS_03323 - Omgevingsvergunning - OMV_2021189536. August Scheyvaertslaan 78. District Ekeren - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 29/04/2022 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_03323 - Omgevingsvergunning - OMV_2021189536. August Scheyvaertslaan 78. District Ekeren - Goedkeuring 2022_CBS_03323 - Omgevingsvergunning - OMV_2021189536. August Scheyvaertslaan 78. District Ekeren - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2021189536

Gegevens van de aanvrager:

mevrouw Katrien Van Miert met als adres August Scheyvaertslaan 74 te 2180 Ekeren (Antwerpen) en de heer Kim Snijders met als adres August Scheyvaertslaan 74 te 2180 Ekeren (Antwerpen)

Ligging van het project:

August Scheyvaertslaan 78 te 2180 Ekeren (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 35 sectie F nrs. 343V9 en 343W12

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

uitbreiden van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          03/01/1968: vergunning (803#6125) voor een aanbouw aan de keuken.

 

Vergund/vergund geachte toestand

-          functie:

  • eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • gesloten bebouwing van twee bouwlagen onder hellend dak, met een gelijkvloerse bouwdiepte van 10,50 m, op eerste verdieping variërend tussen 7,80 (rechts, met aansluitend terras) en 10,50 m;
  • voor het hellende dak, de zolderverdieping, is de basis 7,80 m – hier zijn zowel aan voor- als achterzijde twee dakvlakramen aanwezig;
  • de hoogte tot aan de kroonlijst is 6,20 m;
  • gelijkvloers bevindt er zich vooraan links een bergplaats met afzonderlijke toegang in de voorgevel;

-          gevelafwerking:

  • voorgevel afgewerkt in bruine gevelsteen, buitenschrijnwerk in hout en hellend dak in rode dakpannen.

 

Huidige toestand

-          conform vergunde toestand, afgezien van:

  • bouwvolume:
    • in zolderverdieping opgetrokken dakkapel aan achterzijde, van 4 m breed;
  • inrichting:
    • in de tuin opgetrokken bijgebouw, met een hoogte van 2,25 m en een oppervlakte van 15,15 m².

 

Gewenste toestand

-          conform huidige toestand, afgezien van:

  • bouwvolume:

-          uitgebreide gelijkvloerse verdieping, tot een totale bouwdiepte van 14,35 m;

-          tot garage omgevormde bergplaats aan linkerzijde vooraan;

  • gevelafwerking:

-          geïsoleerde en wit bepleisterde (op het gelijkvloers) of wit geschilderde (op de verdieping) achtergevel;

  • inrichting:

-          nieuw voorziene septische put in de voortuin.

 

Inhoud van de aanvraag

-          uitbreiden van het gelijkvloerse bouwvolume;

-          regulariseren van een dakkapel;

-          regulariseren van de luifel op de eerste verdieping;

-          plaatsen van een nieuwe septische put in de voortuin.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied dat op de kaart welke de bestemmingsgebieden omschrijven bruinomrand en met het Romeinse cijfer III overdrukt is.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • Artikel 19 – Tuinafsluitingen: indien de zij- en achtertuin worden afgesloten dient dit te gebeuren door een muur, haag, draad of scherm met een hoogte van minimum 1 meter en maximum 2,60 meter. Betreffende wordt niet expliciet mee vermeld op de plannen. De tuinafsluitingen zullen uit de vergunning uitgesloten worden.
  • Artikel 34 – Stabiliteit en scheidingsmuren: de scheidingsmuur dient over een opstand van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak te beschikken. Betreffende is niet het geval aan de linkerzijde.
  • Artikel 27 – Open ruimte: in voortuinen mag slechts de strikt noodzakelijke verharding worden aangebracht, namelijk voor louter een toegangspad naar de inkomzone en/of een oprit naar een vergunde inpandige garage of autostalplaats. Gelet op artikel 30 en de daarin opgelijste maatvoeringen, kan de bestaande berging niet worden ingericht als garage. Aangezien de totale verharding van de voortuin echter wel in overeenstemming is met de maatvoering die artikel 27 vooropstelt, en dit de mogelijkheid biedt om te voldoen aan het POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein) door de wagen voor de (te smalle) garage te parkeren en er bovendien meerdere opritten voorkomen in de omgeving, kan een afwijking toegestaan worden.
  • Artikel 30 – Autostalplaatsen en autoparkeerplaatsen: voor parkeerplaatsen tussen 2 muren, zoals bij inpandige garages het geval is, wordt een minimale breedte opgelegd die ruimer dient te zijn dan 2,80 m (laatstgenoemde is van toepassing voor hoekplaatsen), waarbij een minimum van 3 m een richtmaat is. Met een binnenmaat van om en bij 2,35 m voldoet de tot garage om te vormen berging hier hoegenaamd niet aan. In combinatie met de poort vormt dit wel een ideale fietsenberging.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijn: art. 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Art. 4.3.8 is van toepassing op de aanvraag. De aanvraag is hiermee in overeenstemming.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

Er zijn geen gegronde redenen om af te wijken van de geldende voorschriften.

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag voorziet louter het beperkt verbouwen en uitbreiden van een vergunde eengezinswoning en gelet op de ligging van laatstgenoemde in een meer dan voldoende ontwikkeld woongebied, is er in deze dan ook effectief sprake van een correcte functionele inpasbaarheid.

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

De geplande en te regulariseren volumetrie, een gelijkvloerse bouwdiepte tot 14,35 m en een dakkapel aan de achterzijde, zijn beide aanvaardbaar vanuit ruimtelijk oogpunt en stedenbouwkundig ingepast in de gebouwde context. Gelijkvloers zorgt vermelde maatvoering voor meer dan voldoende lichtinval en ruim genoeg resterende onbebouwde tuinruimte om de woonkwaliteit te garanderen.

De dakkapel in kwestie respecteert de nodige afstanden tot zowel nok en kroonlijst als tot de perceelsgrenzen en verhoudt zich zonder meer tot het volume van de woning en het dak waarin zij zich bevindt.

Het advies inzake schaal en ruimtegebruik is dan ook zonder meer gunstig.

 

Visueel-vormelijke elementen

De werken vinden geheel aan de achterzijde plaats en zijn bijgevolg niet zichtbaar vanop het openbare domein. Desalniettemin zijn de hier gehanteerde en te regulariseren materialen, witte gevelpleister en donkergrijs en wit schrijnwerk, zonder meer aanvaardbaar voor dit type van bebouwing en door het feit dat zij reeds voorkomend zijn in de onmiddellijke omgeving visueel ingepast in de gebouwde context.

Het advies voor dit deelaspect van de aanvraag is bijgevolg eenduidig gunstig.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande toestand ongewijzigd blijven.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De tuinafsluitingen worden uit de vergunning uitgesloten.

2. Ter hoogte van het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, dient betreffend dak te worden voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.

3. De bergruimte, links vooraan op het gelijkvloers, kan omwille van een te beperkte maatvoering niet als garage worden ingericht en enkel als bergruimte of fietsenberging worden gehandhaafd.

4. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering, tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

17 februari 2022

Volledig en ontvankelijk

18 maart 2022

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

17 mei 2022

Verslag GOA

25 april 2022

naam GOA

Gerd Cryns

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. De tuinafsluitingen van zij- en achtertuin dienen te voldoen aan de bepalingen van artikel 19 van de Antwerpse bouwcode, namelijk door uitgevoerd te worden als muur, haag, draadafsluiting of scherm met een minimale hoogte van 1 m en een maximale hoogte van 2,60 m worden uit de vergunning uitgesloten.

2. Ter hoogte van het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, dient betreffend dak te worden voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.

3. De bergruimte, links vooraan op het gelijkvloers, kan omwille van een te beperkte maatvoering niet als garage worden ingericht en enkel als bergruimte of fietsenberging worden gehandhaafd.

4. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering, tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.