2022_CBS_06371 - Omgevingsvergunning - OMV_2022051185. Le Corbusierlaan 2. District Antwerpen - Goedkeuring

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis 

-          18/09/1981: vergunning (1981508 / 18#83316) voor een eengezinswoning;

-          28/07/1977: verkavelingsvergunning (197746).

Vergunde toestand 

-          functie: eengezinswoning met 2 slaapkamers;

-          bouwvolume:

• woning van 1 bouwlaag onder zadeldak (met niet-ingerichte zolder) in open bebouwing;
• aangebouwde garage van 1 bouwlaag onder plat dak tegen de linker perceelgrens;

-          gevelafwerking:

• gevels in wit geschilderde beerse steen module 50;
• plint en gevelomkaderingen in blauwe paepesteen module 50;
• donkerrood houten buitenschrijnwerk;
• dakafwerking in rustieke stormpannen;
• witte PVC hanggoten en afvoerbuizen;
• bloembak op de eerste verdieping boven de voordeur in witte steen;

-          inrichting:

• voortuinafsluiting in gevelsteen van 40 cm hoog;
• perceelscheidende afsluiting in levendige hagen van 80 cm hoog;
• oprit van circa 2,4 m;
• toegangspad van circa 1 m breed in gres in de voortuin.

Huidige toestand 

-          functie en bouwvolume: in overeenstemming met de laatst vergunde toestand;

-          inrichting:

• nieuwe draadafsluiting met klimplanten aan de straatkant, achter het vergunde voortuinmuurtje;
• draadafsluiting van 1 m hoogte en hoge coniferen van 3,5 m hoogte in de voortuin langs de linker perceelgrens;
• draad- en houten afsluiting van 1 à 1,80 m in de achtertuin aan de achterste perceelgrenzen;
• houten afscheiding haaks op de voorgevel en in het verlengde van de rechter zijgevel tot aan de straat
• oprit van 3 m breedte in klinkers;
• toegangspad in sierdallen in de voortuin;
• terras in natuursteen en hout van circa 61 m² in de achtertuin;
• gemetste tuinmuur tot op 17,4 m bouwdiepte tegen de linker perceelgrens;

-          gevelafwerking:

• groen geschilderd gelijkvloers buitenschrijnwerk in de voorgevel;
• donkerblauwe nieuwe garagepoort;
• gedeelte schuin oplopend dak van de garage aan de voor- en achtergevel;
• 2 nieuwe vrijstaande luifels tegen de achtergevel;
• nieuwe gevelopening (schuifdeur) in de achtergevel;
• zonnepanelen op het hellend dak.

Gewenste toestand 

-          functie: eengezinswoning met 3 slaapkamers;

-          bouwvolume:

• nieuwe slaapkamer op zolder;
• slopen van de dakkapel en het schuine dakdeel aan de garage aan de voorgevel;
• nieuwe luifel aan de voorgevel;
• slopen van de luifels tegen de achtergevel;

-          gevelafwerking:

• de gevelsteen wordt op de gelijkvloerse voorgevel plaatselijk verwijderd en vervangen door een zwart aluminium gevelbekleding op isolatie;
• nieuwe gevelopeningen met nieuw buitenschrijnwerk in zwart aluminium;
• nieuwe antracietkleurige dakpannen;
• bestaande en nieuwe zonnepanelen;
• 4 nieuwe dakvlakvensters achteraan in het hoofddak;

-          inrichting:

• voor- en achtertuinafsluitingen conform de bestaande toestand;
• nieuwe draadafsluiting met klimop van 1,80 m hoog, haaks op de voorgevel tot aan de straat;
• uitbreken van het houten terras in de achtertuin;
• natuurstenen terras in de achtertuin tot circa 61,3 m²;
• nieuwe hemelwaterput van 10.000 liter in de voortuin.

Inhoud van de aanvraag 

-          verbouwen van een eengezinswoning;

-          wijzigen van de gevels;

-          plaatsen van tuinafsluitingen;

-          aanleggen van verharding in de tuin;

-          aanleggen van een regenwaterput.

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt in de verkaveling 197746, goedgekeurd op 28 juli 1977, meer bepaald in lot(en) 34.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan en met de verkavelingsvergunning.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)

De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)

De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)

De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

• Artikel 11 Afwerken van gevels en materiaalgebruik:
  Gevelafwerking in aluminium beplating is niet kenmerkend in de omgeving.
• Artikel 19 Tuinafsluitingen:
  In de voortuin mag de afsluiting niet hoger zijn dan 1 m. Dit betreft zowel de afsluitingen in de voortuin zelf, tussen de perceelgrenzen als naar de straat toe.
• Artikel 21 Minimale hoogte van ruimten:
  De vrije hoogte in de nieuwe uitbreiding bedraagt 2,58 m ipv. 2,60 m.
• Artikel 40 Privaat gescheiden rioolstelsel en afvoerleidingen:
  Het nieuw gescheiden afvoerstelsel wordt niet gescheiden aangeboden aan de straat.

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
 

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)

De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))

Artikel 4.3.8 is van toepassing op de aanvraag. De aanvraag is hiermee in overeenstemming.

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de straat.

Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid

De vrijstaande, witgeschilderde woning met oranjerood zadeldak wordt grondig verbouwd. De centrale vooruitspringende uitbouw waarin momenteel de inkomzone, sanitair en een bureel voorzien is, wordt van het zadeldak ontdaan, uitgebreid en voorzien van een nieuwe gevelbekleding.

Gezien de gevellijn van het vergunde volume reeds tot op de bouwlijn voorzien was, komt de bouwlijn met het dikkere isolatiepakket met 0,11 m naar voor. Volgens de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening art. 4.4.1 §2 wordt deze handelingen niet beschouwd als afwijkend van stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften. Het hoofdvolume zelf wordt niet geïsoleerd waardoor de contouren ongewijzigd blijven.

 
De resterende wijzigingen betreffen vooral interne werkzaamheden waarbij de binnenruimtes opengewerkt worden om een beter functionaliteit en beter contact met de omliggende tuin te bewerkstelligen. Woonfuncties worden hoofdzakelijk op het gelijkvloers voorzien. Onder het zadeldak wordt één slaapkamer ingericht, de rest blijft zolderruimte. Nokhoogte en dakhelling blijven ongewijzigd.

De totale terrasoppervlakte rondom de woning bedraagt 61 m². Samen met de andere verharding en woning blijft er circa 25% van het perceel tuinzone. 

De voorziene beperkte uitbreiding voldoet aan de verkavelingsvoorschriften en is bijgevolg ruimtelijk inpasbaar.

Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten

De nieuwe uitbouw aan de straatzijde wordt afgewerkt met deels witgeschilderde baksteen gelijkaardig aan de bestaande gevelafwerking van de woning en deels ingevuld met zwart gekleurde aluminium beplating of zwart gekleurde houten bekleding. Ook de nieuwe sectionaalpoort wordt in een zwarte bekleding afgewerkt.

Deze afwerking is niet kenmerkend of voorkomend in het straatbeeld en in strijd met artikel 11 van de bouwcode. De oppervlakte van deze afwerking blijft echter beperkt en de beplating blijft visueel ondergeschikt aan het metselwerk waardoor de materiaalkeuze kan toegelaten worden. Om een uniform gevelbeeld te behouden wordt in de voorwaarden opgelegd dat de poort en het invul-plaatmateriaal (zijnde zwart gekleurd hout of zwart gekleurd aluminium) in dezelfde afwerking worden uitgevoerd.

De onvergunde luifels aan de achtergevel worden afgebroken en de gevelopeningen aangepast naar de nieuwe achterliggende functies. Het buitenschrijnwerk wordt in een zwart aluminium uitvoering voorzien.

De roodbruine dakpannen worden eveneens vervangen door nieuwe antracietkleurige pannen. De zonnepanelen aan de straatgevel worden herschikt en aan de achtergevel worden 4 dakvlakramen voorzien.

De buurt wordt gekenmerkt door diverse individualistische bouwstijlen met dito afwerkingsmaterialen waaronder ook witgeschilderd metselwerk, antraciete daken en donker buitenschrijnwerk. De bovenvermelde kleurstelling en materiaalkeuze voor gevel en dak zijn bovendien conform de verkavelingsvoorschriften. 

Het beoogde materiaalgebruik is bijgevolg inpasbaar in de omgeving.

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De aanvraag voorziet het plaatsen van een regenwaterput van 10.000 liter. Het opvangen en hergebruiken van regenwaterafvoer kan enkel maar aangemoedigd worden.

Aan de straatzijde wordt achter het bestaande tuinmuurtje van 0,40 m een bijkomende tuinafsluiting met een hoogte van 1,80 m voorzien. Een tuinafsluiting aan de voortuin dient in regel beperkt te blijven tot 1 m. Deze hoogtebeperking zorgt er voor dat er interactie is tussen de straat en de aangrenzende woningen, wat de sociale controle en de levendigheid in de straat ten goede komt. Het voorliggende perceel betreft een hoekperceel waardoor de tuinoppervlakte voornamelijk uit voortuinen bestaat (tuin zijde Le Corbusierlaan en Willem Klooslaan). Het beperken van de tuinafsluiting rondom deze volledige voortuin tot 1 m zou er toe leiden dat er weinig tot geen afgeschermde tuinzone meer zou zijn die de gewenste geborgenheid geeft aan de gebruikers er van. Daarom kan een uitzondering gemotiveerd worden wat betreft de afsluiting langs de Willem Klooslaan. Dit is het tuingedeelte dat ook gelezen kan worden als zijtuin. In voorwaarde wordt daarom opgelegd om de hoogte van de tuinafsluiting van de echte voortuin (zijde Le Corbusierlaan, inclusief schuine perceelsgrens aan straathoek) te beperken tot 1 m.

De vrije hoogte in de uitbreiding bedraagt 2,58 m in plaats van de vooropgestelde 2,60 m conform artikel 21 van de bouwcode. Deze afwijking is minimaal en aanvaardbaar.

Er wordt geen gescheiden rioleringsstelsel voorzien waarbij ter hoogte van de straat één droogweerafvoer (DWA) en één hemelwaterafvoer (RWA) aangesloten kunnen worden. Dit is strijdig met artikel 40 en 41 uit de bouwcode en wordt als voorwaarde opgenomen.

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande toestand ongewijzigd blijven.

Advies aan het college

Advies over de stedenbouwkundige handelingen 

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. De zwarte sectionaalpoort en de zwart gekleurde invulbeplating in de voorgevel moeten in hetzelfde materiaal (aluminium of hout) afgewerkt worden.

3. De voortuin aan de zijde van de Le Corbusierlaan, inclusief de schuine perceelsgrens ter hoogte van de straathoek,  moet conform artikel 19 uit de bouwcode afgesloten worden door een levende afsluiting, een muurtje of een hek met een hoogte van maximum 1 m.

4. Het pand moet conform artikel 40 uit bouwcode voorzien zijn van een gescheiden rioolstelsel en bestaat uit 1 droogweerafvoer (DWA) en 1 hemelwaterafvoer (RWA). Dit gescheiden rioolsysteem moet aangeboden worden aan de straat.

5. De aansluiting van de DWA en RWA aan het openbaar rioolstelsel moet gebeuren conform de voorschriften van artikel 41 uit de bouwcode. 

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten