Terug
Gepubliceerd op 04/07/2022

2022_CBS_05386 - Omgevingsvergunning - OMV_2021186741. Klein Hagelkruis 43. District Ekeren - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 01/07/2022 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_05386 - Omgevingsvergunning - OMV_2021186741. Klein Hagelkruis 43. District Ekeren - Goedkeuring 2022_CBS_05386 - Omgevingsvergunning - OMV_2021186741. Klein Hagelkruis 43. District Ekeren - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2021186741

Gegevens van de aanvrager:

mevrouw Elke Frencken met als adres Klein Hagelkruis 43 te 2180 Antwerpen en mevrouw Lies Mertens met als adres Klein Hagelkruis 43 te 2180 Antwerpen

Ligging van het project:

Klein Hagelkruis 43 te 2180 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 35 sectie F nr. 680T4

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          21/03/2008: vergunning (3185#38 ) voor het bijbouwen van een veranda;

-          26/08/1985: vergunning (871#3147) voor een verbouwing.

 

Vergunde/geacht vergunde toestand

-          eengezinswoning van 2 bouwlagen onder zadeldak, in halfopen bebouwing, met aan de achterzijde 1 bouwlaag onder plat dak (gelijkvloerse bouwdiepte tot op 15,60 m);

-          bouwdiepte eerste verdieping tot op 7,50 m;

-          gevelbreedte van 9,55 m;

-          inpandige garage links vooraan in de woning;

-          gevelafwerking:

  • grijsbruine gevelsteen;
  • houten schrijnwerk;
  • witte steen aan de deurboog;
  • arduinen dorpels;
  • rood pannendak;

-          inrichting:

  • oprit (via gedeeltelijke erfdienstbaarheid) naar achterliggende bergplaats aan de rechterzijde;
  • bijgebouw achteraan in de tuin.

 

Huidige toestand

-          conform vergunde toestand, afgezien van:

  • rechte trap in inkom in plaats van originele spiltrap;
  • vergrote technische schacht naast de trap.

 

Gewenste toestand

-          conform huidige toestand, uitgezonderd:

-          afgebroken veranda;

-          nieuw opgetrokken gelijkvloerse aanbouw, met daarin de keuken en eetplaats;

-          nieuw opgetrokken aanbouw op 1ste verdieping, tot een diepte van gemiddeld 11,20 m;

-          gevelafwerking:

  • geïsoleerde en met leien beklede zijgevels;
  • met houten panelen beklede nieuwe aanbouw en fietsenberging;
  • zwart pvc schrijnwerk.

 

Inhoud van de aanvraag

-          het slopen van een veranda en het bouwen van een nieuw gelijkvloers volume, achteraan de woning;

-          bijkomend uitbreiden van de eerste verdieping en interne constructieve aanpassingen.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA nr. 1-3A Hagelkruis en omgeving, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 12 mei 1993. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: zone a voor woningen en openbare weg.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Bijzondere plannen van aanleg (BPA's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het bijzonder plan van aanleg op volgende punten:

-          4 – Afmetingen van de gebouwen: a) Maximum profiel. De bouwhoogte van de nieuwe aanbouw overschrijdt het maximum van 3 m. Ook de nieuwe bouwdiepte op de eerste verdieping overschrijdt het maximaal opgelegde bouwgabarit.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • Artikel 34 – Stabiliteit en scheidingsmuren: er is geen dakopstand van 0,30 m ten opzichte van het hoogst aangrenzende dak beschikbaar;
  • Artikel 43 – Septische putten: de septische put heeft een inhoud van 2.000 liter. Voor een gebouw met vijf slaapkamers dient dit echter minimaal 2.300 l te zijn..

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

De aanvraag vertoont een aantal strijdigheden met de geldende voorschriften en deels kunnen daarvoor in het eindadvies voorwaarden worden opgenomen, om het project in uitvoering alsnog aan de artikels in kwestie te laten voldoen.

Aangaande echter het gehanteerde bouwgabarit, dat niet overeenstemt met dat opgelegd in het ordeningsplan, kan worden geargumenteerd dat betreffende ruimtelijk en stedenbouwkundig aanvaardbaar is. Zo is de hoogte van het gelijkvloerse deel effectief hoger dan toegelaten (3,50 m in plaats van 3 m) maar betreffende is met de hedendaagse normen inzake minimale plafondhoogte en isolatie zonder meer een aanvaardbare, en in omvang beperkte, onregelmatigheid (de optelling van een opstap tussen buiten- en binnenpas, een minimale binnenhoogte van 2,60 m, een dikkere dakopbouw omwille van isolatie en een normale dakopstand leiden samen algauw tot een minimale maat van ± 3,40 m).

Bijkomend beantwoordt de diepte en hoogte van de eerste verdieping achteraan niet aan het opgetekende gabarit uit de voorschriften: laatstgenoemde is echter verouderd en niet meer gebaseerd op de hedendaagse kwaliteitseisen inzake wooncomfort – op deze manier wordt de totale bewoonbare oppervlakte in sterke mate beperkt, onvoldoende zelfs voor inname met een klein gezin. Om die reden wordt binnen het ordeningsplan in kwestie sowieso een afwijking toegelaten inzake de maatvoering van de eerste verdieping en wordt hier de meer gangbare richtlijn van 13 m toegepast (bovendien reeds aanwezig in meerdere gebouwen in de ruime omgeving) – in dat opzicht wordt dan ook zonder meer geadviseerd betreffende onregelmatigheden als ruimtelijk aanvaardbaar te beschouwen en als dusdanig te bekrachtigen.

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag voorziet louter het verbouwen en beperkt uitbreiden van een vergunde eengezinswoning en gelet op de verenigbaarheid van laatstgenoemde functie met de specifieke bestemmingsvoorschriften van het van kracht zijnde Bijzonder Plan van Aanleg, is er in deze dan ook effectief sprake van een correcte functionele inpasbaarheid.

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

De geplande volumetrie is afwijkend ten aanzien van het opgelegde maximum-gabarit maar zoals hierboven reeds uitvoering beargumenteerd is betreffende in overeenstemming met de hedendaagse normen, zowel qua woonkwaliteit als qua isolatie en dergelijke, en kan betreffende onregelmatigheid bekrachtigd worden.

Er kan inzake schaal en ruimtegebruik dan ook eenduidig gesproken worden van een gunstig advies.

 

Visueel-vormelijke elementen

De werken vinden grotendeels aan de achterzijde van de woning plaats en zijn bijgevolg niet zichtbaar vanop het openbare domein. Desalniettemin zijn de gehanteerde materialen, zwart kunststof schrijnwerk, leien en houten panelen, in overeenstemming met de gestelde voorschriften en bovendien visueel ingepast in de gebouwde context, waardoor eenduidig sprake is van een harmonieuze inpassing.

Het advies voor dit deelaspect van de aanvraag is dan ook zonder meer gunstig.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande toestand ongewijzigd blijven.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium «brandgedrag aan de buitenzijde» te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).

2. De septische put dient over een inhoud te beschikken van 2.300 liter.

3. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering, tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

31 december 2021

Volledig en ontvankelijk

28 januari 2022

Start 1e openbaar onderzoek

8 februari 2022

Einde 1e openbaar onderzoek

9 maart 2022

Beslissing toepassing administratieve lus

16 maart 2022

Start laatste openbaar onderzoek

25 maart 2022

Einde laatste openbaar onderzoek

23 april 2022

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

12 juli 2022

Verslag GOA

21 juni 2022

naam GOA

Gerd Cryns

 

Administratieve lus

Op de aanvraag werd een administratieve lus toegepast, omwille van de volgende reden(en):

 

Bij het afsluiten van het georganiseerde openbare onderzoek voor betreffend dossier, werd in het Omgevingsloket Vlaanderen geconstateerd dat betreffende onderzoek nooit digitaal verwerkt werd en bijgevolg niet correct werd uitgevoerd.

 

De stappen in de procedure die verkeerd gelopen zijn werden opnieuw uitgevoerd om te voorkomen dat de eindbeslissing over de aanvraag vernietigd wordt omwille van de vastgestelde procedurefout(en).

 

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

8 februari 2022

9 maart 2022

0

0

0

0

25 maart 2022

23 april 2022

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium «brandgedrag aan de buitenzijde» te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).

2. De septische put dient over een inhoud te beschikken van 2.300 liter.

3. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering, tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.