Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: OMV_2022122936
Gegevens van de aanvrager: Wendy en Franky Goossens - De Nil met als adres Putsebaan 143 bus 1 te 2040 Antwerpen
Ligging van het project: Dorpsbeekstraat ZN te 2040 Berendrecht-Zandvliet-Lillo (Antwerpen)
Kadastrale percelen: afdeling 19 sectie B nr. 518V
waarvan:
- 20220914-0067 afdeling 19 sectie B nr. 518V (Bemaling DNG)
Vergunningsplichten: Stedenbouwkundige handelingen, Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Voorwerp van de aanvraag: bouwen van een eengezinswoning en het exploiteren van een bemaling voor deze werken
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
Vergunde toestand
Bestaande toestand
Nieuwe toestand
Inhoud van de aanvraag
- bouwen van een vrijstaande eengezinswoning.
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Inhoud van de aanvraag
De aanvraag betreft de exploitatie van een bemaling voor de realisatie van een eengezinswoning.
Aangevraagde rubriek(en)
Aangevraagde rubriek(en) Bemaling DNG
Rubriek | Omschrijving | Gevraagd voor |
53.2.2°a) | bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen, gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1°, met een netto opgepompt debiet van maximum 30.000 m³ per jaar of een maximale verlaging van het grondwaterpeil tot vier meter onder maaiveld; | 9.131,00 m³/jaar |
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en |
18 oktober 2022 |
18 oktober 2022 |
Dienstverlening/
Loket Thema Wonen - huisnummering |
|
|
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit |
18 oktober 2022 |
20 oktober 2022 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht
zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal- culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van
28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt in de verkaveling 202122, goedgekeurd op 14 januari 2022, meer bepaald in lot(en) 2.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verkavelingsvergunning op volgend punt:
- Vrijstaande handelingen in de tuinzones, zijtuinstrook, verharding:
De zijtuinstrook moet als tuin worden ingericht. De verharding langsheen het gebouw is beperkt tot een maximum van 1 m. In voorliggende aanvraag betreft dit een verharding over de volledige breedte van 2,92 m.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater). (De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van
28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
o Artikel 11 Afwerken van gevels en materiaalgebruik: De gevel wordt opgetrokken in zwarte gevelsteen.
o Artikel 12 Levendige plint:
Het raam van de leefruimte is te hoog ingeplant om een regelmatig contact tussen de gebruiker(s) van het gebouw en de straat mogelijk te maken.
o Artikel 19 Tuinafsluitingen:
De voortuin moet afgesloten worden door een levende afsluiting, een muurtje of een hek met een hoogte van maximaal 1 m. Tot de voortuinafsluiting behoren zowel de afsluiting langs openbare ruimte als afsluitingen tussen voortuinen onderling. De voortuin tegen de openbare weg wordt niet afgesloten.
o Artikel 29 Fietsstalplaatsen en fietsparkeerplaatsen: Er wordt geen fietsstalplaats voorzien.
o Artikel 30 Autostalplaatsen en autoparkeerplaatsen: Er wordt geen autostalplaats voorzien.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021”) De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De op te richten woning situeert zich binnen de perimeter van een verkaveling (202122). De verkavelingsvoorschriften voor kavel 2 van deze verkaveling laten het optrekken van een woning toe. De voorgestelde functie kan aanvaard worden.
Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid
De nieuw te bouwen woning in deze aanvraag betreft een open bebouwing die bestaat uit twee volwaardige bouwlagen met een breedte van 10 meter, een bouwdiepte van 7 meter en een kroonlijsthoogte van 6,30 meter. Daarboven wordt een zadeldak voorzien met een nok evenwijdig aan de voorgevel en een hoogte van 9 meter.
De woning is voornamelijk georiënteerd naar de tuin.
Aan de straatzijde worden de inkompartij voorzien, een berging en een deel van de leefruimte. De gevelopening ter hoogte van deze leefruimte betreft echter een hoog bandraam waarvan de onderzijde zich op circa 1,65 meter ten opzichte van de straatpas bevindt. Hierdoor voldoet de voorgevel niet aan artikel 12 van de bouwcode waarin gesteld wordt het gelijkvloers van een gebouw dat aan de openbare weg grenst, aan de straatzijde een verblijfs-, horeca-, kantoor- of handelsruimte moet bevatten met een raamopening aan de straatzijde zodat een regelmatig contact tussen de gebruiker(s) van het gebouw en de straat mogelijk is. Het raam in de leefruimte is te hoog voorzien om dit contact met de straat te garanderen.
Uit lezing van het inplantingsplan blijkt dat er aan de rechterzijde van de woning een oprit aangelegd wordt met een breedte van 3 meter. Deze oprit reikt tot een bouwdiepte van +/- 10 meter. De verkavelingsvoorschriften laten het verharden van de zijtuinstrook echter niet toe, uitgezonderd een pad langs de gevel met een breedte
van maximaal 1 meter. Afwijken op dit verkavelingsvoorschrift kan niet worden toegestaan.
Bovendien wordt in de verkavelingsvoorschriften ook gesteld dat een garage inpandig voorzien moet worden. Door het voorzien van een autostaanplaats buiten het volume, zoals in deze aanvraag voorgesteld, wordt niet aan dit verkavelingsvoorschrift voldaan.
De uitwerking van het volume met de in dit dossier voorgestelde inrichting komt, om hogervermelde redenen, niet voor vergunning in aanmerking.
Visueel-vormelijke elementen
De woning wordt opgetrokken in zwarte gevelsteen en voorzien van zwart PVC schrijnwerk. Voor het dak worden zwarte dakpannen voorgesteld.
De gewenste materialen op zich, gevelsteen en dakpannen, komen in de omgeving vaker voor en zouden aanvaard kunnen worden.
Dit geldt echter niet voor de kleurkeuze van de gevelsteen. De ruime omgeving wordt gekenmerkt door de aanwezigheid van gevelsteen in de kleuren gaande van geel tot roodbruin. Zwarte gevelstenen komen verder niet voor. Zwarte dakpannen daarentegen komen wel voor in deze omgeving wat maakt dat de dakpannen wel aanvaard kunnen worden. De kleur van de gevelsteen dient in harmonie met de omgeving gekozen te worden zoals dit voorgeschreven staat in artikel 11 van de bouwcode. De voorgestelde uitwerking in zwarte gevelsteen kan niet aanvaard worden.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Uit de plannen blijkt dat de voortuin aan de straatzijde niet afgesloten wordt, terwijl dit in toepassing van artikel 19 van de bouwcode vereist is.
De verdieping bevat, naast een badkamer en een berging, twee slaapkamers. Hier wordt opgemerkt dat de kleinste slaapkamer slechts een breedte heeft van 1,90 m. Dit beperkt de bruikbaarheid van deze ruimte als slaapkamer.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voor nieuwbouwprojecten met maximaal 5 wooneenheden legt de bouwcode in artikel 30 1 parkeerplaats per wooneenheid op. In voorliggende aanvraag voor een eengezinswoning is de werkelijke parkeerbehoefte 1.
De opgetekende autostaanplaats buiten het hoofdvolume in de zijtuin is in strijd met de verkavelingsvoorschriften, aangezien deze voorschrijven dat de garage inpandig moet voorzien worden en de zijtuinstrook bouwvrij moet zijn, behoudens een verharding van maximum 1 meter breed. Afwijken op dit voorschrift is niet toegestaan.
Zodoende bevat de woning die een gevelbreedte van meer dan 8 meter heeft, geen autostaanplaats, terwijl dit in toepassing van artikel 30 van de bouwcode wel vereist is voor een nieuwbouw eengezinswoning.
Naast het ontbreken van een autostalplaats, ontbreken ook fietsstalplaatsen. In deze aanvraag, waar twee slaapkamers voorzien worden, moeten er, in toepassing van artikel 29 van de bouwcode drie fietsstalplaatsen voorzien worden.
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
Voor de realisatie van een kruipruimte, de plaatsing van een hemelwaterput en septische put is een bemaling noodzakelijk. De rekentool van VMM werd gebruikt om een schatting van het totale waterbezwaar en dergelijke te bepalen. Het grondwater zal 1 meter verlaagd worden tot 2 m-mv. De duurtijd van de bemaling bedraagt 10 dagen, het maximale dagdebiet 279 m³/dag en het totale waterbezwaar
9.131 m³/jaar. Binnen de invloedstraal van de bemaling bevinden er zich geen bij OVAM gekende risicogronden. Het opgepompte water zal via een infiltratiedarm op eigen terrein afgevoerd worden.
Door de herintekening van de no-regret zones voor PFOS in Antwerpen valt nu ook het district Berendrecht-Zandvliet-Lillo binnen een no-regret zone. Mogelijks bevat het opgepompte grondwater verhoogde concentraties aan PFOS. Aangezien er geen grondwateranalyse aan de aanvraag werd toegevoegd, gaan we uit van dit scenario. De exploitant dient de nodige maatregelen te treffen.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van onverenigbaarheden met stedenbouwkundige voorschriften, verkavelingsvoorschriften en een goede ruimtelijke ordening.
Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt positief advies gegeven de vergunning te verlenen.
Wegens het onlosmakelijk verband met de stedenbouwkundige handelingen, kan echter geen vergunning verleend worden voor de ingedeelde inrichtingen en activiteiten.
Geadviseerde rubriek(en)
Rubriek |
Omschrijving |
Ongunstig geadviseerd voor |
53.2.2°a) | bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen, gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1°, met een netto opgepompt debiet van maximum 30.000 m³ per jaar of een maximale verlaging van het grondwaterpeil tot vier meter onder maaiveld; | 9.131,00 m³/jaar |
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 15 september 2022 |
Volledig en ontvankelijk | 18 oktober 2022 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 17 december 2022 |
Verslag GOA | 1 december 2022 |
naam GOA | Katrine Leemans en Bieke Geypens |
Bevraging aanpalenden
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.
De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.