Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2022069212 |
Gegevens van de aanvrager: | NV KUWAIT PETROLEUM (Belgium) met als adres Brusselstraat 59 bus 1 te 2018 Antwerpen |
Gegevens van de exploitant: | NV KUWAIT PETROLEUM (Belgium) (0404584525) met als adres Brusselstraat 59 bus 1 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: | Boomsesteenweg 810 te 2610 Wilrijk (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | afdeling 44 sectie D nr. 275D3 |
waarvan: |
|
- 20191003-0081 | afdeling 44 sectie D nr. 275D3 (Q8 Wilrijk (A12)) |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen, Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van de aanvraag: | het herinrichten van een voormalig carwashgebouw tot een stock- en afvalruimte en het plaatsen en exploiteren van een hoogspanningscabine |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 30/07/2020: vergunning door deputatie (20194066) voor tankstation met shop en carwash: uitbreiding met CNG-installatie;
- 08/08/2001: vergunning (222#10200) oprichten van nieuwe Kuwait-publiciteit na het wegnemen van de bestaande Aral-publiciteit;
- 04/06/1998: vergunning (222#9392) bouwen van een servicestation met carwash.
Vergunde en huidige toestand
- de vergunning uit 2020 is niet uitgevoerd;
- servicestation met winkel en een carwash;
- carwashinstallatie is buiten dienst;
- inrit aan de Boomsesteenweg en twee uitritten aan de Oudebaan;
- drie parkeerplaatsen aan de linkerzijde van de shop;
- vier parkeerplaatsen aan de zijde van de Boomsesteenweg (waarvan drie parkeerplaatsen evenwijdig met de Boomsesteenweg);
- afgebakende zone achter de winkel voor afval.
Gewenste toestand
- servicestation met winkel;
- het plaatsen van een hoogspanningscabine;
- het plaatsen van 2 elektriciteitskasten voor de laadpalen;
- het intern verbouwen van de lokalen achteraan de winkel;
- carwashinstallatie omgevormd tot afvalberging en koel- en vriescel;
- parkeerplaats voor manager ter hoogte van de tweede uitrit aan de Oudebaan.
Inhoud van de aanvraag
- verbouwen van een winkel en voormalig carwashgebouw;
- plaatsen van een geprefabriceerde hoogspanningscabine;
- plaatsen van 2 elektriciteitskasten voor de laadpalen;
- ontmantelen van de voormalige carwash-installatie en het herinrichten van dit bijgebouw;
- aanbrengen van markeringen voor een bijkomende parkeerplaats.
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Voorgeschiedenis
Op 18 mei 2017 verleende de deputatie een milieuvergunning aan nv Kuwait Petroleum Belgium voor het verder exploiteren van een tankstation, met onder andere 20 verdeelslangen, een carwash, het opslaan van 50.000 liter diesel en 50.000 liter benzine (MLAV1/2017-45). Op 30 juli 2020 werd de vergunning uitgebreid met een CNG-installatie en werden de carwashactiviteiten geschrapt (OMV_2019124129). De vergunning is verleend voor onbepaalde duur.
Inhoud van de aanvraag
De exploitant wenst de vergunning uit te breiden met een transformator en het carwashgebouw in te richten als opslag- en afvalruimte.
Aangevraagde rubriek(en)
Aangevraagde rubriek(en) Q8 Wilrijk (A12)
Rubriek | Omschrijving | Gevraagd voor |
12.2.1° | transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA; | +1 x 630,00 kVA |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; | -32,00 kW |
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Agentschap Wegen en Verkeer/ AWV - District Antwerpen Vergunningen | 17 juni 2022 | 22 juni 2022 | Voorwaardelijk gunstig |
Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA | 17 juni 2022 | 4 augustus 2022 | Voorwaardelijk gunstig |
Politiezone Antwerpen/ Verkeerspolitie | 17 juni 2022 | 21 juni 2022 | Geen bezwaar |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie | 17 juni 2022 | 21 juni 2022 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 17 juni 2022 | 20 juni 2022 |
Stadsontwikkeling/ Publieke Ruimte | 17 juni 2022 | 4 juli 2022 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Oudebaan, goedgekeurd op 22 oktober 2018. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: artikel 4: zone voor groen (gr) en artikel 3: zone voor gemengde functies (ge3).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan Oudebaan op volgende punten:
- artikel 3.2.1. Inrichtingsstudie:
voor de volledige zone moet een globale inrichtingsstudie worden uitgewerkt en bij elke vergunningsaanvraag worden toegevoegd. De aanvraag bevat geen inrichtingsstudie.
- artikel 4 Zone voor groen:
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De aanvraag bevat geen globale inrichtingsstudie zoals gevraagd in artikel 3.2.1 van het ruimtelijk uitvoeringsplan. De inrichtingsstudie geeft onder andere aan hoe het voorgenomen project zich verhoudt tot wat al gerealiseerd is in deze zone en/of tot de mogelijke ontwikkeling van de rest van het plangebied en omgeving. Gelet op de beperkte ingrepen is het echter aanvaardbaar dat deze globale inrichtingsstudie niet is opgemaakt. Overeenkomstig artikel 4.4.1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan na het voeren van een openbaar onderzoek deze afwijking toegestaan worden.
Ter hoogte van de achterste uitrit wenst men een bijkomende parkeerplaats te voorzien voor de manager van het servicestation. Deze parkeerplaats wordt echter volledig voorzien in de zone voor groen van het RUP Oudebaan. Deze zone is bestemd als groene voortuinstrook waarbij enkel aanpassingen toegelaten zijn die nodig of nuttig zijn voor de groene voortuinstrook. Het inrichten van de parkeerplaats zal bijgevolg uitgesloten worden.
Op aangeleverd beeldmateriaal is vast te stellen dat de groenzone rondom het servicestation bestaat uit grijze kiezels. Dit is niet conform de aangeleverde plannen en bijkomend strijdig met de voorschriften van het RUP. Er dient een groene groenzone voorzien te worden. Dit zal dan ook in voorwaarde opgenomen worden.
Visueel-vormelijke elementen
De gevels van de hoogspanningscabine worden afgewerkt met een lichtgrijze bepleistering en een zwarte betonnen dakrand. Deze materialen zijn kenmerkend bij deze functie. Voor de hoogspanningscabine worden nog twee kleinere elektriciteitskasten geplaatst. Ter hoogte van de laadplaatsen zal de nodige laadinfrastructuur voorzien worden.
De gevelopeningen in het volume dat is omgevormd tot afvalberging en koel- en vriescel zullen worden verkleind met lichtgrijs metselwerk. Het schrijnwerk wordt voorzien in donkergrijs aluminium.
Het beoogde materiaalgebruik is stedenbouwkundig aanvaardbaar.
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag betreft het plaatsen van laadinfrastructuur voor de bevoorrading van elektrische voertuigen bij een vergund tankstation in woongebied. De bestaande functie blijft behouden.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De aanvraag betreft de plaatsing van een hoogspanningscabine, 2 elektriciteitskasten en 2 laadpalen. Deze worden voorzien op de verharding achter het volume dat ingericht zal worden als afvalberging en koel- en vriescel. Door de herinrichting van de voormalige carwash kan de afgebakende zone achteraan de shop terug vrij gemaakt worden. Deze aanpassingen zijn ruimtelijk aanvaardbaar.
De verharde zone aan de zijde van de Boomsesteenweg blijft behouden in zijn vergunde toestand. Enkel een beperkte strook van circa 0,8 meter breed tussen het openbaar domein en de verharding wordt omgevormd tot een groenzone. De aanpassingen aan het perceel geven echter de mogelijkheid om hier meer groen te voorzien conform het RUP.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Door het supprimeren van de carwash verlaagt het aantal autobewegingen op het perceel en bestaat er de mogelijkheid om het aantal in- en uitritten te herbekijken in overeenstemming met artikel 7 en 8 van het RUP. Dit heeft ook een positief effect op de verkeersveiligheid. Het verlaten van het terrein langs één uitrit aan de Oudebaan zorgt ervoor dat het fietspad maar op één plaats moet worden gekruist en het veiliger wordt voor alle weggebruikers.
In voorwaarde zal daarom opgenomen worden om de uitrit die het dichtst bij het kruispunt uitkomt in de Oudebaan af te sluiten. Het conflictpunt net na de bocht verdwijnt zonder dat er op het terrein aanpassingen moeten gebeuren aan de infrastructuur. De bomenstrook die er is op het terrein van het tankstation naast het openbaar domein kan zo worden doorgetrokken. Dit zal in voorwaarde worden opgenomen.
Het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer is als voorwaardelijk gunstig opgeladen in het omgevingsloket, maar het is een gunstig advies zonder voorwaarden. Om die reden kunnen geen voorwaarden uit dit advies overgenomen worden.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
De recent vergunde CNG-installatie wordt niet geplaatst en zal in de nabije toekomst niet geplaatst worden. De rubrieken worden geschrapt uit de vergunning. Hierdoor zijn de IIOA verbonden aan de inrichting hoogstens klasse 2 en is het college de bevoegde overheid. De exploitant wil twee snellaadpalen (2 x 160 kW) voor het opladen van elektrische voertuigen voorzien aan de noordzijde van het perceel, achter het voormalige carwashgebouw. Een oppervlakte van 18,2 m² verharding (voetpad) zal opnieuw aangelegd worden voor het plaatsen van de elektrische kasten (powercabinets) en de laadpalen.
Voor de stroombevoorrading wordt een nieuwe hoogspanningscabine voorzien in de noordoostelijke hoek van het terrein - zijde Oudebaan - met een transformator van 630 kVA. De bestaande transformator van 160 kVA blijft eveneens behouden.
De nieuwe transformator wordt geplaatst in een inkuiping die voldoende groot is om de olie op te vangen en een mogelijke verontreiniging van de bodem te voorkomen. Het risico op bodemverontreiniging is beperkt. Er wordt geen toename van het aantal verkeersbewegingen verwacht omdat het, zeker op termijn, over een verschuiving gaat van klassieke brandstoffen naar elektrisch aangedreven voertuigen.
De carwashinstallatie wordt ontmanteld. Het bijgebouw zal heringericht worden als opslagzone met koel- en vriescel en een afvalzone, waar afval tijdelijk gestockeerd wordt in afwachting van ophaling. Hierdoor kunnen de tijdelijke uitbouw met koelcontainers en de afvalplaats achter de winkel verwijderd worden. Door het wegvallen van de compressor bij de CNG-installatie daalt het totaal geïnstalleerde vermogen evenwel naar 41 kW:
- koelcel ex-carwash: 8 kW
- vriescel ex-carwash: 6 kW;
- diepvriescel winkel: 4 kW (5,6 kg R449);
- airco winkel: 18 kW (26,6 kg R410a)
- airco bureel: 2 kW (2 kg R32);
- luchtcompressor: 3 kW.
Van de nieuwe toestellen waren op het moment van de opmaak van de aanvraag geen nadere details gekend. De dichtstbijgelegen woningen bevinden zich op circa 50 meter van de nieuwe koeltoestellen. Ter plaatse is een redelijk hoog achtergrondgeluid aanwezig afkomstig van de A12. Er wordt geen geluidshinder verwacht van de nieuwe installaties.
Conclusie
Mits naleving van de algemene en sectorale milieuvoorwaarden kunnen de hinder en de effecten op mens en milieu en de risico’s voor de externe veiligheid, veroorzaakt door het aangevraagde project, tot een aanvaardbaar niveau beperkt worden.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
2. De uitrit die het dichtst bij het kruispunt met de Boomsesteenweg uitkomt in de Oudebaan dient afgesloten te worden en de bomenstrook die er is op het terrein van het tankstation naast het openbaar domein dient doorgetrokken te worden.
3. Geen vergunning wordt verleend voor de parkeerplaats voor de manager ter hoogte van de achterste uitrit aan de Oudebaan.
4. De grijze kiezels zoals zichtbaar op aangeleverd beeldmateriaal moeten vervangen worden door volwaardig groen conform de voorschriften van het RUP.
Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Mits naleving van de algemene en sectorale milieuvoorwaarden kunnen de hinder en de effecten op mens en milieu en de risico’s voor de externe veiligheid, veroorzaakt door het aangevraagde project, tot een aanvaardbaar niveau beperkt worden.
Geadviseerde rubriek(en)
Rubriek | Omschrijving | Geadviseerd voor |
12.2.1° | transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA; | +1 x 630,00 kVA |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; | -32,00 kW |
Gecoördineerde rubriek(en)
Rubriek | Omschrijving | Gecoördineerd |
3.4.1°b) | het lozen van maximaal 2 m³/uur bedrijfsafvalwater met één of meer gevaarlijke stoffen in concentraties hoger dan de indelingscriteria, vermeld in artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II; | 0,18 m³/uur |
6.5.2° | brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen, namelijk installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen, bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motor(en) met meer dan twee verdeelslangen; | 20 verdeelslangen |
12.2.1° | transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA; | 1 x 160,00 kVA 1 x 630,00 kVA |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; | 41,00 kW |
17.3.2.1.1.2° | opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen (gevarenpictogram GHS02) van gevarencategorie 3 (gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen) met een vlampunt lager dan of gelijk aan 55°C en gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 500 ton; | 41,65 ton |
17.3.2.2.2°a) | opslag van ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 1 en 2 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 2 ton tot en met 90 ton in uitsluitend ondergrondse houders; | 38,75 ton |
17.3.2.3.1°a) | opslagplaatsen voor overige brandgevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen niet vermeld in rubriek 17.3.2.1. en 17.3.2.2., met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 50 kg tot en met 1 ton, als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied; | 188,40 kg |
17.3.6.1°a) | opslagplaatsen voor schadelijke vloeistoffen en vaste stoffen op basis van etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS07 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 200 kg tot en met 20 ton als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied; | 0,23 ton |
17.3.7.1°a) | opslagplaatsen voor vloeistoffen en vaste stoffen die op lange termijn gezondheidsgevaarlijk zijn (gevarenpictogram GHS08) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton, als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied; | 0,23 ton |
17.4. | opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter; | 870,00 kg |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 20 mei 2022 |
Volledig en ontvankelijk | 17 juni 2022 |
Start 1e openbaar onderzoek | 27 juni 2022 |
Einde 1e openbaar onderzoek | 26 juli 2022 |
Beslissing toepassing administratieve lus | 12 augustus 2022 |
Start laatste openbaar onderzoek | 19 augustus 2022 |
Einde laatste openbaar onderzoek | 17 september 2022 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 29 november 2022 |
Verslag GOA | 10 november 2022 |
naam GOA | Wim Van Roosendael en Bieke Geypens |
Administratieve lus
Op de aanvraag werd een administratieve lus toegepast, omwille van de volgende reden(en):
De affiche werd niet aangeplakt uiterlijk op de dag voor de begindatum van het openbaar onderzoek en tot en met de laatste dag daarvan conform de bepalingen van artikel 20 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
De stappen in de procedure die verkeerd gelopen zijn werden opnieuw uitgevoerd om te voorkomen dat de eindbeslissing over de aanvraag vernietigd wordt omwille van de vastgestelde procedurefout(en).
De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
27 juni 2022 | 26 juli 2022 | 0 | 0 | 0 | 0 |
19 augustus 2022 | 17 september 2022 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
2. De uitrit die het dichtst bij het kruispunt met de Boomsesteenweg uitkomt in de Oudebaan dient afgesloten te worden en de bomenstrook die er is op het terrein van het tankstation naast het openbaar domein dient doorgetrokken te worden.
3. Geen vergunning wordt verleend voor de parkeerplaats voor de manager ter hoogte van de achterste uitrit aan de Oudebaan.
4. De grijze kiezels zoals zichtbaar op aangeleverd beeldmateriaal moeten vervangen worden door volwaardig groen conform de voorschriften van het RUP.
Brandweervoorwaarden
de voorwaarden uit het brandpreventieverslag met referentie BW/JM/2022/G.00694.WI.0004.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.
De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):
Rubriek | Omschrijving | Gecoördineerd |
3.4.1°b) | het lozen van maximaal 2 m³/uur bedrijfsafvalwater met één of meer gevaarlijke stoffen in concentraties hoger dan de indelingscriteria, vermeld in artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II; | 0,18 m³/uur |
6.5.2° | brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen, namelijk installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen, bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motor(en) met meer dan twee verdeelslangen; | 20 verdeelslangen |
12.2.1° | transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA; | 1 x 160,00 kVA 1 x 630,00 kVA |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; | 41,00 kW |
17.3.2.1.1.2° | opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen (gevarenpictogram GHS02) van gevarencategorie 3 (gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen) met een vlampunt lager dan of gelijk aan 55°C en gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 500 ton; | 41,65 ton |
17.3.2.2.2°a) | opslag van ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 1 en 2 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 2 ton tot en met 90 ton in uitsluitend ondergrondse houders; | 38,75 ton |
17.3.2.3.1°a) | opslagplaatsen voor overige brandgevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen niet vermeld in rubriek 17.3.2.1. en 17.3.2.2., met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 50 kg tot en met 1 ton, als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied; | 188,40 kg |
17.3.6.1°a) | opslagplaatsen voor schadelijke vloeistoffen en vaste stoffen op basis van etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS07 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 200 kg tot en met 20 ton als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied; | 0,23 ton |
17.3.7.1°a) | opslagplaatsen voor vloeistoffen en vaste stoffen die op lange termijn gezondheidsgevaarlijk zijn (gevarenpictogram GHS08) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton, als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied; | 0,23 ton |
17.4. | opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter; | 870,00 kg |
Het college beslist dat de omgevingsvergunning geldig is voor onbepaalde duur.