Er werd bij de Vlaamse Regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:
- een openbaar onderzoek te houden;
- advies uit te brengen.
Projectnummer: | OMV_2022048909 |
Gegevens van de aanvrager: | Elzbieta en Magdalena Dybas - Banas met als adres Ullensstraat 42 te 2650 Edegem |
Ligging van het project: | Ullensstraat 42 te 2650 Edegem |
Kadastrale percelen: | sectie A nrs. 53K6 en afdeling 42 sectie C nrs. 236N13 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen en uitbreiden van en eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 29/11/1971: vergunning (222#2992) voor verbouwingswerken aan een woning.
Vergunde toestand
- functie: eengezinswoning;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Bestaande toestand
- bouwvolume:
Nieuwe toestand
- functie: eengezinswoning;
- bouwvolume:
Inhoud van de aanvraag
- uitbreiden van het gelijkvloers;
- voorzien van een dakterras bij de 1ste verdieping;
- plaatsen van glazen wanden op de perceelgrenzen ter hoogte van het dakterras.
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Een terras tot een diepte van 14,60 m op de verdieping is niet kenmerkend in de omgeving.
De bouwdiepte van 14,60 m op de 1ste verdieping, inclusief het terras, is niet kenmerkend in de omgeving.
Op het gelijkvloers hebben de kamers, ter hoogte van de uitbreiding, slechts een hoogte van 2,50 m in plaats van 2,60 m.
Het materiaal van de nieuwe scheidingsmuur op de rechter perceelgrens is niet gespecifieerd. Voor enkelvoudige scheidingsmuren geldt dat deze uitgevoerd dienen te worden in massief, ongeperforeerd materiaal. Verder dienen de scheidingsmuren een minimale opstand van 0,30 m ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak te hebben, dit kunnen we voor de scheidingsmuur met de buur nr. 40 niet afleiden uit de plannen.
Sectorale regelgeving
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex wonen van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De woonfunctie blijft behouden. Aangezien de omgeving hoofdzakelijk bestaat uit eengezinswoningen, kan de woning als functioneel inpasbaar worden beschouwd.
Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid
Het gelijkvloers wordt achteraan uitgebreid en verbouwd.
De verdiepingshoogte van het achterste gedeelte voldoet niet aan artikel 21 ‘Minimale hoogte van ruimten’ van de bouwcode. In de voorwaarden moet worden opgelegd de kamers op het gelijkvloers volledig te voorzien met een plafondhoogte van 2,60 m.
Het dak van de uitbouw op het gelijkvloers, wordt op de verdieping voorzien als terras.
Om de privacy van de aanpalende te garanderen worden er terrasschermen voorzien op de perceelgrens. Terrassen komen in de omgeving niet voor op een bouwdiepte van 14,60 m op de verdieping. De terrassen op nr. 38 zijn vergund tot een bouwdiepte van 13,20 m. Dit stemt overeen met de bouwdiepte van de rechtergebuur. Het terras en de daaraan gekoppelde terrasschermen overschrijden de maximaal aanvaardbare bouwdiepte op de eerste verdieping. Het terras en de schermen moeten daarom worden uitgesloten worden uit de vergunning.
Visueel-vormelijke elementen
De aanvraag voorziet geen wijzigingen aan de voorgevel.
De materialisatie van de achtergevel is inpasbaar in de stedelijke omgeving van het pand.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De woning voldoet aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruikersgenot. De geplande verbouwingswerken zijn mits naleven van de voorwaarden niet storend voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening.
De aanvraag bevat geen duidelijke gegevens over de dakopstanden ter hoogte van de scheimuren.
In de voorwaarden moet worden opgenomen dat deze moeten voldoen aan de bepalingen van artikel 34 ‘Stabiliteit en scheidingsmuren’ van de bouwcode. Ook de materialisatie en dikte van de nieuwe scheimuren moeten voldoen aan dit artikel.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.
Advies van het college
Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 m ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).
2. De nieuwe scheimuren moeten worden voorzien volgens de bepalingen van artikel 34 ‘Stabiliteit en scheidingsmuren’ van de bouwcode.
3. De kamers op het gelijkvloers moeten volledig worden voorzien met een plafondhoogte van 2,60 m conform artikel 21 van de bouwcode.
4. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
5. Het voorzien van een terras en terrasschermen op de verdieping zal worden uitgesloten uit de vergunning.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:
Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.
Procedurestap | Datum |
Ontvangst adviesvraag | 18 augustus 2022 |
Start 1e openbaar onderzoek | 8 september 2022 |
Einde 1e openbaar onderzoek | 7 oktober 2022 |
Beslissing toepassing administratieve lus | 11 augustus 2022 |
Start laatste openbaar onderzoek | 8 september 2022 |
Einde laatste openbaar onderzoek | 7 oktober 2022 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste adviesdatum | 7 oktober 2022 |
Administratieve lus
Op de aanvraag werd een administratieve lus toegepast, omwille van de volgende reden(en):
Voorstel tot termijnverlenging, zodat de aanvrager zijn dossier kan aanpassen conform het advies van het schepencollege van Edegem. Eens de gevraagde wijzigingen binnen zijn, dient er een nieuw openbaar onderzoek en een nieuwe adviesronde te worden georganiseerd.
De stappen in de procedure die verkeerd gelopen zijn, werden opnieuw uitgevoerd, om te voorkomen dat de eindbeslissing over de aanvraag vernietigd wordt omwille van de vastgestelde procedurefout(en).
De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
|
| 0 | 0 | 0 | 0 |
8 september 2022 | 7 oktober 2022 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Informatievergadering
Een informatievergadering was niet vereist en werd niet gehouden.
Het college beslist een gunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op de aanvraag, onder volgende voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 m ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).
2. De nieuwe scheimuren moeten worden voorzien volgens de bepalingen van artikel 34 ‘Stabiliteit en scheidingsmuren’ van de bouwcode.
3. De kamers op het gelijkvloers moeten volledig worden voorzien met een plafondhoogte van 2,60 m conform artikel 21 van de bouwcode.
4. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
5. Het voorzien van een terras en terrasschermen op de verdieping zal worden uitgesloten uit de vergunning.