Terug
Gepubliceerd op 28/11/2022

2022_CBS_09306 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Voorwaardelijk gunstig advies - OMV_2022061892. Poldervlietweg 5. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 25/11/2022 - 09:00 Stadhuis - contact: Tania Stremersch - bz_besluitvorming_mailbox@antwerpen.be
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_09306 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Voorwaardelijk gunstig advies - OMV_2022061892. Poldervlietweg 5. District Antwerpen - Goedkeuring 2022_CBS_09306 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Voorwaardelijk gunstig advies - OMV_2022061892. Poldervlietweg 5. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd bij de Vlaamse Regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

De gewestelijke omgevingsvergunningscommissie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:

- een openbaar onderzoek te houden;

- advies uit te brengen.

 

Projectnummer:

OMV_2022061892

Gegevens van de aanvrager:

mevrouw Chantal Jonkers met als contactadres Poldervlietweg 5 te 2030 Antwerpen en de heer Stefan Opdenakker met als contactadres poldervlietweg 5 te 2030 Antwerpen

Gegevens van de exploitant:

NV INDAVER (0427973304) met als contactadres Ketenislaan(KAL) 1 te 9130 Beveren

Ligging van het project:

Poldervlietweg 5 te 2030 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 16 sectie B nrs. 138D, 138L, 138K, afdeling 18 sectie D nrs. 28C en 80B

waarvan:

 

-          20170905-0030

afdeling 16 sectie B nrs. 138D, 138K, afdeling 18 sectie D nrs. 80B, afdeling 16 sectie B nrs. 138L en afdeling 18 sectie D nrs. 28C (Indaver nv)

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen, Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

aanleg van een bulkopslagzone, een contractorzone en een wachtzone voor tankwagens;

opslag Directe Injecties, Contractor Zone en Bulk Opslag

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-     24/11/2006: bouwen van een overdekte manipulatieruimte met opslagvoorziening van vaten en verplaatsing bestaande vatenopslag. 

 

Bestaande toestand

Een site van een grootschalig afvalverwerkingsbedrijf dat zich kenmerkt door industriële installaties en constructies.

 

Inhoud van de aanvraag

De aanvraag betreft het inrichten van een bulkopslagzone, een contractorzone en een wachtzone door: 

-     het slopen van een verharding; 

-     het aanleggen van verhardingen;

-     het bouwen van wanden; 

-     het aanleggen van een infiltratiegracht.

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Voorgeschiedenis

De Vlaams minister van Omgeving verleende op 15 november 2019 een omgevingsvergunning voor de verdere exploitatie en verandering van een afvalverwerkingsbedrijf met stortplaats, voor een termijn van onbepaalde duur. Nadien werden er nog diverse vergunningen verleend voor veranderingen.

 

Inhoud van de aanvraag

Het voorwerp van de aanvraag betreft voornamelijk het verplaatsen van de bestaande bulkopslagzone naar een andere locatie op de site.

 

Aangevraagde rubriek(en)
 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

2.2.2.a)2°

opslag en mechanische behandeling van inerte afvalstoffen met een opslagcapaciteit van meer dan 1.000 m³;

verplaatsen opslag naar andere locatie

2.2.2.f)2°

opslag en mechanische behandeling van niet-gevaarlijke afvalstoffen van meer dan 100 ton;

verplaatsen opslag naar andere locatie

2.2.2.g)2°

opslag en mechanische behandeling van gevaarlijke afvalstoffen van meer dan 100 ton;

verplaatsen opslag naar andere locatie

2.3.1.a)

opslag en verwijdering - opslag en mechanische behandeling, andere dan deze bedoeld in rubriek 2.3.7, van niet-gevaarlijke afvalstoffen;

verplaatsen opslag naar andere locatie

2.3.1.b)

opslag en verwijdering - opslag en mechanische behandeling, andere dan deze bedoeld in rubriek 2.3.7., van gevaarlijke afvalstoffen;

verplaatsen opslag naar andere locatie

2.3.4.1.b)

opslag en verbranding van verontreinigd behandeld houtafval;

verplaatsen opslag naar andere locatie

2.3.4.1.m)

opslag en verbranding van waterzuiveringsslib;

verplaatsen opslag naar andere locatie

2.4.3.a)3°

de verwijdering van niet-gevaarlijke afvalstoffen met een capaciteit van meer dan 50 ton per dag door middel van een of meer van de volgende activiteiten, met uitzondering van de activiteiten, vermeld in rubriek 3.6.4, voorbehandeling van afval voor verbranding of meeverbranding;

3.000 ton

2.4.5.

tijdelijke opslag van gevaarlijke afvalstoffen in afwachting van behandeling;

verplaatsen opslag naar andere locatie

17.2.2.

VR-plichtige inrichting waar gevaarlijke producten in hoeveelheden die gelijk zijn aan of groter zijn dan de hoeveelheid, vermeld in bijlage 5, deel 1 en 2, kolom 3, bij dit besluit, aanwezig zijn, in voorkomend geval gebruikmakend van de sommatieregel, vermeld in noot 4 bij bijlage 5, deel 1 en deel 2 (hogedrempel Seveso-inrichting).

verplaatsing van Sevesostoffen

Argumentatie

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA

10 oktober 2022

15 november 2022

Voorwaardelijk gunstig

Havenbedrijf Antwerpen, subadvies milieu

6 oktober 2022

25 oktober 2022

Gunstig

Water-link

10 oktober 2022

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

 

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) Afbakening zeehavengebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.

De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.

Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.

 

Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Specifiek regionaal bedrijventerrein voor afvalverwerking en recyclage.

Het gebied is bestemd voor regionale bedrijven met afvalverwerkende en recyclerende activiteiten. Daarnaast zijn de volgende activiteiten toegelaten:

- verwerking en bewerking van mest of slib;

- grondopslag en grondbewerking en –verwerking.

Installaties voor het opwekken van hernieuwbare energie, energierecuperatie of warmtekrachtkoppeling zijn toegelaten.

 

Aan de oostzijde van het goed loopt een overdruk met als aanduiding Bouwvrije strook.

In het gebied, aangeduid met deze overdruk, geldt een verbod om vergunningsplichtige gebouwen en constructies op te richten behalve handelingen voor leidingen, telecommunicatie infrastructuur, ecologische infrastructuur, lokaal openbaar vervoer, lokale dienstwegen en paden voor niet-gemotoriseerd verkeer. Het gebied met de overdruk grenst aan de hoofdweg A12 Havenweg Antwerpen- Bergen-op-Zoom en is 35 meter breed.

 

De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Voor een straal van 500 meter rond het goed is het voormelde GRUP tevens van toepassing. Hier gelden volgende bestemmingsvoorschriften binnen de afbakeningslijn van het zeehavengebied Antwerpen: 

-     Specifiek regionaal bedrijventerrein voor afvalverwerking en recyclage; 

-     Gebied voor verkeers- en vervoersinfrastructuur voor de R2 en de Kruisweg in het noorden; 

-     Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven ten noorden van de R2;  

-     Gebied voor spoorinfrastructuur; 

-     overdrukken Hoogspanningsleiding en Verbinding voor fietsers parallel aan de R2; 

Buiten de afbakeningslijn van het zeehavengebied Antwerpen, maar volgens het GRUP Afbakening Zeehavengebied Antwerpen, gelden volgende bestemmingsvoorschriften: 

-     Natuurgebied met overdruk Grote Eenheid Natuur (GEN); 

-     Bouwvrij agrarische gebied met overdruk Erfgoedlandschap; 

-     overdruk bouwvrije strook;

-     overdrukken Leidingstraat en Hoogspanningsleiding.

 

Binnen de straal van 500 meter is tevens het GRUP Liefkenshoek spoortunnel van toepassing (Besluit van de Vlaamse regering van 9 mei 2008). Volgens dit GRUP zijn de spoorwegen ten noorden en oosten van het goed bestemd als Gebied voor spoorinfrastructuur. Over deze zone loopt een overdruk met als aanduiding Hoogspanningsleiding. Over de R2 loopt een overdruk met als aanduiding Gebied voor ongelijkvloerse verkeers- en vervoersinfrastructuur.

 

Binnen de straal van 500 meter is verder nog het GRUP Hoogspanningslijn Zandvliet – Lillo – Liefkenshoek van toepassing (Besluit van de Vlaamse regering van 1 juli 2016). Volgens dit GRUP loopt een overdruk ten noorden van de R2, op minimum 120 meter van het goed, met als aanduiding Hoogspanningsleiding. Aan beide zijden van de hoogspanningsleiding is een zone aangeduid met als overdruk Gebied met overdruk gebruiksbeperkingen.

 

Binnen de straal van 500 meter is eveneens het GRUP Zeehaven Antwerpen rechteroever “Bietenveld” van toepassing. (Besluit van de Vlaamse regering van 9 maart 2007). Binnen dit GRUP geldt het bestemmingsvoorschrift Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven met een overdruk Bouwvrije strook.

 

Ten oosten van de aanvraag is het gewestplan Antwerpen nog van toepassing met als bestemmingen Bestaande hoofdverkeerswegen (voor de A12) en Bufferzones.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

Hemelwater: Het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.

De gewestelijke hemelwaterverordening is niet van toepassing op de verhardingen van de bulkopslagzone en de wachtzone daar het hemelwater dat op deze zones valt door contact met de verharde oppervlakte zo vervuild kan worden dat het als potentieel vervuild water beschouwd moet worden.

 

De gewestelijke hemelwaterverordening is wel van toepassing op de verharding van de contractorzone met een oppervlakte van 2.468 m². Het plaatsen van een hemelwaterput is niet vereist. Volgens de hemelwaterverordening dient er wel een infiltratievoorziening voorzien te worden met een minimaal volume van 61,7 m³ en een minimale oppervlakte van 98,72 m².  Er wordt een infiltratiegracht voorzien met een inhoud van 95 m³ en een oppervlakte van circa 278 m². Er wordt opgemerkt dat de nieuwe gracht circa 1 meter diep is. Volgens het technisch achtergronddocument bij de hemelwaterverordening (CIW Vlaanderen, 2016) mogen bij dergelijke diepe bovengrondse infiltratievoorzieningen enkel de schuine oppervlakte van de gracht als infiltratieoppervlakte meegenomen worden. Uit de bijgevoegde plannen kan vermoed worden dat er tegemoet gekomen wordt aan de uitgangsprincipes van de gewestelijke hemelwaterverordening.
 

Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid.

De gewestelijke verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid – Visueel-vormelijke elementen

Met voorliggende aanvraag worden op de site van een grootschalig afvalverwerkingsbedrijf drie projecten aangevraagd, namelijk het verplaatsen van de bulkopslagzone, de aanleg van een contractorzone en de aanleg van een wachtzone. Op de site is reeds een bulkopslagzone in openlucht, waar vaste bulkafvalstoffen tijdelijk worden opgeslagen, aanwezig. Deze dient verplaatst te worden om plaats te maken voor een nieuwe P2C-installatie (geen voorwerp van voorliggende aanvraag).

 

De nieuwe bulkopslagzone en de contractorzone worden voorzien op een gedeeltelijk onverhard terrein (het contractorplein) in het noordwesten op de site. De wachtzone wordt vrij centraal op de site voorzien, ter hoogte van het bufferbekken.

 

Voor de bulkopslagzone wordt een nieuwe asfaltverharding aangelegd met een oppervlakte van circa 2.160 m². Deze verharding wordt voorzien van een kleimat die ervoor zorgt dat de zone vloeistofdicht is en geschikt voor de opslag van afvalstoffen. De verharding wordt gedeeltelijk voorzien van wanden met betonnen stapelblokken (legioblokken) tot een hoogte van 3,2 meter. Hierdoor worden verschillende zones gecreëerd (bulkopslagzone en demontagezone).

 

Ten zuiden van de bulkopslagzone wordt de contractorzone voorzien die gebruikt zal worden door contractoren die werkzaamheden uitvoeren op de site. Deze zone is reeds gedeeltelijk ingericht met een grindverharding waar tijdelijke containers voor materiaal en werfketens staan. Het aantal werfketens en containers is afhankelijk van de werkzaamheden op de site. Rondom de zone voor de tijdelijke werfketens wordt een nieuwe asfaltverharding met een oppervlakte van circa 2.468 m² aangelegd. Hierop worden verschillende zones gecreëerd: de stellingzone, de vuurvaste zone, de lay-down area en de materialenzone. De zone wordt volledig afgesloten met een draadhekwerk met een hoogte van 1,2 meter.

Tussen de contractorzone en de bulkzone wordt een infiltratiegracht voorzien voor de opvang van het hemelwater dat op de contractorzone valt (zie deel hemelwaterverordening).

Opgemerkt wordt dat er werfketens en materiaalcontainers op het terrein geplaatst worden naar gelang de nood hieraan en dat er geen vaste opstellingen of aantallen zijn. Echter geldt voor het plaatsen van werfketens en materiaalcontainers wel een stedenbouwkundige vergunningsplicht. Deze handelingen kunnen pas vrijgesteld zijn van stedenbouwkundige vergunningsplicht mits deze onder het Vrijstellingenbesluit vallen.

 

Daar het niet altijd mogelijk is om tankwagens onmiddellijk te lossen bij aankomst op de site, wordt zij tijdelijk opgeslagen op een wachtzone. Voor deze wachtzone zal een deel van de bestaande verharding met een oppervlakte van circa 390 m² vervangen worden door een nieuwe vloeistofdichte betonverharding. De wachtzone en de reeds bestaande opslagplaats voor paletten worden langs drie zijden voorzien van wanden met betonnen stapelblokken (legioblokken) met een hoogte van 5 meter. Er is in totaal plaats voor zeven tankwagens, opgedeeld in twee aparte zones: zone W1a voor vier tankwagens en zone W1b voor drie tankwagens.

 

De nieuwe verhardingen en constructies maken de verdere exploitatie van het bestaand industrieel bedrijf mogelijk. Bijgevolg past de aanvraag zich functioneel in binnen het industrieveld.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De werken worden uitgevoerd op een grootschalig industrieterrein temidden van allerhande industriële installaties en gebouwen. De ruimtelijke impact is eerder beperkt. De aanvraag is in overeenstemming en verenigbaar met de ruimtelijke context van het havengebied waarbinnen deze aanvraag is gesitueerd.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Wegens de situering van de aanvraag in de directe nabijheid van pijpleidingen heeft de vergunningverlenende overheid het advies ingewonnen van de beheerders van deze leidingen.

Het is aan de vergunningverlenende overheid om eventuele opmerkingen van de pijpleidingbeheerders mee te nemen in de beslissing.

 

Gezien de aard van de aanvraag, werd het advies ingewonnen van de Brandweerzone Antwerpen. Dit advies is voorwaardelijk gunstig. De voorwaarden uit dit advies, met het oog op de brandveiligheid, worden aan dit advies gehecht.

 

Wegens de nabijheid van een waterleiding werd advies gevraagd aan Water-link. Zij hebben echter geen tijdig advies uitgebracht. De aanvrager is wettelijk verplicht om voor de start van de werken een klip-klim melding uit te voeren.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

De aanvraag genereert geen bijkomende parkeerbehoefte en geen significante toename van het aantal verkeersbewegingen.

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

Met voorliggende vergunningsaanvraag wenst Indaver, voor wat betreft de ingedeelde inrichting of activiteit, volgende zaken te laten vergunnen:

- de verplaatsing van de bulkopslagzone;

- aanpassingen aan de wachtzone directe injectie.

 

Op de bestaande bulkopslagzone in openlucht worden afvalstromen tijdelijk opgeslagen. Het betreft onder meer licht verontreinigde gronden, niet-conforme bodemassen en verontreinigde niet-recycleerbare paletten. De zone bevindt zich momenteel vooraan aan de site waar op termijn de nieuwe plastic to chemicals installatie zal gebouwd worden. Men wenst de bulkopslagzone te verplaatsen naar de noord-oost zijde van de site. De vergunde tonnages en gevaarseigenschappen voor de bulkopslagzone blijven behouden op de nieuwe locatie.

 

Bepaalde afvalstoffen, waarvan de vorm en afmetingen niet voldoen aan de acceptatiecriteria van de bunker voor verbranding, worden verkleind door middel van een mobiele breker. Zo’n 4 maal per jaar wordt er een mobiele breker geplaatst om de afvalstoffen te verkleinen. Tijdens een gemiddelde campagne wordt zo’n 200 ton geschredderd, wat neerkomt op een totaal van 800 ton /jaar. Het gaat telkens over vaste weinig stuifgevoelige afvalstoffen volgens het aanvraagdossier. De breker is voorzien van een sproeisysteem met water.

 

De nieuwe bulkopslagzone wordt uitgevoerd met een vloeistofdichte verharding. De verharding loopt af naar een opvangput voor potentieel vervuild hemelwater (79 m³). Na controle op vervuiling zal het potentieel vervuild hemelwater overgepompt worden naar het run-off bekken van de deponie. De inhoud van het bekken wordt ingezet voor hergebruik op de installatie van de site. Indien de inhoud van de put te vervuild is voor hergebruik, zal het naar de waterzuivering of interne verwerkingsinrichtingen worden afgevoerd.

De omgevingsdienst voor een schoon en veilig Zeeland geeft in haar schrijven aan dat de BBT-toets die in het aanvraagdossier werd opgenomen geen inzicht geeft voor wat betreft het voorkomen van afvalwater zoals preventie in hoeveelheid (BBT nr. 19(e) mogelijkheden tot afdekken) en vervuilingsgraad (BBT nr. 3 en nr. 7). Men vraagt om de aanvraag verder aan te laten vullen met een verdere uitwerking van de BREF afvalbehandeling waarbij aandacht wordt besteed aan de preventie van afvalwater in zowel hoeveelheid als vervuilgingsgraad. 
Het is aangewezen dat de aanvraag wordt aangevuld met deze informatie. 

 

Indaver beschikt over een wachtzone voor tankwagens. Deze wachtzone is reeds vergund voor 7 tankwagens. Men wenst deze zone op te splitsen in 2 aparte zones (3 stelplaatsen en 4 stelplaatsen) met elk een aparte chemische put van 30 m³. De vergunde tonnages blijven behouden. Door de zone op te splitsen en nieuwe chemische putten te voorzien, kan er voldaan worden aan de VLAREM voorwaarden met betrekking tot de vereiste inkuipingscapaciteit en is de verkregen bijstelling (inkuiping 10% in plaats van 25% van het totale waterinhoudsvermogen) niet meer van toepassing.

 

Het potentieel vervuild hemelwater van de chemische putten zal na visuele of analytische controle verpompt worden naar het hergebruik circuit, gezuiverd worden in de waterzuivering of verwerkt worden in draaitrommelovens indien het ernstig vervuild is.

 

Het betreft een hogedrempel Seveso-inrichting. Ten gevolge van de splitsing van de wachtplaats kan er geen aparte wachtplaats meer worden voorzien voor waterreactieve producten. De potentiële aanwezigheid van diverse Seveso-categorieën wordt verminderd met 20 ton (1 tankwagen). Verder veroorzaakt het project geen veranderingen ten opzichte van de toestand beschreven in het laatste omgevingsveiligheidsrapport, uitgezonderd de verplaatsing van de bulkopslagplaats. Het aanvraagdossier bevat een schrijven van het team Externe veiligheid van het departement Omgeving waarin wordt gesteld dat het project kan beschouwd worden als een klein project met gevaarlijke stoffen waardoor er geen veiligheidsnota moet worden opgesteld.

 

Het is aan de vergunningverlenende overheid om, op basis van alle onafhankelijk uitgebrachte deskundige adviezen, tot een gemotiveerde en integrale beslissing te komen.

 

Advies van het college

Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De voorwaarden uit het advies van de Brandweerzone Antwerpen dienen strikt te worden nageleefd.

 

Geadviseerde rubriek(en)

 

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

2.2.2.a)2°

opslag en mechanische behandeling van inerte afvalstoffen met een opslagcapaciteit van meer dan 1.000 m³;

verplaatsen opslag naar andere locatie

2.2.2.f)2°

opslag en mechanische behandeling van niet-gevaarlijke afvalstoffen van meer dan 100 ton;

verplaatsen opslag naar andere locatie

2.2.2.g)2°

opslag en mechanische behandeling van gevaarlijke afvalstoffen van meer dan 100 ton;

verplaatsen opslag naar andere locatie

2.3.1.a)

opslag en verwijdering - opslag en mechanische behandeling, andere dan deze bedoeld in rubriek 2.3.7, van niet-gevaarlijke afvalstoffen;

verplaatsen opslag naar andere locatie

2.3.1.b)

opslag en verwijdering - opslag en mechanische behandeling, andere dan deze bedoeld in rubriek 2.3.7., van gevaarlijke afvalstoffen;

verplaatsen opslag naar andere locatie

2.3.4.1.b)

opslag en verbranding van verontreinigd behandeld houtafval;

verplaatsen opslag naar andere locatie

2.3.4.1.m)

opslag en verbranding van waterzuiveringsslib;

verplaatsen opslag naar andere locatie

2.4.3.a)3°

de verwijdering van niet-gevaarlijke afvalstoffen met een capaciteit van meer dan 50 ton per dag door middel van een of meer van de volgende activiteiten, met uitzondering van de activiteiten, vermeld in rubriek 3.6.4, voorbehandeling van afval voor verbranding of meeverbranding;

3.000 ton

2.4.5.

tijdelijke opslag van gevaarlijke afvalstoffen in afwachting van behandeling;

verplaatsen opslag naar andere locatie

17.2.2.

VR-plichtige inrichting waar gevaarlijke producten in hoeveelheden die gelijk zijn aan of groter zijn dan de hoeveelheid, vermeld in bijlage 5, deel 1 en 2, kolom 3, bij dit besluit, aanwezig zijn, in voorkomend geval gebruikmakend van de sommatieregel, vermeld in noot 4 bij bijlage 5, deel 1 en deel 2 (hogedrempel Seveso-inrichting).

verplaatsing van Sevesostoffen


Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. De aanvraag dient aangevuld te worden met een verdere uitwerking van de BREF afvalbehandeling waarbij aandacht wordt besteed aan de preventie van afvalwater in zowel hoeveelheid als vervuilgingsgraad. 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:

 

  1. de aanvraag ingediend is door het betrokken college;
  2. de aanvraag louter betrekking heeft op mobiele of verplaatsbare ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

 

Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.

Fasering

Procedurestap

Datum

Ontvangst adviesvraag

7 oktober 2022

Start openbaar onderzoek

14 oktober 2022

Einde openbaar onderzoek

12 november 2022

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste adviesdatum

26 november 2022

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

14 oktober 2022

12 november 2022

2

0

0

1

 

Bespreking van de bezwaren

 

Tijdens het openbaar onderzoek werd een digitaal bezwaarschrift ontvangen van NMBS. Met dit bezwaarschrift reageert NMBS op het schrijven van de stad in het kader van het openbaar onderzoek. NMBS stelt dat ze niet betrokken zijn bij dit terrein maar Infrabel nv wel en dat deze geconsulteerd dient te worden. Infrabel werd vervolgens op de hoogte gebracht van het openbaar onderzoek. Er werd geen reactie ontvangen van Infrabel. Zij hebben wel een advies uitgebracht waarin zij aangeven geen bezwaar te hebben de omgevingsvergunningsaanvraag.

 

Tijdens het openbaar onderzoek werd tevens een e-mail ontvangen van Aquafin nv. Met dit bezwaarschrift reageert Aquafin op het schrijven van de stad in het kader van het openbaar onderzoek. Aquafin geeft aan dat zij geen bezwaar hebben aangezien er geen leidingen van Aquafin of leidingen van de Vlaamse Milieumaatschappij in het beheer van Aquafin op de percelen gelegen zijn.

De omgevingsdienst voor een schoon en veilig Zeeland geeft in haar schrijven aan dat de BBT-toets die in het aanvraagdossier werd opgenomen geen inzicht geeft voor wat betreft het voorkomen van afvalwater zoals preventie in hoeveelheid (BBT nr. 19(e) mogelijkheden tot afdekken) en vervuilingsgraad (BBT nr. 3 en nr. 7). Men vraagt om de aanvraag verder aan te laten vullen met een verdere uitwerking van de BREF afvalbehandeling waarbij aandacht wordt besteed aan de preventie van afvalwater in zowel hoeveelheid als vervuilgingsgraad. 
Het is aangewezen dat de aanvraag wordt aangevuld met deze informatie. 

Informatievergadering
Een informatievergadering was niet vereist en werd niet gehouden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college beslist een gunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op de aanvraag, onder volgende voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De voorwaarden uit het advies van de Brandweerzone Antwerpen dienen strikt te worden nageleefd.


Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. De aanvraag dient aangevuld te worden met een verdere uitwerking van de BREF afvalbehandeling waarbij aandacht wordt besteed aan de preventie van afvalwater in zowel hoeveelheid als vervuilgingsgraad. 

Artikel 2

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.