Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2022113482 |
Gegevens van de aanvrager: | Dimitri Goossens met als adres Karmelietenstraat 51 te 2600 Antwerpen en Sylvie Colson met als adres Karmelietenstraat 51 te 2600 Antwerpen |
Gegevens van de exploitant: | Dimitri Goossens met als adres Karmelietenstraat 51 te 2600 Antwerpen en Sylvie Colson met als adres Karmelietenstraat 51 te 2600 Antwerpen
|
Ligging van het project: | Karmelietenstraat 51 te 2600 Berchem (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | afdeling 21 sectie A nr. 357R |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen en uitbreiden van een eengezinswoning
|
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
14/05/1952: vergunning (957#2747) voor het bouwen van een woning.
Vergunde toestand
functie:
eengezinswoning in gesloten bebouwing;
bouwvolume:
2 bouwlagen onder plat dak;
gelijkvloerse bouwdiepte van 12 m;
bouwdiepte verdieping tot 9,5 m;
gevelafwerking:
parement in witte handvormsteen (verdieping), gelijkvloerse plint grotendeels in stalen en wit geschilderd houten schrijnwerk met een kleine lage plint (links) in rotssteen, dorpels en zijposten in blauwe hardsteen, balkonconstructie en kroonlijst met onderstuk in gebouchardeerd beton, stalen balustrade;
voorhofafsluiting in rotssteen met afdekplaten, zijstukken en dorpel in gebouchardeerde blauwe hardsteen;
inrichting:
breed verhard pad in de voortuin in rotssteen;
terras in de achtertuin van circa 6,1 m².
Bestaande toestand
overeenkomstig met de vergunde toestand, afgezien van:
gelijkvloerse bouwdiepte werd uitgebreid (tot een bouwdiepte van 14,5 m);
inkom werd verplaatst naar links (i.p.v. een slaapkamer);
inkomhal werd ingericht als berging;
verhard pad in voortuin heraangelegd en in gebruik als autostalplaats;
aangepast schrijnwerk;
voorzetrolluiken bij de verdiepingsramen;
in de achtertuin: nieuw tuinhuis, vijver en uitgebreide terrasverharding tot circa 11 m².
Nieuwe toestand
functie:
eengezinswoning;
bouwvolume:
2 bouwlagen onder plat dak;
uitbreiden van het bouwvolume op het gelijkvloers tot een bouwdiepte van 14,5 m;
bouwdiepte verdieping tot 9,5 m;
(beperkt) dakterras (links) en groendak voorzien op het resterende dakvlak van de uitbouw;
regulariseren van het bestaande tuinhuis in de achtertuin;
gevelafwerking:
lichtgroen-grijze steenstrips op buitenisolatie (verdieping), donkergroen aluminium schrijnwerk (gelijkvloers), ingewerkte rolluikbakken op de verdieping, zwart stalen railing, behoud van de betonnen kroonlijst;
de balkonconstructie tegen de voorgevel met bloembak wordt gesupprimeerd;
inrichting:
regulariseren van het verharde pad in de voortuin en het gebruik als autostalplaats;
regulariseren van de tuinberging achteraan in de tuin.
Inhoud van de aanvraag
uitbreiden van het bouwvolume achteraan;
uitbreiden van het bouwvolume van het hoofddak;
wijzigen en isoleren van de voorgevel;
wijzigen van de scheidingsmuren en tuinmuren;
doorvoeren van (interne) constructieve werken;
regulariseren van het heraanleggen van de voortuin met autostalplaats;
regulariseren van een tuinhuis.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Interne adviezen
?
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit
| 24 oktober 2022
| 28 oktober 2022
|
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Stedenbouw/ vermoeden van vergunning
| 24 oktober 2022
| 15 november 2022
|
?
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Gewestplan - woongebied
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3?oktober?1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel?5 van het Koninklijk Besluit van 28?december?1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
Gewestplan – woongebied + aanvullende voorschriften gp 14; art 1, ° 1 punt 1
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3?oktober?1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een industriegebied. Deze zijn bestemd voor de vestiging van industriële of ambachtelijke bedrijven. Ze omvatten een bufferzone. Voor zover zulks in verband met de veiligheid en de goede werking van het bedrijf noodzakelijk is, kunnen ze mede de huisvesting van het bewakingspersoneel omvatten. Tevens worden in deze gebieden complementaire dienstverlenende bedrijven ten behoeve van de andere industriële bedrijven toegelaten, namelijk: bankagentschappen, benzinestations, transportbedrijven, collectieve restaurants, opslagplaatsen van goederen bestemd voor nationale of internationale verkoop, (Artikel?7 van het Koninklijk Besluit van 28?december?1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
Gewestplan – woongebied + aanvullende voorschriften gp 14; art 1, ° 1 punt 2
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5?juli?2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5?juni?2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28?april?2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9?oktober?2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
artikel 11 Afwerken van gevels en materiaalgebruik:
de betonnen balkonconstructie aan de voorgevel welke dienst doet als raamdorpel van het rechterraam wordt verwijderd;
het is niet duidelijk of het gelijkvloers dat afgewerkt werd in natuursteen opnieuw in natuursteen afgewerkt wordt;
artikel 19 Tuinafsluitingen: de plannen verduidelijken niet of de voortuin opnieuw voorzien wordt van een voortuinafsluiting met een hoogte van maximum 1 m;
artikel 29 Fietsstaplaatsen en fietsparkeerplaatsen:
de fietsstalplaatsen worden verwijderd;
artikel 30 Autostalplaatsen en autoparkeerplaatsen:
de autoparkeerplaats in de voortuin voldoet niet aan de inrichtingsprincipes uit §3 van dit artikel;
artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren:
door het aanbrengen van isolatie op het hoofddak is er ter hoogte van de scheidingsmuren geen dakopstand meer van 30 cm ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak;
artikel 38 Groendaken: het gewijzigde hoofddak van het gebouw wordt rondom de zonnepanelen niet als groendak aangelegd en wordt niet op een hemelwaterput aangesloten;
artikel 39 Infiltratie- en buffervoorzieningen:
het is niet duidelijk of het verhoogde terras in de achtertuin aan 1 à 2% afhellend naar het omliggende groen is aangelegd opdat het aflopende regenwater er op natuurlijke wijze kan infiltreren.
Sectorale regelgeving
MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
Watertoets: overeenkomstig artikel?1.3.1.1 van het decreet van 18?juli?2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De aanvraag betreft het uitbreiden en herinrichten van een eengezinswoning.
Gelijkvloers
Het gelijkvloers wordt uitgebreid tot een bouwdiepte van circa 14,5 meter. Hierbij ontstaat achteraan een diepe en brede aaneengesloten leefruimte (woonkamer-eetruimte-keuken) met achteraan een groot schuifraam. Dit betreft een verbetering ten opzichte van de vergunde toestand waar het meest linkse gedeelte van de woonkamer slechts over een beperkte daglichttoetreding beschikte. Dit wordt gunstig geadviseerd.
De voorzijde van het gelijkvloers wordt heringericht waarbij de voormalige hal met fietsenberging omgevormd wordt naar een speelkamer en de voormalige spreekkamer omgevormd wordt tot een inkom met sanitair. Op voorwaarde dat de fietsstalplaatsen niet worden gesupprimeerd én het contact tussen de verblijfsruimte op het gelijkvloers en de straat voldoende groot blijft, wordt dit gunstig geadviseerd.
In de praktijk betekent dit dat de autostaanplaats niet volledig voor het raam van de speelkamer kan worden voorzien.
Tuinconstructie
Achteraan het perceel werd een tuinhuis voorzien van circa 10 m² en een kroonlijsthoogte van circa 2,3 meter. Dit tuinhuis voorziet links en rechts een afstand van 1 meter tot de aangrenzende tuinen. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt hiertegen geen bezwaar.
Isolatie
De voor- en achtergevel van de woning worden extern geïsoleerd. Het na - isoleren van de gevels is vanuit stedenbouwkundig oogpunt aanvaardbaar. Door het energiezuinig renoveren van woningen wordt er bijgedragen aan de klimaatambities, wat wordt gestimuleerd.
De stad Antwerpen hanteert een afwegingskader op aanvragen voor een stedenbouwkundige vergunning voor buitengevelisolatie van de voorgevel. Bij een gunstig advies tot plaatsing van buitengevelisolatie aan de voorgevel is men verplicht om de werken over de volledige dikte van 14 cm uit te voeren. Op die manier wordt er maximale energiebesparing gerealiseerd.
Ook het hoofddak van de woning wordt geïsoleerd. Op voorwaarde dat dit opgedikte dak als groendak aangelegd wordt en op voorwaarde dat voldoende maatregelen genomen worden om brandoverslag te voorkomen, kan dit gunstig geadviseerd worden.
Visueel-vormelijke elementen
De Karmelietenstraat wordt gekenmerkt door een baksteenarchitectuur. De voorgevel wordt ter hoogte van de verdieping afgewerkt met lichtkleurige steenstrips. Hiertegen geen bezwaar.
De materialisatie van het gelijkvloers wordt in de aanvraag onvoldoende verduidelijkt. De vergunde toestand betrof hier posten in blauwe hardsteen. Het wijzigen van het gelijkvloers van natuursteen naar een andere materialisatie betreft een verarming van de beeldwaarde en wordt ongunstig geadviseerd. Het afwerken van het gelijkvloers in zelfde natuursteen als de vergunde zijposten wordt in voorwaarden opgenomen.
De arrière corps is een veel voorkomend detail bij aaneengesloten bebouwing. Ter hoogte van de perceelsgrens springt het gevelvlak terug, en dit over de volledige gevelhoogte. Dit levert een verticale ritmering op die percelering in het straatbeeld nuanceert. Het is wenselijk om dit detail eigen aan de stedelijke context te behouden.
Het toepassen van buitengevelisolatie leidt tot een vervlakking van het straatbeeld door een verlies aan detaillering. Om een verarming van het materiaal tegen te gaan, wordt er bij een gunstig advies opgelegd dat bestaande elementen in natuursteen (raamdorpel, plint, deksteen…) behouden blijven of worden vervangen door nieuwe elementen in natuursteen. Het ondiepe betonnen balkon ter hoogte van de eerste verdieping (welke functioneerde als raamdorpel van het grote raam) wordt bij het uitbreiden van de gevel verwijderd. Dit betreft een vervlakking en verarming van het gevelontwerp en wordt ongunstig geadviseerd. Het ondiepe balkon dient behouden te blijven.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De inkom wordt verplaatst van het rechterdeel van de woning naar het linker gedeelte van de woning. De verharding in de voortuin dient aangepast te worden op deze gewijzigde situatie.
Het voorzien van een autostalplaats in de voortuin hindert de relatie tussen de gelijkvloerse speelkamer en de straat, waardoor de maatregelen inzake de levendige plint verloren gaan.
De autostaanplaats kan niet volledig voor het raam van de speelkamer worden voorzien.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
?
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De uitstekende raamdorpels te behouden door deze te verplaatsen of te vervangen door een nieuw element met dezelfde materialiteit en hoogte en uitsteek ten opzichte van het gevelvlak zoals in de bestaande toestand.
2. De autostaanplaats en zijn verharding te voorzien op 1,75 m van de perceelsgrenzen en de overige oppervlakte maximaal groen en onverhard te voorzien.
3. De voortuin moet voorzien worden van een voortuinafsluiting van maximaal 1 meter, conform artikel 19§1 van de bouwcode.
4. De gelijkvloerse voorgevel te voorzien in blauwe hardsteen.
5. De arrière-corps te behouden en vrij te laten van materiaal en isolatie.
6. Het bestaande ondiepe balkon in de voorgevel te behouden of te vervangen door een vooruitstekende raamdorpel in natuursteen.
7. Het dak van het hoofdvolume van de woning moet als groendak aangelegd worden, conform artikel 38 van de bouwcode.
8. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van: een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.
9. Er dienen minimaal 4 overdekte fietsstalplaatsen voorzien te worden op eigen terrein, conform artikel 29 van de bouwcode. Deze dienen voorzien te worden binnen het bouwvolume van de woning of in de achtertuin.
10. De verharding moet afwaterend naar de tuin aangelegd worden, conform artikel 39 van de bouwcode.
11. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
?Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 1 september 2022 |
Volledig en ontvankelijk | 24 oktober 2022
|
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 23 december 2022
|
Verslag GOA | 5 december 2022
|
naam GOA | Wim Van Roosendael
|
?Bevraging aanpalenden
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften | Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften | Petitielijsten | Digitale bezwaarschriften |
0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij?het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De uitstekende raamdorpels te behouden door deze te verplaatsen of te vervangen door een nieuw element met dezelfde materialiteit en hoogte en uitsteek ten opzichte van het gevelvlak zoals in de bestaande toestand.
2. De autostaanplaats en zijn verharding te voorzien op 1,75 m van de perceelsgrenzen en de overige oppervlakte maximaal groen en onverhard te voorzien.
3. De voortuin moet voorzien worden van een voortuinafsluiting van maximaal 1 meter, conform artikel 19§1 van de bouwcode.
4. De gelijkvloerse voorgevel te voorzien in blauwe hardsteen.
5. De arrière-corps te behouden en vrij te laten van materiaal en isolatie.
6. Het bestaande ondiepe balkon in de voorgevel te behouden of te vervangen door een vooruitstekende raamdorpel in natuursteen.
7. Het dak van het hoofdvolume van de woning moet als groendak aangelegd worden, conform artikel 38 van de bouwcode.
8. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van: een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.
9. Er dienen minimaal 4 overdekte fietsstalplaatsen voorzien te worden op eigen terrein, conform artikel 29 van de bouwcode. Deze dienen voorzien te worden binnen het bouwvolume van de woning of in de achtertuin.
10. De verharding moet afwaterend naar de tuin aangelegd worden, conform artikel 39 van de bouwcode.
11. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.