Zijn er genoeg middelen voorzien voor de kunstenorganisaties uit Borgerhout?
In het voorjaar van 2021 werd een nieuw Kunstendecreet goedgekeurd. Het decreet regelt subsidies en ondersteuning voor professionele kunsten in Vlaanderen en Brussel voor de periode 2023-2027.
Ook heel wat Borgerhoutse kunstenaars en kunstenorganisaties beroepen zich erop. Maar de voorziene middelen dreigen zwaar ontoereikend te zijn om het kunstenlandschap te doen floreren. De boodschap van de sector is heel helder: "Door de besparingen van de voorbije jaren en de gebrekkige indexering is het budget voor de kunstensector er zwaar op achteruit gegaan. Onze koopkracht is er fors op achteruitgegaan en corona heeft de sector zwaar geraakt. De kunstensector staat dus op een kruispunt.
Dat baart ons grote zorgen, want ook ons district heeft een rijk en fijnmazig ecosysteem van culturele organisaties. Het Borgerhoutse kunstenlandschap omvat, met haar kleine tot middelgrote en grote organisaties, top talent. Die diversiteit, maar ook onze uitstraling, mag niet verloren gaan.
Op dit moment jureren experten de artistieke plannen van zo'n 300 kunstenorganisaties voor de periode 2023-2027 en tussen maandag 28 maart en 30 juni 2022 horen de organisaties het verdict. Artistieke kwaliteit en de financiële vraag van de organisaties worden door hen beoordeeld, maar nu is reeds duidelijk dat om alle kwalitatieve aanvragen voldoende te ondersteunen, er minstens €38 miljoen ontbreekt. Dat blijkt uit cijfers en de oproep van oKo (Overleg Kunstenorganisaties).
Als we dat extrapoleren naar Antwerpen betekent dat een structureel tekort van zo'n €15 miljoen. Het lijkt ons ondenkbaar dat de Antwerpse schepen voor cultuur Ait Daoud gewoon akte zou nemen van die ongeziene besparing, opgelegd nota bene door haar eigen partijgenoot Jambon.
De Borgerhoutse werkingen en huizen zoals o.a. Rataplan en Madam Fortuna hebben de voorbije jaren het beste van zichzelf gegeven. Meer dan ooit zelfs: de sector toont zich blijvend creatief en flexibel tijdens de pandemische situatie. Nu structureel snoeien in de middelen van kunstenorganisaties heeft een gigantische impact op het Borgerhoutse kunstenaanbod. Het is aan de stedelijke schepen van cultuur om proactief mee te ijveren voor extra middelen en ervoor te zorgen dat het Borgerhoutse kunstenlandschap binnenkort niet verweesd achterblijft." Voor een gemiddelde kunstorganisatie vormen subsidies immers 40% van hun inkomsten. Die middelen functioneren als hefboom om 60% andere inkomsten te generen bovenop de immateriële verdiensten en waarden zoals veelvuldig bewezen is in deze pandemische tijden.
Gelet op de specifieke situatie in Borgerhout met het gespreid culturele aanbod lijkt het voor de hand dat het districtscollege hierover in gesprek gaat met de Antwerpse schepen voor cultuur. Vraag is dan ook of de districtsschepen de belangen van de Borgerhoutse organisaties zal aankaarten? Heeft de bevoegde districtsschepen al een zicht op wat de gevolgen kunnen zijn voor ons district?
.