Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2022125305 |
Gegevens van de aanvrager: | Jacky Werner met als adres Belgiëlei 140 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: | Van Eycklei 41 te 2018 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 6 sectie F nr. 1445X12 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen en uitbreiden van een duplex-appartement op de gelijkvloerse en eerste verdieping |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
Vergunde toestand
Bestaande toestand
Nieuwe toestand
Inhoud van de aanvraag
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA | 16 november 2022 | 22 december 2022 | Voorwaardelijk gunstig |
Agentschap Wegen en Verkeer | 16 november 2022 | 1 december 2022 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Er zijn geen interne adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de nmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Algemene bouwverordeningen
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
Sectorale regelgeving
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De voorliggende aanvraag wijkt op verschillende punten af van de bouwcode. De afwijkingen worden besproken onder paragraaf ‘hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot & veiligheid in het algemeen’.
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag betreft enkel het uitbreiden en verbouwen van het gelijkvloerse duplexappartement. De woonfunctie blijft behouden waardoor de aanvraag functioneel inpasbaar blijft met de omgeving.
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
De feitelijke toestand van de omgeving wijst uit dat de Van Eycklei gekenmerkt wordt door panden met 8 tot 9 bouwlagen onder een plat dak. De panden hebben meestal een maximale bouwdiepte van circa 26 m.
In voorliggende aanvraag wordt de niet-vergunde veranda afgebroken en wordt het bestaande duplexappartement verbouwd en uitgebreid. Tussen het bestaande bouwvolume ter hoogte van de linker buur en de rechter scheidingsmuur wordt een nieuw, gelijkvloers bouwvolume voorzien om de woonoppervlakte van de woongelegenheid uit te breiden. De nieuwe uitbreiding heeft een kroonlijsthoogte van 3,52 m en wordt voorzien tot een bouwdiepte van 21,17 m. De voorgestelde bouwdiepte is verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening. Na de uitbreiding blijft er voldoende ruimte over op het gelijkvloers om een kwalitatieve tuinzone te behouden. Het extra volume van de achterbouw bevindt zich tegen de hoge scheidingsmuur van de rechterbuur en heeft bijgevolg geen negatieve gevolgen voor de privacy en de bezonning van de naastgelegen percelen.
Visueel-vormelijke elementen
In de voorliggende aanvraag wenst de aanvrager de wijzigingen aan de voorgevel te regulariseren. Zo werden op de gelijkvloerse verdieping slechts twee inkomdeuren voorzien in plaats van drie. Het bestaande materiaalgebruik in de voorgevel blijft ongewijzigd. De nieuwe achtergevels worden afgewerkt met witkleurige cementering. Het gelijkvloers buitenschrijnwerk wordt voorzien in zwartkleurig aluminium. Op de eerste verdieping zal witkleurig buitenschrijnwerk uit aluminium voorzien worden. De wijzigingen aan de voorgevel en de materialen van de nieuwe gevels zijn aanvaardbaar binnen de stedelijke context van het perceel.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing gezien de aanvraag geen vermeerdering van het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande en vergunde of vergund geachte situatie inhoudt.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer is opgeladen op het Omgevingsloket als een voorwaardelijk gunstig advies. Echter blijkt het advies gunstig te zijn, zonder voorwaarden.
De planwijzigingen en verbouwingen aan het duplex-appartement zijn gunstig te beoordelen gezien ze zorgen voor een hoger wooncomfort. Daarnaast past dit project in de visie om in het algemeen in te zetten op voldoende ruime woongelegenheden. Door de geplande werken zal het appartement over voldoende natuurlijk licht, lucht en uitzicht beschikken, alsook ontstaat er een logische planschikking met een voldoende aantal grote slaapkamers en een kwalitatieve buitenruimte (balkon, terras en grote tuin).
Echter worden wel enkele strijdigheden met de bouwcode vastgesteld. Zo is de voorziene plafondhoogte van de gastenslaapkamer onduidelijk. Op basis van het ingediende plan veronderstellen we dat de plafondhoogte identiek is aan deze van de aangrenzende ruimtes (2,57m). Dergelijke plafondhoogte is in principe niet aanvaardbaar gezien artikel 21 stelt dat de plafondhoogte van verblijfsruimtes in principe steeds minstens 2,6m moet bedragen. Echter kan op basis van artikel 3 een afwijking toegestaan worden gezien het over een slaapkamer voor tijdelijk gebruik gaat en de afwijking daarnaast slecht 3 cm bedraagt.
Verder wordt het nieuwe terras achter de nieuwe achterbouw niet voorzien van een helling conform artikel 39 van de bouwcode. Dit artikel stelt dat niet-overdekte terrassen grenzend aan een tuin of andere onverharde bodem aangelegd dienen te worden in een helling van 1 à 2%, om het regenwater hiernaar te laten afwateren en op natuurlijke wijze te laten infiltreren. Dit wordt opgenomen als voorwaarde voor vergunning.
Er wordt ook opgemerkt dat de geplande werken van dergelijke aard zijn dat het mogelijk is om een privaat gescheiden rioolstelsel te voorzien conform artikel 40. De bestaande afvoeren zijn alle bereikbaar in de kelder en er worden graafwerken gepland in functie van de plaatsing van de nieuwe septische put. Het voorzien van een gescheiden stelsel inclusief de aansluiting conform artikel 41 van de bouwcode wordt daarom opgelegd als voorwaarde voor vergunning.
Daarnaast is het onduidelijk of er bij de plaatsing van de nieuwe (grote) septische put een tijdelijke bronbemaling noodzakelijk zal zijn. Daarom wordt als voorwaarde opgelegd dat een eventuele bemaling moet voldoen aan de voorschriften uit artikel 42 van de bouwcode.
Tot slot wordt opgemerkt dat het aantal slaapkamers van het duplexappartement wordt vermeerderd van 3 naar 6 (inclusief gastenkamer). Daarnaast worden verschillende badkamers en toiletten voorzien. Op de plannen wordt een nieuwe septische put voorzien waarvan de inhoud gelijk is aan deze van degene die verwijderd zal worden. Er wordt echter als voorwaarde opgenomen om een septische put te voorzien met een inhoud van minstens 6875 liter zodat de aanvraag kan voldoen aan artikel 43 van de bouwcode.
Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
2. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
3. Een eventuele bemaling in functie van de plaatsing van de septische put dient te voldoen aan de voorschriften uit artikel 42 van de bouwcode.
4. Indien in functie van de plaatsing van de nieuwe septische put bemalingswerken noodzakelijk zijn dient daarvoor een Omgevingsvergunning aangevraagd te worden. De realisatie van bouwkundige werken zijn vergunningsplichtig krachtens de Vlarem indelingslijst (rubriek 53.2). Deze omgevingsvergunning moet worden bekomen alvorens de werf kan worden gestart. Indien het gaat om een bemaling van meer dan 30.000 m³ op jaarbasis of een bemaling dieper dan 4m-mv moet de vergunningsaanvraag een bemalingsstudie bevatten. In de bemalingsstudie worden naast de zettingsberekeningen, debieten, fasen tenminste ook volgende aspecten beschreven en gemotiveerd:
5. Het terras dient voorzien te worden van de nodige helling conform artikel 39 van de bouwcode om het regenwater in de tuin te laten infiltreren.
6. Er dient een privaat gescheiden rioolstelsel aangelegd te worden conform artikel 40 van de bouwcode;
7. De aansluiting van het gescheiden rioolstelsel dient te gebeuren conform artikel 41 van de bouwcode.
8. De nieuwe septische put dient een minimale inhoud te hebben van 6875 liter conform artikel 43 van de bouwcode.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 19/09/2022 |
Volledig en ontvankelijk | 16/11/2022 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit | 16/03/2023 |
Verslag GOA | 10/01/2023 |
naam GOA | Katrijn Apostel |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
2. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
3. Een eventuele bemaling in functie van de plaatsing van de septische put dient te voldoen aan de voorschriften uit artikel 42 van de bouwcode.
4. Indien in functie van de plaatsing van de nieuwe septische put bemalingswerken noodzakelijk zijn dient daarvoor een Omgevingsvergunning aangevraagd te worden. De realisatie van bouwkundige werken zijn vergunningsplichtig krachtens de Vlarem indelingslijst (rubriek 53.2). Deze omgevingsvergunning moet worden bekomen alvorens de werf kan worden gestart. Indien het gaat om een bemaling van meer dan 30.000 m³ op jaarbasis of een bemaling dieper dan 4m-mv moet de vergunningsaanvraag een bemalingsstudie bevatten. In de bemalingsstudie worden naast de zettingsberekeningen, debieten, fasen tenminste ook volgende aspecten beschreven en gemotiveerd:
5. Het terras dient voorzien te worden van de nodige helling conform artikel 39 van de bouwcode om het regenwater in de tuin te laten infiltreren.
6. Er dient een privaat gescheiden rioolstelsel aangelegd te worden conform artikel 40 van de bouwcode;
7. De aansluiting van het gescheiden rioolstelsel dient te gebeuren conform artikel 41 van de bouwcode.
8. De nieuwe septische put dient een minimale inhoud te hebben van 6875 liter conform artikel 43 van de bouwcode.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.