Er werd bij het departement Omgeving een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Het departement Omgeving verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om een advies uit te brengen.
Projectnummer: | OMV_2023011557 |
Gegevens van de aanvrager: | Haven van Antwerpen – Brugge (Port of Antwerp – Bruges) met als adres Zaha Hadidplein 1 te 2030 Antwerpen |
Ligging van het project: | A12 te 2030 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | / (openbaar domein) |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | Wijzigen van de bestaande afrit A12 ‘Smalle Weg’ |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- Op 9 januari 2023 is bij het Departement Omgeving een vergunningsaanvraag (OMV_ 2020133390) ontvangen voor de verlenging van de vergunningstermijn van een dynamische zandstock. Het college van burgemeester en schepenen heeft hierover nog geen advies uitgebracht.
Bestaande toestand
De afrit van de A12 (Havenweg) naar de Smalleweg bevindt zich tussen de verkeerswisselaar A12/R2 en Leugenberg (Ekeren). De afrit heeft een lengte van circa 235 meter en eindigt met een scherpe bocht naar de Smalleweg.
Inhoud van de aanvraag
De aanvraag betreft het aanpassen van de afrit A12 ‘Smalleweg’ door het wijzigen van verhardingen.
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen binnen het Gewestplan Antwerpen (koninklijk besluit van 3 oktober 1979), dat op 15 juni 2001 door de Vlaamse Regering gedeeltelijk gewijzigd werd voor de verkeerswisselaar A12. Het goed is volgens voornoemd gewestplan bestemd als Bestaande autosnelweg. Voor deze bestemming zijn geen stedenbouwkundige voorschriften opgenomen.
Op het zuidelijke deel van de A12 is volgens het gewestplan een overdruk van toepassing met als aanduiding Reservatie- en erfdienstbaarheidgebieden.
De reservatie- en erfdienstbaarheidgebieden zijn die waar perken kunnen worden opgesteld aan de handelingen en werken ten einde de nodige ruimten te reserveren voor de uitvoering van werken van openbaar nut, of om deze werken te beschermen of in stand te houden.
De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het gewestplan.
De aanvraag is in overeenstemming met de bestemmingen en de voorschriften van het gewestplan.
Voor een straal van 500 meter rond de aanvraag is het GRUP Afbakening zeehavengebied Antwerpen van toepassing. Hier gelden, binnen de afbakeningslijn zeehavengebied ten zuiden van de A12, volgende bestemmingsvoorschriften:
- Specifiek regionaal bedrijventerrein voor transport, distributie en logistiek – Logistiek park Schijns;
- Zone voor permanente ecologische infrastructuur voor de Hoofdgracht van het Verlengde Schijns;
- overdrukken Leidingstraat en Hoogspanningsleiding;
- overdruk Bouwvrije strook voor een zone van 35 meter breed die grenst aan de A12.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Hemelwater: Het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag aangezien voor de verharding geldt dat ze volledig op het openbaar wegdomein ligt. Het hemelwater dat op de nieuwe verhardingen valt, zal afwateren naar een nieuwe infiltratieberm, gedimensioneerd volgens de Code van Goede Praktijk, met een lengte van 250 meter en een infiltratieoppervlakte van 625 m².
Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid.
De gewestelijke verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Sectorale wetgeving
MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
De aanvraag heeft betrekking op een project als vermeld in bijlage III van het MER-besluit (2004), namelijk rubriek 13 ‘wijziging of uitbreiding van projecten van bijlage I, II of III waarvoor reeds een vergunning is afgegeven en die zijn of worden uitgevoerd (niet in bijlage I of II opgenomen wijziging of uitbreiding)’. De aanvraag heeft namelijk betrekking op het wijzigingen van autosnelwegen en autowegen, met inbegrip van de hoofdwegen (rubriek 9 van bijlage I).
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving besluit de toegevoegde project-MER-screeningsnota dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn en zich voornamelijk in de aanlegfase situeren. De aan het aanvraagdossier toegevoegde mer-screeningsnota staaft deze stelling. Er worden wel milderende maatregelen opgenomen waaronder bijvoorbeeld:
De milderende maatregelen voor de aanlegfase zoals opgenomen in deze nota dienen wel gevolgd te worden.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Voorliggende aanvraag betreft het aanpassen van de bestaande afrit van de A12 naar de Smalleweg die voornamelijk gebruikt wordt als aanleverroute van gronden met als bestemming de Zandstock. De aanpassingen aan de afrit staan in functie van het verbeteren van de verkeersveiligheid aangezien de afrit maar een lengte heeft van circa 325 meter met op het einde een zeer scherpe bocht naar de Smalleweg.
De afrit zal verlengd worden waardoor het een totale lengte krijgt van 564 meter zodat de vrachtwagens voldoende lengte en breedte hebben om op een veilige manier te kunnen afremmen tot aan de bocht naar de Smalleweg. Hiervoor worden bestaande asfalt- en betonverharding opgebroken met een totale oppervlakte van circa 2.274 m². Een nieuwe asfaltverharding met een totale oppervlakte van 2.477 m² wordt aangelegd.
De aanvraag draagt bij tot een verbeterde verkeersveiligheid ter hoogte van de afrit naar de Smalleweg, waardoor de aanvraag functioneel inpasbaar is.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De aanvraag is in overeenstemming en verenigbaar met de ruimtelijke context van het havengebied en bijhorende ontsluitingswegen waarbinnen de aanvraag is gesitueerd.
Visueel-vormelijke elementen
Zowel de nieuwe verharding als de bestaande verhardingen die uitgebroken en heraangelegd worden, worden uitgevoerd in asfalt. De aanvraag sluit hiermee aan op de reeds aanwezige verharding van de autosnelweg en vormt visueel één geheel.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De vergunningverlenende overheid heeft het advies ingewonnen van de Brandweerzone Antwerpen. Dit advies is voorwaardelijk gunstig. Ook de lokale overheid hecht belang aan het brandweeradvies.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
De aanvraag genereert tijdens de exploitatiefase geen bijkomende parkeerbehoefte en geen significante toename van het aantal verkeersbewegingen. Wel wordt er tijdens de uitvoering van de werken tijdelijke en plaatselijke verkeershinder verwacht:
De werken hebben enkel impact op de mobiliteit tijdens de aanlegfase. De effecten op de mobiliteit zijn beperkt en tijdelijk van aard.
Advies van het college
Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De milderende maatregelen uit de project-MER-screeningsnota zijn strikt na te leven.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:
Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.
Procedurestap | Datum |
Ontvangst adviesvraag | 6 februari 2023 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste adviesdatum | 8 maart 2023 |
De aanvraag moet niet onderworpen worden aan een openbaar onderzoek.
Het college beslist een gunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op de aanvraag onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De milderende maatregelen uit de project-MER-screeningsnota zijn strikt na te leven.