Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2023007730 |
Gegevens van de aanvrager: | NV EUROPORTS TERMINALS ANTWERP met als contactadres Vosseschijnstraat 51 te 2030 Antwerpen |
Ligging van het project: | Mulhouselaan-Noord kaai 146-164 te 2030 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 7 sectie G nrs. 1609/11E, 1609/12F, 1609/17C, 1609/34B, 1609/16M, 1708L2, 1708/3 en 1708B3 |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | slopen van gebouwen en aanhorigheden, uitbreken van verharding en riolering |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 10/11/2016: stedenbouwkundige vergunning (HVN/B/20162436) voor het slopen van een bestaand bulkmagazijn;
- 05/06/2015: stedenbouwkundige vergunning (HVN/B/2015955) voor het slopen van een gebouw en aanleggen van een parking;
- 06/04/2012: stedenbouwkundige vergunning (HVN/B/2012453) voor het slopen van een technische installatie en transportbanden;
- 21/02/2001: stedenbouwkundige vergunning (HV/2000/B/0108) voor het bouwen van havenmagazijnen met burelen;
- 20/08/1998: stedenbouwkundige vergunning (HV/1998/AN5/1998B/0178) voor het bouwen van een magazijn voor opslag van grondstoffen;
- 08/09/1994: stedenbouwkundige vergunning (5-94/B/0573) voor vervangen magazijn;
- 17/09/1992: stedenbouwkundige vergunning (HV/1992/B/18/80047-92/132) voor een kantoorgebouw;
- 19/11/1982: stedenbouwkundige vergunning (18/62258/B/) voor uitbreiden dak;
- 14/03/1980: stedenbouwkundige vergunning (18/60199/B/) voor het bouwen van potasmagazijnen;
- 10/09/1971: stedenbouwkundige vergunning (18/54130/B/) voor uitbreiden loods;
- 07/02/1969: stedenbouwkundige vergunning (18/51698-5557B/) voor loods;
- 09/12/1966: stedenbouwkundige vergunning (18/49182-3038/B/) voor een metalen hal.
Bestaande toestand
Het terrein wordt gekenmerkt door verschillende soorten types van loodsen die gebruikt werden voor de opslag van droge bulkgoederen. Het volledige terrein is verhard.
Op 11 augustus 2021 werd bij de provincie Antwerpen een omgevingsvergunningsaanvraag ingediend voor het slopen van 8 loodsen en omliggende verharding. Daar een milieuluik ontbrak bij deze aanvraag, heeft de aanvrager het dossier ingetrokken. Doordat de exploitatie ondertussen geen geldige klasse 1-vergunning meer heeft, is de provincie Antwerpen niet langer bevoegd en is het college van de stad Antwerpen de behandelende overheid.
Gewenste toestand
Een bouwrijp terrein voor latere herstructureringswerken op de site.
Inhoud van de aanvraag
De aanvraag betreft:
- het slopen van 8 loodsen;
- het uitbreken van sporen.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Haven van Antwerpen - Brugge (Port of Antwerp - Bruges)/ terreinen | 7 maart 2023 | 12 april 2023 | Voorwaardelijk gunstig |
Haven van Antwerpen - Brugge (Port of Antwerp - Bruges)/ terreinen | 7 maart 2023 | 12 april 2023 | Gunstig |
INFRABEL/ Infrabel Antwerpen, Limburg, Vlaams Brabant | 7 maart 2023 | 15 maart 2023 | Geen bezwaar |
Water-link | 7 maart 2023 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
|
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Archeologie | 27 maart 2023 | 4 april 2023 |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg | 27 maart 2023 | 6 april 2023 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) Afbakening zeehavengebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.
De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.
Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.
Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven.
Zulk gebied is bestemd om te functioneren als Vlaams havengebied als onderdeel van de haven van Antwerpen. Het is bestemd voor zeehavengebonden en zeehavengerelateerde industriële en logistieke activiteiten en distributie-, opslag- en overslagactiviteiten die gebruikmaken van en aangewezen zijn op de zeehaveninfrastructuur.
Alle handelingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming en voor de exploitatie van de haven en de bedrijven zijn toegelaten.
Daartoe worden ook de volgende werken, handelingen, voorzieningen, en wijzigingen gerekend:
- de aanleg en het onderhoud van infrastructuur die nodig is voor de toegankelijkheid of voor verbindingen langs de waterzijde en langs de landszijde;
- het laguneren of op een andere wijze bergen of verwerken van baggerspecie.
Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van tijdelijke ecologische infrastructuur toegelaten.
In het gebied zijn eveneens gebouwen of lokalen voor bewakingspersoneel toegelaten.
In het gebied zijn kantoorgebouwen niet toegelaten, tenzij ze noodzakelijk zijn voor en een inherent onderdeel zijn van de exploitatie van haven en industriële activiteiten. De bestaande kantoorgebouwen kunnen behouden blijven binnen het bestaande bouwvolume op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Uitbreidingen zijn niet toegelaten.
De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.
De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
Voor een straal van 500 meter rond de aanvraag is het voormelde GRUP tevens van toepassing. Hier gelden voornamelijk de bestemmingsvoorschriften Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven en voor – het Tweede Havendok, het Derde Havendok en het Albertdok – Gebied voor waterweginfrastructuur. Op circa 370 meter ten noorden van de aanvraag geldt het bestemmingsvoorschrift Grensgebied met het grootstedelijk gebied – omgeving Noorderlaan. Op circa 470 meter ten zuidoosten van de aanvraag loopt een overdruk met als aanduiding Hoogspanningsleiding.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Hemelwater: Het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
De gewestelijke hemelwaterverordening is niet van toepassing daar de aanvraag enkel de sloop van gebouwen en verhardingen bevat.
Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid.
De gewestelijke verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Sectorale wetgeving
Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project veroorzaakt geen toename aan nieuwe dak- of verharde oppervlakte, het hemelwater kan op natuurlijke wijze in de ondergrond infiltreren. Het advies van het Havenbedrijf Antwerpen-Brugge, als waterwegbeheerder, is gunstig. Er kan worden geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
Milieu-effectenrapportage: het komt toe aan de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag om te beslissen of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van en als onderdeel van de beslissing over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag.
Bij de beslissing over de volledig- en ontvankelijkheid is beslist dat de aanvraag geen betrekking heeft op een project als vermeld in bijlage I, II of III van het besluit van de Vlaamse regering van 10 december 2004 houdende vaststelling van de categorieën van projecten, onderworpen aan milieueffectrapportage (milieueffectrapport). Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
Archeologienota: overeenkomstig artikel 5.4.1 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 moet aan bepaalde aanvragen een archeologienota waarvan akte is genomen worden toegevoegd.
In voorliggende aanvraag, die niet door een publiekrechtelijke instantie is ingediend, bedraagt de ingreep in de bodem meer dan 5.000 m² (circa 92.761 m²), is het project gelegen in industriegebied, buiten beschermde archeologische sites en buiten geïnventariseerde archeologische zones, waardoor de aanvrager verplicht is een archeologienota waarvan akte is genomen toe te voegen aan de aanvraag. Het Agentschap Onroerend Erfgoed heeft op 23 juni 2021 akte genomen van de toegevoegde archeologienota met ID 19016. Het bijhorende programma van maatregelen beveelt geen vervolgonderzoek.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Op een terrein gelegen tussen het 2e en het 3e Havendok, worden 8 loodsen met omliggende verhardingen gesloopt en uitgebroken. De silo’s, transportbanden en overige aanhorigheden worden eveneens verwijderd.
De werken kaderen in het bouwrijp maken van het terrein wegens herstructureringswerken op de site. De oprichting van nieuwe constructies op het terrein maakt geen deel uit van voorliggende omgevingsvergunningsaanvraag.
Op het terrein worden volgende werken uitgevoerd:
- het slopen van acht loodsen met een oppervlakte variërend tussen 900 m² en 18.460 m², evenals de aanhorigheden zoals transportbanden, silo’s,…. De loodsen werden gebruikt voor de opslag van droge bulkgoederen;
- het uitbreken van bestaande verhardingen, inclusief de riolering, rondom de loodsen;
- het uitbreken van de sporen in het noorden van het terrein.
De aangevraagde afbraak is inclusief de funderingen. De paalfunderingen worden op 2 meter onder het maaiveld verwijderd. Om een bruikbaar terrein te bekomen, dienen alle ondergrondse constructies afgebroken te worden, met inbegrip van de funderingszolen. Funderingspalen dienen weggebroken tot op tenminste 2 meter onder de paalkop. De niet meer te gebruiken rioleringen en andere leidingen dienen uit de ondergrond verwijderd.
Daar de aanvraag kadert in de herontwikkeling van een industrieterrein volgens de bestemming die van toepassing is op dit gebied, kan het aansnijden van nieuwe ruimte vermeden worden en zijn de aangevraagde werken aanvaardbaar binnen de gegeven context van het industriegebied waarbinnen ze zijn gelegen.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Voorliggende aanvraag handelt enkel over de sloop van loodsen en aanhorigheden. Een nieuwe inrichting van het terrein zal het voorwerp uitmaken van een aparte omgevingsvergunningsaanvraag.
Cultuurhistorische aspecten
De aanvraag betreft de sloop van loodsen die noch beschermd zijn noch in de Inventaris van het bouwkundig erfgoed zijn opgenomen. Volgens de dienst Monumentenzorg van de stad maken de gebouwen wel onderdeel uit van een industrieel-archeologisch interessante site van de voormalige SC de Potasses de l’Alsace, één van de eerste bedrijven in het havengebied met een gespecialiseerde infrastructuur die afweek van het standaardaanbod van hangars en walkranen.
Omwille van deze specifieke constructies is het wenselijk om de te slopen loodsen voorafgaand aan de sloop te documenteren. Bijgevolg is het opmaken van een grondige documentatie van de te slopen constructies, bestaande uit een bouwhistorische studie, plannen, een gedetailleerde fotorapportage en een woordelijke beschrijving nodig. Deze documentatie dient bezorgd te worden aan de stedelijke dienst monumentenzorg (advies_monumentenzorg@antwerpen.be) alvorens over te gaan tot de sloop.
Gezien de gebouwen noch beschermd zijn, noch zijn opgenomen in het Inventaris en er bijgevolg geen rechtsgrond is tot het formuleren van een voorwaarde hieromtrent, wordt geen voorwaarde opgelegd met betrekking tot de bouwhistorische studie. De dienst monumentenzorg geeft bovendien aan dat er reeds contacten zijn geweest met betrekking tot de opmaak van een slooprapport. Vandaar wordt aangeraden om verder contact op te nemen met de dienst monumentenzorg om een plan van aanpak samen op te stellen.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Het terrein blijft na de sloopwerkzaamheden braak liggen in afwachting van latere werken. Om stofhinder te voorkomen tijdens en na de afbraak, dienen eisen te worden opgelegd aan de uitvoerders en zal het terrein afgeschermd, afgedekt of besproeid moeten worden afhankelijk van de uitvoeringsperiode en de weersomstandigheden.
Daar de aanvraag tevens het uitbreken van sporen omvat, werd het advies ingewonnen van Infrabel. Zij uiten geen bezwaar tegen de aanvraag maar leggen wel enkele voorwaarden op met betrekking tot de uit te breken spoormaterialen en het aanpassen van het spoorconcessiecontract. Dit staat los van de vergunningsaanvraag en wordt niet overgenomen als voorwaarde.
Het Havenbedrijf Antwerpen-Brugge werd om advies gevraagd als beheerder van het havengebied. Zij brachten een voorwaardelijk gunstig advies uit. De voorwaarden betreffen uitvoeringsmodaliteiten en kunnen worden gehecht aan de vergunning.
Wegens de nabijheid van een waterleiding werd advies gevraagd aan Water-Link. Zij hebben echter geen tijdig advies uitgebracht. De aanvrager is wettelijk verplicht om voor de start van de werken een klip-klim melding uit te voeren.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
De aanvraag genereert geen bijkomende parkeerbehoefte en heeft geen mobiliteitsimpact. Er is enkel een effect op de mobiliteit gedurende de sloopwerkzaamheden.
De bouwheer dient de nodige (organisatorische) acties te ondernemen opdat het werfverkeer geen hinder op de openbare weg veroorzaakt.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. om stof te voorkomen dient het terrein na de sloopwerkzaamheden afgedekt, afgeschermd of vochtig gehouden te worden.
2. om een bruikbaar terrein te bekomen, dienen alle ondergrondse constructies afgebroken te worden, met inbegrip van de funderingszolen. Funderingspalen dienen weggebroken tot op tenminste 2 meter onder de paalkop. De niet meer te gebruiken rioleringen en andere leidingen dienen uit de ondergrond verwijderd.
3. er dient te worden voldaan aan de voorwaarden uit het advies van het Havenbedrijf Antwerpen-Brugge.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 19 januari 2023 |
Volledig en ontvankelijk | 7 maart 2023 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 4 augustus 2023 (met noodbesluit) |
Verslag GOA | 26 april 2023 |
naam GOA | Bieke Geypens |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. om stof te voorkomen dient het terrein na de sloopwerkzaamheden afgedekt, afgeschermd of vochtig gehouden te worden.
2. om een bruikbaar terrein te bekomen, dienen alle ondergrondse constructies afgebroken te worden, met inbegrip van de funderingszolen. Funderingspalen dienen weggebroken tot op tenminste 2 meter onder de paalkop. De niet meer te gebruiken rioleringen en andere leidingen dienen uit de ondergrond verwijderd.
3. er dient te worden voldaan aan de voorwaarden uit het advies van het Havenbedrijf Antwerpen-Brugge.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.