Terug
Gepubliceerd op 04/09/2023

2023_CBS_05874 - Omgevingsvergunning - OMV_2023018088. Moerelei 134. District Wilrijk - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 01/09/2023 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_05874 - Omgevingsvergunning - OMV_2023018088. Moerelei 134. District Wilrijk - Goedkeuring 2023_CBS_05874 - Omgevingsvergunning - OMV_2023018088. Moerelei 134. District Wilrijk - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023018088

Gegevens van de aanvrager:

de heer Peter Allaer met als adres Kapelsesteenweg 419 te 2180 Ekeren (Antwerpen)

Ligging van het project:

Moerelei 134 te 2610 Wilrijk (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 43 sectie A nr. 522L3

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

slopen en bouwen van een nieuwbouw halfopen eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          25/11/1985: vergunning (222#17195) voor een muur;

-          18/08/1965: toelating (222#16854) voor het bijbouwen van een tochtportaal en een scheidsmuur;

-          09/11/1962: toelating (238#11734) voor een garage;

-          12/03/1962: toelating (238#11469) voor een verbouwing:

-          12/12/1947: toelating (238#6387) voor een huis.

 

Vergunde / Geacht vergunde toestand

-          functie:

  • wonen – eengezinswoning in halfopen bebouwing;

-          bouwvolume:

  • 1 bouwlaag met licht hellend dak; 

-          gevelafwerking:

  • roodbruin parement en donker vernist houten schrijnwerk;

-          inrichting:

  • magazijn tegen de achterste perceelsgrenzen ( circa 7 meter x circa 12 meter).

 

Bestaande toestand

-          inrichting overeenkomstig vergunde toestand, uitgezonderd;

  • tuinberging/tuinkamer ter hoogte van de achterste perceelsgrenzen ( circa 10,60 meter x circa 10,80 meter).

 

Nieuwe toestand

-          functie:

  • wonen – eengezinswoning in halfopen bebouwing;

-          bouwvolume:

  • 2 bouwlagen met zadeldak; 
  • bouwdiepte gelijkvloers en verdieping 9 m;
  • kroonlijsthoogte 6,80 meter;
  • nokhoogte 11,30 meter;

-          gevelafwerking:

  • rood parement en zwart pvc schrijnwerk;
  • zwarte dakpannen;

-          inrichting:

  • verharding ter hoogte van de linker perceelsgrens, toegangspad en terrasverharding circa 115 m²;
  • tuinberging/tuinkamer ter hoogte van de achterste perceelsgrenzen ( circa 10,60 meter x circa 10,80 meter).

 

Inhoud van de aanvraag

-          slopen van de bestaande eengezinswoning;

-          bouwen van een nieuwbouw eengezinswoning;

-          omvormen en verbouwen magazijn naar tuinberging;

-          aanleggen van nieuwe verhardingen.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een parkgebied. De parkgebieden moeten in hun staat bewaard worden of zijn bestemd om zodanig ingericht te worden, dat ze, in de al dan niet verstedelijkte gebieden, hun sociale functie kunnen vervullen, (Artikel 14 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA Schransvelden, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 3 maart 2005. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: zone voor achteruitbouw, zone voor half-open bebouwing en zone voor tuinen.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Bijzondere plannen van aanleg (BPA's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het bijzonder plan van aanleg op volgende punten:

-          5.5 Zone voor achteruitbouw

  • 5.5.2 Inrichting
    • er wordt geen hoogstammige boom of heester of struik van 1ste grootte voorzien in de voortuin van 95 m².
  • 5.5.3 Opritten
    • opritten naar garages zijn toegelaten. Er wordt echter geen garage voorzien.

-          5.6 Zone voor tuinen

  • 5.6.2 Bijgebouwen en constructies
    • de bijgebouwen hebben een oppervlakte van circa 100 m² in plaats van de maximale 30 m²;
    • de afstand tot de achterste en linker perceelsgrens bedraagt minder dan 2 meter;
    • de kroonlijsthoogte bedraagt 3,90 meter in plaats van de maximale 3 meter.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 6 Harmonie en draagkracht:

de arrière-corps die kenmerkend is voor het gevelritme van de straat wordt niet op de plannen weergegeven;

  • artikel 13 Ondergrondse en bovengrondse uitsprongen:

putten en reservoirs zijn toegelaten maar mogen het groene karakter van de voortuin niet aantasten zoals beschreven in Artikel 27 Open ruimte;

  • artikel 19 Tuinafsluitingen:

de voortuin moet afgesloten worden door een levende afsluiting, een muurtje of een hek met een hoogte van maximum 1 meter. Tot de voortuinafsluiting behoren zowel de afsluiting langs openbare ruimte als afsluitingen tussen voortuinen onderling. Er wordt geen voortuinafsluiting voorzien;

  • artikel 21 Minimale hoogte van ruimten:

de tuinkamer in het bijgebouw heeft een minimale hoogte van 2,24 meter tot 2,55 meter in plaats van de gevraagde 2,60 meter voor een verblijfsruimte;

  • artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren:

zowel enkelvoudige als ontkoppelde scheidingsmuren zijn toegelaten mits een brandweerstand van minstens Rf 2 uur. Dit is niet duidelijk op de plannen;

  • artikel 39 Infiltratie en buffervoorzieningen:

niet overdekte terrassen grenzend aan een tuin of andere onverharde bodem dienen aangelegd te worden in een helling van 1 à 2 %, om het regenwater hiernaar te laten afwateren en op natuurlijke wijze te laten infiltreren. Dit is niet duidelijk op de plannen;

  • artikel 40 Privaat gescheiden rioolstelsel en afvoerleidingen:

de afvoerleidingen van de privé-riolering dienen conform dit artikel aangelegd te worden;

  • artikel 41 Kenmerken aansluiting van de leidingen met het openbaar rioolstelsel:

de aansluiting van de DWA en RWA moeten aangesloten worden aan het openbaar rioolstelsel conform dit artikel.
 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd.

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd.

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009. 
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag. 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag voorziet het bouwen van een eengezinswoning. De woonfunctie is in overeenstemming met de bestemmingsvoorschriften van het bijzonder plan van aanleg en de kenmerkende functie in de straat.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De plannen voorzien een halfopen woning van 2 bouwlagen en een hellend dak met een bouwdiepte van 9,00 meter. Dit volume wordt tegen de wachtgevel van de rechterbuur voorzien. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan ingestemd worden met de inplanting en het volume zoals voorgesteld.

 

De woning wordt voorzien van de vereiste woonkwaliteit door de aanwezigheid van hoge plafonds, voldoende grote raamopeningen en een leefruimte die in verhouding staat met het aantal bewoners. Het voorstel is bijgevolg ruimtelijk aanvaardbaar.

 

Aan de linkerzijde van de woning wordt vermoedelijk een parkeerplaats in openlucht voorzien, dit is niet zo opgetekend op de plannen maar wordt wel vermeld in de beschrijvende nota. Een parkeerplaats langs de zijgevel is strijdig met de voorschriften van het BPA en de bouwcode. Verharding in de voor- en zijtuin is namelijk enkel mogelijk als oprit naar een inpandige parkeerplaats. Het voorzien van een parkeerplaats op eigen perceel is, gelet op het straatbeeld, aanvaardbaar. Overeenkomstig artikel 4.4.1 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening kan na het voeren van een openbaar onderzoek een afwijking toegestaan worden.

 

De verharding die hiervoor voorzien wordt, dient wel beperkt te worden zodat er voldoende open ruimte over blijft om groen in te richten. In voorwaarde zal daarom opgenomen worden om de breedte van de verharding te beperkten tot 3,00 meter. Bijkomend mag deze verharding maximaal 3,95 meter achter de voorgevellijn komen zodat de wagen niet voor het raam in de zijgevel staat geparkeerd.

 

Visueel-vormelijke elementen

De voorgevel wordt afgewerkt in een rood genuanceerde gevelsteen en zwart schrijnwerk.

 

De plint en dorpels worden voorzien in blauwe hardsteen. Deze materialen zijn stedenbouwkundig aanvaardbaar. Toch wordt er opgemerkt dat de zichtbare gevels over een beperkte detaillering beschikken. Het grote deel van de woningen in dit deel van de Moerelei beschikken over een kroonlijst en architecturale elementen om de gevels voldoende te detailleren. In voorwaarde zal daarom opgenomen worden om een kroonlijst te voorzien en in de voor- en zijgevel rollagen te voorzien boven de gevelopening.

 

De arrière-corps is een veel voorkomend detail bij aaneengesloten bebouwing. Ter hoogte van de perceelsgrens springt het gevelvlak terug, en dit over de volledige gevelhoogte. Dit levert een verticale ritmering op die percelering in het straatbeeld nuanceert. Het is wenselijk om dit detail eigen aan de stedelijke context te voorzien. In de verleende vergunning van 21/07/2017 voor de rechterbuur is echter niet opgenomen om dit te voorzien waardoor het voorgestelde aanvaardbaar is.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats. 

 

Op een braakliggend terrein wordt een eengezinswoning gebouwd. Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1. De werkelijke parkeerbehoefte is 1 x 1 = 1 parkeerplaats.

  

De plannen voorzien in 1 nuttige autostal- en autoparkeerplaats. 

  

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1. 

 

Dit aantal is toereikend. 

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0. 

  

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen. 

  

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 0 plaatsen. 

  

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De verharding in functie van een parkeerplaats in openlucht te beperkten tot een breedte van 3,00 meter en deze niet verder te voorzien dan 3,95 meter achter de voorgevellijn.

2. Een kroonlijst te voorzien.

3. In de voor- en zijgevel rollagen te voorzien boven de gevelopeningen.

4. De septische put, infiltratieput en regenwaterput onder het terras te voorzien of onder de verharding in de voortuin.

5. De voortuin af te sluiten conform de voorschriften van artikel 19 van de bouwcode.

6. Te voldoen aan artikel 39 van de bouwcode.

7. Te voldoen aan artikel 40 van de bouwcode.

8. Te voldoen aan artikel 41 van de bouwcode.

9. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

10. Alle handelingen, werken en wijzigingen ten opzichte van de laatst vergunde toestand, met betrekking tot het volume achteraan het perceel, worden uitgesloten van vergunning.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

8 februari 2023

Volledig en ontvankelijk

28 maart 2023

Start 1e openbaar onderzoek

7 april 2023

Einde 1e openbaar onderzoek

6 mei 2023

Beslissing toepassing administratieve lus

15 mei 2023

Start laatste openbaar onderzoek

26 mei 2023

Einde laatste openbaar onderzoek

24 juni 2023

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Beslissingsdatum na V&O (zonder noodbesluit)

9 september 2023

Uiterste beslissingsdatum (noodbesluit)

8 december 2023

Verslag GOA

22 augustus 2023

naam GOA

Wim Van Roosendael

 

Administratieve lus

Op de aanvraag werd een administratieve lus toegepast, omwille van de volgende reden(en):

 

De affiche werd niet aangeplakt uiterlijk op de dag voor de begindatum van het openbaar onderzoek en tot en met de laatste dag daarvan conform de bepalingen van artikel 20 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

 

De stappen in de procedure die verkeerd gelopen zijn werden opnieuw uitgevoerd om te voorkomen dat de eindbeslissing over de aanvraag vernietigd wordt omwille van de vastgestelde procedurefout(en).

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

7 april 2023

6 mei 2023

0

0

0

0

26 mei 2023

24 juni 2023

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. De verharding in functie van een parkeerplaats in openlucht te beperkten tot een breedte van 3,00 meter en deze niet verder te voorzien dan 3,95 meter achter de voorgevellijn.

2. Een kroonlijst te voorzien.

3. In de voor- en zijgevel rollagen te voorzien boven de gevelopeningen.

4. De septische put, infiltratieput en regenwaterput onder het terras te voorzien of onder de verharding in de voortuin.

5. De voortuin af te sluiten conform de voorschriften van artikel 19 van de bouwcode.

6. Te voldoen aan artikel 39 van de bouwcode.

7. Te voldoen aan artikel 40 van de bouwcode.

8. Te voldoen aan artikel 41 van de bouwcode.

9. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

10. Alle handelingen, werken en wijzigingen ten opzichte van de laatst vergunde toestand, met betrekking tot het volume achteraan het perceel, worden uitgesloten van vergunning.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.