Terug
Gepubliceerd op 18/09/2023

2023_CBS_06227 - Omgevingsvergunning - OMV_2023050716. Lageweg 189. District Hoboken - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 15/09/2023 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_06227 - Omgevingsvergunning - OMV_2023050716. Lageweg 189. District Hoboken - Goedkeuring 2023_CBS_06227 - Omgevingsvergunning - OMV_2023050716. Lageweg 189. District Hoboken - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023050716

Gegevens van de aanvrager:

de heer Enrique Fernandez Gonzalez met als adres Lageweg 189 te 2660 Antwerpen

Ligging van het project:

Lageweg 189 te 2660 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 37 sectie A nr. 339Z7

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

uitbreiden van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          23/07/2018: proces verbaal (111002_2018_7168_VPV64) voor het uitvoeren van werken zonder voorafgaandelijke, schriftelijke omgevingsvergunning;

-          07/04/2006: vergunning (3227#164) voor het bouwen van een garage binnen een bestaande woning.

 

Vergunde toestand

-          eengezinswoning;

-          3 bouwlagen onder een zadeldak plus een gelijkvloerse aanbouw onder plat dak in gesloten bebouwing;

-          maximale gelijkvloerse bouwdiepte circa 18 m;

-          achterliggende tuin.

 

Bestaande toestand

-          gelijkvloerse, perceelsbrede uitbreiding tot een bouwdiepte van circa 21m40;

-          interne inrichting van een keuken aansluitend op de leefruimte;

-          aanleg van verhardingen in de tuin.

 

Nieuwe toestand

-          regularisatie van de gelijkvloerse uitbreiding;

-          de voorgevel, tuin en overige delen maken geen deel uit van de aanvraag.

Inhoud van de aanvraag

-          uitbreiden van het gelijkvloers volume;

-          wijzigen van de scheimuren;

-          doorvoeren van interne constructieve werken.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • Artikel 21 Minimale hoogte van ruimten: de leefruimte en de nieuwe keuken hebben respectievelijk een hoogte van slechts 2.50 en 2.44 m in plaats van de minimaal vereiste 2m60.
  • Artikel 30 Autostalplaatsen en autoparkeerplaatsen: de afmetingen van de garage werden aangepast waardoor deze te klein is voor een autostalplaats.
  • Artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren: de scheidingsmuren van de uitbreiding hebben niet overal een minimale opstand van 30 cm ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak.
  •  Artikel 38 Groendaken: het vernieuwd, plat dak heeft een grotere oppervlakte dan 20 m² en wordt niet als groendak aangelegd.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het voorliggende project is geheel gelegen in een zone waarvoor  Stad Antwerpen aangewezen is als adviesinstantie.

Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd.

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd.

Het project is niet gelegen in een signaalgebied

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

De aanvraag wijkt af van artikels 21, 30, 34 en 38. Er is geen gegronde aanleiding om beargumenteerd af te wijk.

 

Minimale hoogte van ruimten (art. 21):

-          De leefruimte en de nieuwe keuken hebben respectievelijk een hoogte van slechts 2.50 en 2.44 m in plaats van de minimaal vereiste 2m60. Aangezien de uitbreiding aansluit op een bestaande vergunde, maar reeds te lage, vrije hoogte, kan een afwijking toegestaan worden.

 

Autostalplaatsen en autoparkeerplaatsen (art.30):

-          Er werd in 2006 een vergunning verleend voor een inpandige garage aan de voorgevel. Het vergund plan gelijkvloers werd foutief opgeladen door de aanvrager tijdens deze procedure. De vergunde voorgevel werd wel correct opgeladen op het omgevingsloket. Het blijft de verantwoordelijkheid van de aanvrager en diens architect om de aanvraag correct aan te leveren.

Op het vergund plan heeft de garage een diepte van 5 meter, zoals opgenomen in de inrichtingsprincipes van de bouwcode. In de bestaande toestand heeft deze een diepte van slechts 4,34 meter. Deze diepte is onvoldoende om kwalitatief een auto te plaatsen. De garage wordt uitgesloten uit de vergunning.

 

Stabiliteit en scheidingsmuur (art.34):

-          De scheimuur met de aanpalende werd ter hoogte van de gelijkvloerse uitbreiding niet uitgevoerd met een opstand van 30cm ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak. Aangezien het dak voorzien is van een groendak kan afgeweken worden van een minimale opstand van 30cm wanneer er tussen de scheidingswand en de vegetatie een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimumklasse A2FL-s2) van minstens 30cm breed aanwezig is. Dit wordt opgenomen als voorwaarde bij de vergunning.

 

Groendak (art.38):

-          Het plat dak van de gelijkvloerse uitbreiding werd niet voorzien van een groendak. Er is geen gegronde aanleiding om af te wijken van dit geldende voorschrift. Dit wordt opgenomen als voorwaarde bij de vergunning.

 

Functionele inpasbaarheid

De bestemming van de eengezinswoning blijft behouden waardoor de functionele inpasbaarheid gegarandeerd blijft.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag heeft betrekking op een gelijkvloerse uitbreiding. In de vergunde toestand had het gelijkvloers een bouwdiepte van circa 18 meter. Deze was niet perceelsbreed uitgevoerd. Deze bouwdiepte werd in bestaande toestand perceelsbreed uitgevoerd tot op een bouwdiepte van circa 21 meter. Dit is voor eengezinswoningen een atypisch diepe bouwdiepte, maar niet vreemd in de nabije omgeving. Er blijft ook nog een ruime tuinzone aanwezig.

De schaal en het ruimtegebruik van de aanvraag wordt bijgevolg gunstig beoordeeld.

 

Visueel-vormelijke elementen

Gelet op de context van het perceel is het isoleren en pleisteren van de achtergevel aanvaardbaar. De donkere kleur is echter afwijkend en sluit niet aan bij de wens om zoveel als mogelijk lichte gevelmaterialen toe te passen om de stedelijke opwarming te beperken. In voorwaarde zal opgelegd worden om de achtergevel in witte kleur uit te voeren.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande toestand ongewijzigd blijven.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand;

3. Het platte dak van de nieuwe uitbreiding moet aangelegd worden met een groendak conform art. 38 van de bouwcode.

4. De achtergevel moet uitgevoerd worden in een lichte kleur.

5. Het verkleinen van de garage ten opzichte van de vergunde toestand wordt uitgesloten uit de vergunning.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

20 april 2023

Volledig en ontvankelijk

1 augustus 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Beslissingsdatum na V&O (zonder noodbesluit)

30 september 2023

Uiterste beslissingsdatum (noodbesluit)

29 december 2023

Verslag GOA

7 september 2023

naam GOA

Gerd Cryns

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

2

0

0

0

 

Bespreking van de bezwaren

Tijdens de looptijd van de bevraging werden 2 schriftelijke bezwaarschriften ingediend die zich als volgt laten samenvatten:

 

De bezwaarindiener meldt dat hij bezwaar heeft tegen de aanvraag.

Beoordeling: er wordt niet gespecifieerd waar het bezwaar juist om gaat en wat het bezwaar juist is. Er kan bijgevolg geen correcte beoordeling van het bezwaar gemaakt worden. Het bezwaar is onontvankelijk.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij:

 

-          de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;

-          het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

 

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand;

3. Het platte dak van de nieuwe uitbreiding moet aangelegd worden met een groendak conform art. 38 van de bouwcode.

4. De achtergevel moet uitgevoerd worden in een lichte kleur.

5. Het verkleinen van de garage ten opzichte van de vergunde toestand wordt uitgesloten uit de vergunning.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.