Terug
Gepubliceerd op 25/09/2023

2023_CBS_06380 - Omgevingsvergunning - OMV_2023088320. Lange Elzenstraat 87. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 22/09/2023 - 08:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Nabilla Ait Daoud, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_06380 - Omgevingsvergunning - OMV_2023088320. Lange Elzenstraat 87. District Antwerpen - Goedkeuring 2023_CBS_06380 - Omgevingsvergunning - OMV_2023088320. Lange Elzenstraat 87. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023088320

Gegevens van de aanvrager:

Mattias Petri met als adres Lange Elzenstraat 87 te 2018 Antwerpen en Nick Serneels met als adres Lange Elzenstraat 87 te 2018 Antwerpen

Ligging van het project:

Lange Elzenstraat 87 te 2018 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 10 sectie K nr. 1750L13

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

isoleren van de voorgevel en het dak van een eengezinswoning en het doorvoeren van wijzigingen aan de voorgevel

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          26/04/1935: toelating (18#2499) voor de 2de verdieping;

-          11/06/1934: toelating (18#708) voor een gevelverandering.

 

Vergunde / Geacht vergunde toestand

-          functie: wonen – eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • pand in gesloten bebouwing met 3 bouwlagen onder plat dak;
  • kroonlijsthoogte 10,8 m;
  • bouwdiepte hoofdvolume 7,9 m met getande uitbouw aan de rechterzijde van het perceel;

-          gevelafwerking:

  • materiaal en kleur gevel niet gekend;
  • houten buitenschrijnwerk, kleur niet gekend;
  • plinten, dorpels, lijsten en trap in arduin.

 

Bestaande toestand

-          functie en aantal wooneenheden ongewijzigd;

-          bouwvolume:

  • aantal bouwlagen en kroonlijsthoogte ongewijzigd;
  • mogelijke wijzigingen aan de bouwdiepte maken geen deel uit van de aanvraag;

-          gevelafwerking:

  • gecementeerde gevel in donkergrijze kleur;
  • buitenschrijnwerk met gewijzigde indeling in donker pvc;
  • arduinen detaillering deels overschilderd in donkergrijze kleur.

Nieuwe toestand

-          functie en aantal wooneenheden ongewijzigd;

-          bouwvolume:

  • aantal bouwlagen en kroonlijsthoogte ongewijzigd;
  • geïsoleerde voorgevel en dak;
  • mogelijke wijzigingen aan de bouwdiepte maken geen deel uit van de aanvraag;

-          gevelafwerking:

  • bepleisterde gevel in lichte kleur;
  • aluminium buitenschrijnwerk in donkergroene kleur;
  • plinten, dorpels, lijsten en trap in arduin conform vergunde toestand.

 

Inhoud van de aanvraag

-          isoleren van voorgevel en dak;

-          wijzigen van de gevelafwerking;

-          mogelijke overige wijzigingen aan het bouwvolume maken geen deel uit van de aanvraag.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

DE VLAAMSE WATERWEG/ De Vlaamse Waterweg nv - Afdeling Regio Centraal

26 juli 2023

22 augustus 2023

Geen advies

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)


De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)


De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)


De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening voetgangersverkeer.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren:
    Het dak wordt geïsoleerd. Het is niet duidelijk of na het aanbrengen van deze isolatie de scheidingsmuren overal nog over een minimale opstand van 30 cm ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak beschikken.
     

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.


Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).


Het voorliggende project is geheel gelegen in een zone waarvoor De Vlaamse Waterweg aangewezen is als adviesinstantie. Het project is gelegen in een zone met een pluviale overstromingskans van 1 keer op 100 jaar onder huidig klimaat. Het project is gelegen in een zone met een fluviale overstromingskans van 1 keer op 1000 jaar onder huidig klimaat. Het project is niet gelegen in een signaalgebied. Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

 

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)


De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))


Artikel 4.3.8 is van toepassing op de aanvraag. De aanvraag is hiermee in overeenstemming.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en komt hiermee overeen met de kenmerkende woonfuncties in de straat.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De werken voorzien enkel het isoleren van de voorgevel en het dak. De hierbij horende beperkte volume-uitbreiding is aanvaardbaar. Al de andere handelingen, werken en wijzigingen ten opzichte van de laatst vergunde toestand, welke nu geen deel uitmaken van de aanvraag, worden uitgesloten.

 

Visueel-vormelijke elementen

De materialisatie van de voorgevel wordt voorzien in pleisterwerk in een lichte kleur, donkergroen aluminium schrijnwerk en blauwe hardstenen elementen. De Lange Elzenstraat wordt gekenmerkt door zowel bakstenen als gepleisterde gevels en verschillende types schrijnwerk met blauwe hardstenen plint tot onder het gelijkvloerse schrijnwerk. De voorgestelde materialisatie is vervolgens aanvaardbaar. 

 

De stad Antwerpen hanteert een afwegingskader op aanvragen voor een stedenbouwkundige vergunning voor buitengevelisolatie. Bij een gunstig advies tot plaatsing van buitengevelisolatie is men verplicht om de werken over de volledige dikte van 14 cm uit te voeren. Op die manier wordt er maximale energiebesparing gerealiseerd binnen de bepalingen van het rooilijnendecreet. Dit zal worden opgelegd in voorwaarden bij het verlenen van de vergunning.

 

De uitstekende delen van een gevel (plint, raamdorpel, kroonlijst, …) zorgen voor een detaillering van de gevel. Het toepassen van buitengevelisolatie leidt tot een vervlakking van het straatbeeld door een verlies aan detaillering. Om een verarming van het materiaal tegen te gaan, wordt er bij een gunstig advies opgelegd dat bestaande elementen (raamdorpels, plint, kroonlijst…) behouden blijven of worden vervangen door nieuwe elementen. Deze details hebben immers ook een functie. Zo beschermt de plint tegen beschadigingen. Indien er voor het uitvoeren van de werken een plint aanwezig is, moet deze behouden blijven. Dit kan door de bestaande plint naar voren te plaatsen (en er achter isolatie aan te brengen) of de bestaande plint te vervangen door een nieuwe plint. Bij pleisterwerk is het noodzakelijk om een plint te plaatsen, ook al is deze niet aanwezig in de bestaande toestand. De hoogte van deze plint komt overeen met de kenmerkende hoogte van de plint in het straatbeeld om beschadigingen aan de gevel te voorkomen.

 

Ter hoogte van het schrijnwerk van de tweede verdieping tonen de snedes het voorzien van blauwe hardstenen dorpels. Op de voorgevel werden deze niet ingetekend. Omwille van bovenstaande argumentatie wordt er in voorwaarden opgelegd om ook de blauwe hardstenen dorpels ter hoogte van de tweede verdieping te behouden.

 

Wanneer er pleisterwerk is voorzien als gevelmateriaal, worden de randen van bijvoorbeeld raamopeningen voorzien van hoekprofielen. Dergelijke hoekprofielen moeten onzichtbaar worden uitgevoerd.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De plannen geven onvoldoende duidelijkheid betreffende het al dan niet voorzien van een opstand van 0,30 meter ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak. Aangezien hier geen afwijking op kan worden toegestaan, worden er voorwaarden opgelegd betreffende de brandweerstand.

 

Wanneer de nieuwe constructie tot op het openbaar domein komt moet er rekening mee worden gehouden dat het voetpad in de toekomst hersteld kan worden zonder dat er aan de voorgevel ingrepen moeten gebeuren. Dit kan door de bestaande stoeptegel voor de werken weg te nemen en na de werken terug te plaatsen.

 

Wanneer er zich in de bestaande toestand openbare verlichtingsarmaturen (of andere elementen van nutsvoorzieningen) bevinden aan de gevel moeten deze na het uitvoeren van de werken opnieuw gemonteerd worden aan de gevel op een duurzame manier (eventueel met een achterliggende constructie). Deze elementen moeten te allen tijde kunnen hersteld worden of weggenomen worden. Indien nodig wordt hiervoor contact opgenomen met de dienst Openbaar Domein.

 

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing omdat deze aanvraag betrekking heeft op werken die geen aanleiding geven tot de vermeerdering van het aantal woongelegenheden.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

  1. Alle handelingen, werken en wijzigingen tegenover de laatst vergunde toestand welke nu geen deel uitmaken van de aanvraag worden uitgesloten van de vergunning.
  1. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).
  1. De isolatie plus afwerkingsmateriaal dient uitgevoerd te worden met een totale dikte van 14 centimeter ten opzichte van de rooilijn.
  1. De arrière-corps dient behouden te blijven en vrij te blijven van materiaal en isolatie. 
  1. De bestaande elementen in natuursteen moeten behouden blijven of vervangen door nieuwe elementen in natuursteen die evenveel uitsteken na het uitvoeren van de werken dan in de oorspronkelijke situatie.
  1. De uitstekende delen van de gevel (plint, raamdorpels, kroonlijst, …) dienen behouden te blijven door deze te verplaatsen of te vervangen door een nieuw element met dezelfde hoogte en uitsteek ten opzichte van het gevelvlak zoals in de bestaande toestand. 
  1. De hoekprofielen die inherent zijn aan het gevelpleisterwerk dienen onzichtbaar uitgevoerd te worden.
  1. De elementen voor straatverlichting of nutsvoorzieningen die zich aan de gevel bevinden in de bestaande toestand dienen integraal verplaatst te worden.
  1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
  1. De nieuwe constructie dient zodanig aan te sluiten op het openbaar domein dat toekomstige werkzaamheden aan het openbaar domein kunnen plaatsvinden los van herstelwerken aan de nieuwe constructie. 

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

29 juni 2023

Volledig en ontvankelijk

26 juli 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

24 september 2023

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

23 december 2023

Verslag GOA

13 september 2023

Naam GOA

Cynthia Steurs

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

    1. Alle handelingen, werken en wijzigingen tegenover de laatst vergunde toestand welke nu geen deel uitmaken van de aanvraag worden uitgesloten van de vergunning.
    1. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).
    1. De isolatie plus afwerkingsmateriaal dient uitgevoerd te worden met een totale dikte van 14 centimeter ten opzichte van de rooilijn.
    1. De arrière-corps dient behouden te blijven en vrij te blijven van materiaal en isolatie. 
    1. De bestaande elementen in natuursteen moeten behouden blijven of vervangen door nieuwe elementen in natuursteen die evenveel uitsteken na het uitvoeren van de werken dan in de oorspronkelijke situatie.
    1. De uitstekende delen van de gevel (plint, raamdorpels, kroonlijst, …) dienen behouden te blijven door deze te verplaatsen of te vervangen door een nieuw element met dezelfde hoogte en uitsteek ten opzichte van het gevelvlak zoals in de bestaande toestand. 
    1. De hoekprofielen die inherent zijn aan het gevelpleisterwerk dienen onzichtbaar uitgevoerd te worden.
    1. De elementen voor straatverlichting of nutsvoorzieningen die zich aan de gevel bevinden in de bestaande toestand dienen integraal verplaatst te worden.
    1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
    1. De nieuwe constructie dient zodanig aan te sluiten op het openbaar domein dat toekomstige werkzaamheden aan het openbaar domein kunnen plaatsvinden los van herstelwerken aan de nieuwe constructie. 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.