Terug
Gepubliceerd op 25/09/2023

2023_CBS_06196 - Omgevingsvergunning - OMV_2023049030. Bikschotelaan 15. District Berchem - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 22/09/2023 - 08:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Nabilla Ait Daoud, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_06196 - Omgevingsvergunning - OMV_2023049030. Bikschotelaan 15. District Berchem - Goedkeuring 2023_CBS_06196 - Omgevingsvergunning - OMV_2023049030. Bikschotelaan 15. District Berchem - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023049030

Gegevens van de aanvrager:

de heer Bruno Herman met als contactadres Bikschotelaan 15 te 2600 Berchem en mevrouw Sara Erreygers met als contactadres Bikschotelaan 15 te 2600 Berchem

Ligging van het project:

Bikschotelaan 15 te 2600 Berchem (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 22 sectie A nr. 319D8

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen en uitbreiden van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

-          uitbreiden van het gelijkvloers;

-          bijbouwen van een verdieping onder mansardedak;

-          plaatsen van zonnepanelen op het dak van de woning;

-          wijzigen van de scheidingsmuren;

-          doorvoeren van constructieve wijzigingen ten opzichte van de vergunde toestand.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer

28 juni 2023

11 juli 2023

Voorwaardelijk gunstig

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:

  • artikel 6 Harmonie en draagkracht:
    • De gevel van de daklaag is breder dan de gevel van de onderliggende verdiepingen doordat de arrière corps niet doorgetrokken wordt over de nieuwe bouwlaag;
    • De ramen in het dakvlak worden uitgewerkt als een dakvlakraam. Dakvlakramen zijn kenmerkend in een schuindak en niet in een mansardedak. Deze zijn bijgevolg niet afgestemd op de architectuur.
  • artikel 16 Technische uitsprongen: §1 de hoogte van de zonnepanelen wordt niet op de snede verduidelijkt, waardoor het niet duidelijk is of de hoogte en afstand voldoen aan dit artikel over technische installaties en artikel 36 van de bouwcode;
  • artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren: de opstand van het dak van het nieuwe volume ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak dient een minimale hoogte van 0,30 m te hebben;
  • artikel 36 Zonnepanelen en zonnecollectoren: de hoogte van de zonnepanelen wordt niet op de snede verduidelijkt, waardoor het niet duidelijk is of de hoogte voldoet aan dit artikel en artikel 16§1 van de bouwcode.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).

Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd.

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd.

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De omgeving van de Bikschotelaan wordt gekenmerkt door eengezinswoningen met een hoofdvolume onder twee bouwlagen met bovenaan de tweede bouwlaag een kroonlijst.

 

De daklagen boven de kroonlijst betroffen oorspronkelijk hoofdzakelijk zadeldaken, maar in het laatste decennia is dit ter hoogte van de Bikschotelaan en Langemarkstraat hoofdzakelijk geëvolueerd naar daklagen in de vorm van een hedendaags mansardedak.

 

De aanvraag betreft het uitbreiden van de woning met bijkomende daklaag in de vorm van hedendaags mansardedak, met behoud van de bestaande kroonlijst. Dit sluit in principe aan bij de evolutie van de onmiddellijke omgeving.

 

Het specifieke ontwerp van de nieuwe daklaag wordt echter veel breder uitgewerkt dan de breedte van de onderliggende verdiepingen. Zowel links als rechts komt het nieuwe bouwvolume circa 0,3 meter voorbij de perceelgrenzen. Hierdoor is de voorgevel van de nieuwe daklaag niet in proportie tot de rest van de voorgevel. Om beter aan te sluiten bij de schaal van de woning en de schaal van de daklagen in de omgeving dienen gepaste visueel-vormelijke maatregelen opgelegd te worden.

 

De garage en bijhorende verharding links achteraan het terrein werd in het verleden gewijzigd. Dit maakt echter geen onderdeel uit van de huidig aanvraag. Dit wordt ter verduidelijking uitgesloten uit de vergunning.

 

Visueel-vormelijke elementen

De bestaande bakstenen voorgevel blijft ongewijzigd.

 

De arrière-corps een kenmerkend element in het straatbeeld van de Bikschotelaan dat de gevelritmiek versterkt. Dit dient ook doorgetrokken te worden in het voorgevelontwerp van de daklaag. De diepte waarover de arrière-corps van de daklaag naar achter voorzien wordt, moet minstens even diep zijn als bij de arrière-corps van de bestaande voorgevel.

 

Omwille van het feit dat de voorgevel van de daklaag breder is dan de bestaande voorgevel, zullen ook de delen van de voorgevel van de daklaag die zich buiten de arrière-corps bevinden (links voorbij de linker arrière-corps en rechts voorbij de rechter arrière-corps) mee tot dezelfde diepte naar achter voorzien moeten worden.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Er moet integraal voldaan worden aan de bijgevoegde voorwaarden van de ‘Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer – Directoraat-generaal Luchtvaart’.

2. De arrière-corps moet doorgetrokken worden over de voorgevel van de daklaag, waarbij ook de delen van de voorgevel van de daklaag die voorbij de perceelgrens vallen naar achter voorzien worden. Deze delen moeten minimaal 5 cm naar achter voorzien worden ten opzichte van de overige delen van het gevelvlak.

3. De ramen in het dakvlak niet uit te werken als een dakvlakraam, maar als verticale ramen in een dakkapel.

4. De zonnepanelen moeten voldoen aan artikel 16 en 36 van de bouwcode.

5. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van: dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).

6. Eventuele wijzigingen aan de garage en bijhorende verharding worden uitgesloten uit de vergunning.

7. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

6 april 2023

Volledig en ontvankelijk

28 juni 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Beslissingsdatum na V&O (zonder noodbesluit)

27 augustus 2023

Uiterste beslissingsdatum (noodbesluit)

25 november 2023

Verslag GOA

8 september 2023

naam GOA

Wim Van Roosendael

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Er moet integraal voldaan worden aan de bijgevoegde voorwaarden van de ‘Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer – Directoraat-generaal Luchtvaart’.

2. De arrière-corps moet doorgetrokken worden over de voorgevel van de daklaag, waarbij ook de delen van de voorgevel van de daklaag die voorbij de perceelgrens vallen naar achter voorzien worden. Deze delen moeten minimaal 5 cm naar achter voorzien worden ten opzichte van de overige delen van het gevelvlak.

3. De ramen in het dakvlak niet uit te werken als een dakvlakraam, maar als verticale ramen in een dakkapel.

4. De zonnepanelen moeten voldoen aan artikel 16 en 36 van de bouwcode.

5. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van: dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).

6. Eventuele wijzigingen aan de garage en bijhorende verharding worden uitgesloten uit de vergunning.

7. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.