Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2022166531 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer Yves Janssens met als adres Sint-Bernardsesteenweg 1071 bus A te 2660 Antwerpen |
Ligging van het project: | Sint-Bernardsesteenweg 1071A te 2660 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 37 sectie C nrs. 656V, 656M, 662M, 670H, 673D, 673C, 674E en 675B |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | bouwen van vrijstaande stallen en bergingen en plaatsen van een afdak tegen De Schans |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 23/10/2022: beschermd als monument: https://inventaris.onroerenderfgoed.be/aanduidingsobjecten/127157
- 12/09/1980: beschermd stads-of dorpsgezicht: https://inventaris.onroerenderfgoed.be/aanduidingsobjecten/5407
- 23/03/1977: beschermd cultuurhistorisch landschap: https://inventaris.onroerenderfgoed.be/aanduidingsobjecten/4291
Vergunde / Geacht vergunde toestand
- functie:
- bouwvolume:
Bestaande toestand
- bouwvolume:
- circa 4 op 4,50 m;
- op 1,20 m van perceelgrens in halfhoge betonplaten;
- 1 bouwlaag met lessenaarsdak;
- kroonlijsthoogte van 2,65 m;
- circa 5 bij 3 m;
- met uitsprong in noordwestelijke zijde;
- 1 bouwlaag met plat dak;
- kroonlijsthoogte van 2,30 m;
- 10 bij 6 m;
- 1 bouwlaag met licht hellend dak;
- 3,15 m kroonlijsthoogte afhellend naar 2,75 m;
- 5 bij 3 m;
- kroonlijsthoogte van 3,10 m
- 8 bij 3 variƫrend tot 4 m;
- 1 bouwlaag met lessenaarsdak;
- 2,70 m kroonlijsthoogte afhellend naar 2,10 m;
- nokhoogte van 4,60 m;
- gevelafwerking:
- verticale houten beplanking;
- donker geschilderd;
- metalen boord;
- rode dakpannen;
- horizontale beplanking, natuurkleur;
- metalen golfplaat voor het dak;
- metalen gevelplaat;
- metalen dakplaat;
- metalen gevelplaat;
- metalen dakplaat;
- houten bebording;
- bitumineuze golfplaat voor het dak;
- metalen gevelplaat;
- metalen dakplaat;
Nieuwe toestand
- functie:
- bouwvolume:
- circa 4 op 4,50 m;
- op 1,20 m van perceelgrens in halfhoge betonplaten;
- 1 bouwlaag met lessenaarsdak;
- kroonlijsthoogte van 2,65 m;
- circa 5 bij 3 m;
- met uitsprong in noordwestelijke zijde;
- 1 bouwlaag met plat dak;
- kroonlijsthoogte van 2,30 m;
- 10 bij 6 m;
- 1 bouwlaag met licht hellend dak;
- 3,15 m kroonlijsthoogte afhellend naar 2,75 m;
- 6 bij 9 m;
- nokhoogte van 4 m;
- kroonlijsthoogte van 2,80 m;
- 4 bij 5 m;
- nokhoogte van 4 m;
- kroonlijsthoogte van 2,80 m;
- nokhoogte van 4,60 m;
- tegen betonnen wal gebouwd;
- gevelafwerking:
- verticale houten beplanking;
- donker geschilderd;
- metalen boord;
- rode dakpannen;
- horizontale beplanking, natuurkleur;
- metalen golfplaat voor het dak;
- metalen gevelplaat;
- metalen dakplaat;
- houten beplanking;
- bitumineuze shingles;
- bitumineuze golfplaat;
- houten beplanking:
- bitumineuze shingles;
- metalen gevelplaat;
- metalen dakplaat.
Inhoud van de aanvraag
- bouwen van vrijstaande stallen, bergingen;
- plaatsen van een afdak tegen De Schans.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Agentschap voor Natuur en Bos/ Adviezen en Vergunningen Antwerpen | 5 april 2023 | 19 juni 2023 | Ongunstig |
Agentschap voor Natuur en Bos/ Adviezen en Vergunningen Antwerpen | 31 mei 2023 | 19 juni 2023 | Voorwaardelijk gunstig |
Onroerend Erfgoed | 5 april 2023 | 3 juli 2023 | Gunstig |
Onroerend Erfgoed | 31 mei 2023 | 3 juli 2023 | Gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Stadsbeheer/ Groen en Begraafplaatsen | 5 april 2023 | 18 april 2023 |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Milieu | 5 april 2023 | 12 april 2023 |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Stedenbouw/ vermoeden van vergunning | 5 april 2023 | 3 mei 2023 |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg | 5 april 2023 | 7 juli 2023 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Keerlus Moerelei, goedgekeurd op 14 november 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: zone voor publiek domein-art. 1.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een parkgebied. De parkgebieden moeten in hun staat bewaard worden of zijn bestemd om zodanig ingericht te worden, dat ze, in de al dan niet verstedelijkte gebieden, hun sociale functie kunnen vervullen, (Artikel 14 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het gewestplan op volgend punt:
- De parkgebieden moeten in hun staat bewaard worden of zijn bestemd om zodanig ingericht te worden, dat ze, in de al dan niet verstedelijkte gebieden, hun sociale functie kunnen vervullen. Het bouwen van private stalling en bergingen staat haaks op de sociale functie die het parkgebied zou kunnen vervullen.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
De vergunning wordt geweigerd.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd.
Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd.
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag omvat het regulariseren van verschillende schuilhokken en een looppiste. De gevraagde zaken worden aangevraagd op diverse kadastrale percelen, waarop de scheidingsgrens loopt van woongebied en parkgebied.
Woongebied:
In het woongebied wordt de regularisatie van 3 schuilhokken (A, D, F) aangevraagd en het bouwen van een stal (H). Deze bijkomende constructies en gebouwen zijn niet gepland in het kader van grootschalige agrarische activiteiten. Deze aard en omvang blijft beperkt en vinden aansluiting bij het groene karakter aanliggende parkgebied.
Plaatsen van een schuilhok:
In tegenstelling tot wat er wordt aangegeven in de aanvraag wordt stal H wel degelijk voorzien in parkgebied. Het voorzien van een houten schuilhok voor een weidedier in parkgebied is mogelijk.
Volgens artikel 5.1 van ‘Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen Omgevingsvergunning nodig is’ is een schuilhok voor weidedieren vrijgesteld onder volgende voorwaarden:
- De schuilhokken hebben houten wanden,
- Een maximale hoogte van drie meter,
- Minstens één volledig open zijde,
- De totale oppervlakte is beperkt tot veertig vierkante meter per aaneengesloten groep van percelen in één eigendom.
Een eenvoudige constructie zou aan deze voorwaarden kunnen voldoen. De stal (H) voldoet niet aan twee van deze bepalingen. Deze stal wordt bijgevolg uitgesloten van vergunning.
Looppiste
Verder voorziet de aanvraag de regularisatie van een loopzone. Het aanleggen van een looppiste is niet opgenomen in het ‘Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen Omgevingsvergunning nodig is’. Omwille van deze reden is advies gevraagd aan het Agentschap Natuur en Bos en de stedelijke dienst Groen en Begraafplaatsen.
Tijdens het dossier verleende het Agentschap Natuur en bos een ongunstig advies voor de volledige aanvraag.
“De aanvraag omvat het bouwen, slopen of regulariseren van verschillende gebouwen in het park- en woongebied.
Het gaat om stallen en schuilmogelijkheden voor paarden. Uit de aanvraag is zeer moeilijk op te maken wat de aard van de constructies is en hoe de te bouwen en regulariseren constructies eruitzien. Verder is er in het parkgedeelte van het perceel duidelijk te zien dat hier recentelijk een zandpiste is aangelegd. De zandpiste is onvergund en in de aanvraag wordt hier verder niks over gezegd, het is dus niet duidelijk wat hiermee gaat gebeuren. Daarnaast zijn de gebouwen verspreid over het hele gebied en oogwaarschijnlijk willekeurig neergezet. Er is hier geen spraken van ruimtelijke clustering”.
Naar aanleiding van dit negatief advies heeft de aanvrager tijdens de procedure samengezeten met deze adviesinstantie en op basis hiervan een nieuwe projectinhoudversie overgemaakt:
“De aanvraag omvat het bouwen, slopen of regulariseren van verschillende gebouwen in het park- en woongebied. Het gaat om schuilgelegenheden voor dieren en de bouw van een nieuwe stal die voornamelijk gelegen zijn in het woongebied. In het parkgebied wordt de regularisatie van een afdak tegen een schans en een looppiste aangevraagd. De looppiste is zonder vergunning aangelegd in het parkgebied, waarbij een deel van het grasland is verwijderd. Het grasland staat volgens de BWK (Beschermingscategorieën van de Vlaamse overheid) te boek als Hp en K(hp*), wat erop wijst dat er mogelijk waardevolle elementen aanwezig zijn in de graslanden. De schans en omgeving zijn een beschermd landschap. Het afdak bij de schans was al aanwezig voor de bescherming en wordt nu geregulariseerd.”
Dit wordt ook aangehaald in het advies van de Groendienst:
“De Groendienst geeft een gunstig advies, mits volgende voorwaarden:
- De grond/bodem mag niet verhard worden. Er mag dus geen bijkomende (half)verharding komen. Tevens mag er niets geregulariseerd worden dat reeds verhard of half-verhard is.
- Het is niet duidelijk aangeduid op de plannen of de nieuwe stallen in de buurt van bestaande bomen komen. Indien de nieuwe stallen in de nabijheid van bestaande bomen geplaatst worden, moeten de stallen buiten de kruinzone van de bestaande bomen geplaatst worden.”
De verleende adviezen worden vanuit stedenbouwkundig oogpunt gevolgd. De looppiste wordt bijgevolg uitgesloten van vergunning.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Gelet op bovenstaande motivatie kan het plaatsen van een schuilhok in woongebied en het afdak bij de schans aanvaard worden. Voor deze aspecten kan de ruimtelijke inpasbaarheid gunstig worden geadviseerd.
Visueel-vormelijke elementen
De schuilhokken en stallen worden voorzien in diverse materialen, voornamelijk houten en metaal gevelbekleding. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan deze uitwerking aanvaard worden omdat de voorziene materialisatie kenmerkend is voor dit soort van constructies en niet storend is in de omgeving.
Cultuurhistorische aspecten
De aanvraag werd zowel gunstig beoordeeld door het agentschap Onroerend Erfgoed. Er werd vanuit deze dienst geen beargumenteerde motivering aangeleverd.
De stedelijke dienst Onroerend Erfgoed verleende echter een voorwaardelijk gunstig advies:
“Geen bezwaar voor de te regulariseren, slopen en nieuw te bouwen constructies in het niet-beschermde deel (A,E,F,J,G,H,I). De constructies bestaan uit losse stallen of schuilhokken op voldoende afstand van de Schans.
Voor de te regulariseren constructie K die tegen de beschermde Schans aangebouwd werd, zijn we van mening dat deze tegen de direct werkende normen ingaat. De constructie is weinig kwalitatief en valoriseert het monument niet. Deze komt niet voor regularisatie in aanmerking. Voor looppiste L sluiten we ons aan bij het Agentschap Onroerend Erfgoed bevoegd voor wettelijk beschermd patrimonium gevolgd.”
Het advies van deze stadsdienst wordt bijgetreden vanuit stedenbouwkundig oogpunt. De luifelstructuur tegen de beschermde schans wordt bijgevolg uitgesloten van vergunning.
Bodemreliëf
De aanvraag werd voorwaardelijk gunstig beoordeeld door de stedelijke dienst Milieu:
“In het dossier valt te lezen dat de stallingen gebruikt zullen worden voor paarden en ezels. Het stallen van grote zoogdieren zoals paarden en ezels is mogelijks een ingedeelde inrichting (rubriek 9.4.3). In een woongebied of parkgebied is dit indelingsplichtig vanaf 5 dieren. Geiten vallen onder rubriek 9.6.a (kleine herkauwers) en zijn ingedeeld in woon- of parkgebied vanaf 10 dieren.
Ingeval dierlijke mest (rubriek 28.2.), stro (rubriek 19.6.) of groenvoeder (rubriek 45.14.1) worden opgeslagen, behoren die mogelijks ook tot de ingedeelde inrichtingen of activiteiten (IIOA) afhankelijk van de opgeslagen hoeveelheid.
Op basis van de informatie in het aanvraagdossier kunnen er ingedeelde inrichtingen of activiteiten (IIOA’s) van toepassing zijn. De exploitant wordt aangeraden na de realisatie van het project dit grondig te bekijken en eventueel te regulariseren door een aanpassing van de omgevingvergunning.
Indien rekening gehouden wordt met bovenstaande, kan vanuit technisch oogpunt voorwaardelijk positief advies gegeven worden de vergunning te verlenen.”
Het blijft de verantwoordelijkheid van de aanvrager om zich in regel te stellen met alle diverse wetgevingen. Er wordt bijgevolg aangeraden aan de aanvrager om dit te controleren. Hij dient na te gaan of er ingedeelde inrichtingen of activiteiten van toepassing zijn en dit indien noodzakelijk te regulariseren.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De grond/bodem mag niet bijkomend verhard worden.
2. Het is niet duidelijk aangeduid op de plannen of de nieuwe stallen in de buurt van bestaande bomen komen. Indien de nieuwe constructies in de nabijheid van bestaande bomen geplaatst worden, moeten de constructies buiten de kruinzone van de bestaande bomen geplaatst worden.
3. De stal aangeduid op plan als H wordt uitgesloten van vergunning.
4. De looppiste wordt uitgesloten van vergunning.
5. De luifel aan de beschermde schans wordt uitgesloten van vergunning.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 20 december 2022 |
Volledig en ontvankelijk | 5 april 2023 |
Start 1e openbaar onderzoek | 17 april 2023 |
Einde 1e openbaar onderzoek | 16 mei 2023 |
Beslissing toepassing administratieve lus | 31 mei 2023 |
Beslissing aanvaarding wijzigingsaanvraag | 24 mei 2023 |
Start laatste openbaar onderzoek | 9 juni 2023 |
Einde laatste openbaar onderzoek | 8 juli 2023 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Beslissingsdatum na V&O (zonder noodbesluit) | 17 september 2023 |
Uiterste beslissingsdatum (noodbesluit) | 16 december 2023 |
Verslag GOA | 11 augustus 2023 |
naam GOA | Gerd Cryns |
Administratieve lus
Op de aanvraag werd een administratieve lus toegepast, omwille van de volgende reden(en):
De affiche van het openbaar onderzoek werd te laat uitgehangen. Hierdoor is het openbaar onderzoek niet correct verlopen.
De stappen in de procedure die verkeerd gelopen zijn werden opnieuw uitgevoerd om te voorkomen dat de eindbeslissing over de aanvraag vernietigd wordt omwille van de vastgestelde procedurefout(en).
Wijzigingsverzoeken
De aanvrager heeft één of meerdere verzoeken ingediend om zijn oorspronkelijke dossier te wijzigen.
Minstens één van die verzoeken werd aanvaard, waardoor de aanvaarde wijzigingen mee beoordeeld worden.
De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
17 april 2023 | 16 mei 2023 | 0 | 0 | 0 | 0 |
9 juni 2023 | 8 juli 2023 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De grond/bodem mag niet bijkomend verhard worden.
2. Het is niet duidelijk aangeduid op de plannen of de nieuwe stallen in de buurt van bestaande bomen komen. Indien de nieuwe constructies in de nabijheid van bestaande bomen geplaatst worden, moeten de constructies buiten de kruinzone van de bestaande bomen geplaatst worden.
3. De stal aangeduid op plan als H wordt uitgesloten van vergunning.
4. De looppiste wordt uitgesloten van vergunning.
5. De luifel aan de beschermde schans wordt uitgesloten van vergunning.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.