Terug
Gepubliceerd op 28/08/2023

2023_CBS_05713 - Omgevingsvergunning - OMV_2023011067. Generaal Eisenhowerlei 61 . District Borgerhout - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 25/08/2023 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Verontschuldigd

Jinnih Beels, schepen; Erica Caluwaerts, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_05713 - Omgevingsvergunning - OMV_2023011067. Generaal Eisenhowerlei 61 . District Borgerhout - Goedkeuring 2023_CBS_05713 - Omgevingsvergunning - OMV_2023011067. Generaal Eisenhowerlei 61 . District Borgerhout - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023011067

Gegevens van de aanvrager:

Cocon met als adres Mechelsesteenweg 1 te 2018 Antwerpen en Per Posma met als adres Mechelsesteenweg 1 te 2018 Antwerpen

Ligging van het project:

Generaal Eisenhowerlei 61 te 2140 Borgerhout (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 25 sectie A nr. 1004D11

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen en uitbreiden van een meergezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Inhoud van de aanvraag

-          vermeerderen van het aantal woongelegenheden van 3 naar 4;

-          uitbreiden van het volume;

-          wijzigen van de voorgevel;

-          wijzigen van de scheimuren;

-          doorvoeren van interne constructieve werken.

Relevante voorgeschiedenis

-          23/07/1935: toelating (1399#15137) voor het bouwen van een burgerhuis.

 

Vergunde toestand

-          functie:

  • meergezinswoning met 3 appartementen;

-          bouwvolume:

  • perceelsbrede hoofdbouw van 3 bouwlagen onder een plat dak in gesloten bebouwing;
  • bouwdiepte van 19,58 m;
  • kroonlijsthoogte van 9,56 m;

-          gevelafwerking:

  • voorgevel in bruine gevelsteen en beige natuursteen;
  • plint en dorpels in blauwe hardsteen;
  • buitenschrijnwerk in bruine PVC;
  • balkon aan de voorgevel op de eerste verdieping;

-          inrichting:

  • lichtschacht/vide langs de rechter perceelsgrens van 9,80 m² en een bouwdiepte van 14,19 m.

 

Bestaande toestand

-          overeenkomstig met vergunde toestand.

 

Nieuwe toestand

-          functie:

  • meergezinswoning met 2 tweeslaapkamerappartementen en 2 eenslaapkamerappartementen;

-          bouwvolume:

  • perceelsbrede hoofdbouw van 4 bouwlagen onder een plat dak in gesloten bebouwing;
  • bouwdiepte van 19,58 m;
  • bouwdiepte van 14,50 m op de 3de verdieping;
  • kroonlijsthoogte van 12,99 m;

-          gevelafwerking:

  • voorgevel in bruine gevelsteen en beige natuursteen;
  • plint en dorpels in blauwe hardsteen;
  • buitenschrijnwerk en kroonlijst in zwart aluminium;
  • balkon aan de voorgevel op de eerste en tweede verdieping;

-          inrichting:

  • lichtschacht gesupprimeerd en betrokken bij volume.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

AQUAFIN NV

12 juni 2023

6 juli 2023

Voorwaardelijk gunstig

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA

12 juni 2023

12 juli 2023

Voorwaardelijk gunstig

DE VLAAMSE WATERWEG/ De Vlaamse Waterweg nv - Afdeling Regio Oost

12 juni 2023

13 juli 2023

Gunstig

Water-link

12 juni 2023

6 juli 2023

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering

12 juni 2023

13 juni 2023

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening voetgangersverkeer.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 24 Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer: de gelijkvloerse keuken wordt niet voorzien van rechtstreekse lichttoetreding;
  • artikel 26 Afvalverzameling: er dient een gemeenschappelijke afgescheiden ruimte voor afvalverzameling voorzien te worden vanaf 4 woningen in meergezinsgebouwen. De netto vloeroppervlakte dient min. 4 m² te bedragen en dient van verluchting voorzien te worden.
    Dit is niet het geval;
  • artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren: het gedeelte van de scheidingsmuur langs de linker perceelsgrens heeft een opstand van minder dan 0,30 meter ten aanzien van het hoogst aangrenzende dakvlak.
    Dit is niet het geval;
  • artikel 38 Groendaken: de nieuwe bouwlaag moet voorzien worden van een groendak. Er geldt een verplichting om alle nieuwe daken van meldings- en vergunningsplichtige constructies aan te leggen als groendak
    Dit is niet het geval;
  • artikel 43 Septische putten: het is verplicht om bij verbouwingen aan een meergezinswoning waar het afvoerstelsel van afval- en hemelwater aangepast kan worden een septische put te voorzien. De septische put moet vermeld worden op plan, samen met de dimensionering.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het voorliggende project is geheel gelegen in een zone waarvoor De Vlaamse Waterweg aangewezen is als adviesinstantie.

Het project is gelegen in een zone met een pluviale overstromingskans van 1 keer op 100 jaar onder huidig klimaat.

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd.

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

 

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is van toepassing op de aanvraag. De aanvraag is hiermee in overeenstemming.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Het volume wordt voorzien van een extra bouwlaag tot een bouwdiepte van 14,50 meter met een kroonlijsthoogte van 12,99 meter. De bestaande lichtschacht wordt gesupprimeerd en betrokken bij het volume. Op de tweede verdieping wordt aan de voorzijde een balkon voorzien. Het volume is qua schaal en ruimtegebruik inpasbaar in zijn omgeving.

 

Visueel-vormelijke elementen

De nieuwe bouwlaag en het balkon op de tweede verdieping worden in dezelfde materialisatie en volgens gelijkaardige verhoudingen uitgevoerd als de bestaande gevel. Het buitenschrijnwerk in de voorgevel wordt gewijzigd van bruin PVC schrijnwerk naar zwart aluminium schrijnwerk. De wijzigingen zijn afgestemd op de architectuur van het geheel en inpasbaar in de omgeving. De gevelwijzigingen zijn stedenbouwkundig aanvaardbaar.

 

Het gevelplan en de snede bevatten een discrepantie wat betreft de kroonlijsten. Op de geveltekening worden er twee kroonlijsten getekend: de bestaande blijft ter hoogte van de erker behouden en bovenaan komt er een nieuwe. Dit ontwerp is in analogie met de gevel van de linker buur, wat wordt gewaardeerd. Bij een correcte weergave van deze uitvoering, zou op het gevelplan de kroonlijst ook moeten uitsteken aan de linker- en rechterzijde van de erker, wat niet het geval is.

De bovenste kroonlijst is niet op de snede terug te vinden.

Ter verduidelijking worden daarom voorwaarden opgenomen betreffende de vormgeving van beide kroonlijsten.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De gelijkvloerse keuken wordt niet voorzien van rechtstreekse lichttoetreding. Bijgevolg beschikt deze verblijfsruimte over onvoldoende leefkwaliteit. Als voorwaarde wordt bij de vergunning opgelegd de wand en kast tussen het bureau en de keuken te supprimeren zoals in rood aangeduid op de plannen.

 

Het terras op de derde verdieping grenst aan de linker perceelgrens. De uitbreiding van de scheidsmuur in functie van dit terras overschrijdt de bouwdiepte van de linker aanpalende. Daarnaast bevindt zich langs beide zijden van deze scheidsmuur geen volume. Het uitbreiden van de scheidsmuur louter in functie van inkijk naar de linker aanpalende is stedenbouwkundig niet aanvaardbaar. Bijgevolg wordt als voorwaarde bij de vergunning opgelegd het terras te voorzien onder een hoek van 45° ten opzichte van de perceelsgrens en zonder een scheidsmuur op de linker perceelgrens, zoals in rood aangeduid op de plannen.

 

Er dient een gemeenschappelijke afgescheiden ruimte voor afvalverzameling voorzien te worden vanaf 4 woningen in meergezinsgebouwen. De netto vloeroppervlakte dient minimum 4 m² te bedragen en dient van verluchting voorzien te worden. Als voorwaarde bij de vergunning wordt opgelegd in de kelder een afvalberging te voorzien conform artikel 26 van de bouwcode.

 

Er geldt een verplichting om alle nieuwe daken van meldings- en vergunningsplichtige constructies aan te leggen als groendak. Als voorwaarde bij de vergunning wordt opgelegd de nieuwe bouwlaag te voorzien van een groendak conform artikel 38 van de bouwcode.

 

Het gedeelte van de scheidingsmuur langs de linker perceelsgrens heeft een opstand van minder dan 0,30 meter ten aanzien van het hoogst aangrenzende dakvlak. Bijgevolg wordt als voorwaarde bij de vergunning opgelegd te voldoen aan artikel 34 van de bouwcode.

 

Om de aanvraag in overeenstemming te brengen met de actuele eisen inzake gebruiksgenot wordt als voorwaarde bij de vergunning opgelegd een rioolstelsel te voorzien conform artikel 43 van de bouwcode en het advies van Aquafin.

 

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats.

 

De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding van de meergezinswoning van 3 naar 4 appartementen.

 

Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1

1 bijkomend appartement: parkeerbehoefte = 1

 

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.

 

Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan 8 m. Volgens artikel 12, §3, 1° (Levendige plint) van de bouwcode is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1 plaats.

 

 

Fietsvoorzieningen:

Voor het bijkomend appartement met 1 slaapkamer moeten 2 fietsenstallingen voorzien worden (1 x 2 = 4).

Deze worden ingericht in de inkomhal op het gelijkvloers.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De wand en kast tussen het bureau en de keuken te supprimeren zoals in rood aangeduid op de plannen.

2. Het terras op de derde verdieping te voorzien onder een hoek van 45° ten opzichte van de perceelsgrens en zonder een scheidsmuur op de linker perceelgrens zoals in rood aangeduid op de plannen.

3. In de kelder een afvalberging te voorzien conform artikel 26 van de bouwcode.

4. De nieuwe bouwlaag te voorzien van een groendak conform artikel 38 van de bouwcode.

5. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.

6. Een rioolstelsel te voorzien conform artikel 43 van de bouwcode en het advies van Aquafin.

7. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

8. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

9. De kroonlijst ter hoogte van de erker te behouden en een nieuwe kroonlijst met een gelijkaardige dimensionering en materialisatie te voorzien bovenaan de gevel.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

18 februari 2023

Volledig en ontvankelijk

12 juni 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Beslissingsdatum na V&O (zonder noodbesluit)

11 augustus 2023

Uiterste beslissingsdatum (noodbesluit)

9 november 2023

Verslag GOA

18 augustus 2023

naam GOA

Katrijn Apostel

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. De wand en kast tussen het bureau en de keuken te supprimeren zoals in rood aangeduid op de plannen.

2. Het terras op de derde verdieping te voorzien onder een hoek van 45° ten opzichte van de perceelsgrens en zonder een scheidsmuur op de linker perceelgrens zoals in rood aangeduid op de plannen.

3. In de kelder een afvalberging te voorzien conform artikel 26 van de bouwcode.

4. De nieuwe bouwlaag te voorzien van een groendak conform artikel 38 van de bouwcode.

5. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.

6. Een rioolstelsel te voorzien conform artikel 43 van de bouwcode en het advies van Aquafin.

7. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

8. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

9. De kroonlijst ter hoogte van de erker te behouden en een nieuwe kroonlijst met een gelijkaardige dimensionering en materialisatie te voorzien bovenaan de gevel.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.