Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2023055152 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer Szelim Man met als adres August Jonckersstraat 94 te 2900 Schoten |
Ligging van het project: | Dageraadplaats 28 te 2018 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 6 sectie F nr. 1263S8 |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | wijzigen van de hoofdfunctie naar dareca, met het wijzigen van de voorgevel met plaatsen van zaak-gebonden publiciteit |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 06/11/1997: weigering (19953963) voor veranderingswerken - 24/07/1995;
- 13/06/1969: vergunning (1969280) voor verbouwing.
Vergunde toestand
- functie:
- gelijkvloerse verdieping: winkel;
- bovengelegen verdiepingen: wonen;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Bestaande toestand en nieuwe toestand
- functie: dareca;
- bouwvolume: overeenkomstig vergunde toestand;
- gevelafwerking:
- boven de inkomdeur: onderkant luifel op circa 2,2 m boven de straatpas; onduidelijk hoever deze uitspringt, met zaak-gebonden publiciteit met het opschrift “Kabuki”;
- boven het open terras aan de Dageraadplaats, onderkant circa 3 m boven de straatpas, onduidelijk hoever deze uitspringt.
Inhoud van de aanvraag
- wijzigen van de hoofdfunctie van handel naar dareca;
- wijzigen van de voorgevel:
- doorvoeren van interne constructieve werken.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA | 8 augustus 2023 | 1 september 2023 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie | 8 augustus 2023 | 16 augustus 2023 |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering | 8 augustus 2023 | 17 augustus 2023 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 8 augustus 2023 | 18 augustus 2023 |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg | 8 augustus 2023 | 19 september 2023 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen). In gebieden en plaatsen van culturele, historische en/of esthetische waarde wordt de wijziging van de bestaande toestand onderworpen aan bijzondere voorwaarden, gegrond op de wenselijkheid van het behoud, (Artikel 6 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
In CHE-gebied, voor gebouwen opgenomen in de inventaris van bouwkundig erfgoed en/of voor gebouwen in beschermde landschappen wordt de wijziging van de bestaande toestand van elk gebouw of constructie onderworpen aan de wenselijkheid van het behoud. Het behoud van de elementen met historische, stedenbouwkundige, architecturale, bouwhistorische en/of esthetische waarde primeert boven de andere voorschriften. Dit geldt zowel voor het exterieur, als het interieur.
De nieuwe kroonlijst is beeldverstorend. De voorziene publiciteit op een trusstructuur is niet conform de gestelde eisen.
§3. Functies anders dan wonen, dienen een afgescheiden ruimte voor afvalberging te hebben die voorzien wordt van verluchting en minimaal 4 m² groot is.
De aanvraag bevat te weinig informatie om vast te stellen of wordt voldaan aan de bepalingen van dit artikel. Er is op de plannen geen specifieke plaats voor afvalverzameling gedefinieerd;
§1. Bij nieuwbouw, herbouw, bij functiewijziging of bij toename van de bebouwde grondoppervlakte moet minimaal 20% van de oppervlakte van het perceel op het niveau van het maaiveld onbebouwd zijn.
Na het wijzigen van de hoofdfunctie blijft het volledig perceel bebouwd;
§1.3 algemene principes: In CHE-gebied, binnen een straal van 50 meter van beschermde monumenten, voor inventarispanden en beschermde monumenten en binnen stads- of dorpsgezichten geldt dat publiciteit op het gevelvlak en op het dak enkel mag bestaan uit losse letters.
De publiciteit op het gevelvlak bestaat uit gedrukte letters op een doek en dus niet uit losse letters;
§1. Horeca-inrichtingen en andere bedrijven en instellingen waar voedsel wordt verwerkt en/of waar warme maaltijden ter plekke worden geconsumeerd, zijn verplicht hun afvalwater via vetafscheiders te lozen.
Er is geen vetafscheider voorzien voor de behandeling van het afvalwater van de horecavoorziening.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het project is gelegen aan een zone met een pluviale overstromingskans van 1 keer op 1000 jaar onder huidig klimaat.
Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd.
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag omvat het omvormen van een handelswoning naar reca. Omwille van de ligging van de aanvraag binnen een afgebakende horecazone werd advies gevraagd aan de stedelijke dienst business en innovatie. Zij adviseren de functiewijziging gunstig.
Dit advies wordt vanuit stedenbouwkundig oogpunt bijgetreden.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Er worden geen volumetrische wijzigingen voorzien ten opzichte van de vergunde toestand. Volgens artikel 27 van de bouwcode dient bij een functiewijziging minimaal 20% van de oppervlakte van het perceel op het niveau van het maaiveld onbebouwd te zijn. In voorliggende aanvraag is het volledige perceel volgebouwd. Aangezien het een klein hoekperceel betreft van minder dan 20 m diep aan beide straatkanten, kan een afwijking op artikel 27 toegestaan worden.
Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten
De aanvraag heeft betrekking op een pand gelegen in CHE-gebied, waardoor advies opgevraagd werd bij de stedelijke dienst monumentenzorg. Het advies laat zich als volgt samenvatten:
“De Dageraadplaats is een rechthoekig plein dat de kern vormt van het Antwerpse deel van de wijk Zurenborg. De wijk werd circa 1883 ten oosten van het stadscentrum aangelegd door de maatschappij van het Oosten van Antwerpen. Het plein grenst aan de drukke verbindingsweg van de Draak- en de Kleinehondstraat.
Typisch voor de verkaveling van Zurenborg is dat er in een straalvormig, symmetrisch patroon rechte straten vertrekken vanop dit plein.
Het plein is deels afgezoomd met kastanjebomen en wordt gebruikt als recreatieplek. De meeste percelen werden eind 19de of begin 20ste eeuw bebouwd met panden met een horecagelijkvloers, een functie die op het levendige plein nog steeds bewaard is. Het hoekpand waarover de aanvraag handelt heeft een beeldondersteunende functie in het geheel van deze 19e en begin 20e eeuwse bebouwing. De gelijkvloerse gevel werd in het verleden aangepast, de bovengevel bleef behouden. Het schrijnwerk werd vernieuwd maar de kenmerkende T-verdeling bleef bewaard.
Men wenst volgende wijzigingen te regulariseren:
Witschilderen van de gevel
Onder de ramen van de eerste verdieping werd een horizontale band voorzien in wit pleisterwerk
Zwart buitenschrijnwerk
Dichtmaken van deuropening zijde Dageraadplaats
Aanpassen kroonlijst
Plaatsen van zaakgebonden publiciteit
De voorgestelde werken zijn vanuit erfgoedoogpunt aanvaardbaar met uitzondering van de zware vlakke kroonlijst die werd geplaatst en het plaatsen van de zaakgebonden publiciteit in de vorm van een trusstructuur.
Voor dit type van panden gaan we uit van een kroonlijst die geprofileerd is in hout waardoor deze minder zwaar oogt.
Zaakgebonden publiciteit moet voldoen aan de bouwcode, wat hier niet het geval is. We gaan dan ook uit van losse letters in het vlak van de gevel.
Gelet op het voorgaande wordt een voorwaardelijk gunstig advies verleend.”
Dit advies wordt vanuit stedenbouwkundig oogpunt bijgetreden. Het wijzigen van de kroonlijst wordt uitgesloten uit de vergunning.
Op de schuine hoekgevel van het pand werd boven de inkomdeur zaakgebonden publiciteit aangebracht in de vorm van een bedrukte doek in een metalen frame. Deze publiciteit wijkt af van artikel 33 van de bouwcode dat stelt dat in CHE-gebied publiciteit op het gevelvlak enkel mag bestaan uit losse letters. Daarom wordt het reclamedoek uitgesloten uit de vergunning.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Artikel 26 van de bouwcode legt op dat functies anders dan wonen een afgescheiden ruimte voor afvalberging met verluchting dienen te voorzien van minimaal 4m2. De aanvraag bevat te weinig informatie om te beoordelen of voldaan wordt aan de bepalingen van dit artikel. Er is op de plannen geen specifieke plaats voor afvalberging gedefinieerd. Daarom wordt als voorwaarde voor vergunning opgelegd dat een aparte afvalberging conform artikel 26 voorzien dient te worden.
De aanvraag wijkt af van artikel 44 van de bouwcode betreffende vetafscheiders. Reca-inrichtingen zijn verplicht om hun afvalwater via een vetafscheider te lozen. In voorliggende aanvraag wordt geen vetafscheider voorzien bij de behandeling van het afvalwater. Als voorwaarde voor vergunning wordt de plaatsing van een vetafscheider opgelegd.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 0 parkeerplaatsen.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de functiewijziging van handel naar dareca. Het gaat om een oppervlakte van +/- 200m². Omdat het om een beperkte oppervlakte gaat (< 500m²) wordt er geen parkeerbehoefte bepaald.
|
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.
|
Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus niet van toepassing. |
“Fietsvoorzieningen:
Omdat handel en reca onder dezelfde functiegroep vallen voor het bepalen van het aantal fietsstalplaatsen moeten er geen fietsstalplaatsen voorzien worden.
Laden en lossen:
Laden en lossen kan gebeuren binnen de venstertijden van het voetgangersgebied.”
Het advies van de dienst mobiliteit wordt bijgetreden.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
2. Het reclamedoek boven de inkomdeur in de hoekgevel wordt uitgesloten uit de vergunning.
3. Er dient een aparte afvalberging voorzien te worden conform de bepalingen van artikel 26 van de bouwcode.
4. Een vetafscheider te plaatsen, conform artikel 44 van de bouwcode.
5. Alle handelingen, werken en wijzigingen aan de kroonlijst worden uitgesloten uit de vergunning.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 13 juni 2023 |
Volledig en ontvankelijk | 8 augustus 2023 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit | 7 oktober 2023 |
Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit | 5 januari 2024 |
Verslag GOA | 25 september 2023 |
Naam GOA | Katrijn Apostel |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
2. Het reclamedoek boven de inkomdeur in de hoekgevel wordt uitgesloten uit de vergunning.
3. Er dient een aparte afvalberging voorzien te worden conform de bepalingen van artikel 26 van de bouwcode.
4. Een vetafscheider te plaatsen, conform artikel 44 van de bouwcode.
5. Alle handelingen, werken en wijzigingen aan de kroonlijst worden uitgesloten uit de vergunning.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.