Terug
Gepubliceerd op 09/10/2023

2023_CBS_06777 - Omgevingsvergunning - OMV_2023074281. Haantjeslei 144. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 06/10/2023 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Karin De Craecker, waarnemend algemeen directeur

Afwezig

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Karin De Craecker, waarnemend algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_06777 - Omgevingsvergunning - OMV_2023074281. Haantjeslei 144. District Antwerpen - Goedkeuring 2023_CBS_06777 - Omgevingsvergunning - OMV_2023074281. Haantjeslei 144. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023074281

Gegevens van de aanvrager:

NV CAPITOL met als adres Sint-Hubertusstraat 87 te 2600 Antwerpen

Ligging van het project:

Haantjeslei 144 te 2018 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 10 sectie K nr. 1802H5

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een meergezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          16/06/1914: toelating (1914#5816) voor een huis;

-          29/03/2019: vastgesteld bouwkundig erfgoed:

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/304092

 

Geacht vergunde  toestand

-          meergezinswoning met 4 woonentiteiten;

-          4 bouwlagen onder plat dak in gesloten bebouwing;

-          gelijkvloerse veranda plus koer en tuin.

 

Bestaande toestand

-          veranda als eetplaats bij de woning geïntegreerd;

-          nieuwe veranda in plaats van de koer;

-          tuin voorzien van een pergola constructie achteraan;

-          bepleisterde voorgevel wit geschilderd met wit, houten buitenschrijnwerk en zwart gelakte, stalen balustrades.

 

Nieuwe toestand

-          behoud van de 4 woonentiteiten;

-          interne renovatie van de appartementen;

-          verwijdering van de sanitaire volumes op de verdiepingen in functie van grotere terrassen;

-          vernieuwde achtergevel met plaatsing van grote glaspartijen;

-          ongewijzigde voorgevel.

 

Inhoud van de aanvraag

-          slopen van veranda en pergola;

-          doorvoeren van interne constructieve werken;

-          isoleren en vernieuwen van het dak;

-          aanleggen van het dak van het hoofdvolume als een groendak;

-          plaatsen van zonnepanelen op het dak van het hoofdvolume.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA

31 juli 2023

1 september 2023

Voorwaardelijk gunstig

Fluvius System Operator/ Fluvius

31 juli 2023

2 augustus 2023

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering

31 juli 2023

31 juli 2023

Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg

31 juli 2023

11 augustus 2023

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)


De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)


De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)


De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 21 Minimale hoogte van ruimten: de gelijkvloerse eetplaats heeft een hoogte van slechts 2,51 m in plaats van de minimaal vereiste 2,60 m.
  • artikel 34 stabiliteit en scheidingsmuren: het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dient een opstand te hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak. Dit is niet het geval ter hoogte van het groendak.
  • artikel 40 privaat gescheiden rioolstelsel en afvoerleidingen: elk gebouw moet voorzien zijn van een gescheiden rioolstelsel dat bestaat uit 1 DWA en 1 RWA. Dit gescheiden rioolstelsel moet aangeboden worden aan de straat. Er wordt geen gescheiden rioolstelsel aangeboden aan de straat.
  • artikel 41 Kenmerken aansluiting van de leidingen met het openbaar rioolstelsel: de aansluitingspunten dienen voorzien te zijn van een toezichtsput. Deze toezichtsput is gelegen op het private perceel en zo dicht mogelijk bij de perceelgrens. De toezichtsputten worden niet zo dicht mogelijk bij de perceelsgrens voorzien.

 

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.


Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).

 

Het project is gelegen in een zone met een pluviale overstromingskans van 1 keer op 1000 jaar onder toekomstig (2050) klimaat. Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd. Het project is niet gelegen in een signaalgebied. Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

 

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)


De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009. (De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))


Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van meergezinswoning blijft behouden en komt hiermee overeen met de kenmerkende woonfuncties in de Haantjeslei.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De plannen tonen dat de volumewijzigingen beperkt zijn. Enerzijds wordt er achteraan de eerste, tweede en derde verdieping een kleine vergunde uitbouw gesloopt. Op deze manier vergroten de vergunde terrassen, dewelke via grote glaspartijen in relatie komen te liggen met de verblijfsruimtes van de appartementen. Deze wijziging heeft een positieve impact op de woonkwaliteit en is vervolgens stedenbouwkundig aanvaardbaar.

 

De plannen tonen bijkomend dat de achtergevel en het dak worden geïsoleerd. De hiermee gaande beperkte volume-uitbreiding creëert geen bijkomende onaanvaardbare hinder ten opzichte van de aanpalers en is vervolgens stedenbouwkundig aanvaardbaar.

 

De overige werken situeren zich binnen het bestaande volume in functie van een beter intern ruimtegebruik. Bijgevolg wordt geoordeeld dat de draagkracht van het perceel, noch de omgeving wordt overschreden.

 

Visueel-vormelijke elementen - Cultuurhistorische aspecten

De aanvraag heeft betrekking op een pand dat is opgenomen in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed, vastgesteld bij besluit van de Vlaamse minister van Buitenlands Beleid en Onroerend Erfgoed, G. Bourgeois van 29 maart 2019. Er werd vervolgens advies gevraagd aan de stedelijke dienst Monumentenzorg. Dit advies luidt als volgt:

 

“De aanvraag heeft betrekking op een meergezinswoning in sobere beaux-artsstijl, gebouwd door de Naamlooze Maatschappij "Vooruitzicht", naar een ontwerp door de architect Jules Hofman uit 1914. Opdrachtgever was de weduwe Monoyeur. Het pand is beeldbepalend. Een object/complex is beeldbepalend wanneer voor het exterieur de stedenbouwkundige, architecturale of esthetische waarde hoog zijn.

 

De aangevraagde werken omvatten de verbouwing en herinrichting van de bestaande meergezinswoning. De aanvraag werd voorbesproken met de stedelijke dienst Monumentenzorg. De wijzigingen gebeuren met voldoende aandacht voor de aanwezige erfgoedwaarde en kunnen grotendeels gunstig geadviseerd worden. In de traphallen worden een aantal tussendeuren verwijderd (in functie van toegankelijkheid entresol). In de achterste kamer op de bovenste verdieping wordt de haardmantel gesupprimeerd in functie van de plaatsing van een keuken. De overige interieurelementen waaronder de houten vloeren, stucwerkplafonds, haardmantels, binnenschrijnwerk en trappen dienen maximaal bewaard te worden. Eventuele wijzigingen aan het interieurontwerp ten opzichte van de vergunning dienen voorafgaandelijk ter goedkeuring worden voorgelegd aan de stedelijke dienst Monumentenzorg.

 

Opbouw en balustrades van de oorspronkelijke terrassen dienen bewaard en hersteld te worden. Indien te zwaar beschadigd, dient voorafgaandelijk advies ingewonnen te worden bij de stedelijke dienst Monumentenzorg.

 

Het oorspronkelijke schrijnwerk van de ramen in de voorgevel bleef tot op vandaag bewaard, maar bevindt zich in een slechte staat. Vervanging van het schrijnwerk is mogelijk, mits uitgevoerd in witgeschilderd hout en volledig naar oorspronkelijk model. Typedetails van het schrijnwerk zijn voorafgaandelijk aan de bestelling ter goedkeuring voor te leggen aan de stedelijke dienst Monumentenzorg.”

 

Vanuit stedenbouwkundig oogpunt volgen we bovenstaand advies. De volgende voorwaarden worden opgelegd:

-       Oorspronkelijke interieurelementen waaronder de houten vloeren, stucwerkplafonds, haardmantels, binnenschrijnwerk en trappen dienen maximaal bewaard te worden. Eventuele wijzigingen aan het interieurontwerp ten opzichte van de vergunning dienen voorafgaandelijk ter goedkeuring worden voorgelegd aan de stedelijke dienst Monumentenzorg;

-        Opbouw en balustrades van de oorspronkelijke terrassen dienen bewaard en hersteld te worden;

-        Schrijnwerk in de voorgevel uit te voeren in witgeschilderd hout en volledig naar oorspronkelijk model. Typedetails van het schrijnwerk zijn voorafgaandelijk aan de bestelling ter goedkeuring voor te leggen aan de stedelijke dienst Monumentenzorg.

 

De voorgestelde materialisatie voor de achtergevel in lichtgrijs pleisterwerk en zwart aluminium schrijnwerk is hedendaags en stedenbouwkundig aanvaardbaar.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De snede toont dat de eetplaats achteraan de gelijkvloerse verdieping een vrije hoogte heeft van 2,51 meter. Het is niet duidelijk of deze vrije hoogte ook op deze manier vergund werd. De aanvraag wijkt hiermee af van artikel 21 van de bouwcode. Hierin wordt opgelegd dat verblijfsruimtes een minimale vrije hoogte dienen te hebben van 2,60 meter. Echter is de afwijking beperkt, en hebben de aansluitende verblijfsruimtes een erg ruime vrije hoogte. Mits toepassing van artikel 3 van de bouwcode kan een afwijking worden toegestaan.

 

Omdat er onvoldoende dakopstand voorzien wordt ter hoogte van het groendak (zie artikel 34 van de bouwcode) worden voorwaarden opgelegd naar de brandweerstand ervan. Er worden ook voorwaarden opgelegd betreffende de te voorziene riolering en de aansluitingen met het openbaar rioolstelsel (zie artikel 40 en 41 van de bouwcode).

 

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing gezien de aanvraag geen vermeerdering van het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande en vergunde of vergund geachte situatie inhoudt.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De voorwaarden zoals opgenomen in het advies van de stedelijke dienst Monumentenzorg dienen opgevolgd te worden.

2. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed tussen het groendak en de scheidingswand.

3. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.

4. De voorwaarden zoals opgenomen in het advies van Fluvius moeten worden nageleefd.

5. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

6. De riolering dient voorzien te worden conform de bepalingen van artikel 40 van de bouwcode.

7. De aansluitingen van de leidingen met het openbaar rioolstelsel dienen voorzien te worden conform de bepalingen van artikel 41 van de bouwcode.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

5 juni 2023

Volledig en ontvankelijk

31 juli 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

29 september 2023

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

28 december 2023

Verslag GOA

26 september 2023

Naam GOA

Cynthia Steurs

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. De voorwaarden zoals opgenomen in het advies van de stedelijke dienst Monumentenzorg dienen opgevolgd te worden.

2. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed tussen het groendak en de scheidingswand.

3. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.

4. De voorwaarden zoals opgenomen in het advies van Fluvius moeten worden nageleefd.

5. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

6. De riolering dient voorzien te worden conform de bepalingen van artikel 40 van de bouwcode.

7. De aansluitingen van de leidingen met het openbaar rioolstelsel dienen voorzien te worden conform de bepalingen van artikel 41 van de bouwcode.


Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.