2023_CBS_06802 - Omgevingsvergunning - OMV_2023015737. Leo Vermandellei ZN, Van De Weyngaertplein ZN. District Ekeren - Goedkeuring

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

-          03/04/2015: vergunning (2015486) voor het vellen van 34 bomen op openbaar domein.

Geacht vergunde & bestaande toestand

-          Leo Vermandellei:

• kasseien;
• zuidoostelijke zijde voorzien van een strook voor langsparkeren in betonstraatstenen;
• voetpad aan beide zijden met een breedte van 1,70 m aan de zuidoostelijke zijde en 1,50 m tot 2,50 m aan de noordwestelijke zijde;
• voetpad en rijbaan, inclusief parkeerstrook, gescheiden door middel van groenzones met bomenrij;

-          Van De Weyngaertplein:

• noordwestelijke rijbaan in betonstraatstenen;
• voorzien van strook voor schuinparkeren in betonstraatstenen;
• voetpad aan de noordwestelijke zijde met een breedte van 1,80 m tot 3,70 m;
• voetpad en rijbaan gescheiden door middel van groenzones met bomenrij;
• verhard plein aan de zuidwestelijke zijde van de kerk, voorzien van parkeerplaatsen met daarachter petanquevelden en basketterein;
• richting Nijverheidslei verder ingericht als speeltuin;
• verhard plein en groenzone ten noordoosten van de kerk.

Nieuwe toestand

-          Leo Vermandellei:

• nieuwe aanleg in gezaagde kasseien en vanaf de Y-splitsing naar het zuidwesten in betonstraatstenen;
• beide zijden voorzien van een verhoogde strook voor langsparkeren in kasseien met open voeg;
• toegangen naar inritten in grasbetontegels;
• voetpad aan beide zijden met een breedte van 1,70 m aan de zuidoostelijke zijde en 1,50 m tot 2,70 m aan de noordwestelijke zijde;
• voetpad en rijbaan, inclusief parkeerstrook, gescheiden door middel van groenzones met bomenrij;

-          Van De Weyngaertplein:

• vellen van 7 bomen;
• aanplanten van 5 nieuwe bomen;
• noordwestelijke rijbaan in betonstraatstenen;
• voorzien van twee asverschuivingen;
• voorzien van combinatie van dwars- en langsparkeren in kasseien met open voeg;
• voetpad aan de noordwestelijke zijde met een breedte van 1,50 m;
• voetpad en rijbaan gescheiden door middel van groenzones met bomenrij;
• verhard plein aan de zuidwestelijke zijde van de kerk voorzien in antracietkleurige kleiklinkers;
• herinrichten van de petanquevelden en het basketterein;
• supprimeren van de verharding ten noordoosten van de kerk en het aanleggen van een voetgangersverbinding in halfverharding.

Inhoud van de aanvraag

-          vellen van 7 bomen en het aanplanten van 5 nieuwe bomen;

-          heraanleggen van verhardingen (deels onthard en waterdoorlatend), van zowel het Van De Weyngaertplein als de aangrenzende Leo Vermandellei.

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

Gemeentewegen

Artikel 31 van het Omgevingsvergunningendecreet stelt dat indien de vergunningsaanvraag de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg omvat, de gemeenteraad een beslissing over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van de gemeenteweg neemt, alvorens de bevoegde overheid een beslissing neemt over de vergunningsaanvraag.

Omschrijving beslissing

De gemeenteraad besliste in zitting van 25 september 2023 om zijn goedkeuring te hechten aan de wijziging van het gemeentelijk rooilijnplan goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 4 december ‘WIJK ST MARIABURG -WIJZIGING ACHTERROOILIJNEN - PRINS ALBERTLEI (momenteel Leo Vermandellei) - VAN DE WEYNGAERTPLAATS- GERARDUSLEI’ zoals voorgesteld op het bijgevoegd rooilijnplan ‘BA_SWOU12367_Rooilijnplan’.

De gemeenteraad besliste in zitting van 25 september 2023 om:

• zijn goedkeuring te hechten aan het bijgevoegd rooilijnplan ‘BA_SWOU12367_Rooilijnplan’;
• zijn goedkeuring te hechten aan de ligging, breedte en uitrusting en inrichting van de Leo Vermandellei en het Van De Weyngaertplein onder volgende voorwaarden:

Voorwaarden

• de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

Adviezen

Externe adviezen

Interne adviezen

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Mariaburg, goedgekeurd op 26 februari 2018. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 1: zone voor wonen (wo1).

(Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening voetgangersverkeer.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).

Het project is gelegen in een zone met een pluviale overstromingskans van 1 keer op 1000 jaar onder huidig klimaat.

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd.

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Archeologienota: overeenkomstig artikel 5.4.1 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 moet aan bepaalde aanvragen een archeologienota worden toegevoegd, waarvan akte werd genomen:

-          het projectgebied bevindt zich buiten een vastgestelde archeologische zone maar is gelegen binnen een woon- of recreatiegebied en is groter dan 3.000 m² (ca. 9.350 m²) met een vergunningsplichtige ingreep boven 1.000 m² (gelijk aan het projectgebied). Volgens het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, artikel 5.4.1 is hiervoor een archeologienota verplicht;

-          de archeologienota werd opgemaakt door Monument en er werd hiervan akte genomen door het agentschap Onroerend Erfgoed op 01/06/2023 (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/notas/26180). Er dient geen programma van maatregelen te worden opgemaakt.

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is van toepassing op de aanvraag. De aanvraag is hiermee in overeenstemming.

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

Er werden in voorliggende aanvraag geen afwijkingen vastgesteld ten aanzien van de geldende voorschriften.

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag voorziet louter de heraanleg van het openbare domein, zonder enige vorm van rooilijnwijzigingen, en gelet op de ligging van het plein en de straat in kwestie in een meer dan ontwikkeld woongebied en de verenigbaarheid van dergelijke inrichting met de specifieke bestemmingsvoorschriften van het van kracht zijnde ordeningsplan, is er in deze dan ook effectief sprake van een correcte functionele inpasbaarheid.

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

Er worden geen aanpassingen voorzien aan de vergunde volumetrie van op het openbare domein aanwezige constructies waardoor het advies inzake schaal en ruimtegebruik zonder meer gunstig is.

Visueel-vormelijke elementen

De gehanteerde materialen, grijze waterdoorlatende betonklinkers en grijs beton, asfalt, grijze grasbetontegels en halfverharding in enerzijds donkergrijze kleiklinkers, anderzijds porfier en dolomiet, zijn zonder meer aanvaardbaar voor de heraanleg van dergelijk openbaar domein en zijn bovendien in overeenstemming met wat doorgaans wordt aangewend in zulke gevallen, zoals opgenomen in de algemene richtlijnen van de stad Antwerpen, aangaande de openbare weg.

Het advies voor dit deelaspect van de aanvraag is bijgevolg eenduidig gunstig.

Cultuurhistorische aspecten

In het kader van de cultuurhistorische waarde van verscheidene panden langsheen het plein, evenals de op het plein aanwezige kerk en kunstobjecten (zoals een herdenkingsmonument en gietijzeren straatnaambordjes), werd advies ingewonnen bij de bevoegde dienst Monumentenzorg en er werd dienaangaande een geheel gunstig advies zonder voorwaarden bekomen.

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.

Advies aan het college

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Er dient maximaal te worden ingezet op de bescherming van de bestaande bomen en de lage beplanting. Voorafgaande afstemming met de dienst SB/GB is gewenst in functie hiervan.

2. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

Bespreking van de bezwaren

Er werd binnen de looptermijn van het openbare onderzoek 1 digitaal bezwaarschrift ingediend, dat zich als volgt laat samenvatten:

1. Veiligheid: de bestaande glascontainers zullen niet van locatie wijzigen, dit terwijl de errond steeds aanwezige glasscherven voor een onveilige situatie zorgen, zo vlak bij de op het plein aanwezige speeltuin. Bijkomend is het onduidelijk of de hagen rond vermelde speeltuin al dan niet behouden blijven, dit om te voorkomen dat kinderen plots tussen het rondrijdende verkeer terecht zouden kunnen komen.

Beoordeling:

Zonder de aangehaalde problematiek te minimaliseren is deze echter zonder meer niet van stedenbouwkundige aard en dus in se niet onderhevig aan een ruimtelijke beoordeling. Bovendien is de afstand tot vermelde speeltuin meer dan ruim te noemen, namelijk meer dan 20 m, waardoor alvast het eerste aspect als niet-realistisch kan worden geëvalueerd en kan ook het tweede facet worden genegeerd, dit aangezien het deel met de bestaande speeltuin niet gelegen is binnen de perimetergrens van de werken en hier dus geen aanpassingen worden voorzien.

Het bezwaar is ongegrond.

2. Verkeersaantrekking: het plein zal eerder een woonerf-inrichting krijgen, dit terwijl door het niet wijzigen van de locatie van de glascontainers juist meer autoverkeer naar dit deel van de site zal getrokken worden.

Beoordeling:

De glascontainers in kwestie zijn gesitueerd in de hoek van het plein en zijn bijgevolg vanuit 2 zijden bereikbaar, namelijk vanaf het nieuwe woonerf maar ook nog steeds vanop de zijde van de Nijverheidslei. Gelet op het feit dat laatstgenoemde, wegens de ligging aan een volwaardige rijweg, de gemakkelijkst bereikbare zijde is voor wagens (inclusief de nog steeds aanwezige parkeerplaatsen aldaar) wordt dan ook geen nadelige extra overlast verwacht die leidt tot een vergroting van het verkeer aan de andere zijde en overheen het woonerf.

Het bezwaar is ongegrond.

3. Overlast door verlichting & geluid: het huidige sportveld wordt heden verlicht tot 23:00 u ’s avonds, hetgeen zowel overlast door vermelde verlichting met zich meebrengt, evenals geluidsoverlast door sportende mensen, met de erbij horende muziek. Het doven van de lichten om 22:00 u is dan ook een meer wenselijke ingreep, evenals het hanteren van een meer dempende ondergrond.

Beoordeling:

Betreffende is niet van stedenbouwkundige aard maar eerder een burgerlijk veiligheidsaspect dat onder politionele bevoegdheid valt – zonder aan vooronderstellingen onderhevig te zijn, zal dit moeten geëvalueerd worden na een proefperiode.

Het bezwaar is ongegrond.

4. Visuele disharmonie: door het voorzien van parkeerplaatsen ter hoogte van de tuinmuur van de pastorie, wordt de connectie hiervan met het kerkplein doorbroken; bovendien zorgt het aanleggen van 2 rijen parkeerplaatsen hier voor een beperkte zichtbaarheid en een onduidelijke, gedecentraliseerde aanleg.

Beoordeling:

De pastorie in kwestie is reeds geruime tijd een particulier bewoonde eengezinswoning, waardoor de connectie waarvan sprake in se reeds niet meer bestaande is – bovendien wordt deze heden reeds opgeheven door het feit dat er nu aan deze zijde een rijweg gelegen is tussen vermeld pand en het plein; door de geplande heraanleg, met of zonder in het ontwerp visueel correct opgenomen parkeerplaatsen, zal deze verbinding net opnieuw versterkt worden. Er is bijkomend geen sprake van een eenduidige decentralisatie van parkeerplaatsen aan deze zijde, dit aangezien deze evenredig verdeeld werden aan alle zijden van het plein. Het aspect veiligheid werd bovendien niet opgenomen in het ontwerp door het voorzien van een woonerf (met een extra beperkte snelheid), dit ten nadele van een volwaardige rijweg.

Het bezwaar is ongegrond.

5. Groenaanleg: voor de heraanleg dienen recent aangeplante bomen te worden verwijderd, wat strijdig is met de algemene groenaanpak van dit project. Bovendien wordt de heraanleg van bijvoorbeeld het sportveld niet voorzien in waterdoorlatend materiaal.

Beoordeling:

Het is correct te stellen dat een aantal bomen zullen worden gerooid maar in se is de nettowinst inzake groenaanleg positief, wat ook eenduidig af te leiden is wanneer de plannen bestaande en nieuwe toestand naast elkaar worden gelegd – bovendien wordt een deel van de nieuwe verharding als deels waterpasserend voorzien (zoals bijvoorbeeld een deel van de parkeerplaatsen en opritten), wat in se niet mogelijk is voor de ondergrond van het sportveld. Er is dienaangaande dan ook rekening gehouden met alle richtlijnen bij dit aspect.

Het bezwaar is ongegrond.