Terug
Gepubliceerd op 09/10/2023

2023_CBS_06813 - Omgevingsvergunning - OMV_2023057485. Laaglandlaan ZN. District Merksem - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 06/10/2023 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Karin De Craecker, waarnemend algemeen directeur

Afwezig

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Karin De Craecker, waarnemend algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_06813 - Omgevingsvergunning - OMV_2023057485. Laaglandlaan ZN. District Merksem - Goedkeuring 2023_CBS_06813 - Omgevingsvergunning - OMV_2023057485. Laaglandlaan ZN. District Merksem - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023057485

Gegevens van de aanvrager:

BVBA Terra-Nova met als adres Schijnpoortweg 155 te 2170 Antwerpen

Ligging van het project:

Laaglandlaan ZN te 2170 Merksem (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 41 sectie B nr. 129V

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

bouwen van een eengezinswoning en een carport

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          29/12/2017: weigering voor lot 11 in vergunning (20016) voor het verkavelen van een stuk grond in 11 kavels met als hoofdbestemming gekoppelde eengezinswoningen.

 

Bestaande toestand

-          onbebouwd restperceel van verkaveling 20016.

 

Nieuwe toestand

-          functie: 

o        eengezinswoning;

-          bouwvolume:

o        2 bouwlagen met zadeldak;

o        voorgevelbreedte van circa 7 meter;

o        bouwdiepte gelijkvloers circa 17 meter;

o        bouwdiepte verdieping circa 9 meter;

o        kroonlijsthoogte circa 6,27 meter;

o        nokhoogte circa 10,92 meter;

o        carport in de achteraan de achtertuin op 1 meter van de perceelsgrenzen;

o        de grootte van circa 3 meter op circa 10 meter en met een kroonlijsthoogte van circa 3,18 meter op circa 7 meter van de voorgevelbouwlijn;

-          gevelafwerking:

o        rode gevelsteen;

o        grijs, pvc buitenschrijnwerk;

o        rechtergedeelte voorgevel op het gelijkvloers bekleed met hout;

o        grijze dakpannen;

o        houten carport;

-          inrichting:

o        terras aansluitend aan de woning met een oppervlakte van circa 21 m².

 

Inhoud van de aanvraag

-          bouwen van een eengezinswoning;

-          inbuizen van de gracht voor- en achteraan het perceel.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Provincie Antwerpen/ Dienst Integraal Waterbeleid

9 juni 2023

31 juli 2023

Ongunstig

Provincie Antwerpen/ Dienst Integraal Waterbeleid

11 augustus 2023

29 augustus 2023

Voorwaardelijk gunstig

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied met landelijk karakter. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. De woongebieden met een landelijk karakter zijn bestemd voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven, (Artikel 6 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor dagrecreatie. De gebieden voor dagrecreatie bevatten enkel de recreatieve en toeristische accommodatie, bij uitsluiting van alle verblijfsaccommodatie, (Artikel 16 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het gewestplan op volgend punt:

De laatste acht meter van het perceel zijn gelegen in zone voor dagrecreatie volgens het gewestplan. In de gebieden voor dagrecreatie worden uitsluitend recreatieve en toeristische accommodaties toegelaten. Een carport voldoet hier niet aan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.

 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het voorliggende project is geheel gelegen in een zone waarvoor de Provincie aangewezen is als adviesinstantie. Het voorwaardelijk gunstig advies wordt besproken in de omgevingstoets.

 

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat de nieuwbouw van een eengezinswoning en is daarmee in overeenstemming met de kenmerkende woonfuncties in de omgeving.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Momenteel ligt de grond er braakliggend en onbebouwd bij. Het voorziene bouwvolume van 17 m gelijkvloers, 9 m op de eerste verdieping en een zadeldak past zich in in zijn omgeving.

De inplanting van het volume wijkt af van de bebouwing in de omgeving.

Links van het perceel bevindt zich een verkaveling (dossiernummer 20016) bestaande uit 10 loten waarbij de voorgevel van lot 9 verplicht dient opgericht te worden op de voorgevelbouwlijn die met de linkse hoek van het volume samenvalt met de perceelsgrens.

Bij de rechts aanpalende bebouwing valt heel de voorgevelbouwlijn samen met de perceelsgrens.

In voorliggende aanvraag wordt de linkse hoek van de voorgevel op bijna 4 m afstand van de voorste perceelsgrens ingeplant waardoor de woning ten opzichte van de links aanpalende op gelijke hoogte komt te liggen. De voorgevelbouwlijn van voorliggend project komt daarmee met meer dan 5 m afstand tot de perceelsgrens te veel naar achter te liggen wat nadelig is voor het straatbeeld. Om een betere aansluiting met de rechts aanpalende te bekomen zal in voorwaarde worden opgenomen de linkse hoek van het volume op de voorste perceelsgrens te plaatsen, zoals in rood aangeduid op het inplantingsplannen­. Daarbij wordt ook de toegangszone in waterdoorlatende kiezel uitgesloten uit de vergunning. De aanleg van de voortuin en de oprit zullen moeten voldoen aan artikel 27 van de bouwcode:

Voortuinen zijn vrij van constructies met uitzondering van tuinafsluitingen, brievenbussen.

Enkel de strikt noodzakelijke verhardingen zijn toegelaten:

  1.    paden, palend aan de bebouwing en toegangspaden met een maximumbreedte van 1,50 meter
  2.    opritten naar een garage, carport of autostaanplaatsen met een maximumbreedte van 3 meter per autostaanplaats.

Er dient opgemerkt te worden dat het perceel niet grenst aan een uitgeruste weg omdat tussen het perceel en de Laaglandlaan een stadsperceel is gelegen waarvoor geen recht van overgang werd aangevraagd. Deze vergunning zal pas uitvoerbaar zijn als een recht van uitweg en een erfdienstbaarheid voor de nutsleidingen is opgemaakt. Dit zal als last worden toegevoegd aan de vergunning.

Verder wordt achteraan het perceel een carport ingetekend. Deze carport is gelegen in een zone voor dagrecreatie volgens het gewestplan. In de gebieden voor dagrecreatie worden uitsluitend recreatieve en toeristische accommodaties toegelaten. Deze zone van dagrecreatie bevindt zich op ongeveer 8 m van de achterste perceelsgrens. Het verplaatsen van de parkeergelegenheid naar het woongebied wil zeggen dat ze in het midden van het perceel komt te liggen wat ruimtelijk niet aanvaardbaar is.

Mits het bekomen van het hierboven vermelde recht van overweg kan er wel aan de linker zijde van het perceel een parkeergelegenheid worden ingericht tegen de woning aan, zoals dat ook voorzien werd op de aanpalende percelen.

Daarom wordt in voorwaarden opgenomen om de carport links van de woning te voorzien zoals in rood aangeduid op de inplantingsplannen.

 

Visueel-vormelijke elementen

Het gebruik van rode gevelsteen en grijs pvc schrijnwerk is algemeen gangbaar en is in deze situatie niet afwijkend in het bestaande straatbeeld. Het advies voor dit deelaspect van de aanvraag is bijgevolg gunstig.

 

Bodemreliëf

Het voorliggende project ligt in mogelijk overstromingsgevoelig gebied. Er werd advies gevraagd aan de Dienst Integraal Waterbeleid. De dienst adviseert voorwaardelijk gunstig met volgende beoordeling: “Gunstig, mits rekening wordt gehouden met de voorwaarden en maatregelen opgelegd in punt 3, in het bijzonder met de daar vermelde aandachtspunten, aanbevelingen en voorwaarden: de overstroombare kruipkelder ondergronds uitgevoerd, waardoor overstromingswater niet gravitair kan afgevoerd worden. Daarom is het aan te raden de overstroombare kruipkelder bovengronds te voorzien. Indien der kruipkelder toch ondergronds wordt voorzien, dient er gewerkt te worden met funderingssleuven in plaats van met een volle betonplaat. Op die manier kan het overstromingswater toch ter plaatse in de ondergrond infiltreren.”

Vanuit stedenbouwkundig oogpunt wordt de beoordeling van de Dienst Integraal Waterbeleid bijgetreden en zal onder ander als voorwaarde bij de vergunning worden opgenomen dat er voor de ondergrondse kruipkelder met funderingssleuven dient gewerkt te worden in plaats van met een volle betonplaat.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats.

 

Voor projecten tot en met 5 wooneenheden is de werkelijk berekende parkeerbehoefte 1 plaats per eenheid; gelet op het feit dat er hier sprake is van louter het optrekken van 1 eengezinswoning, is de parkeerbehoefte hier dus 1 parkeerplaats.

 

De plannen voorzien in 1 nuttige autostal- en autoparkeerplaats.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1.

 

De aangevraagde carport is gelegen in gebied voor dagrecreatie volgens het gewestplan waar een dergelijke functie niet is toegelaten. Zoals besproken in de beoordeling en aangegeven op de plannen _IN_ROOD kan ze wel voorzien worden links naast de woning.

 

Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1 – 1 = 0.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1 – 1 = 1.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 0 plaatsen.

 

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Er moet bij eerste ingebruikname integraal voldaan worden aan het toegevoegde advies van de Dienst Integraal waterbeleid.

2. De carport moet voorzien worden links van de woning zoals aangegeven op de plannen BA_Woning_I_N_220901_inpl_IN_ROOD en BA_Carport_I_N_220901_inpl_IN_ROOD. De aangevraagde inplanting achteraan op het terrein wordt uitgesloten uit de vergunning.

3. De toegangszone in waterdoorlatende kiezel wordt uitgesloten uit de vergunning. De aanleg van de voortuin zal moeten gebeuren conform artikel 27 van de bouwcode.

4. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

5. Een recht van uitweg en een erfdienstbaarheid voor de nutsleidingen moet worden opgemaakt.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

24 april 2023

Volledig en ontvankelijk

9 juni 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Beslissing aanvaarding wijzigingsaanvraag

11 augustus 2023

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

8 augustus 2023

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

6 november 2023

Verslag GOA

2 oktober 2023

Naam GOA

Gerd Cryns

Wijzigingsverzoeken

De aanvrager heeft één of meerdere verzoeken ingediend om zijn oorspronkelijke dossier te wijzigen.

Minstens één van die verzoeken werd aanvaard, waardoor de aanvaarde wijzigingen mee beoordeeld worden.

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Er moet bij eerste ingebruikname integraal voldaan worden aan het toegevoegde advies van de Dienst Integraal waterbeleid.

2. De carport moet voorzien worden links van de woning zoals aangegeven op de plannen BA_Woning_I_N_220901_inpl_IN_ROOD en BA_Carport_I_N_220901_inpl_IN_ROOD. De aangevraagde inplanting achteraan op het terrein wordt uitgesloten uit de vergunning.

3. De toegangszone in waterdoorlatende kiezel wordt uitgesloten uit de vergunning. De aanleg van de voortuin zal moeten gebeuren conform artikel 27 van de bouwcode.

4. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

5. Een recht van uitweg en een erfdienstbaarheid voor de nutsleidingen moet worden opgemaakt.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.

Bijlagen

  • Wateradvies_WAAD-2023-2104.pdf
  • Wateradvies_WAAD-2023-1461.pdf
  • Wateradvies_WAAD-2023-1461_2.pdf
  • algemene voorwaarden + formaliteiten vergunning CBS_20231002_133407_0.pdf
  • beroepsmogelijkheden en verval_20231002_133423_0.pdf
  • plannenoverzicht_20231002_133447_0.pdf