Terug
Gepubliceerd op 31/07/2023

2023_CBS_05164 - Omgevingsvergunning - OMV_2023057492. Provinciestraat 202. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 28/07/2023 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Tom Meeuws, schepen; Anne Baré, waarnemend algemeen directeur

Afwezig

Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Karim Bachar, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Anne Baré, waarnemend algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_05164 - Omgevingsvergunning - OMV_2023057492. Provinciestraat 202. District Antwerpen - Goedkeuring 2023_CBS_05164 - Omgevingsvergunning - OMV_2023057492. Provinciestraat 202. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023057492

Gegevens van de aanvrager:

BV EMCO INVEST met als contactadres Kleine Heide 23 te 2930 Brasschaat

Ligging van het project:

Provinciestraat 202 te 2018 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 8 sectie H nr. 1121L6

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een handelswoning  met handelsruimte en eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          03/02/20223: weigering (OMV_2022119786) voor het uitbreiden van een handelspand naar handel en eengezinswoning;

-          12/06/1959: toelating (18#39655) voor vergrotingswerken;

-          26/09/1948: vergunning (18#23448) voor gevel- en binnenveranderingen.

 

Vergunde toestand

-          functie:

  • handelswoning:

-          handelszaak op het gelijkvloers;

-          bijhorende woning op de verdieping;

-          bouwvolume:

  • 2 bouwlagen onder een hellend dak; 
  • perceelvullende gelijkvloerse bouwlaag;
  • bouwdiepte verdieping van 9m tot 13m (tegen rechter perceelgrens);
  • kroonlijsthoogte van 7,5m;

-          gevelafwerking:

  • dorpels in blauwe hardsteen;
  • buitenschrijnwerk in hout.
     

Bestaande toestand

-          overeenkomstig met de vergunde toestand, uitgezonderd van gewijzigde gevelafwerking:

  • aangepaste raamopdeling;
  • voorgevel in zalmkleurige bepleistering;
  • buitenschrijnwerk gelijkvloers in licht grijs staal en op de verdieping in groen-blauw geschilderd hout;
  • dakbedekking in rood-bruine dakpannen.

 

Nieuwe toestand

-          functie: 

  • handel op de gelijkvloerse verdieping;
  • woning op de bovenliggende verdiepingen;

-          bouwvolume:

  • 3 bouwlagen onder een plat dak;
  • dak ingericht als dakterras; 
  • perceelvullende gelijkvloerse bouwlaag;
  • kroonlijsthoogte van 11,57 m;
  • teruggetrokken volume langs de linker perceelsgrens met toegang tot dakterras en een totale hoogte van 13,63 m;
  • bouwdiepte verdiepingen van 14,00 m;

-          gevelafwerking:

  • voorgevel in witte bepleistering;
  • plintverdieping in grijze natuursteen;
  • buitenschrijnwerk in donkergrijs/zwart aluminium;

-          inrichting:

  • terras op de eerste verdieping van 6,12 m²;
  • dakterras op de derde verdieping van 56,30 m².

Inhoud van de aanvraag

-          slopen van een hellend dak en een deel van het volume (verdieping);

-          uitbreiden van het volume;

-          wijzigen van de voorgevel;

-          wijzigen van de scheimuren;

-          doorvoeren van interne constructieve werken.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA

8 juni 2023

3 juli 2023

Voorwaardelijk gunstig

Vlaamse Milieumaatschappij/ Watertoets

8 juni 2023

9 juni 2023

Geen advies

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie

8 juni 2023

16 juni 2023

Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering

8 juni 2023

8 juni 2023

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

8 juni 2023

16 juni 2023

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-      Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
 

-      Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-      Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-      Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • artikel 27 Open ruimte:

bij nieuwbouw, herbouw, bij functiewijziging of bij toename van de bebouwde grondoppervlakte moet minimaal 20% van de oppervlakte van het perceel op het niveau van het maaiveld onbebouwd zijn. Bij de verbouwingen van het pand blijft de gelijkvloerse verdieping blijft het volledige bebouwd;

 

Sectorale regelgeving

-      MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

-      Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het voorliggende project is geheel gelegen in een zone waarvoor de Vlaamse Milieumaatschappij aangewezen is als adviesinstantie.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

-      Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-      Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is van toepassing op de aanvraag. De aanvraag is hiermee in overeenstemming.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Onderstaand verslag is een herhaling van het verslag van de vergunningsaanvraag OMV_2022119786. Deze vergunning werd enkel geweigerd omwille van het ongunstig brandweeradvies.

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag voorziet een afsplitsing van de gelijkvloerse nevenfunctie van de eengezinswoning. Het woongedeelte op de verdiepingen blijft als 1 woning behouden en het gelijkvloers wordt ingericht als zelfstandige handelsruimte. Het project is op basis van de beleidsnota detailhandel gelegen in een buurtwinkelgebied. Beide functies zijn bijgevolg functioneel inpasbaar in de omgeving.
 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Het bestaande en vergunde pand wordt grondig verbouwd. Het gelijkvloers blijft volledig volgebouwd en wordt ingericht als zelfstandig functionerend handelspand. Het aantal woongelegenheden (1) wijzigt niet. 

Voor het volbouwen van het volledige perceel kan een afwijking worden toegestaan op artikel 27 van de bouwcode door de ligging in een kernwinkelgebied.

 

Het hoofdvolume wordt op de verdiepingen uitgebreid tot op de diepte van de linkerbuur. Het hellend dak wordt afgebroken en vervangen door een bijkomende volwaardige bouwlaag en een dakterras. Het geheel van ingrepen resulteert in een aanvaardbaar bouwvolume dat zich harmonieus inpast in zijn omgeving.
De voorgestelde bouwdichtheid en de schaal van het volume kunnen gunstig geadviseerd worden.

 

Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten

De voor- en achtergevel worden voorzien van isolatie en afgewerkt met een bepleistering in gebroken witte kleur. De voorgevel komt hierdoor exact 14 cm voorbij de rooilijn. Ter hoogte van het gelijkvloers wordt de plint uitgewerkt in grijze natuursteen en maximale beglazing waarbij de toegang van de woning voorzien wordt in geprofileerd aluminium.

 

De nieuwe raamopeningen op de verdiepingen worden symmetrisch voorzien met een centraal drieluik en twee enkele ramen aan weerszijden. Het schrijnwerk wordt voorzien in donkergrijs aluminium.  

 

De voorgestelde geveldetaillering en afwerking is visueel inpasbaar in de omgeving.  

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De eerste en de tweede verdieping vormen een eengezinswoning. Op het gelijkvloers is voor de eengezinswoning een afzonderlijke toegang voorzien met ruimte voor het stallen van fietsen. Op de eerste verdieping bevinden zich twee slaapkamers en sanitair. De leefruimtes bevinden zich op de tweede verdieping, aansluitend aan de toegang tot het dakterras op niveau drie. De verticale circulatie naar de woning wordt verplaatst naar de voorzijde van het gelijkvloers. Dit verbetert de bereikbaarheid van de woning doordat deze rechtstreeks met een afzonderlijke voordeur bereikbaar is en de privatieve hal tevens gebruikt kan worden als fietsenberging.

 

De aanvraag voorziet in een sterke verbetering van zowel de beeldkwaliteit als het gebruiksgenot van het pand zonder hierbij hinder te geven naar de omgeving.  De ruime raamopeningen en de kwalitatieve buitenruimtes dragen bij tot een goede woonkwaliteit en ingrepen zoals de aanleg van het grote groendak en het isoleren van de bouwschil verbeteren de klimaatrobuustheid van het gebouw.

Het ontkoppelen van de bestaande (neven)functie van de woning kan gunstig geadviseerd worden. Dit gunstig advies kan enkel gegeven worden omwille van het behoud van de eengezinswoning en de toegenomen woonkwaliteit ervan. Met haar woonvisie streeft de stad er immers naar om eengezinswoningen zoveel als mogelijk te beschermen tegen opdeling in kleinere entiteiten. Dit doet ze zodat gezinnen in de stad kunnen blijven wonen.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaatsen.

 

Het project betreft handelsgelijkvloers met een bovenliggend appartement.

Voor de gelijkvloerse handelszaak wordt door de beperkte omvang geen parkeerbehoefte in rekening gebracht. Voor een appartement in een project met minder dan 5 woonentiteiten bedraagt de parkeerbehoefte 1.

De werkelijke parkeerbehoefte bedraagt 1 parkeerplaats. 

 

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.

 

In een aantal gevallen genereert een aanvraag een werkelijke parkeerbehoefte maar kunnen de plaatsen om stedenbouwkundige redenen niet gerealiseerd worden. Dit is het geval in voorliggende aanvraag die betrekking heeft op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens artikel 12, §3, 1 (Levendige plint) van de bouwcode is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten.

 

Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Echter kan de berekende parkeerbehoefte van het nieuwe project worden verminderd met het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein. Dit op voorwaarde dat realisatie niet mogelijk is.

 

De vergunde toestand voorzag een eengezinswoning waarvan de parkeerbehoefte werd afgewenteld op het openbaar domein. 


Bijgevolg kan de parkeerbehoefte van de vergunde toestand in mindering gebracht worden voor 1 parkeerplaats.
 

Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 0 plaatsen.

 

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

2. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

24 april 2023

Volledig en ontvankelijk

8 juni 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

5 november 2023

Verslag GOA

21 juli 2023

naam GOA

Katrijn Apostel

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

2. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.