Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2022167233 |
Gegevens van de aanvrager: | V.W.I.C. met als contactadres Verschansingstraat 48 te 2000 Antwerpen |
Ligging van het project: | Lambermontplaats 2-3 te 2000 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 11 sectie L nr. 3680R |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | uitbreiden van het bouwvolume van een meergezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 25/11/2022: opname in vergunningenregister (2022124) van meergezinswoning met 3 woonentiteiten;
- 03/03/1994: beschermd stads-of dorpsgezicht: https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/6984;
- 04/07/1928: toelating (Felixarchief inventarisnummer 1927#30576) voor binnen veranderen;
- 17/03/1914: toelating (Felixarchief inventarisnummer 1914#5296) voor binnenveranderingen;
- 04/06/1907: toelating (Felixarchief inventarisnummer 1907#714) voor huis;
Geacht vergunde toestand
- functie:
- gelijkvloerse en eerste verdieping: 1 duplexappartement met 4 slaapkamers;
- tweede verdieping: 1 eenslaapkamerappartement;
- derde verdieping: 1 eenslaapkamerappartement.
- bouwvolume:
- inrichting:
Bestaande toestand
- functie conform vergund geachte toestand;
- bouwvolume conform vergund geachte toestand uitgezonderd van:
- gevelafwerking:
- inrichting conform vergund geachte toestand uitgezonderd:
Nieuwe toestand
- functie conform vergund geachte toestand uitgezonderd van:
- bouwvolume conform vergund geachte toestand uitgezonderd:
- gevelafwerking idem bestaande toestand:
- inrichting conform vergund geachte toestand uitgezonderd:
Inhoud van de aanvraag
- uitbreiden van het volume;
- wijzigen van de achtergevel;
- doorvoeren van constructieve werken.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA | 28 maart 2023 | 2 juni 2023 | Voorwaardelijk gunstig |
DE VLAAMSE WATERWEG/ De Vlaamse Waterweg nv - Afdeling Regio Oost | 28 maart 2023 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
DE VLAAMSE WATERWEG/ De Vlaamse Waterweg nv - Afdeling Regio Centraal | 28 maart 2023 | 17 mei 2023 | Gunstig |
Onroerend Erfgoed | 28 maart 2023 | 17 mei 2023 | Gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Autonoom gemeentebedrijf voor vastgoed en stadsprojecten in Antwerpen | 27 maart 2023 | 25 mei 2023 |
Autonoom gemeentebedrijf voor vastgoed en stadsprojecten in Antwerpen | 24 mei 2023 | 25 mei 2023 |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg | 27 maart 2023 | 11 april 2023 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: culturele, historische en/of esthetische waarde en artikel 1: zone voor wonen - (wo1).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan op volgend punt:
- artikel 2.1.1 Culturele, historische en/of esthetische waarde: het hele plangebied is een gebied met culturele, historische en/of esthetische waarde. In dit gebied wordt de wijziging van de bestaande toestand onderworpen aan de wenselijkheid van het behoud. Dit geldt zowel voor het exterieur en het interieur van gebouwen, als voor de bijhorende buitenruimten.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
In CHE-gebied, voor gebouwen opgenomen in de inventaris van bouwkundig erfgoed en/of voor gebouwen in beschermde landschappen wordt de wijziging van de bestaande toestand van elk gebouw of constructie onderworpen aan de wenselijkheid van het behoud. Het behoud van de elementen met historische, stedenbouwkundige, architecturale, bouwhistorische en/of esthetische waarde primeert boven de andere voorschriften. Dit geldt zowel voor het exterieur, als het interieur.
§1. Elke verblijfsruimte dient openingen te hebben voor de toetreding van daglicht en zicht.
De gelijkvloerse living en keuken voldoen niet aan de bepalingen van dit artikel.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het voorliggende project is geheel in een zone waarvoor De Vlaamse Waterweg aangewezen is als adviesinstantie.
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd.
Het project of de straat voor het project is gelegen in een zone met een fluviale overstromingskans van 1 keer op 1000 jaar onder huidig klimaat.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van meergezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de straat.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Het pand van 4 bouwlagen en plat dak omvat 3 wooneenheden waaronder 1 duplex met aparte inkom op de onderste 2 bouwlagen en telkens 1 wooneenheid op de bovenliggende verdiepingen die eveneens via een aparte traphal ontsloten worden.
Het programma van 3 woonentiteiten kan gunstig geadviseerd worden. Bewonerskaarten bevestigen dat voor 1979 3 gezinnen zich huisvestten in het gebouw.
In de loop der jaren werd achteraan het perceel de overdekte koer gewijzigd en 2 inpandige terrassen dichtgemaakt.
Omdat de huidige toestand hierdoor ten opzichte van de toestand van voor 1979 afwijkt, komen de 3 wooneenheden niet in aanmerking voor een gunstige procedure van vermoeden van vergunning. De bijkomende wooneenheden moeten als nieuw beoordeeld worden en worden niet ontslagen van een toetsing aan de voorschriften. Gezien het vergund geachte statuut kunnen er wel afwijkingen hierop worden overwogen voor zover deze de basale woonkwaliteit van de woningen, het gebouw en zeker ook van de omgeving niet overschrijden.
De duplex werd ter hoogte van de achtergevel verder uitgebreid, echter met behoud van de reeds aanwezige 10,10 m² open ruimte op het perceel. De voormalig overdekte zone naast deze koer werd omgevormd tot een hobbyruimte. Hierdoor kan gesteld worden dat er geen volume- of oppervlaktetoename is.
Het volume is gelegen tegen de opgaande scheimuur van het rechter buurpand en houdt voldoende afstand tot de linker scheimuur. Het volume is daardoor niet hinderlijk voor de omgeving en vatbaar voor regularisatie.
Deze zijde van de Lambermontplaats wordt gekenmerkt door zeer dense bebouwing achteraan het perceel en open ruimtes die gevat zitten tussen de hoog opgaande scheimuren van de buurpercelen.
Op de verdiepingen werden op de 1ste en 3de verdieping de inpandige terrassen achteraan dichtgemaakt. Enkel het inpandig terras op de 2de verdieping bleef ongewijzigd.
De aanvraag voorziet in het terug vrijmaken van deze inpandige buitenruimtes zodat elk van de bovenliggende 2-slaapkamer appartementen terug over voldoende buitenruimte beschikken wat de leefkwaliteit van de appartementen en de bewoners ten goede komt.
Dit wijzigingen kunnen binnen de aanwezige context aanvaard worden.
Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten
Gezien de ligging van de panden in een zone die volgens het ruimtelijk uitvoeringsplan werd ingekleurd als een woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde en het pand deel uitmaakt van het stadsgezicht ‘Leopold De Waelstraat en Lambermontplaats’, werd het advies ingewonnen van de stedelijke dienst monumentenzorg. Dit advies laat zich als volgt lezen:
“De aanvraag heeft betrekking op een neoclassicistische burgerwoning, opgetrokken in 1907 naar een ontwerp van Vereecken. Het is gelegen in CHE-gebied en binnen een beschermd stadsgezicht. De geplande ingrepen omvatten voornamelijk wijzigingen aan de reeds sterk verbouwde achtergevel. De aangevraagde aanpassingen doen geen verdere afbreuk aan de erfgoedwaarde van het pand en hebben geen onaanvaardbare impact op de culturele, historische en esthetische waarde van de omgeving. Dit gunstig advies van de stedelijke dienst monumentenzorg is onder voorbehoud van een gunstig advies van het agentschap Onroerend Erfgoed.”
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt wordt het gunstig advies van de dienst monumentenzorg bijgetreden.
De voorgevel blijft ongewijzigd. De aanpassingen aan de achtergevel volgen uit de functionele herinrichting van het pand. Het beoogde materiaalgebruik van wit buitenschrijnwerk op het gelijkvloers en antraciet gekleurd schrijnwerk op de verdiepingen, gecombineerd met een wit gepleisterde achtergevel is hier stedenbouwkundig aanvaardbaar.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Door de gelijkvloerse overdekte koer tot hobbyruimte om te bouwen wordt de keuken van 14 m² enkel door een raam van 0,97 m hoog op 3,30 m breed boven het plat dak voorzien daglichttoetreding. Deze raamopening van 3,20 m² is in principe voldoende groot om de achterliggende keuken van daglicht te voorzien maar biedt geen uitzicht of mogelijkheid tot voldoende ventilatie van verse lucht. Dit zijn basisvoorwaarden om de gezondheid van de bewoners en een minimum aan verblijfskwaliteit van elke woning te garanderen (bouwcode, art. 24).
Daarom wordt in de voorwaarden opgenomen om de gelijkvloerse verdieping zo veel mogelijk binnen de bestaande kamerstructuur open te werken om alle ruimtes van voldoende licht, zicht en natuurlijke ventilatie te kunnen voorzien.
Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de aanvraag aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing gezien de aanvraag geen vermeerdering van het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande en vergunde of vergund geachte situatie inhoudt.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
3. De gelijkvloerse verdieping moet binnen de bestaande kamerstructuur zoveel mogelijk opengewerkt te worden zodat de gelijkvloerse leefruimtes zoveel als mogelijk directe licht-, zicht- en zontoetreding kennen, conform artikel 24 van de bouwcode.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 27 januari 2023 |
Volledig en ontvankelijk | 27 maart 2023 |
Start 1e openbaar onderzoek | 6 april 2023 |
Einde 1e openbaar onderzoek | 5 mei 2023 |
Beslissing toepassing administratieve lus | 24 mei 2023 |
Start laatste openbaar onderzoek | 6 juni 2023 |
Einde laatste openbaar onderzoek | 5 juli 2023 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Beslissingsdatum na V&O (zonder noodbesluit) | 8 september 2023 |
Uiterste beslissingsdatum (noodbesluit) | 7 december 2023 |
Verslag GOA | 4 augustus 2023 |
naam GOA | Katrijn Apostel |
Administratieve lus
Op de aanvraag werd een administratieve lus toegepast, omwille van de volgende reden(en):
Aanplakking niet correct uitgevoerd. Openbaar onderzoek was reeds lopende.
De stappen in de procedure die verkeerd gelopen zijn werden opnieuw uitgevoerd om te voorkomen dat de eindbeslissing over de aanvraag vernietigd wordt omwille van de vastgestelde procedurefout(en).
De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
6 april 2023 | 5 mei 2023 | 0 | 0 | 0 | 0 |
6 juni 2023 | 5 juli 2023 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
3. De gelijkvloerse verdieping moet binnen de bestaande kamerstructuur zoveel mogelijk opengewerkt te worden zodat de gelijkvloerse leefruimtes zoveel als mogelijk directe licht-, zicht- en zontoetreding kennen, conform artikel 24 van de bouwcode.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.