Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2023070907 |
Gegevens van de aanvrager: | Niels Kools - Milena Nowak met als adres Stuivenbergplein 56 te 2060 Antwerpen |
Ligging van het project: | Stuivenbergplein 56 te 2060 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 5 sectie E nr. 459T |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | omvormen van een meergezinswoning tot eengezinswoning met renovatie |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 30/01/1984: vergunning (18#64007) voor het verbouwen van een woning;
- 14/05/1976: vergunning (18#58074) voor het verbouwen van een gevel.
Vergunde toestand
- functie: wonen (meergezinswoning met 2 wooneenheden);
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Bestaande toestand
- functie overeenkomstig vergunde toestand;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Nieuwe toestand
- functie: wonen (eengezinswoning);
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Inhoud van de aanvraag
- verminderen van het aantal woongelegenheden van 2 naar 1;
- wijzigen van de voorgevel:
- doorvoeren van interne constructieve werken;
- aanleggen van verharding in de tuinzone.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering | 17 juli 2023 | 17 juli 2023 |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Stedenbouw/ vermoeden van vergunning | 17 juli 2023 | 28 juli 2023 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP 2060, goedgekeurd op 20 december 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: zone recht van voorkoop - algemene voorschriften en artikel 1 zone voor wonen - (wo).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan op volgend punt:
- Algemene voorschriften, 1.7.1 Open ruimte, tuinen en terrassen:
De open ruimte, de beplantingen en de niet-verharde bodem van de nog maar schaarse aanwezige tuinen moeten zorgvuldig bewaard blijven. De verharde oppervlakte wordt echter uitgebreid ten opzichte van de vergunde toestand.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening voetgangersverkeer.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd.
Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd.
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Voorliggende aanvraag omvat het supprimeren van de woongelegenheid op het gelijkvloers om hier een ruime hobbyruimte te voorzien van de woongelegenheid op de verdieping.
Een eengezinswoning is passend aan het Stuivenbergplein.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Het voorgestelde project komt inzake het aantal bouwlagen en dakvorm overeen met de algemene configuratie van de aanwezige bebouwing in de omgeving. De voorgestelde bouwdiepte sluit aan op de bouwdiepte van de aanpalende panden, hetgeen resulteert in een harmonisch geheel. De geplande uitbreidingswerken aan de achtergevel zijn niet storend voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.
Het RUP 2060 stelt dat de open ruimte en de niet-verharde bodem van de nog maar schaars aanwezige tuinen zorgvuldig bewaard moeten blijven. Met voorliggende aanvraag wordt een terras aangelegd. Het aanleggen van het terras met deze oppervlakte (18 m²) is aanvaardbaar op voorwaarde dat de onverharde ruimte maximaal als groene ruimte beplant wordt. Dit wordt als voorwaarde bij de vergunning opgelegd.
Visueel-vormelijke elementen
De bouwheer wenst de voorgevel te isoleren en te bepleisteren. Het na - isoleren van de gevels is vanuit stedenbouwkundig oogpunt aanvaardbaar. Door het energiezuinig renoveren van woningen wordt er bijgedragen aan de klimaatambities, wat wordt gestimuleerd.
Om vervlakking van het straatbeeld tegen te gaan, moet er vanuit de zorg voor de architecturale kwaliteit aandacht worden besteed aan een aantal ontwerpdetails bij het opnieuw bepleisteren van de gevel. Concreet dienen de afmetingen van de raamopeningen en de arrière-corps behouden te blijven en moet er gebruik worden gemaakt van hoekprofielen voor het pleisterwerk die niet zichtbaar zijn in de gevel. Dit alles wordt als voorwaarde bij vergunning opgelegd.
De stad Antwerpen hanteert een afwegingskader op aanvragen voor een stedenbouwkundige vergunning voor buitengevelisolatie. Bij een gunstig advies tot plaatsing van buitengevelisolatie is men verplicht om de werken over de volledige dikte van 14 cm uit te voeren, hetgeen tevens als voorwaarde bij vergunning wordt opgenomen. Op die manier wordt er maximale energiebesparing gerealiseerd binnen de bepalingen van het rooilijnendecreet.
Het voorgestelde materiaalgebruik, wit pleisterwerk met wit pvc buitenschrijnwerk en een daklaag in leien past zich in in de omgeving. De details van de geveluitwerking met licht groene tegels rondom de gevelopening op de eerste verdieping en ter hoogte van de plint is verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening. De aanpassingen aan de achtergevel volgen uit de functionele herinrichting van het pand.
Het beoogde materiaalgebruik voor de voor- en achtergevel en de daklaag is hedendaags en stedenbouwkundig aanvaardbaar.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De eengezinswoning wordt voorzien van de vereiste woonkwaliteit, mits rekening wordt gehouden met de voorwaarden, door de aanwezigheid van voldoende hoge plafonds, grote raamopeningen, voldoende lichtinval en voldoende buitenruimte.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de isolatie plus afwerkingsmateriaal is met een totale dikte van 14 centimeter ten opzichte van de rooilijn uit te voeren;
2. de arrière-corps is te behouden. De arrière-corps moet vrij blijven van materiaal en isolatie;
3. de elementen voor straatverlichting of nutsvoorzieningen die zich aan de gevel bevinden in de bestaande toestand, integraal te verplaatsen;
4. het raam op de eerste verdieping te voorzien van een dorpel met dezelfde hoogte en uitsteek ten opzichte van het gevelvlak zoals het gelijkvloers;
5. de hoekprofielen die inherent zijn aan het gevelpleisterwerk, zijn onzichtbaar uit te voeren;
6. de nieuwe constructie moet aansluiten op het openbaar domein op die manier dat toekomstige werkzaamheden aan het openbaar domein kunnen plaatsvinden los van herstelwerken aan de nieuwe constructie;
7. de onverharde buitenruimte in de tuinzone met groen en met beplanting aan te leggen;
8. er dient voldaan te worden aan artikel 41 van de bouwcode;
9. de inhoud van de septische put dient minimaal 2000 liter te bedragen;
10. de ruimte onder het dak met een vrije hoogte van 2m35 niet te voorzien als verblijfsruimte.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 23 mei 2023 |
Volledig en ontvankelijk | 17 juli 2023 |
Start openbaar onderzoek | 27 juli 2023 |
Einde openbaar onderzoek | 25 augustus 2023 |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit | 30 oktober 2023 |
Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit | 28 januari 2024 |
Verslag GOA | 23 oktober 2023 |
Naam GOA | Wim Van Roosendael |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
27 juli 2023 | 25 augustus 2023 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de isolatie plus afwerkingsmateriaal is met een totale dikte van 14 centimeter ten opzichte van de rooilijn uit te voeren;
2. de arrière-corps is te behouden. De arrière-corps moet vrij blijven van materiaal en isolatie;
3. de elementen voor straatverlichting of nutsvoorzieningen die zich aan de gevel bevinden in de bestaande toestand, integraal te verplaatsen;
4. het raam op de eerste verdieping te voorzien van een dorpel met dezelfde hoogte en uitsteek ten opzichte van het gevelvlak zoals het gelijkvloers;
5. de hoekprofielen die inherent zijn aan het gevelpleisterwerk, zijn onzichtbaar uit te voeren;
6. de nieuwe constructie moet aansluiten op het openbaar domein op die manier dat toekomstige werkzaamheden aan het openbaar domein kunnen plaatsvinden los van herstelwerken aan de nieuwe constructie;
7. de onverharde buitenruimte in de tuinzone met groen en met beplanting aan te leggen;
8. er dient voldaan te worden aan artikel 41 van de bouwcode;
9. de inhoud van de septische put dient minimaal 2000 liter te bedragen;
10. de ruimte onder het dak met een vrije hoogte van 2m35 niet te voorzien als verblijfsruimte.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.