Terug
Gepubliceerd op 06/11/2023

2023_CBS_07627 - Omgevingsvergunning - OMV_2023109982. Bisschoppenhoflaan 164. District Deurne - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 03/11/2023 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Elisabeth van Doesburg, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_07627 - Omgevingsvergunning - OMV_2023109982. Bisschoppenhoflaan 164. District Deurne - Goedkeuring 2023_CBS_07627 - Omgevingsvergunning - OMV_2023109982. Bisschoppenhoflaan 164. District Deurne - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023109982

Gegevens van de aanvrager:

de heer Lok Dahal met als adres Bisschoppenhoflaan 164 te 2100 Antwerpen

Ligging van het project:

Bisschoppenhoflaan 164 te 2100 Deurne (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 28 sectie A nr. 105G5

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een eengezinswoningen (regularisatie)

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          01/01/1953: vergunning (626#14481) voor het oprichten van een woning.

 

Vergunde toestand

-          functie:

  • eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • 3 bouwlagen onder plat dak; 
  • bouwdiepte van 13,42 meter;
  • bouwhoogte van 10,00 meter;
  • open ruimte van 114,66 vierkante meter;

-          gevelafwerking:

  • gevelafwerking in gevelsteen van gele kleur met dorpels en plint in blauwe hardsteen;
  • buitenschrijnwerk in hout (bruin);
  • hanggoot en afvoer in PVC;
  • dakafwerking in roofing (plat dak) en zwarte dakpannen (schuin dak);

-          inrichting:

  • rijwoning met stadstuin.

 

Bestaande / nieuwe toestand (regularisatie)

-          functie:

  • eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • 3 bouwlagen onder plat dak; 
  • bouwdiepte van 17,00 meter;
  • bouwhoogte van 10,00 meter;
  • open ruimte van 91,15 vierkante meter;

-          gevelafwerking:

  • gevelafwerking in gevelsteen van gele kleur met dorpels en plint in blauwe hardsteen;
  • buitenschrijnwerk in hout (bruin);
  • hanggoot en afvoer in PVC;
  • dakafwerking in roofing (plat dak) en zwarte dakpannen (schuin dak);

-          inrichting:

  • rijwoning met stadstuin.


Inhoud van de aanvraag

-          uitbreiden van het volume;

-          wijzigen van de scheimuren;

-          doorvoeren van interne constructieve werken.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • Artikel 10 Inplanting, bouwhoogte en bouwdiepte:
    bij een volume-uitbreiding moet er rekening gehouden worden met een optimale bezonning en daglichttoetreding ten aanzien van alle verblijfsruimten in het gebouw, in de tuinen en in de omgeving. Op de foto’s is te zien dat op de perceelsgrens met het rechteraanpalende gebouw een kunstof terrasafsluiting aanwezig is. Het is onduidelijk of deze afsluiting wordt aangevraagd omdat deze op het plan van de achtergevel en het terreinprofiel niet wordt opgetekend. Deze terrasafsluiting zorgt voor een vermindering van (zon)lichttoetreding ten aanzien van het rechteraanpalende pand;
  • artikel 24 Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer:
    elke verblijfsruimte dient openingen te hebben voor de toetreding van daglicht, zicht en lucht. De kamer op het gelijkvloers heeft geen ramen die rechtstreeks op de buitenlucht uitgeven. Er staat niet gespecifieerd of dit een verblijfsruimte is;
  • artikel 27 Open ruimte:
    verhardingen zoals een terras in de achtertuin zijn beperkt toegestaan, met een maximum van 1/3 van de totale tuinoppervlakte voor tuinen groter dan 60 vierkante meter. Het terras dat te zien is op de foto’s werd niet opgetekend op de plannen;
  • Artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren:
    scheidingsmuren moeten uitgevoerd worden in massief, ongeperforeerd materiaal. Op de foto’s is te zien dat rondom het terras een afsluiting in kunstof aanwezig is. Het is onduidelijk of deze afsluiting wordt aangevraagd omdat deze op het plan van de achtergevel en het terreinprofiel niet wordt opgetekend. Desalniettemin is deze terrasafsluiting ter hoogte van de perceelsgrens met het rechteraanpalende gebouw niet opgetrokken uit massief, ongeperforeerd materiaal.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).

Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag is functioneel inpasbaar in de omgeving. De bestaande vergunde woning blijft behouden en blijft verenigbaar met de bestemming woongebied volgens gewestplan.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De woning werd uitgebreid op het gelijkvloers tot op een bouwdiepte van 17 meter. Deze bouwdiepte komt overeen met de kenmerkende maximale bouwdiepte in de omgeving.

Het dak van de uitbreiding wordt ingericht als terras aansluitend bij de leefruimte die op de eerste verdieping is ingericht. Op de foto’s is te zien dat het terras omzoomd wordt met een terrasafsluiting in kunststof van ongeveer 1,80 meter. Op het plan van de achtergevel en het terreinprofiel wordt deze terrasafsluiting niet opgetekend. Het is bijgevolg onduidelijk of deze terrasafsluiting wordt aangevraagd. De afsluiting wordt op de perceelgrens geplaatst waardoor de afsluiting als een scheidingsmuur moet beschouwd worden. Een afscheiding in kunststof voldoet echter niet aan artikel 34 van de bouwcode dat stelt dat scheidingsmuren moeten opgericht worden in massief ongeperforeerd materiaal. Het terras wordt over de volledige perceelsbreedte van de uitbouw ingericht. Het linkeraanpalende gebouw heeft een grotere bouwdiepte op de verdieping. Ten aanzien van dit gebouw wordt er geen hinder verwacht. Het rechteraanpalende gebouw heeft echter een teruggetrokken bouwdiepte ter hoogte van de perceelsgrens die overeenkomt met de bouwdiepte van de verdiepingen van het pand uit de aanvraag. Een verlenging van de scheidingsmuur wordt hier niet gunstig beoordeeld omwille van een vermindering van (zon)lichttoetreding ten aanzien van het rechteraanpalende pand. Het terras op de uitbouw is enkel aanvaardbaar als ter hoogte van de perceelsgrens met het rechteraanpalende gebouw een ontoegankelijke zone aangelegd wordt om de nodige privacy te bewaken naar het rechteraanpalende gebouw. De kunststof afsluiting moet uitgesloten worden uit vergunning en de ontoegankelijke zone moet als voorwaarde aan de vergunning worden gekoppeld. Ter verduidelijking wordt deze zone in rood aangeduid op het plan bestaande toestand van de eerste verdieping (BA_regularisatie_P_B_Verdieping_1_03_ROOD). Deze zone moet begrepen zijn onder een hoek van 45° ten opzichte van de perceelsgrens met het rechteraanpalende gebouw conform artikel 13 van de bouwcode.

 

Op het inplantingsplan staat geen terras in de tuinzone opgetekend. Op foto’s is echter wel een houten terras te zien en een zone met witte keien. Het is bovendien onduidelijk of het gras al dan niet kunstgras is. Al deze zaken worden beschouwd als verharding omdat ze niet bijdragen aan de infiltratiemogelijkheden voor het regenwater, het terugdringen van het stedelijk hitte-eilandeffect en de biodiversiteit.  Artikel 27 van de bouwcode legt op dat verhardingen in de achtertuin beperkt zijn toegestaan, met een maximum van 1/3 van de totale tuinoppervlakte voor tuinen groter dan 60 vierkante meter. Dit moet als voorwaarde aan de vergunning worden gekoppeld.

 

Visueel-vormelijke elementen

Er worden geen wijzigingen aangebracht aan de voorgevel. De visueel-vormelijk inpassing van de bestaande vergunde woning blijft verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Elke verblijfsruimte dient openingen te hebben voor de toetreding van daglicht, zicht en lucht (bouwcode, artikel 24). Door de uitbreiding op het gelijkvloers, kan de middelste kamer niet natuurlijk geventileerd worden en gebeurt de daglichttoetreding in tweede orde door de aanwezigheid van schrijnwerk tussen de middelste en de achterste kamer. Er staat niet gespecifieerd of dit een verblijfsruimte is. In de voorwaarde bij vergunningen moet worden opgenomen dat de middelste kamer niet als verblijfsruimte mag gebruikt worden, tenzij het schrijnwerk wordt verwijderd tussen de middelste en de achterste kamer en beide kamers als één geheel functioneren.

 


Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De kunststof afsluiting rondom het terras wordt uitgesloten uit de vergunning.

2. Ter hoogte van de perceelsgrens met het rechteraanpalende gebouw moet een ontoegankelijke zone aangelegd worden. Deze zone moet begrepen zijn onder een hoek van 45° ten opzichte van de perceelsgrens conform artikel 13 van de bouwcode.

3. Verhardingen in de achtertuin zijn beperkt toegestaan, met een maximum van 1/3 van de totale tuinoppervlakte voor tuinen groter dan 60 vierkante meter.

4. De middelste kamer op het gelijkvloers mag niet als verblijfsruimte gebruikt worden, tenzij het schrijnwerk wordt verwijderd tussen de middelste en de achterste kamer en beide kamers als één geheel functioneren.

5. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

18 augustus 2023

Volledig en ontvankelijk

15 september 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

14 november 2023

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

12 februari 2024

Verslag GOA

26 oktober 2023

Naam GOA

 Katrijn Apostel

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. De kunststof afsluiting rondom het terras wordt uitgesloten uit de vergunning.

2. Ter hoogte van de perceelsgrens met het rechteraanpalende gebouw moet een ontoegankelijke zone aangelegd worden. Deze zone moet begrepen zijn onder een hoek van 45° ten opzichte van de perceelsgrens conform artikel 13 van de bouwcode.

3. Verhardingen in de achtertuin zijn beperkt toegestaan, met een maximum van 1/3 van de totale tuinoppervlakte voor tuinen groter dan 60 vierkante meter.

4. De middelste kamer op het gelijkvloers mag niet als verblijfsruimte gebruikt worden, tenzij het schrijnwerk wordt verwijderd tussen de middelste en de achterste kamer en beide kamers als één geheel functioneren.

5. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.