Terug
Gepubliceerd op 23/10/2023

2023_CBS_07253 - Omgevingsvergunning - OMV_2023076339. Kruisweg 650. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 20/10/2023 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Verontschuldigd

Jinnih Beels, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_07253 - Omgevingsvergunning - OMV_2023076339. Kruisweg 650. District Antwerpen - Goedkeuring 2023_CBS_07253 - Omgevingsvergunning - OMV_2023076339. Kruisweg 650. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023076339

Gegevens van de aanvrager:

NV CWT COMMODITIES (ANTWERP) met als adres Kruisweg 650 te 2040 Antwerpen

Gegevens van de exploitant:

NV CWT COMMODITIES (ANTWERP) (0455827546) met als adres Kruisweg 650 te 2040 Antwerpen

Ligging van het project:

Kruisweg 650 te Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 18 sectie B nr. 162W

waarvan:

 

-          20200824-0037

afdeling 18 sectie B nr. 162W (CWT Commodities NV)

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen, exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

bouwen en exploiteren van een magazijn

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

-          25/03/2022: omgevingsvergunning (OMV_2021115403) voor het verplaatsen van de in- en uitrit en aanleggen van verhardingen;

-          11/12/2020: omgevingsvergunning (OMV_2020109315) voor het bouwen van twee magazijnen, aanleggen van verhardingen, verplaatsen van de in- en uitrit en veranderen van de exploitatie. Het verplaatsen van de in- en uitrit werd uitgesloten van vergunning;

-          26/01/2018: stedenbouwkundige vergunning (HVN/B/20172790) voor nieuwe magazijnen;

-          20/07/2007: weigering (HV/2003/B/0111) voor het bouwen van drie opslagmagazijnen;

-          03/06/1999: stedenbouwkundige vergunning (HV/1998/AN5/1998/B/0572) voor het bouwen van een magazijn;

-          27/05/1999: stedenbouwkundige vergunning (HV/1999/B/0007) voor het bouwen van een magazijn en laadstation;

-          23/03/1995: stedenbouwkundige vergunning (HV/1994/5-94/B/1810) voor het wijzigen van de aanvraag voor magazijnen + burelen.

 

Vergunde toestand

* functie:

  > industrie/opslag;

 

* brutovloeroppervlakte:

  > de totale brutovloeroppervlakte bedraagt circa 74.815 m²;

 

* gevelafwerking:

  > de magazijnen langs de zuidzijde van het terrein hebben eenzelfde uitzicht bestaande uit gevelbeplating in een lichte kleur. De magazijnen in de noordelijke helft van het terrein hebben een grijze gevelkleur.

 

* inrichting:

  > het terrein is gekenmerkt door allerhande magazijnen en open opslagplaatsen;

  > het terrein heeft twee toegangen: één langs de Kruisweg en één langs de Antwerpsebaan.

 

Bestaande toestand

* inrichting:

  > de bouw van magazijnen O en P (OMV_2020109315) werd niet uitgevoerd. Deze vergunning is intussen vervallen.

  > het verplaatsen van de in-/uitrit  (OMV_2021115403) werd niet uitgevoerd. Deze vergunning is nog uitvoerbaar tot maart 2024, maar de aanvrager stelt zelf in de huidige aanvraag dat deze werken niet meer uitgevoerd zullen worden. Hij verzaakt hierbij aan deze verguning.

 

Nieuwe toestand

* functie: 

  > industrie/opslag;

  > aanleg van verharding (4.100 m²) voor de inrichting van een fumigatiezone.

 

* bouwvolume:

  > magazijn O heeft een oppervlakte van 4.300 m² en een hoogte van circa 13 meter;

  > aan de zuidoostzijde van het nieuwe magazijn wordt een luifel geplaatst met een oppervlakte van circa 1.000 m². Deze luifel sluit tevens aan op de zuidgevel van magazijn A.

 

* gevelafwerking:

  > geïsoleerde metalen gevelbekleding (donkergrijs) op een plint in gewapend beton;

  > sectionaalpoorten en metalen vluchtdeuren worden in een rode kleur uitgevoerd.

 

* inrichting:

  > het nieuwe magazijn O wordt in het westen van het terrein gebouwd, aansluitend aan reeds bestaande magazijnen;

  > de nieuwe klinkerverharding wordt aangelegd in het oosten van het terrein, ter hoogte van de bestaande (nood-)toegang van het terrein aan de Kruisweg.


Inhoud van de aanvraag

-          Bouwen van magazijn O;

-          Bouwen van een luifel;

-          Aanleggen van verharding.

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorgeschiedenis

Op 18 juli 2014 verleende het college van burgemeester en schepenen van de stad Antwerpen een milieuvergunning klasse 2 aan CWT Commodities NV voor de hernieuwing van een inrichting voor de op- en overslag van niet IMDG-goederen. Deze vergunning is geldig tot 18 juli 2034. Op 11 december 2020 werd door het college van burgemeester en schepenen een omgevingsvergunning verleend voor een uitbreiding van de opslag van gevaarlijke stoffen en bijkomende toestellen zoals airco’s en acculaders.

 

Inhoud van de aanvraag

Deze aanvraag heeft in hoofdzaak betrekking op de vermindering van een inrichting voor de op- en overslag van niet IMDG-goederen.

 

Aangevraagde rubriek(en)
 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

48.1.2.

doorvoeropslagplaatsen in zeehavengebieden voor andere dan IMDG-goederen.

-1 magazijn

 

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Agentschap Wegen en Verkeer/ AWV - District Antwerpen

29 augustus 2023

28 september 2023

Voorwaardelijk gunstig

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA

29 augustus 2023

27 september 2023

Voorwaardelijk gunstig

Departement Mobiliteit en Openbare Werken

29 augustus 2023

13 september 2023

Geen advies

FOD Binnenlandse Zaken - ASTRID veiligheidscommissie

29 augustus 2023

12 september 2023

Voorwaardelijk gunstig

Haven van Antwerpen - Brugge (Port of Antwerp - Bruges)/watertoets

 29 augustus 2023

20 september 2023

Gunstig

Haven van Antwerpen - Brugge (Port of Antwerp - Bruges)/ terreinen

29 augustus 2023

20 september 2023

Voorwaardelijk gunstig

Haven van Antwerpen-Brugge, subadvies milieu

30 augustus 2023

11 september 2023

Voorwaardelijk gunstig

INFRABEL/ Infrabel Antwerpen, Limburg, Vlaams Brabant

29 augustus 2023

28 september 2023

Voorwaardelijk gunstig

Politiezone Antwerpen/ Verkeerspolitie

29 augustus 2023

5 oktober 2023

Geen bezwaar

Water-link

29 augustus 2023

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

 

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

 29 augustus 2023

7 september 2023

Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Archeologie

 29 augustus 2023

5 september 2023

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening zeehavengebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.

De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.

Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.

 

Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voornamelijk bestemd als Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven.

Zulk gebied is bestemd om te functioneren als Vlaams havengebied als onderdeel van de haven van Antwerpen. Het is bestemd voor zeehavengebonden en zeehavengerelateerde industriële en logistieke activiteiten en distributie-, opslag- en overslagactiviteiten die gebruikmaken van en aangewezen zijn op de zeehaveninfrastructuur.

Alle handelingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming en voor de exploitatie van de haven en de bedrijven zijn toegelaten.

Daartoe worden ook de volgende werken, handelingen, voorzieningen, en wijzigingen gerekend:

- de aanleg en het onderhoud van infrastructuur die nodig is voor de toegankelijkheid of voor verbindingen langs de waterzijde en langs de landszijde;

- het laguneren of op een andere wijze bergen of verwerken van baggerspecie.

Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van tijdelijke ecologische infrastructuur toegelaten.

In het gebied zijn eveneens gebouwen of lokalen voor bewakingspersoneel toegelaten.

In het gebied zijn kantoorgebouwen niet toegelaten, tenzij ze noodzakelijk zijn voor en een inherent onderdeel zijn van de exploitatie van haven en industriële activiteiten. De bestaande kantoorgebouwen kunnen behouden blijven binnen het bestaande bouwvolume op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Uitbreidingen zijn niet toegelaten.

 

In het oosten is het goed volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan gedeeltelijk bestemd als Gebied voor verkeers- en vervoersinfrastructuur.

In dit gebied zijn alle handelingen toegelaten voor de aanleg, het functioneren of aanpassing van die verkeers- en vervoersinfrastructuur en aanhorigheden. Daarnaast zijn alle handelingen met het oog op de ruimtelijke inpassing, buffers, ecologische verbindingen, kruisende infrastructuren, leidingen, telecommunicatie infrastructuur, lokaal openbaar vervoer, lokale dienstwegen en paden voor niet-gemotoriseerd

verkeer toegelaten.

Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van ecologische infrastructuur toegelaten. Een deel van het gebied voor verkeers en vervoersinfrastructuur aan de R2 wordt ingericht met ecologische infrastructuur. Deze ecologische infrastructuur moet eveneens voldoen aan de voorwaarden van landschappelijke inpassing.

Na aanleg van de infrastructuur kunnen voor het gedeelte van de zone dat voorlopig niet werd benut, de voorschriften van de naastliggende bestemming toegepast worden.

 

De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Voor een straal van 500 meter rond de aanvraag is het voormelde GRUP tevens van toepassing. Hier gelden voornamelijk de bestemmingsvoorschriften Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven en – voor de Kruisweg en de R2 – Gebied voor verkeers- en vervoersinfrastructuur. Het Kanaaldok B2 heeft als bestemming Gebied voor waterweginfrastructuur. Ten zuiden van de aanvraag lopen overdrukken met als aanduiding Gebied voor ongelijkvloerse verkeers- en vervoersinfrastructuur, Verbinding voor fietsers en Leidingstraat.

 

Binnen de straal van 500 meter is tevens het GRUP Liefkenshoek spoortunnel van toepassing (Besluit van de Vlaamse regering van 9 mei 2008). Volgens dit GRUP bevindt er zich ten zuiden van de aanvraag een overdruk met als aanduiding Gebied voor ongelijkvloerse verkeers- en vervoersinfrastructuur. Ten oosten van de aanvraag gaat deze overdruk over in het bestemmingsvoorschrift Gebied voor spoorinfrastructuur.

 

Binnen de straal van 500 meter is verder nog het GRUP Hoogspanningslijn Zandvliet – Lillo – Liefkenshoek van toepassing (Besluit van de Vlaamse regering van 1 juli 2016). Volgens dit GRUP loopt een overdruk ten zuiden van de R2 met als aanduiding Hoogspanningsleiding. Aan beide zijden van de hoogspanningsleiding is een zone aangeduid met als overdruk Gebied met overdruk gebruiksbeperkingen.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).

De verordening hemelwater is van toepassing op de aanvraag. Er wordt een afwijking gevraagd op de aspecten hergebruik en infiltratie. Volgens artikel 13 van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, kan het vergunningverlenende bestuursorgaan bij de beoordeling van de aanvraag in uitzonderlijke gevallen afwijkingen toestaan van de verplichtingen van dit besluit als dat om specifieke redenen met betrekking tot de mogelijkheden van hergebruik of plaatselijke terreinkenmerken verantwoord of noodzakelijk is.

Aangezien er geen mogelijkheden tot recuperatie zijn, wordt er geen hemelwaterput voorzien. Volgens de aanvrager is het moeilijk om infiltratie aan te leggen in de nabijheid van een sporenbundel. Het hemelwater dat op het nieuwe magazijn valt, zal afgevoerd worden via de bestaande riolering naar de dokken. De aanvrager verwijst ook naar de studie “Onderzoek over de toepassing van het hemelwaterbesluit in het Antwerps havengebied op de rechteroever, in het bijzonder de mogelijke rol van infiltratie in het tegengaan van de verzilting van het grondwater (K2205)” waarin de projectzone is gelegen in een niet-infiltratiegevoelig gebied. Intussen is deze studie uit 2013 achterhaald, gezien uit de update van 2023 blijkt dat de site wél infiltratiegevoelig is (o.a. op basis van een infiltratieproef). De afwijking wordt dus niet toegestaan. Er zal een infiltratievoorziening van 376.900 liter met 603,04 m² infiltrerende oppervlakte geplaatst moeten worden.

 

Het advies van de beheerder van de ontvangende waterloop is gunstig.

De nieuwe verharding in het oosten wordt aangelegd met waterdoorlatende klinkers. De omgeving rondom bestaat uit een groenzone en steenslag en blijft behouden. Het hemelwater kan daar op natuurlijke wijze in de bodem infiltreren.

 

Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Sectorale regelgeving

MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. 
Bij de beslissing over de volledig- en ontvankelijkheid is beslist dat de aanvraag geen betrekking heeft op een project als vermeld in bijlage I, II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 houdende vaststelling van de categorieën van projecten, onderworpen aan milieueffectrapportage (milieueffectrapport). Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Voor het project is geen fluviale noch pluviale overstromingskans gemodelleerd. De beheerder van de ontvangende waterloop is het Havenbedrijf Antwerpen-Brugge. Het advies van het Havenbedrijf Antwerpen-Brugge is echter gunstig daar de aanvraag geen (significante) schade aan of geen negatieve impact heeft op de waterweg.
 

Archeologienota: overeenkomstig artikel 5.4.1 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 moet aan bepaalde aanvragen een archeologienota worden toegevoegd waarvan akte werd genomen 
In voorliggende aanvraag, die niet door een publiekrechtelijke instantie is ingediend, bedraagt de ingreep in de bodem meer dan 5.000 m², is het project gelegen in industriegebied, buiten beschermde archeologische sites en buiten geïnventariseerde archeologische zones, waardoor de aanvrager verplicht is een archeologienota toe te voegen aan de aanvraag. Het Agentschap Onroerend Erfgoed heeft op 6 juli 2023 akte genomen van de toegevoegde archeologienota met ID 26531. Er werd geen programma van maatregelen opgesteld.

 

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

In het westen van een industrieterrein, gekenmerkt door de magazijnen en open opslagplaatsen van een op- en overslagbedrijf van koffie, cacao, tabak, suiker en blokken ruw metaal, wordt een nieuw magazijn O gebouwd. Op de site bevindt zich reeds een magazijnencomplex met veertien magazijnen (A tot N). Dit magazijn sluit aan op de westgevel van magazijn A. Langs de zuidoostzijde van het nieuwe magazijn en de zuidzijde van magazijn A wordt een nieuwe luifel geplaatst. Plaatselijk wordt rondom het nieuwe magazijn nieuwe wegenis aangelegd.

 

In het oosten van het terrein wordt een klinkerverharding aangelegd die zal gebruikt worden als fumigatiezone. De maximum stapelhoogte op deze zone bedraagt 1 container. De toegang tot het terrein die hier gesitueerd is, zal enkel gebruikt worden als noodtoegang.

 

Het nieuwe magazijn maakt de verdere exploitatie van een bestaand industrieel bedrijf mogelijk. Bijgevolg past de aanvraag zich functioneel in binnen het industrieveld.

 

Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid

De aanvraag staat in functie van de bedrijfsactiviteiten en betreft een uitbreiding van een reeds bestaand grootschalig magazijnencomplex. De aanvraag is in overeenstemming en verenigbaar met de ruimtelijke context van het havengebied waarbinnen deze aanvraag is gesitueerd.

 

Visueel-vormelijke elementen

Het magazijn wordt opgetrokken in een staalstructuur. De gevels worden bekleed met geïsoleerde metalen gevelplaten in een donkergrijze kleur. De gevelopeningen worden uitgevoerd in een rode kleur. Doordat het nieuwe magazijn in een hoek van het terrein ingeplant is, is de gevel afgeschuind. Het nieuwe magazijn sluit qua materiaal- en kleurgebruik aan op de bestaande magazijnen. Deze gevelmaterialen zijn aanvaardbaar in deze havenomgeving.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Gezien de grondoppervlakte van het magazijn, werd advies gevraagd aan de Astrid-veiligheidscommmissie. De commisie heeft beslist dat er in het magazijn ASTRID-indoorradiodekking aanwezig dient te zijn. Dit wordt opgelegd als voorwaarde.

 

Er werd advies ingewonnen bij het Havenbedrijf Antwerpen-Brugge als gebiedsbeheerder. Dit advies is voorwaardelijk gunstig. De voorwaarden uit dit advies, gericht op het vrijwaren van de integriteit van de omgeving, kunnen integraal aan deze vergunning worden gehecht.

 

Gezien de aard van de aanvraag werd advies gevraagd aan de Brandweerzone Antwerpen. Dit advies is voorwaardelijk gunstig. De voorwaarden en opmerkingen uit dit advies kunnen aan de vergunning worden gehecht.


Door de nabijheid van spoorwegen, werd advies gevraagd aan de beheerder van deze sporen. Het advies van Infrabel is voorwaardelijk gunstig. Het advies voor de vergunningsaanvraag voor het bouwen van magazijnen O en P (OMV_2020109315) wordt hernomen. Het advies legt volgende voorwaarden op:

* De bestaande draadafsluiting blijft ongewijzigd;

* De nieuw te plaatsen draadafsluiting (oostzijde) wordt geplaatst op een afstand ten opzichte van het spoor die niet kleiner is dan de bestaande afsluiting;

* Er gebeurt geen afwatering richting spoor;

* Er mogen geen stationaire hinders zijn/komen in de aangeduide zone non-aedificandi (zie groene arcering in "Bijlage zone non-aedificandi.pdf") om een voldoende zichtbaarheid ter hoogte van de overweg te garanderen.  

* De uitvoering van de werken vereist een aparte Infrabel-toelating ten einde eventueel noodzakelijke veiligheidsvoorwaarden/maatregelen op te leggen/toe te passen.

Gezien de aard van voorliggende aanvraag kunnen deze voorwaarden integraal aan de vergunning worden gehecht.

 

Door de ligging nabij de gewestweg Kruisweg werd het advies ingewonnen van het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) als beheerder van deze gewestweg. Zij brachten een voorwaardelijk gunstig advies uit. De voorwaarden die AWV opneemt, hebben onder andere betrekking op de domeinvergunning die nog af te leveren is door AWV omdat delen van de aanvraag zich bevinden op het openbaar gewestwegdomein. AWV geeft ook aan dat langs gewestwegen het aantal toegangen moet worden beperkt. De huidige verharding ter hoogte van de toegang aan de Kruisweg is veel breder dan de aangevraagde poort. Dit geeft een vertekend beeld aan de weggebruiker en kan aanleiding geven tot onverwachte manoeuvres. Dit in combinatie met het snelheidsregime van 70 km/u en de drukte van het verkeer op de gewestweg, maakt dat een te brede verharding niet wenselijk is. AWV legt voorwaarden op om deze toegang verkeersveilig te maken, onder andere door het versmallen van de verharding tot het hoogst noodzakelijke. Aangezien deze poort enkel nog zal worden gebruikt als noodtoegang, kunnen de voorwaarden en aanbevelingen uit het advies worden opgenomen in de vergunning.

 

Daar aan de aanvraag een mobiliteitsrapport is toegevoegd, werd advies gevraagd aan het Departement Mobiliteit en Openbare Werken. Zij wensten geen advies uit te brengen.

 

Wegens de nabijheid van een waterleiding werd advies gevraagd aan Water-link. Zij hebben echter geen tijdig advies uitgebracht. De aanvrager is wettelijk verplicht om voor de start van de werken een klip-klim melding uit te voeren.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

De aanvrager geeft aan dat de realisatie van het extra bedrijfsgebouw geen impact zal hebben op het personeelsbestand aangezien het enkel een magazijnfunctie betreft. Het Mober geeft aan dat de realisatie van een extra magazijnruimte geen impact zal hebben op het aandeel toekomende en vertrekkende vrachtwagens. Als voorwaarde wordt opgelegd dat het laden en lossen en de wachtrijen steeds op eigen terrein dienen afgehandeld te worden.

 

De dienst mobiliteit van de stad Antwerpen werd om advies gevraagd. Zij merken op dat in de vorige aanvraag (waarin het aantal werknemers eveneens ongewijzigd bleef) wel een fietsenstalling werd geplaatst terwijl dat in de huidige aanvraag niet het geval is. De site is echter vlot bereikbaar met een (elektrische) fiets waardoor het voorzien van een overdekte fietsenstalling aangewezen is. Om werknemers aan te moedigen de fiets te nemen, moet de fietsenstalling overdekt en beveiligd zijn, moeten er oplaadmogelijkheden voor elektrische fietsen voorzien worden en kleedkamers (met douchemogelijkheden). Er dienen fietssymbolen aangebracht te worden op de route die fietsers moeten volgen van aan de toegang tot de site tot aan de fietsenstalling, zodat het duidelijk is voor vrachtwagenchauffeurs en autobestuurders dat er fietsers kunnen rijden en ze hun rijgedrag moeten aanpassen. Voor voetgangers dienen er looplijnen en zebrapadmarkeringen voorzien te worden op de plaatsen waar voetgangers kunnen lopen. Deze opmerkingen worden opgelegd als voorwaarden.

 


Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

Onderhavige aanvraag betreft de verandering van een exploitatie voor de op- en overslag van niet IMDG-goederen gelegen in de Kruisweg 650 te Antwerpen. Het gaat hierbij voornamelijk om koffie, cacao, tabak, suiker en blokken ruw metaal.

 

Op 11 december 2020 werden twee nieuwe magazijnen vergund voor doorvoeropslag, namelijk magazijnen O en P. Tot op heden zijn deze magazijnen echter nog niet gerealiseerd. Dit wenst het bedrijf in de nabije toekomst wel op te starten, maar er zal slechts één van de twee magazijnen gebouwd worden. Magazijn P wordt geschrapt uit de plannen. Er zullen aldus in de toekomst geen 15, maar wel 14 magazijnruimten aanwezig zijn voor doorvoeropslag.

 

Aangezien magazijn P niet langer zal gerealiseerd worden, kan hier aldus ook geen doorvoeropslag meer plaatsvinden en wordt een wijziging aangevraagd van rubriek 48.1.2.

 

Verder zullen de rubrieken voor de transformatoren en de acculaders niet langer van toepassing zijn. Deze toestellen zijn nog steeds aanwezig op de site, maar als gevolg van een wijziging in de indelingslijst zijn deze rubrieken geschrapt.

 

Door een wijziging van de indelingslijst worden de rubrieken 12.2.1° en 12.3.2° geschrapt uit de vergunning.

 

De overige vergunde inrichtingen en activiteiten blijven ongewijzigd.

 

De exploitant voorziet het uitbreiden van de fumigatiezone op het terrein. Zoals gesteld wordt in het subadvies van de Haven van Antwerpen-Brugge van 11 september 2023 moeten de fumigatiezones voldoen aan de algemene veiligheidseisen gesteld door de Havenkapiteinsdienst van de Haven van Antwerpen-Brugge. Het fumigeren is niet ingedeeld volgens de indelingslijst van titel II van VLAREM, de opslag van gassen wel. De bijzondere voorwaarden zijn te vinden onder ‘hoofdstuk 11.3 met betrekking tot de fumigatie van goederen’ in de Gemeentelijke Havenpolitieverordening en de Havenonderrichtingen.

Conform het Omgevingsvergunningsbesluit dient de beslissing de geactualiseerde vergunningsvoorwaarden te vermelden. In het besluit met als kenmerk 2020_CBS_10145 werd onderstaande bijzondere milieuvoorwaarde opgenomen: De KWS-afscheiders moeten voorzien zijn van een sedimentvang en coalescentiefilter en moeten voldoen aan EN 858 en DIN 1999. Uit de aanvraag blijkt dat het bedrijfsafvalwater van de tankpiste wordt geloosd via een KWS-afscheider met coalescentiefilter. De bijzondere voorwaarden met betrekking tot de KWS-afscheider kan geschrapt worden aangezien de voorwaarde vervat zit in de algemene voorwaarden van VLAREM II (afdeling 4.2.3bis – Werking en onderhoud van een koolwaterstofafscheider).

 

Op 27 september 2023 verleende de hulpverleningszone Brandweer Zone Antwerpen een voorwaardelijk gunstig advies (kenmerk H.00089.A4.0012). De voorgestelde brandweervoorwaarden dienen strikt opgevolgd te worden.

 

De risico’s voor het milieu ten gevolge van de beoogde verandering worden tot een aanvaardbaar niveau beperkt.

 

Advies aan het college

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Voor voetgangers dienen er looplijnen en zebrapadmarkeringen voorzien te worden op de plaatsen waar voetgangers kunnen lopen en er dienen fietssymbolen aangebracht te worden richting fietsenstalling.

2.  Er moet een fietsenstalling voorzien worden. Deze moet overdekt en beveiligd zijn en voorzien van oplaadmogelijkheden voor elektrische fietsen. Voor fietsers dienen er kleedkamers (met douchemogelijkheid) voorzien te worden.

3.  Het laden en lossen en wachtrijen van vrachtwagens dienen steeds op eigen terrein afgehandeld te worden.

4. In het nieuwe magazijn dient Astrid-indoorradiodekking voorzien te worden, zoals opgenomen in het advies van de Astridveiligheidscommissie.

5. Er dient te worden voldaan aan de voorwaarden uit het advies van het Havenbedrijf Antwerpen-Brugge.

6. Er moet een infiltratievoorziening van 376.900 liter en 603,04 m² infiltrerende oppervlakte geplaatst worden.

7. Er dient te worden voldaan aan de voorwaarden uit het advies van Infrabel nv.

8. Er dient te worden voldaan aan de voorwaarden uit het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer.

9. Er dient te worden voldaan aan de voorwaarden en opmerkingen uit het advies van de Brandweerzone Antwerpen.

 

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Aan het college wordt voorgesteld om voor de ingedeelde inrichtingen of activiteiten de omgevingsvergunning te verlenen.

 

Geadviseerde rubriek(en)

 

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

48.1.2.

doorvoeropslagplaatsen in zeehavengebieden voor andere dan IMDG-goederen.

-1 magazijn

 

Gecoördineerde rubriek(en)

 

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

3.4.1°a)

het lozen van maximaal 2 m³/uur bedrijfsafvalwater zonder gevaarlijke stoffen in concentraties hoger dan de indelingscriteria, vermeld in artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II;

1,99 m³/uur

6.5.1°

brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen, namelijk installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen, bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motor(en) met maximaal twee verdeelslangen;

1 verdeelslang

15.1.2°

al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van meer dan 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn;

80 voertuigen

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

61 kW

17.3.2.1.1.1°b)

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

12,50 ton

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

100 liter

40.2.

opslagplaatsen voor tabak of tabakswaren met een capaciteit van meer dan 10 ton, met uitzondering van deze bedoeld onder rubriek 48;

3.000 ton

48.1.2.

doorvoeropslagplaatsen in zeehavengebieden voor andere dan IMDG-goederen.

14 magazijnen


Standpunt college

Het college sluit zich gedeeltelijk aan bij het standpunt van de gemeentelijke omgevingsambtenaar. Het college acht het niet noodzakelijk om alle overwegingen uit het mobiliteitsadvies mee op te nemen in de voorwaarden, gelet op het feit dat dit havengebied betreft en de organisatie van de interne circulatie op eigen privatief domein aan de aanvrager zelf toekomt. 

In die zin schrapt het college dan ook de eerste voorwaarde en wordt voorwaarde 2 aangepast. 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

11 juli 2023

Volledig en ontvankelijk

29 augustus 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

28 oktober 2023

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

26 januari 2024

Verslag GOA

16 oktober 2023

Naam GOA

Katrine Leemans en Bieke Geypens

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich gedeeltelijk aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Er moet een fietsenstalling voorzien worden. Deze moet overdekt en beveiligd zijn en voorzien van oplaadmogelijkheden voor elektrische fietsen. 

2. Het laden en lossen en wachtrijen van vrachtwagens dienen steeds op eigen terrein afgehandeld te worden.

3. In het nieuwe magazijn dient Astrid-indoorradiodekking voorzien te worden, zoals opgenomen in het advies van de Astridveiligheidscommissie.

4. Er dient te worden voldaan aan de voorwaarden uit het advies van het Havenbedrijf Antwerpen-Brugge.

5. Er moet een infiltratievoorziening van 376.900 liter en 603,04 m² infiltrerende oppervlakte geplaatst worden.

6. Er dient te worden voldaan aan de voorwaarden uit het advies van Infrabel nv.

7. Er dient te worden voldaan aan de voorwaarden uit het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer.

8. Er dient te worden voldaan aan de voorwaarden en opmerkingen uit het advies van de Brandweerzone Antwerpen

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

 

De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):

 

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

3.4.1°a)

het lozen van maximaal 2 m³/uur bedrijfsafvalwater zonder gevaarlijke stoffen in concentraties hoger dan de indelingscriteria, vermeld in artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II;

1,99 m³/uur

6.5.1°

brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen, namelijk installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen, bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motor(en) met maximaal twee verdeelslangen;

1 verdeelslang

15.1.2°

al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van meer dan 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn;

80 voertuigen

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

61 kW

17.3.2.1.1.1°b)

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

12,50 ton

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

100 liter

40.2.

opslagplaatsen voor tabak of tabakswaren met een capaciteit van meer dan 10 ton, met uitzondering van deze bedoeld onder rubriek 48;

3.000 ton

48.1.2.

doorvoeropslagplaatsen in zeehavengebieden voor andere dan IMDG-goederen.

14 magazijnen

 

 

Artikel 4

De omgevingsvergunning wordt verleend voor:

- onbepaalde duur wat betreft de stedenbouwkundige handelingen;
- een termijn verstrijkend op 18 juli 2034 voor wat betreft de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit. 

Artikel 5

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.