Terug
Gepubliceerd op 13/11/2023

2023_CBS_07756 - Omgevingsvergunning - OMV_2023048766. Anneessensstraat 8-12. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 10/11/2023 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Nabilla Ait Daoud, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_07756 - Omgevingsvergunning - OMV_2023048766. Anneessensstraat 8-12. District Antwerpen - Goedkeuring 2023_CBS_07756 - Omgevingsvergunning - OMV_2023048766. Anneessensstraat 8-12. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023048766

Gegevens van de aanvrager:

de heer STEVEN BECAUS met als adres Harelbekestraat 17 te 8570 Anzegem

Gegevens van de exploitant:

NV Management  & Building Services (0806937258) met als adres Harelbekestraat 17 te 8570 Anzegem

Ligging van het project:

Anneessensstraat 8-12 te 2018 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 8 sectie H nrs. 1243L3, 1243L4 en 1243R3

waarvan:

 

-          20180118-0054

afdeling 8 sectie H nrs. 1243L4, 1243L3 en 1243R3 (Artysta)

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen, exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

het exploiteren van een hotel, wijzigen van de interne indeling, het wijzigen van de positie van gevelopeningen en het uitdiepen van de binnentuinen tot kelderverdieping ten opzichte van vergunning OMV_2018003966

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          10/01/2019: vergunning deputatie na vergunning college (OMV_2018003966) voor het slopen van 2 bestaande panden, nieuwbouw en exploitatie van een hotel met 99 kamers;

-          29/03/2019: vastgesteld bouwkundig erfgoed: https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/6420

-          12/03/2009: vergunning deputatie na weigering college (3154#2096) voor het slopen van een pand en bouwen van een hotel;

-          01/12/2006: weigering (3151#650) voor het slopen van een leegstaand pand en bouwen van een hotel;

-          16/06/2006: weigering (3151#1579) voor het slopen van een leegstand pand en bouwen van een hotel;

-          30/12/2005: weigering (197#20040893) voor het bouwen van een hotelcomplex;

-          22/10/2003: vergunning (86#30312) voor het samenvoegen van twee bestaande panden (regularisatie);

-          10/09/1998: vergunning (19981150) voor het inrichten van een gelagzaal;

-          10/07/1980: vergunning (198083) voor het verbouwen.

 

Vergunde toestand

-          functie: hotel met 99 kamers;

-          bouwvolume:

  • 8 bouwlagen met plat dak; 
  • bouwdiepte van 26 m;
  • hoogte van 25,50 m;

-          gevelafwerking:

  • geanodiseerd/brons aluminium gevelbekleding op het gelijkvloers;
  • kalkzandsteen of sierbeton op de verdiepingen;
  • technische dakvolumes in lichte crepi;
  • antracietkleurige aluminium dakranden;
  • geanodiseerd brons aluminium borstweringen;
  • buitenschrijnwerk in geanodiseerd brons aluminium;

-          inrichting: 3 achtertuinen met een gezamenlijke oppervlakte van circa 110 m².

 

Bestaande toestand

-          2 gebouwen die gesloopt worden om vergund hotel te bouwen;

-          waardevolle voorgevel van Anneessensstraat 10 blijft behouden.


Nieuwe toestand

-          functie: hotel met 99 kamers;

-          bouwvolume:

  • gewijzigde gevelopeningen in de voor- en achtergevel;
  • technische ruimte binnen het bouwvolume met akoestisch scherm aan de achtergevel;
  • interne constructieve wijzigingen;

-          gevelafwerking: gewijzigde gevelopeningen;

-          inrichting:

  • uitgediepte binnentuinen tot het niveau van de kelderverdieping;
  • 3 achtertuinen met een gezamenlijke oppervlakte van circa 110 m².

 

Inhoud van de aanvraag

-          wijzigen van de interne indeling van het hotel;

-          wijzigen van de gevelopeningen;

-          interne constructieve werken;

-          uitdiepen van de binnentuinen tot de kelderverdieping.

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Voorgeschiedenis

Op 27 juli 2018 verleende het college aan Management & Building Services een omgevingsvergunning onder voorwaarden voor het slopen van twee bestaande panden en het nieuw bouwen en exploiteren van een hotel met 99 kamers (OMV_2018003966). De deputatie van de provincie Antwerpen bevestigde deze vergunning in beroep op 10 januari 2019.

 

Inhoud van de aanvraag

De aanvraag omvat de exploitatie van het Aparthotel “The Stage”. De IIOA’s die horen bij deze exploitatie werden reeds vergund door middel van de vergunning met referentie OMV_2018003966. De aanvrager geeft aan dat deze rubrieken niet meer van toepassing zijn en vraagt nieuwe rubrieken aan. 

 

Aangevraagde rubriek(en)

  

Aangevraagde rubriek(en) Artysta
 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

3.2.2°a)

het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

5.475,00 m³/jaar

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

147,00 kW

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

500,00 liter

46.1°b)

wasserij niet of niet geheel gelegen in industriegebied met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 tot en met 100 kW;

10,00 kW

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

AQUAFIN NV

15 september 2023

11 oktober 2023

Voorwaardelijk gunstig

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA

15 september 2023

11 oktober 2023

Voorwaardelijk gunstig

FOD Binnenlandse Zaken - ASTRID veiligheidscommissie

15 september 2023

26 september 2023

Gunstig

Water-link

15 september 2023

11 oktober 2023

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie

15 september 2023

15 september 2023

Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering

15 september 2023

18 september 2023

Ondernemen en Stadsmarketing/ Visit Antwerpen

15 september 2023

21 september 2023

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

15 september 2023

19 september 2023

Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Ruimtelijke Planning/ SOK

13 september 2023

14 september 2023

Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg

15 september 2023

9 oktober 2023

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgende punten:

  • artikel 15 Breedte van een looppad (tussen onafgewerkte muren):

Op het gelijkvloers bedraagt de doorgangsbreedte aan de traphal slechts 1,10 m (< 1,20 m).

  • artikel 18 Algemene bepalingen:

De toegangsdeuren van huisnummer 10 hebben een niveauverschil van 0,11 m tussen binnen en buiten (> 0,02 m).

  • artikel 20 Trappen:

De trap van de ontbijtruimte heeft een breedte van circa 0,83 m (< 1 m). De trap voorbij de liften en de trap aan de fietsenstalling hebben een breedte van circa 0,80 m (< 1 m) en hebben geen leuning.

Beide trappen aan de liften en de trap aan de fietsenstalling hebben geen tussenbordes na ten hoogste 17 treden.

  • artikel 22 Algemene bepalingen:

De deur van de fitness en minstens één deur naar de ontbijtruimte in de kelder dienen een breedte van 0,90 m te hebben.

  • artikel 24 Draairuimte:
    Aan de publiek toegankelijke zijde van elke deur dient een vrije en vlakke draairuimte van 1,50 m te worden voorzien. Voor kamers 103, 204, 304, 404, 504, 604 en 704 zijn deze niet voorzien.

 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 24 Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer:

De keuken en de ontbijtruimte op niveau -1 en het bureau aan de linnenkamer krijgen onvoldoende licht en lucht.

  • artikel 40 Privaat gescheiden rioolstelsel en afvoerleidingen en artikel 41 Kenmerken aansluiting van de leidingen met het openbaar rioolstelsel:

Het rioolstelsel werd niet opgetekend. Het stelsel dient te voldoen aan de bepalingen van dit artikel.

  • artikel 44 Vetafscheiders en olieafscheiders:
    Horeca-inrichtingen, bedrijven en instellingen waar voedsel wordt verwerkt zijn verplicht om hun afvalwater via vetafscheiders te lozen. Er is geen vetafscheider terug te vinden op de plannen.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het voorliggende project is geheel gelegen in een zone waarvoor stad Antwerpen aangewezen is als adviesinstantie.

Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd.

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd.

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
 

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging ten opzichte van de vergunde toestand. De functie van hotel met 99 kamers is functioneel inpasbaar in de straat en in de ruimere omgeving.

 

Het advies van de stedelijke dienst Visit is voorwaardelijk gunstig:

“Gezien de reeds afgeleverde vergunning in 2019 als logies. De uitbater is wel verplicht een Vlaamse uitbatingsvergunning aan te vragen.”

 

Het verkrijgen van een omgevingsvergunning ontlast een exploitant niet van de plicht om elke nieuwe logieseenheid te vergunnen of aan te melden volgens het Vlaamse logiesdecreet. Ook dient voldaan te worden aan de vereiste brandveiligheidsnormen waarnaar het betreffende decreet verwijst.

 

Het advies van de stedelijke dienst Business en Innovatie is voorwaardelijk gunstig:

“Het project maakt deel uit van de strategische Horecakern Centraal Station en ligt in Kernwinkelgebied Centrum Antwerpen zone A2. Deze zone omvat de uitlopers van het hoofdkernwinkelgebied A1-B1 van de stad Antwerpen. Gelijkvloers zijn bijna alle panden er commercieel ingevuld en in hoofdzaak is er handel geclusterd. Het is de ambitie dat die zones vooral inspelen op een mix van diverse aanbodsectoren enerzijds maar anderzijds ook dat er voldoende creatieve, vaak kleinere zelfstandige ondernemers en concepten, waar voornamelijk (grotere) ketenfilialen gevestigd zijn. Het maakt een bezoek aan de binnenstad van Antwerpen tot een unieke beleving. Het hotel bestaat uit een lobby, eetzaal, fitness en 99 kamers. Door de eetzaal/bar is er mogelijk ook nood aan een horecavergunning.”

 

Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid

De footprint, bouwhoogte, bouwdiepte en het programma blijven ongewijzigd. Er wordt met andere woorden blijvend aangesloten op de bouwhoogte van het bouwblok en er wordt nog steeds ontpit door 22% van de perceelsoppervlakte als buitenruimte te voorzien, waar dit perceel voorheen volledig dicht gebouwd was.

 

Met voorliggende aanvraag worden twee buitenruimten niet langer op het maaiveldniveau voorzien maar worden ze, net als de derde buitenruimte, uitgediept tot op het niveau van -1. Hierdoor genieten de bureau, fitness en personeelsruimte op de kelderverdieping van natuurlijke lichtinval en verluchting.

 

Op de zevende verdieping wordt achteraan een buitenruimte voor technieken voorzien, daar waar voorheen een hotelkamer was voorzien. De technieken worden akoestisch van het binnengebied afgeschermd. Het oorspronkelijke volume wijzigt echter niet.

 

Visueel-vormelijke elementen

De gevraagde wijzigingen ten opzichte van de laatste vergunde toestand omvatten onder meer aanpassingen aan de gevels. Het materiaalgebruik van de gevels blijft ongewijzigd.

 

Naar aanleiding van de interne gewijzigde indeling wordt voorgesteld om de posities en openingen van de ramen en deuren in de gevels te wijzigen. De voorgestelde aanpassingen hebben geen invloed op de privacy van aanpalende percelen en garanderen nog steeds voldoende daglichttoetreding in de achterliggende verblijfsruimten. 

 

Verder wordt de gevelpui gewijzigd voor wat de indeling en profilering betreft. De toegang tot het hotel wordt nu uitgevoerd door automatische schuifdeuren met sas. De grotere glaspartijen voorzien de ontbijtruimte en lobby van meer daglichttoetreding, hetgeen positief beoordeeld wordt.

 

Cultuurhistorische aspecten

De werken zijn gedeeltelijk gesitueerd in een pand opgenomen in de vastgestelde inventaris van onroerend erfgoed. In CHE-gebied en voor panden opgenomen in de inventaris wordt de wijziging van de bestaande toestand van elk gebouw en/of constructie onderworpen aan de wenselijkheid van behoud. Het behoud van de elementen met historische, stedenbouwkundige, architecturale, bouwhistorische en/of esthetische waarde primeert boven de andere voorschriften. Dit geldt zowel voor het exterieur, als het interieur.

 

De stedelijke dienst Monumentenzorg adviseert het volgende:

“Het pand in de Anneessensstraat 10 is vastgesteld als bouwkundig erfgoed van 14 september 2009 tot heden. Het werd opgericht als clubhuis Claridge, een luxueuze feestzaal in exclusieve art-deco. Het ontwerp werd getekend door architect Adolphe Van Coppernolle in 1930. Onderzoek wees uit dat het pand in de loop van de 20ste eeuw zeer grondig werd verbouwd. Enkel de beeldbepalende voorgevel bleef bewaard. Deze bestaat uit een natuurstenen parement met overkragende kroonlijst en een geaccentueerde middentravee. Op de gelijkvloerse verdieping is een centrale toegang met afgeschuinde hoeken waarin een prachtige beglaasde vleugeldeur met art-deco smeedwerk. Op de eerste verdieping worden de achterliggende ruimtes verlicht door een breed deurvenster, eveneens met afgeschuinde hoeken, geflankeerd door cannelures bekroond door gestileerde rozen. Ook dit deurvenster, met groot bovenlicht, is voorzien van zeer fijn smeedwerk in zuivere art-deco. Apart, waaiervormig balkon met lage ijzeren leuning, afgeronde balkonplatform met lage ijzeren leuning. Op de tweede verdieping wordt de gevel door vier smalle, verticale vensterregisters geopend, waar opnieuw het art-deco smeedwerk opvalt. Deze verdieping is geaccentueerd door hoeklisenen met gestileerd roosmotief. Het kleurrijke oorspronkelijke glas in lood is verdwenen.

 

Artikel 5 §1 van de stedelijke bouwcode onderwerpt de wijziging van de bestaande toestand van deze gebouwen aan de wenselijkheid van behoud. Met name het behoud van de elementen met cultuurhistorische waarde. Bij de aanvraag werd een nota toegevoegd. Deze nota laat ons conform artikel 5 §2 van de bouwcode toe om de impact van de geplande ingrepen op de erfgoedwaarde te kunnen beoordelen.

De straatgevel is beeldbepalend. Een object/complex is beeldbepalend wanneer voor het exterieur de stedenbouwkundige, architecturale of esthetische waarde hoog is. In 2018 werd een vergunning verleend voor de oprichting van een nieuwbouwcomplex met integraal behoud van de waardevolle art-deco gevel. Voorliggende aanvraag betreft een aantal aanpassingen aan de nieuwe delen van het complex.

De geplande ingrepen hebben geen impact op de historische straatgevel en kunnen dus gunstig geadviseerd worden door de stedelijke dienst Monumentenzorg.”

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Het totaal aantal hotelkamers blijft gelijk ten opzichte van de vergunde toestand. De indeling en de afmetingen van de kamers werden echter gewijzigd. Ook de interne circulatie werd aangepast. Deze aanpassingen hebben geen hinderlijke effecten op de verblijfskwaliteit van de hotelkamers. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen dienen te worden nageleefd.

 

Er wordt opgemerkt dat de ontbijtruimte en keuken in de kelder, net zoals in de vergunde toestand, niet voorzien zijn van rechtstreekse lichtinval en hierdoor strijdig zijn met de voorgeschreven minimale eisen inzake lichtinval en luchttoevoer. Zoals in de voorgaande aanvraag meegegeven, is een verblijfsruimte een ruimte waar men verschillende uren na elkaar doorbrengt en heeft daardoor inderdaad nood aan rechtstreekse licht- en luchtinval. Er wordt niet geacht dat zowel klanten of personeel meerdere uren per dag in deze ontbijtruimte zouden doorbrengen. Dit geldt ook voor de keuken, eveneens een verblijfsruimte, maar gezien het hier enkel gaat om het klaarmaken van het ontbijt, zoals de bouwheer bevestigd heeft, zal deze keuken enkel sporadisch gebruikt worden.

Om deze redenen is het ontbreken van rechtstreeks licht hier toegelaten.

Wat wel verbetert ten opzichte van de voorgaande vergunningsaanvraag is de bijkomende eetruimte op het gelijkvloers, die wel degelijk van veel daglichttoevoer voorzien is. Als voorwaarde bij vergunning wordt daarom opgelegd dat de ontbijtruimte op het niveau -1 slechts gebruikt mag worden als overflow van de eetruimte op het gelijkvloers.

 

Tevens wordt opgemerkt dat het bureau ter hoogte van de linnenkamer op niveau -1 niet voorzien is van rechtstreekse daglichttoetreding en luchttoevoer. Hiervoor kan een afwijking van de bouwcode worden toegestaan gezien het gebruik van deze ruimte niet als volwaardige verblijfsruimte kan beschouwd worden.

 

Verder wordt vastgesteld dat er verscheidene strijdigheden zijn met de voorschriften van de gewestelijke verordening inzake toegankelijkheid.

De inkomzone van nummer 10 heeft een opstap van meer dan 2 cm in strijd met artikel 18 van deze verordening. Gezien het hier om een gevel met erfgoedwaarde gaat, is het niet wenselijk om hier enige wijziging aan te brengen. In de naastgelegen nieuwe gevel wordt een secundaire ingang voorzien die wel voldoet qua toegankelijkheid. De overige strijdigheden met de verordening, waarvan niet kan worden afgeweken, worden als voorwaarde opgenomen in de vergunning.
 

Omwille van de veiligheid en bereikbaarheid van de hulpdiensten moet er voldoende indoor radiodekking zijn. Er is advies gevraagd aan ASTRID-veiligheidscommissie en zij leggen op dat er indoordekking aanwezig moet zijn gezien de mogelijke gelijktijdige publieke toegankelijkheid het criterium van 150 personen ruim overschrijdt. Dit advies zal bij deze vergunning opnieuw als voorwaarde opgenomen worden.

 

Aquafin heeft een hydraulisch en technisch advies uitgebracht, dat wordt gehecht aan deze vergunning. In de Anneessensstraat ligt een gemengde riolering die met de bovenkant ongeveer 2,4 meter onder het maaiveld zit. Er is in bestaande toestand voor dit project een huisaansluiting aanwezig en indien mogelijk dient deze hergebruikt te worden.

Met voorliggende aanvraag is het ontwerp aangepast ten opzichte van de laatst vergunde toestand. Er wordt een septische put voorzien van 92.600 liter, hetgeen conform de bouwcode is. Er wordt 436,5 m² groendak aangelegd en 50 m² gewoon dak. Er wordt ook meer open ruimte gecreëerd. Hiervoor wordt een gecombineerde hemelwater- en bufferput van 16.520 liter geplaatst met hergebruik voor de spoeling van de toiletten van de hotelkamers en eventueel onderhouden en bewateren van de groenaanleg. Hiermee kan akkoord gegaan worden. 

Er is een gemengde riolering in de straat. De DWA dient ter hoogte van de rooilijn samengenomen te worden met de RWA-overloop en zo via één huisaansluiting aan te sluiten op de gemengde leiding in de straat. De voorziene diameter van de DWA-aansluiting staat niet vermeld op de plannen. Deze huisaansluiting mag 125 mm tot maximaal 200 mm bedragen. 

De algemene voorwaarden in het advies van Aquafin, die reeds opgelegd waren bij de voorgaande vergunning, blijven geldig. 

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

“The Stage” betreft een hotel met 99 kamers. Deze zijn alle voorzien van een badkamer met douche en toilet, TV, wifi en airconditioning. Het hotel zal beschikken over een beperkte keuken (voorbereiden ontbijtbuffet en opwarmen van snacks) en eetruimte. De van toepassing zijnde ingedeelde inrichtingen of activiteiten (IIOA’s) omvatten het lozen van huishoudelijk afvalwater, een wasserij, koelinstallaties en de opslag van gevaarlijke producten in kleine verpakkingen. Al deze activiteiten zijn in de derde klasse ingedeeld.

Voor de verwarming zijn er twee gasketels met elk een vermogen van 100 kW. De noodgenerator heeft een vermogen van 40 kW. Door de lage vermogens zijn deze toestellen niet ingedeeld. Ook de transformator met een vermogen van 400 kVA is niet meer ingedeeld.

In de kelder is er een wasserijruimte voor de hotelgasten voorzien. Het afvalwater afkomstig van deze wasmachines wordt aanzien als bedrijfsafvalwater. Hiervoor wordt van ambtswege rubriek 3.4.1.a aan de vergunning toegevoegd waarbij het bedrijfsafvalwater kan geloosd worden aan een maximaal debiet van 2 m³/uur.

De hinder afkomstig van deze derde klasse inrichtingen wordt beperkt geacht.

De ingedeelde inrichtingen of activiteiten zijn louter en alleen in de derde klasse ingedeeld, de exploitatie ervan is dus meldingsplichtig.

Er wordt voldaan aan artikel 5.4.3 §3 van het DABM betreffende verbods- en afstandsregels.


De gemelde exploitatie is meldingsplichtig en niet verboden.


Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

2. De voorwaarden van het bijgevoegde advies van ASTRID-veiligheidscommissie zijn op te volgen.

3. De voorwaarden van het bijgevoegde advies van Aquafin zijn op te volgen.

4. Er moet worden voldaan aan volgende bepalingen van de gewestelijke verordening inzake toegankelijkheid:
  1. de deuropeningen naar de eetruimte zijn te voorzien van deurbladen van minstens 90 cm, conform artikel 22;
  2. de deuropening van de fitnessruimte is te voorzien van een deurblad van minstens 90 cm, conform artikel 22;
  3. de trap van de ontbijtruimte en de trap aan de fietsenstalling zijn te voorzien met een breedte van minimaal 1 m en uit te rusten met een leuning, conform artikel 20;
  4. de trappen aan de liften en de trap aan de fietsenstalling zijn te voorzien van een tussenbordes na ten hoogste 17 treden, conform artikel 20;
  5. de doorgangsbreedte aan de traphal op het gelijkvloers is met een minimale breedte van 1,20 m te voorzien, conform artikel 15;
  6. de vrije en vlakke draairuimte van 1,50 m moet worden voorzien voor kamers 103, 204, 304, 404, 504, 604 en 704, conform artikel 24.

5. De ontbijtruimte en keuken in de kelder zijn niet te gebruiken als verblijfsruimten, maar slechts voor sporadisch gebruik in functie van ontbijt, als overflow van de eetruimte op het gelijkvloers.
6. Er moet een vetafscheider voorzien worden conform artikel 44 van de bouwcode.

 

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Mits voldaan wordt aan de algemene en sectorale vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de Vlarem-wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt positief advies gegeven de vergunning te verlenen.

 

Geadviseerde rubriek(en)

 

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

3.2.2°a)

het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

5.475,00 m³/jaar

3.4.1°a)het zonder behandeling in een afvalwaterzuiveringsinstallatie, lozen van bedrijfsafvalwater (BA) dat al of niet één of meer van de gevaarlijke stoffen (GS), vermeld in bijlage 2C, bevat in concentraties die hoger zijn dan de indelingscriteria vermeld in de kolom "indelingscriterium GS" van artikel 3 van bijlage 2.3.1 (Vlarem II) met een debiet tot en met 2 m³/uur, als het BA geen hogere concentratie van GS dan de voormelde concentraties bevat; 2,00 m³/uur

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

147,00 kW

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

500,00 liter

46.1°b)

wasserij niet of niet geheel gelegen in industriegebied met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 tot en met 100 kW;

10,00 kW

 

Lasten

Artikel 75 van het Omgevingsvergunningendecreet bepaalt dat de vergunningverlener lasten bij vergunningen kan opleggen.

 

De last kan de vorm aannemen van een louter financiële last of een realisatie in natura door de ontwikkelaar. In elk geval kan ingespeeld worden op maatschappelijke noden en behoeften op buurt- en wijkniveau. Het is aan de vergunningverlenende overheid om te bepalen of een louter financiële last aan de ontwikkelaar wordt opgelegd of een realisatie in natura door de ontwikkelaar wordt geëist. De inkomsten voor de stad van lasten moeten vanuit de regelgeving een expliciete bestemming krijgen met een link in de nabijheid van het project. Bij beslissing van de lasten moet dit meteen vastgelegd worden. Het kaderbesluit van 9 maart 2018 (jaarnummer 2203) legde de principes voor de lasten vast.

 

De voorliggende aanvraag valt onder het toepassingsgebied van het kaderbesluit ‘Stedenbouwkundige lasten’ goedgekeurd door het college op 9 maart 2018 (jaarnummer 2018_CBS_02203).

 

Op 27 juli 2018 (jaarnummer 7010) keurde het college de overeenkomst met de betrokken bouwpromotor, MBS NV omtrent de stedenbouwkundige ontwikkelingskosten met betrekking tot de ontwikkeling van projectgebied Anneessensstraat 8-12, district Antwerpen (2018138), district Antwerpen, goed.

 

Huidige aanvraag omvat aanpassingen binnen de dagvlakken van het vergunde volume, waarbij de vorm en de bestemming van het reeds vergunde gebouw hetzelfde blijft. Slechts enkele interne wijzigingen en verschuivingen van raamopeningen in het gevelvlak worden doorgevoerd ten opzichte van de vergunde toestand.

Over het geheel gezien kan geoordeeld worden dat de wijzigingen van voorliggende aanvraag ten opzichte van de verkregen stedenbouwkundige vergunning (OMV_2018003966) beperkt zijn, waardoor er geen bijkomende taken voor de overheid gecreëerd worden.

 

Besloten kan worden dat aan de SOK plicht is voldaan binnen de afspraken gemaakt en vastgelegd in bovenvermelde overeenkomst bij de initiële vergunning.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

10 mei 2023

Volledig en ontvankelijk

15 september 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

14 november 2023

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

12 februari 2024

Verslag GOA

2 november 2023

Naam GOA

Katrine Leemans en Bieke Geypens

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

1

0

0

0

 

Bespreking van de bezwaren

Er werd één bezwaarschrift ingediend, dat ontvankelijk is, voornamelijk handelend over:

  1. Mogelijke geluidshinder: de bezwaarindiener heeft vrees voor geluidsoverlast omwille van de geplande technische installaties op de zevende verdieping. Deze bevinden zich niet langer binnen het bouwvolume maar worden op een buitenruimte voorzien.

Beoordeling:

De technische installaties worden afgeschermd met akoestische schermen. De exploitant dient te allen tijde te voldoen aan de milieukwaliteitsnormen opgenomen in Vlarem II. Indien de akoestische schermen hiervoor niet zouden volstaan, is de exploitant verplicht om bijkomende maatregelen te nemen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij:

 

-          de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;

-          het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

 

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

De algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

2. De voorwaarden van het bijgevoegde advies van ASTRID-veiligheidscommissie zijn op te volgen.

3. De voorwaarden van het bijgevoegde advies van Aquafin zijn op te volgen.

4. Er moet worden voldaan aan volgende bepalingen van de gewestelijke verordening inzake toegankelijkheid:
  1. de deuropeningen naar de eetruimte zijn te voorzien van deurbladen van minstens 90 cm, conform artikel 22;
  2. de deuropening van de fitnessruimte is te voorzien van een deurblad van minstens 90 cm, conform artikel 22;
  3. de trap van de ontbijtruimte en de trap aan de fietsenstalling zijn te voorzien met een breedte van minimaal 1 m en uit te rusten met een leuning, conform artikel 20;
  4. de trappen aan de liften en de trap aan de fietsenstalling zijn te voorzien van een tussenbordes na ten hoogste 17 treden, conform artikel 20;
  5. de doorgangsbreedte aan de traphal op het gelijkvloers is met een minimale breedte van 1,20 m te voorzien, conform artikel 15;
  6. de vrije en vlakke draairuimte van 1,50 m moet worden voorzien voor kamers 103, 204, 304, 404, 504, 604 en 704, conform artikel 24.

5. De ontbijtruimte en keuken in de kelder zijn niet te gebruiken als verblijfsruimten, maar slechts voor sporadisch gebruik in functie van ontbijt, als overflow van de eetruimte op het gelijkvloers.
6. Er moet een vetafscheider voorzien worden conform artikel 44 van de bouwcode.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

 

De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):

 

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

3.2.2°a)

het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

5.475,00 m³/jaar

3.4.1°a)het zonder behandeling in een afvalwaterzuiveringsinstallatie, lozen van bedrijfsafvalwater (BA) dat al of niet één of meer van de gevaarlijke stoffen (GS), vermeld in bijlage 2C, bevat in concentraties die hoger zijn dan de indelingscriteria vermeld in de kolom "indelingscriterium GS" van artikel 3 van bijlage 2.3.1 (Vlarem II) met een debiet tot en met 2 m³/uur, als het BA geen hogere concentratie van GS dan de voormelde concentraties bevat;
2,00 m³/uur

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

147,00 kW

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

500,00 liter

46.1°b)

wasserij niet of niet geheel gelegen in industriegebied met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 tot en met 100 kW;

10,00 kW

 

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.