Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2023048525 |
Gegevens van de aanvrager: | NV Immocel met als adres Scherpenberg 10 te 2390 Malle |
Ligging van het project: | Wilrijkstraat 26 te 2140 Borgerhout (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | afdeling 24 sectie A nr. 320N15 |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | wijzigen van de kantoorfunctie op de eerste en tweede verdieping naar meergezinswoning met 6 woongelegenheden |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 24/11/2006: vergunning (3224#258 en 3224#93) voor binnenverbouwing bestaande winkelruimte;
- 12/03/1992: vergunning (179#11093 en 179#9718) voor kantoorgebouw, winkel en parking.
Vergunde toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Bestaande toestand
- in overeenstemming met de vergunde toestand, uitgezonderd van de indeling van sommige schrijnwerken van de voorgevel en de publiciteit tegen de voor- en zijgevel.
Nieuwe toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Inhoud van de aanvraag
- wijzigen van de kantoorfunctie naar wonen binnen het bestaande volume;
- realiseren van een dakterras achteraan op de eerste verdieping;
- plaatsen van een balkon op de tweede verdieping aan de achtergevel;
- voorzien van terrassen op de eerste en tweede verdieping langs de straat;
- wijzigen van de voorgevel;
- plaatsen van zaak-gebonden reclame tegen de voorgevel;
- doorvoeren van interne constructieve werken.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Fluvius/ Fluvius | 20 juni 2023 | 10 juli 2023 | Voorwaardelijk gunstig |
Brandweer Zone Antwerpen | 20 juni 2023 | 28 juli 2023 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie | 20 juni 2023 | 4 juli 2023 |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering | 20 juni 2023 | 21 juni 2023 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 20 juni 2023 | 13 juli 2023 |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Milieu | 20 juni 2023 | 3 juli 2023 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend punt:
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd.
Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd.
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Op de eerste en tweede verdieping worden kantoren omgevormd tot appartementen.
De gewenste functiewijziging is in overeenstemming met de bestemmingsvoorschriften van het perceel en de woonfuncties op de omliggende percelen. De omvorming kan gunstig beoordeeld worden.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De aanvraag voorziet 4 ruime appartementen met een kleine buitenruimte aan de straatzijde en een grotere buitenruimte achteraan. Verder worden er nog 2 appartementen met één slaapkamer voorzien en een voldoende grote buitenruimte aan de straatzijde.
Om hinderaspecten aanvaardbaar te houden en tegelijk de woonkwaliteit te garanderen, is het noodzakelijk om de juiste verhoudingen te zoeken tussen verschillende woningtypes. Het voorliggende project met 2 kleinere appartementen en 4 grote appartementen is een aanvaardbare mix.
Om het wooncomfort van een woning te bewaken is het belangrijk dat het aantal slaapkamers in verhouding staat met het aantal beschikbare vierkante meters leefruimte per bewoner. Dit is het geval in het voorliggend project, waardoor de woongelegenheden voldoende wooncomfort bieden.
Er wordt geoordeeld dat de draagkracht van het perceel, noch de omgeving wordt overschreden.
Visueel-vormelijke elementen
De positie van het schrijnwerk ter hoogte van de eerste en tweede verdieping wordt gewijzigd. Enerzijds om buitenruimtes aan de straatzijde te voorzien, anderzijds omwille van het inpandig isoleren van de voorgevel. Over de volledige breedte van de gevelopeningen op de verdiepingen worden groene stalen balustrades toegevoegd, rondom de gevelopeningen wordt er een kader in pleisterwerk voorzien. Deze bijkomende elementen zorgen voor voldoende detaillering van de gevel en hebben geen negatief effect op het gevelbeeld. De kader in pleisterwerk wordt op het gelijkvloers ook toegepast bij de gevelopeningen die toebehoren tot de woonfunctie in het pand. Boven het centrale uitstalraam is er publiciteit voorzien met een beperkte oppervlakte. De aanpassingen tegenover de vergunde toestand zijn aanvaardbaar.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Het gelijkvloers van het pand maakt geen deel uit van de aanvraag. Toch wordt opgemerkt dat de geplande wijzigingen wel een invloed hebben op dit gelijkvloers. In de vergunde toestand is er een lichtstraat aanwezig die voor daglicht zorgt op het gelijkvloers, ter hoogte van twee kantoorruimtes voor verkopers. Door het inrichten van dakterras voor twee appartementen op de eerste verdieping verdwijnt deze lichtstraat.
Het voorziene dakterras (welke niet kenmerkend is) hypothekeert ook de mogelijke ontpitting van het perceel (waarbij het gelijkvloers licht en lucht kan ontvangen door een verticaal vlak) en hypothekeert het dus ook de omvorming van de scheimuren naar tuinmuren (met een tuinmuurhoogte) bij een ontpitting op de aanpalende percelen.
Gelet hierop zal worden opgelegd het dakterras te voorzien op een oppervlakte zoals het balkon op de 2de verdieping en de overige dakoppervlakte te voorzien als groendak.
De stedelijke dienst Milieuvergunningen geeft een gunstig advies indien rekening gehouden wordt met het volgende: ‘in het dossier valt te lezen dat de appartementen verwarmd zullen worden door middel van warmtepompen. Het fysisch behandelen van gassen (bv. warmtepompen) is indelingsplichtig vanaf 5 kW. In dat geval dient een Omgevingsvergunning voor ingedeelde inrichtingen bekomen te worden alvorens geëxploiteerd wordt.’
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 7 parkeerplaatsen.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de functiewijziging van kantoor naar 6 woongelegenheden. 2 appartementen < 60 m² met parkeernorm 1.05 : 2 x 1.05 = 2,1 4 appartementen > 90 m² met parkeernorm 1.35 : 4 x 1.35 = 5,4 De werkelijke parkeerbehoefte is 7.
|
De plannen voorzien in 7 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
In de vergunde toestand zijn er 10 parkeerplaatsen (waarvan 2 niet voldoen aan de bouwcode). In de nieuwe toestand zijn er nog maar 9 parkeerplaatsen, 2 van deze plaatsen voldoen niet aan de bouwcode (deze zijn minder dan 5 m diep, nr 1 en 2). Er blijven dus 7 nuttige parkeerplaatsen over. Gezien de functiewijziging van kantoor naar wooneenheden zijn de bestaande plaatsen nuttige parkeerplaatsen voor de wooneenheden.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 7.
Dit aantal is toereikend.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 0 plaatsen.
|
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
2. Het advies van Fluvius strikt na te leven.
3. Een afgewerkte vrije en vlakke wand- en vloerbreedte te voorzien conform de bepalingen van artikel 25 van de verordening toegankelijkheid bij de toegangsdeuren naar de appartementen 1.1 en 2.1.
4. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
5. Het dakterras op de eerste verdieping te voorzien op een oppervlakte zoals het balkon op de 2de verdieping en de overige dakoppervlakte te voorzien als groendak.
6. De toegangsdeuren van de appartementen 1.1 en 2.1 en de deur naar het gemeenschappelijk afvallokaal te voorzien conform de bepalingen van artikel 24 van de verordening toegankelijkheid.
7. Het volume van de septische put te voorzien conform de bepalingen van artikel 43 van de bouwcode.
8. Alle verblijfsruimtes op het gelijkvloers, zoals kantoorruimtes, te voorzien van natuurlijk licht.
9. 3 bijkomende fietsstalplaatsen voorzien conform de bepalingen van artikel 29 van de bouwcode.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 17 april 2023 |
Volledig en ontvankelijk | 20 juni 2023 |
Start 1e openbaar onderzoek | 29 juni 2023 |
Einde 1e openbaar onderzoek | 28 juli 2023 |
Beslissing toepassing administratieve lus | 16 augustus 2023 |
Start laatste openbaar onderzoek | 28 augustus 2023 |
Einde laatste openbaar onderzoek | 26 september 2023 |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit | 2 december 2023 |
Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit | 1 maart 2024 |
Verslag GOA | 7 november 2023 |
Naam GOA | Wim Van Roosendael |
Administratieve lus
Op de aanvraag werd een administratieve lus toegepast, omwille van de volgende reden(en):
De affiche werd niet aangeplakt uiterlijk op de dag voor de begindatum van het openbaar onderzoek en tot en met de laatste dag daarvan conform de bepalingen van artikel 20 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
De stappen in de procedure die verkeerd gelopen zijn werden opnieuw uitgevoerd om te voorkomen dat de eindbeslissing over de aanvraag vernietigd wordt omwille van de vastgestelde procedurefout(en).
De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
29 juni 2023 | 28 juli 2023 | 0 | 0 | 0 | 0 |
28 augustus 2023 | 26 september 2023 | 0 | 0 | 0 | 1 |
Bespreking van de bezwaren
Bezwaren uit vorige openbare onderzoeken over de aanvraag, die nog relevant zijn, worden hier ook besproken.
Bereikbaarheid private parkeerplaats tijdens uitvoering werken: de bezwaarindiener geeft aan dat zijn private parkeerplaats grenst aan het pand van voorliggende aanvraag. Hij wenst deze te kunnen blijven gebruiken of een alternatieve plaats te krijgen tijdens de werken.
Beoordeling: Er is geen aanleiding om te veronderstellen dat de uitvoering van de aangevraagde werken de bereikbaarheid van de parkeerplaats op een onaanvaardbare manier zullen verhinderen. Het bezwaar is ongegrond.
Het college sluit zich integraal aan bij:
- de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;
- het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
2. Het advies van Fluvius strikt na te leven.
3. Een afgewerkte vrije en vlakke wand- en vloerbreedte te voorzien conform de bepalingen van artikel 25 van de verordening toegankelijkheid bij de toegangsdeuren naar de appartementen 1.1 en 2.1.
4. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
5. Het dakterras op de eerste verdieping te voorzien op een oppervlakte zoals het balkon op de 2de verdieping en de overige dakoppervlakte te voorzien als groendak.
6. De toegangsdeuren van de appartementen 1.1 en 2.1 en de deur naar het gemeenschappelijk afvallokaal te voorzien conform de bepalingen van artikel 24 van de verordening toegankelijkheid.
7. Het volume van de septische put te voorzien conform de bepalingen van artikel 43 van de bouwcode.
8. Alle verblijfsruimtes op het gelijkvloers, zoals kantoorruimtes, te voorzien van natuurlijk licht.
9. 3 bijkomende fietsstalplaatsen voorzien conform de bepalingen van artikel 29 van de bouwcode.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.