Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2023099967 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer Adam Verheyen met als contactadres Cogels-Osylei 63 te 2600 Antwerpen |
Ligging van het project: | Van Beethovenstraat 5 te 2018 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 6 sectie F nr. 1347W7 |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | Het wijzigen van de voorgevel en dakconstructie |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 21/01/2022: opname in het vergunningenregister (2021160) van de constructie Van Beethovenstraat 5 inclusief de functie van wonen en drie woonentiteiten (met uitsluitingen);
- 22/09/1950: vergunning (18/27291-80953) voor het maken van een Franse verdieping en het plaatsen van een schuthekken;
- 29/03/2019: vaststelling (ID: 113644) van Smyrnaplaats als bouwkundig geheel – herinventarisatie: https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/113644.
Vergunde/vergund geachte toestand
- meergezinswoning bestaande uit 3 wooneenheden;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Huidige toestand
- meergezinswoning bestaande uit 4 wooneenheden (studio’s);
- bouwvolume conform de vergunde toestand met uitzondering van:
- gevelafwerking conform vergunde toestand met uitzondering van:
Nieuwe toestand
- meergezinswoning bestaande uit 3 wooneenheden (studio’s);
- bouwvolume conform vergunde toestand met uitzondering van:
- gevelafwerking conform bestaande toestand met uitzondering van de ramen van de kelder.
Inhoud van de aanvraag
- slopen van een deel van de vloer (gelijkvloers), enkele bestaande wanden, de dakconstructie en de schouw achteraan;
- uitbreiden van het volume:
- wijzigen van de voorgevel;
- wijzigen van de scheimuren;
- doorvoeren van interne constructieve werken.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
AQUAFIN | 9 oktober 2023 | 26 oktober 2023 | Voorwaardelijk gunstig |
Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen | 9 oktober 2023 | 30 oktober 2023 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering | 9 oktober 2023 | 10 oktober 2023 |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg | 9 oktober 2023 | 2 november 2023 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater).
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
Echter wordt er een hemelwaterput van 10.000 l voorzien (cfr. Addendum 25a bij OG onder bijlagen – dossierstukken).
Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
Sectorale regelgeving
- MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het project is gelegen in een zone met een pluviale overstromingskans van 1 keer op 1000 jaar onder toekomstig (2050) klimaat.
Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd.
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO)) Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De bestaande en vergunde woonfunctie in de vorm van een meergezinswoning blijft behouden waardoor de functionele inpasbaarheid gegarandeerd blijft.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Het perceel is in de vergunde, bestaande en nieuwe toestand volledig bebouwd. De scheimuren met de naastgelegen buren hebben zowel aan beide zijkanten als achteraan een hoogte van 4 bouwlagen. Daarom kunnen enkel in de voorgevel en het dak openingen gemaakt worden voor licht en lucht.
De meergezinswoning bevat in de vergunde toestand 3 studio’s, studio 1 op de kelderverdieping en het gelijkvloers, studio 2 op de 1e verdieping en studio 3 op de 2e verdieping. Voorliggende aanvraag omvat enkele interne werken om de woonkwaliteit van studio 1 en 2 te verhogen en een uitbreiding van studio 3 op de dakverdieping. Hierbij wordt de schouw in de achterkamer afgebroken en de dakvorm aangepast.
Op het gelijkvloers wordt een deel van de vloer afgebroken. Studio 1 krijgt een interne trap en boven de rest van de kelderruimten wordt de vloer opgehoogd, zodat de minimum vrije hoogte van 2,20 m in de kelder gehaald kan worden. De verblijfsruimten van deze studio bevinden zich op het gelijkvloers, waar voldoende vrije hoogte en lichttoetreding is.
Op de 1e verdieping wordt in studio 2 de tussenwand tussen de slaapkamer en de eetkamer afgebroken. Deze ingreep maakt de woning makkelijker in te richten als studio en zorgt voor meer lichttoetreding in de achterste ruimte.
Op de 2e verdieping wordt de bestaande kamerstructuur volledig opengewerkt voor de leefruimte van studio 3. Aan de zijkant van deze leefruimte wordt een interne trap geplaatst naar de dakverdieping, waar het nachtgedeelte van deze studio georganiseerd wordt. Het bestaande dak wordt afgebroken en vervangen door een hellend dak met een hogere nok en achteraan een licht hellend dakvlak om voldoende vrije hoogte te creëren. De bestaande aanbouw van 3 bouwlagen, waarin de keukens gelegen zijn, wordt met een laag met plat dak opgehoogd om de badkamer van studio 3 in onder te brengen.
De aangevraagde wijzigingen verhogen de woonkwaliteit in de studio’s, wat gunstig geadviseerd wordt. De aanvraag voldoet aan de goede ruimtelijke ordening op vlak van schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid.
Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten
Aangezien de aanvraag betrekking heeft op een pand opgenomen in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed, werd advies opgevraagd bij de stedelijke dienst Monumentenzorg. Het advies laat zich als volgt samenvatten:
“[…] Het pand is een burgerhuis van drie traveeën en drie bouwlagen onder zadeldak. Zelfde gevelopstand met schijnvoegen op de begane grond, en een balkon met consoles en ijzeren borstwering in de middentravee van de eerste verdieping. Tussen 2009 en 2013 werd het buitenschrijnwerk van de voorgevel vervangen door pvc schrijnwerk in grijze kleur. De overige gevel werd herschilderd in een witte tint, de plint in blauwe steen werd vrijgelegd. Ook wordt opgemerkt dat de kroonlijst bekleed werd met pvc planchetten en er een brede dakkapel werd geplaatst in het voorste dakvlak. Het pand kent een klassieke opbouw: een zijdelings gelegen gang met daarnaast achter elkaar gelegen kamers. De traphal bevindt zicht achteraan op het perceel in de hoek. De kamerstructuur en traphal zijn nog aanwezig, op bepaalde plaatsen werd het stucwerkplafond behouden, net als de schouwen. Het pand heeft een sobere interieurafwerking.
In het pand worden 3 woongelegenheden voorzien. Vanuit erfgoedoogpunt is er geen bezwaar tegen een woonfunctie, wij doen geen uitspraak over het aantal woongelegenheden dat voorzien wordt tenzij dit een impact heeft op de erfgoedwaarde, wat hier niet het geval is.
Gelet op de sobere afwerking van het interieur wordt enkel ingezet op behoud van de kamerstructuur en op het gevelbeeld. De kamerstructuur blijft in het voorstel behouden.
Het dak wordt aangepast, het voorgestelde volume doet geen afbreuk aan de erfgoedwaarde van het pand.
Vanuit erfgoedoogpunt is het behoud van pvc schrijnwerk in een inventarispand niet aanvaardbaar, gelet op het feit dat de erfgoedwaarde van een pand mee bepaald wordt door het oorspronkelijke schrijnwerk.
Ook het behoud van de kroonlijst afgewerkt in pvc tast de erfgoedwaarde aan.
We gaan uit van correct geprofileerd houten schrijnwerk voor zowel het schrijnwerk als de kroonlijst.
Het schrijnwerk in de voorgevel en de afwerking van de kroonlijst moeten dan ook uitgesloten worden uit de vergunning.
Gelet op het voorgaande wordt een voorwaardelijk gunstig advies verleend.”
Dit advies wordt vanuit stedenbouwkundig oogpunt bijgetreden en de geformuleerde voorwaarden worden als voorwaarde voor vergunning opgelegd.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De rioleringsplannen werden dermate summier opgetekend dat niet te beoordelen is of de aansluiting van de leidingen met het openbaar rioolstelsel voldoet aan artikel 41 van de bouwcode. Het voldoen aan de bepalingen van dit artikel wordt als voorwaarde voor vergunning opgelegd.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
3. De voorwaarden uit het hydraulisch advies van Aquafin zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
4. Het PVC buitenschrijnwerk in de voorgevel wordt uitgesloten van de vergunning.
5. De PVC kroonlijst aan de voorgevel wordt uitgesloten van de vergunning.
6. De aansluiting van de leidingen met het openbaar rioolstelsel te voorzien conform artikel 41 van de bouwcode.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 24 juli 2023 |
Volledig en ontvankelijk | 9 oktober 2023 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit | 8 december 2023 |
Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit | 7 maart 2024 |
Verslag GOA | 16 november 2023 |
Naam GOA | Katrijn Apostel |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften | Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften | Petitielijsten | Digitale bezwaarschriften |
0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
3. De voorwaarden uit het hydraulisch advies van Aquafin zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
4. Het PVC buitenschrijnwerk in de voorgevel wordt uitgesloten van de vergunning.
5. De PVC kroonlijst aan de voorgevel wordt uitgesloten van de vergunning.
6. De aansluiting van de leidingen met het openbaar rioolstelsel te voorzien conform artikel 41 van de bouwcode.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.