Terug
Gepubliceerd op 04/12/2023

2023_CBS_08447 - Omgevingsvergunning - OMV_2023129256. Schoonbroek 22. District Ekeren - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 01/12/2023 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_08447 - Omgevingsvergunning - OMV_2023129256. Schoonbroek 22. District Ekeren - Goedkeuring 2023_CBS_08447 - Omgevingsvergunning - OMV_2023129256. Schoonbroek 22. District Ekeren - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023129256

Gegevens van de aanvrager:

BVBA AQUA CLEANING SERVICES met als contactadres Scham 31 te 2910 Essen

Ligging van het project:

Schoonbroek 22 te 2180 Ekeren (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 35 sectie F nr. 784C3

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen en regulariseren van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          10/05/1967: vergunning (803#6963) voor het vervangen van een houten bergplaats in steen;

-          27/04/1937: toelating (802#4067) voor het maken van een raam op de mansarde;

-          04/01/1936: vergunning (802#3841) voor het bouwen van een stal.

 

Geacht vergunde toestand

-          functie:

  • agrarische woning met stal (landbouw);

-          bouwvolume:

  • hoofdbouw van 1 bouwlaag onder zadeldak in halfopen bebouwing;
  • achterbouw van 1 bouwlaag onder een plat dak op de linker perceelsgrens tot een bouwdiepte van 18,35 m;
  • bijgebouw met bergplaatsen/stallingen van 1 bouwlaag onder plat dak op de linker perceelsgrens tot een bouwdiepte van 31,50 m;

-          inrichting:

  • voortuin.

 

Bestaande toestand

-          functie:

  • eengezinswoning (wonen);

-          bouwvolume:

  • hoofdbouw van 1 bouwlaag onder een zadeldak in halfopen bebouwing;
  • achterbouw van 1 bouwlaag onder een plat dak op de linker perceelsgrens tot een bouwdiepte van 26,52 m;

-          gevelafwerking:

  • voorgevel in rood genuanceerde gevelsteen;
  • buitenschrijnwerk in witte pvc;
  • kroonlijst in antracietkleurige pvc;

-          inrichting:

  • toegangsdeur in de rechter zijgevel;
  • voortuin met groene zone aan de linker zijde en toegangspad naar de voordeur aan de rechter zijde.

 

Nieuwe toestand

-          functie: 

  • eengezinswoning (wonen);

-          bouwvolume:

  • hoofdbouw van 1 bouwlaag onder een zadeldak in halfopen bebouwing;
  • achterbouw van 1 bouwlaag onder een plat dak op de linker perceelsgrens tot een bouwdiepte van 26,86  m op het gelijkvloers op de linker perceelsgrens;

-          gevelafwerking:

  • geïsoleerde voorgevel afgewerkt met wit gevelpleisterwerk;
  • buitenschrijnwerk in witte pvc;
  • kroonlijst in antracietkleurige pvc;

-          inrichting:

  • toegangsdeur in de rechter zijgevel;
  • voortuin met groene zone aan de linker zijde en toegangspad naar de voordeur aan de rechter zijde.

 

Inhoud van de aanvraag

-          omvormen van een agrarische woning tot eengezinswoning;

-          slopen van het bijgebouw;

-          uitbreiden van de achterbouw;

-          isoleren van de voor-, zij- en achtergevel;

-          wijzigen van de voorgevel; 

-          wijzigen van de scheimuur op de linker perceelsgrens.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied dat op de kaart welke de bestemmingsgebieden omschrijven bruinomrand en met het Romeinse cijfer III overdrukt is.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag voldoet aan de bepalingen van de verordening hemelwater

 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • artikel 6 Harmonie en draagkracht en artikel 10 Inplanting, bouwhoogte en bouwdiepte:

de bouwdiepte van de achterbouw is niet in harmonie met de kenmerkende bouwdiepte in de omgeving;

  • artikel 21 Minimale hoogte van ruimten:

de hoogte in de keuken is beperkt tot slechts 2,45 m, dit is minder dan de minimaal vereiste 2,60 m voor verblijfsruimten;

  • artikel 24 Minimale lichtinval en minimale lichttoevoer:

het dakvlakraam in het hellende dakvlak aan de voorzijde heeft een oppervlakte van minder dan 10% van de oppervlakte van de achterliggende slaapkamer op de eerste verdieping. Bovendien bevindt het dakvlakvenster zich niet volledig binnen de zone van 1 tot 2 m boven het loopvlak van de ruimte;

  • artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren:

de scheimuur met de linker aanpalende is ter hoogte van het nieuwe deel van de achterbouw niet voorzien van een opstand van minstens 0,30 m ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak;

  • artikel 38 Groendaken:

het nieuwe deel van de achterbouw heeft een dak met een oppervlakte van meer dan 20 m2 en een helling van minder dan 15° waardoor het verplicht is dit dak aan te leggen als groendak;

  • artikel 41 Kenmerken aansluiting van de leidingen met het openbaar rioolstelsel:

de DWA is niet voorzien van een toezichtsput die zich op het private perceel zo dicht mogelijk bij de rooilijn bevindt.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).

Het project is gelegen in een zone met een kleine pluviale overstromingskans (T1000) onder toekomstig (2050) klimaat (score B).

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

 

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

De vrije hoogte in de keuken bedraagt slechts 2,45 m. In artikel 21 van de bouwcode wordt vermeld dat de minimale hoogte van een verblijfsruimte 2,60 m moet zijn. Bij een nieuwbouw kan hier niet van worden afgeweken omdat het de verblijfskwaliteit waarborgt. In dit geval betreft het een deel van de bestaande bebouwing, waardoor een afwijking toegestaan kan worden.

 

Functionele inpasbaarheid

Uit de aangeleverde informatie blijkt dat er, voor wat betreft de effectieve woonfunctie, vergunningen beschikbaar zijn tot een diepte van 18,35 à 19,50 m. De resterende constructiedelen werden vergund als bergplaatsen/stallingen, een functie die in bestaande toestand achterhaald is omdat ze volledig als een eengezinswoning wordt gebruikt.

De functie wonen is in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de straat.

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

In voorliggende aanvraag werd het laatste deel van de achterbouw, met een bouwdiepte van 9,19 m, herbouwd in snelbouwsteen. Omdat het nieuwbouw betreft kan het niet beschouwd worden als de laatst vergunde toestand.

Er wordt uitgebreid tot een bouwdiepte van 26,86 m. Principieel wordt voor een woonbestemming op de gelijkvloerse verdieping in woongebied een maximale diepte van 17 m opgelegd. Een ruimere maatvoering kan eventueel worden toegelaten als er sprake is van andere functies dan wonen.  Aangezien deze aanvraag handelt over de uitbreiding van een eengezinswoning is er geen enkel ruimtelijk argument om van betreffende richtlijn af te wijken en voor de voorgestelde planvorm een gunstig advies te verlenen. De al vergunde bouwmaat van 18,35 m is het maximum dat voor dit perceel kan gehanteerd worden omdat deze maat overeenstemt met die van de aanpalende bebouwingen.

Het ruimtegebruik van deze aanvraag wordt ongunstig beoordeeld waardoor de nieuwbouw uitbreiding voorbij 18,35 m wordt uitgesloten uit deze vergunning.

 

Visueel-vormelijke elementen

In de voorgevel werd de voordeur gesupprimeerd, de toegang tot het gebouw wordt voorzien langs de zij-ingang. In deze omgeving, waar zich zowel gesloten als half open bebouwing bevindt, is het niet vreemd dat de voordeur zich in de zijgevel bevindt.

De gevels van het hoofdgebouw worden geïsoleerd en afgewerkt in witte bepleistering met buitenschrijnwerk in witte pvc.

In de onmiddellijke omgeving komen meerder panden voor met een pleisterafwerking op de gevel. Vanuit duurzaamheid is het aangewezen een plint te voorzien in blauwe hardsteen in plaats van in bepleistering. Dit zal als voorwaarde bij de vergunning opgenomen worden.

Ook de achterbouw wordt geïsoleerd. De voorgestelde gevelafwerking, natuurlijk afgewerkt hout met buitenschrijnwerk in witte pvc, past zich in in de omgeving. De gelijkvloerse uitbouwen kennen namelijk een grote verscheidenheid wat het materiaalgebruik betreft.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De achteraan gelegen slaapkamer op de eerste verdieping krijgt onvoldoende licht volgens artikel 24 van de bouwcode. Omdat dit de verblijfskwaliteit vermindert zal het aanpassen van deze glasoppervlaktes worden opgelegd als voorwaarde voor vergunning.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Er moet voldaan worden aan artikel 24 van de bouwcode over minimale lichtinval en minimale luchttoevoer voor de slaapkamer op de eerste verdieping.
2. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, moet voorzien worden van een dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of die voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).
3. Er moet voldaan worden aan artikel 41 van de bouwcode.
4. Voorwaarden gevelisolatie:
    a. De arrière-corps is te behouden. De arrière-corps moet vrij blijven van materiaal en isolatie;
    b. de bestaande elementen in natuursteen zijn te behouden of te vervangen door nieuwe elementen in natuursteen die evenveel uitsteken na het uitvoeren van de werken dan in de     oorspronkelijke situatie;
    c. onderaan de gevel is een plint te voorzien van minimaal 60cm hoogte om op een duurzame, stootvaste manier aan te sluiten op het openbaar domein. De plint steekt voorbij het gevelvlak; 
    d. de uitstekende delen van de gevel (plint, raamdorpels, kroonlijst, …) zijn te behouden door deze te verplaatsen of te vervangen door een nieuw element met dezelfde hoogte en uitsteek ten opzichte van het gevelvlak zoals in de bestaande toestand; 
    e. de hoekprofielen die inherent zijn aan het gevelpleisterwerk, zijn onzichtbaar uit te voeren.
5. De gelijkvloerse uitbreiding voorbij 18,35 m achter de voorgevel bouwlijn wordt uitgesloten uit deze vergunning.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

29 september 2023

Volledig en ontvankelijk

13 oktober 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

13 oktober 2023

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

11 januari 2024

Verslag GOA

21 november 2023

Naam GOA

Gerd Cryns

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Er moet voldaan worden aan artikel 24 van de bouwcode over minimale lichtinval en minimale luchttoevoer voor de slaapkamer op de eerste verdieping.
2. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, moet voorzien worden van een dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of die voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).
3. Er moet voldaan worden aan artikel 41 van de bouwcode.
4. Voorwaarden gevelisolatie:
    a. De arrière-corps is te behouden. De arrière-corps moet vrij blijven van materiaal en isolatie;
    b. de bestaande elementen in natuursteen zijn te behouden of te vervangen door nieuwe elementen in natuursteen die evenveel uitsteken na het uitvoeren van de werken dan in de oorspronkelijke situatie;
    c. onderaan de gevel is een plint te voorzien van minimaal 60cm hoogte om op een duurzame, stootvaste manier aan te sluiten op het openbaar domein. De plint steekt voorbij het gevelvlak;
    d. de uitstekende delen van de gevel (plint, raamdorpels, kroonlijst, …) zijn te behouden door deze te verplaatsen of te vervangen door een nieuw element met dezelfde hoogte en uitsteek ten opzichte van het gevelvlak zoals in de bestaande toestand;
    e. de hoekprofielen die inherent zijn aan het gevelpleisterwerk, zijn onzichtbaar uit te voeren.
5. De gelijkvloerse uitbreiding voorbij 18,35 m achter de voorgevel bouwlijn wordt uitgesloten uit deze vergunning.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.