2023_CBS_08435 - Omgevingsvergunning - OMV_2023053049. Verbondstraat 12. District Antwerpen - Goedkeuring

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

-          19/04/1946: toelating (18#20664) voor een binnenverandering en gedeeltelijke herbouwing.

Vergunde / Geacht vergunde toestand

-          eengezinswoning met gelijkvloerse winkel plus magazijnruimte als complementaire functie;

-          4 bouwlagen onder zadeldak in gesloten bebouwing;

-          perceel volledig bebouwd en een dakterras achteraan de eerste verdieping.

-          In huidige toestand zijn er 3 wooneenheden aanwezig. Op basis van bewonerskaarten en het kadaster kan bevestigd worden dat deze wooneenheden voor de inwerkingtreding van het gewestplan Antwerpen (1979) reeds aanwezig waren.

Bestaande toestand

-          meergezinswoning met 3 woonentiteiten;

-          verharde koer achteraan;

-          uitkragend terras achteraan de eerste verdieping en dakterras achteraan de tweede verdieping;

-          grijs gecementeerde voorgevel met wit buitenschrijnwerk in pvc op een blauw geschilderde plint;

-          dakkapel vooraan.

Nieuwe toestand

-          meergezinswoning met 3 woonentiteiten;

-          vergroend terras achteraan;

-          inpandig terras achteraan de eerste verdieping en dakterras plus groendak achteraan de tweede verdieping;

-          gelijkvloerse fietsenberging;

-          voorgevel geschilderd in een neutrale kleur met buitenschrijnwerk en valbeveiligingen  in  zwart aluminium.

Inhoud van de aanvraag

-          Inrichten van 3 woongelegenheden;

-          wijzigen van de voorgevel;

-          wijzigen van de scheimuren; 

-          doorvoeren van interne constructieve werken.

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

Adviezen

Externe adviezen

Interne adviezen

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 1: zone voor wonen - (wo1).

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan Binnenstad.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

• Artikel 21 Minimale hoogte van ruimten: de ondergrondse afvalberging heeft een hoogte van slechts 1m60 in plaats van de minimaal vereiste 2m20.
• Artikel 29 Fietsstalplaatsen en fietsparkeerplaatsen:  de voorziene fietsenberging is te klein.
   

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).

Het voorliggende project is geheel gelegen in een zone waarvoor De Vlaamse Waterweg aangewezen is als adviesinstantie.

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009. 
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag. 

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

De bouwtoelating uit 1946 toont voor Verbondstraat 12 een eengezinswoning. In huidige toestand zijn er 3 wooneenheden aanwezig. Op basis van bewonerskaarten en het kadaster kan bevestigd worden dat deze wooneenheden voor de inwerkingtreding van het gewestplan Antwerpen (1979) reeds aanwezig waren. Dit zegt echter niets over de inrichting van het gebouw.

De drie wooneenheden zijn aanvaardbaar indien de basale woonkwaliteit van het gebouw gegarandeerd wordt. Zoals uit verdere paragrafen zal blijken, is voorliggende indeling met 3 wooneenheden ruimtelijk aanvaardbaar en wordt de draagkracht van het goed niet overschreden.

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De bouwtoelating uit 1946 toont het perceel volledig volgebouwd. In huidige toestand omvat de constructie 3 bouwlagen onder zadeldak met aan de voorzijde een dakkapel. Aan de achterzijde is er achter de eerste verdieping een uitkragend terras met luifel. Achteraan is een koertje met langs weerszijde een opgaande tuinmuur van 2 bouwlagen hoog.

De aanvrager wenst het uitkragende terras op +1 te verwijderen en zo de feitelijke open ruimte te vergroten. Samen met het verlagen van de tuinmuren naar een hoogte van 2,9 m zal dit ongetwijfeld voor een verbeterde daglichttoetreding zorgen. De verblijfskwaliteit van de gelijkvloerse buitenruimte neemt toe net zoals de waterinfiltratie op eigen perceel aangezien er nu volle grond aanwezig is.

Voor de eerste verdieping wordt de buitenruimte inpandig voorzien.

De voorgestelde handelingen, werken en wijzigingen zijn ruimtelijk aanvaardbaar. Ondanks de ingesloten ligging in de oksel van het bouwblok wordt, waar mogelijk, bouwvolume verwijderd om de lichttoetreding op eigen perceel en naar de omgeving te verbeteren. Dit kan naburige percelen mogelijks aanzetten om de bebouwde densiteit op eigen perceel in de toekomst eveneens te verlagen.

Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten

De huidige gecementeerde voorgevel wordt volgens de nieuwe plannen geschilderd in een neutrale kleur. Het buitenschrijnwerk wordt vervangen van witte PVC naar donkerkleurig aluminium buitenschrijnwerk. De voorgevelwijzigingen waaronder de ambigue kleurdefinitie werd ter advies voorgelegd aan de stedelijke dienst Monumentenzorg.

Geen bezwaar. De erfgoedwaarde van zowel het in- als exterieur zijn door eerdere verbouwingscampagnes uitgehold waardoor de ingrepen te verantwoorden zijn. Indien er nog waardevolle pleisterplafonds onder de valse plafonds bewaard zijn dienen deze bewaard.

Voor de beeldondersteunende gevel worden volgende voorwaarden opgelegd:

De gevel dient in een lichte kleur te worden geschilderd (wit of varianten van wit). De nieuwe kleurstelling wordt gedefinieerd als neutraal.

De blauwe hardstenen plint dient van haar verf ontdaan.

Het bovenstaande advies wordt bijgetreden vanuit ruimtelijk oogpunt. De stedelijke dienst Monumentenzorg stelt qua kleurstelling wit of een witvariant voor. In voorwaarden wordt opgenomen om de voorgevel wit of witvariant te schilderen. Samen met het donkerkleurige buitenschrijnwerk zal dit contrasteren, maar een witte kleur is kenmerkend voor de typerende neoklassieke lijstgevels in de directe omgeving.

Het beschilderen van plinten en raamdorpels is niet aanvaardbaar, en wordt uitgesloten in deze vergunning.

Monumentenzorg geeft te kennen dat pleisterplafonds onder vals plafonds bewaard moeten blijven en dit terug te koppelen met Monumentenzorg.

Indien voldaan aan deze voorwaarden kan het advies Monumentenzorg als gunstig geïnterpreteerd worden.

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De voorgestelde afvalberging in de kelder heeft een hoogte van slechts 1,6 m i.p.v. de minimale vrije hoogte van 2,2 m. Omwille van de geacht vergunde toestand van 3 wooneenheden kan een afwijking op artikel 21 van de bouwcode toegestaan worden. Tevens is het organiseren van een afvalberging voor 3 wooneenheden niet verplicht volgens artikel 26 van de bouwcode.

De gelijkvloerse fietsenberging is te klein conform de afmetingen van artikel 29 van de bouwcode. Een afwijking op dit artikel is aanvaardbaar aangezien dit de enige tekortkoming is op gebied van woonkwaliteit. Er is een plek voor fietsen aanwezig in het gebouw, hierin kunnen enkele fietsen gestald worden. Samen met de geacht vergunde indeling met 3 appartementen kan een afwijking op artikel 29 toegelaten worden.

Advies aan het college

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

2. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

3. Blauwe hardstenen dorpels en plinten dienen te worden ontdaan van verf en ongeschilderd te blijven.

4. Indien er pleisterplafonds aanwezig zijn onder de valse plafonds dienen deze behouden te blijven en dient er contact opgenomen te worden met Monumentenzorg. 

5. De voorgevel schilderen in wit of een witvariant.

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

Bespreking van de bezwaren

Er werd 1 bezwaar ingediend, voornamelijk handelend over:

Verlagen tuinmuur: Het bezwaar tegen het verlagen van de tuinmuur tot een hoogte van 2,9 meter. Dit zal inkijk generen naar het terras van de rechterbuur op de eerste verdieping en tevens voor een onveilige situatie zorgen (doorvallen eerste verdieping).

Beoordeling: Het bezwaar is ongegrond. Het voorgestelde project verlaagt scheidsmuren en verwijdert enkele volumes waardoor de bebouwde densiteit op het perceel en ook het bouwblok afneemt. Dit is positief voor de algemene lichttoetreding en circulatie van lucht. Het verlagen van de scheidsmuur zorgt voor een verbetering van het bouwblok.

Het verlagen van de scheidsmuur zal een minimale impact hebben op inkijk van en naar het perceel. Het terras op +1 van de rechterbuur is gelegen net achter de achtergevel van de rechterbuur. De scheidsmuur verlaagt alleen plaatselijk t.h.v. de koer. Er ontstaat geen rechtstreekse inkijk door voorgestelde ingreep. Het risico op doorvallen verhoogt niet door voorgestelde ingreep. Het hangterras van nr. 12 wordt verwijderd en buitenruimtes worden inpandig ondergebracht. Het terras van de rechterbuur op +1 beschikt over een eigen doorvalbeveiliging.