Terug
Gepubliceerd op 11/12/2023

2023_CBS_08682 - Omgevingsvergunning - OMV_2023103810. De Fourneaustraat 45. District Berchem - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 08/12/2023 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Verontschuldigd

Nabilla Ait Daoud, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_08682 - Omgevingsvergunning - OMV_2023103810. De Fourneaustraat 45. District Berchem - Goedkeuring 2023_CBS_08682 - Omgevingsvergunning - OMV_2023103810. De Fourneaustraat 45. District Berchem - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023103810

Gegevens van de aanvrager:

de heer Elbekay Kallouch met als adres Menegemlei 22 te 2100 Antwerpen

Ligging van het project:

De Fourneaustraat 45 te te 2600 Berchem (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 21 sectie A nr. 115P22

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

het verbouwen van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis  

-          14/01/1938: toelating (1275#4809) voor raamopeningen;

-          10/12/1929: toelating (956#6147) voor vergrotings- en veranderinswerken aan een huis;

 

Vergunde toestand  

-          functie:

  • eengezinswoning met nevenfunctie (winkelruimte) op het gelijkvloers;

-          bouwvolume:

  • 2 bouwlagen met hellend dak;
  • plat dak boven voormalige koer boven tweede verdieping;
  • hoekpand met gevelbreedtes van 8m, 2.5m en 8m;

-          gevelafwerking:

  • twee vaste raamgehelen op het gelijkvloers, één dichtgemaakte gevelopening op de eerste verdieping, overige ramen voorzien volgens T onderverdeling;
  • één deur ter hoogte van de De Fournaustraat en één dubbele deur in de korte voorgevel;

-          inrichting:

  • perceel volledig dichtgebouwd.

 

Bestaande toestand

-          de bestaande toestand is niet in overeenstemming met de vergunde toestand.

 

Nieuwe toestand

-          functie:

  • eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • 3 bouwlagen met plat dak;
  • kroonlijsthoogte van 10,55m
  • bouwvolume achteraan het perceel beperkt tot 2 bouwlagen met plat dak;
  • hoekpand met gevelbreedtes van 7,7m, 3m en 7,9m;

-          gevelafwerking:

  • gevels afgewerkt met witte crepi op 10cm isolatie;
  • dorpels en gevelplint uit arduin;
  • buitenschrijnwerk uit witkleurig PVC;
  • twee dichtgemaakte gevelopeningen in de hoekgevel;
  • kroonlijst uit witkleurig hout;
  • decoratieve blauwkleurige houten omlijsting van twee vaste raamgehelen op de gelijkvloerse verdieping;
  • één toegangsdeur ter hoogte van de De Fournaustraat;

-          inrichting:

  • perceel volledig dichtgebouwd;
  • orangerie (inpandig terras) met glazen dak op de tweede verdieping.

 

Inhoud van de aanvraag

-          uitbreiden van het bouwvolume;

-          wijzigen van de scheimuren;

-          wijzigen van de voorgevel;

-          doorvoeren van interne constructieve werken.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

de scheimuur met beide aanpalende woningen is niet voorzien van een opstand van minstens 30cm ten opzichte van het bovenvlak van het groendak;

de inhoud van de septische put is niet vermeld op de plannen. De minimale capaciteit betreft 2000 liter.
 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het project is gelegen in een zone met een kleine pluviale overstromingskans (T1000) onder huidig klimaat (score C) Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A). Het project is niet gelegen in een signaalgebied. Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De woning is gelegen op de hoek tussen De Fourneaustraat, de Maatschappijstraat en de Boomgaardstraat. In de onmiddellijke omgeving van het kruispunt zijn woningen van twee bouwlagen onder zadeldak en woningen van drie bouwlagen onder plat dak aanwezig.

 

De aanvraag betreft het uitbreiden van de woning tot drie bouwlagen onder plat dak, waarbij het gedeelte boven de voormalige koer beperkt blijft tot twee bouwlagen. Deze uitbreiding is inpasbaar binnen de omgeving.

 

De nieuwe bouwlaag wordt voorzien van een bijkomende slaapkamer. Ter hoogte van de hoek wordt een inpandig dakterras (orangerie) voorzien met een glazen dak. Dit inpandige dakterras heeft een vrije hoogte van 2,6 meter. De nieuwe bouwlaag heeft een gunstige invloed op de leefkwaliteit van de woning. Dit wordt gunstig geadviseerd.

 

De bouwheer wenst de bestaande voorgevel te isoleren en te bepleisteren. Het na - isoleren van de gevels is vanuit stedenbouwkundig oogpunt aanvaardbaar. Door het energiezuinig renoveren van woningen wordt er bijgedragen aan de klimaatambities, wat wordt gestimuleerd.

 

De stad Antwerpen hanteert een afwegingskader op aanvragen voor een stedenbouwkundige vergunning voor buitengevelisolatie. Bij een gunstig advies tot plaatsing van buitengevelisolatie is men verplicht om de werken over de volledige dikte van 14 cm uit te voeren. Op die manier wordt er maximale energiebesparing gerealiseerd binnen de context van de verordende bepalingen.

 

Visueel-vormelijke elementen

De feitelijke toestand van de omgeving wijst uit dat De Fourneaustraat en de Maatschappijstraat gekenmerkt worden door wit gepleisterde lijstgevel, afgewisseld met recenter opgerichte panden afgewerkt met gevelmetselwerk in licht kleur. Zowel de nieuwe bouwlaag als afwerking van de bestaande delen van het gebouw worden afgewerkt met witte gevelbezetting.

 

Wanneer er pleisterwerk is voorzien als gevelmateriaal, worden de randen van bijvoorbeeld raamopeningen voorzien van hoekprofielen. Dergelijke hoekprofielen moeten onzichtbaar worden uitgevoerd.

 

De aanvrager tracht na het isoleren van de gevel de bestaande uitstraling van het gebouw zo veel mogelijk te behouden. Ook de architectuur van de nieuwe verdieping wordt maximaal afgestemd op de architectuur van de bestaande delen van het gebouw.

 

De arrière-corps is een veel voorkomend detail bij aaneengesloten bebouwing. Ter hoogte van de perceelsgrens springt het gevelvlak terug, en dit over de volledige gevelhoogte. Dit levert een verticale ritmering op die percelering in het straatbeeld nuanceert. De grondplannen tonen dat de arrière-corps ter hoogte van het gedeelte van de buren behouden blijft, maar dat de helft die gelegen is op het eigen perceel wel gewijzigd wordt. Hierdoor blijft er een onvoldoende brede arrière-corps behouden. Het behoud van de arrière-corps wordt in voorwaarden opgelegd.

 

Het toepassen van buitengevelisolatie leidt tot een vervlakking van het straatbeeld door een verlies aan detaillering. Om een verarming van het materiaal tegen te gaan, wordt er bij een gunstig advies opgelegd dat bestaande elementen in natuursteen (raamdorpel, plint, deksteen…) behouden blijven of worden vervangen door nieuwe elementen in natuursteen. Deze details hebben immers ook een functie. Zo beschermt de plint tegen beschadigingen. Indien er voor het uitvoeren van de werken een plint aanwezig is, moet deze behouden blijven. De nieuwe plint heeft een hoogte van slechts 40 centimeter en bevindt zich verdiept ten opzichte van het nieuwe gevelvlak. Dit is onvoldoende om schade aan de voorgevel te voorkomen. Het voorzien van een volwaardige plint in harmonie met de straat wordt in voorwaarden opgelegd.

 

De natuurstenen dorpels en moluur blijven behouden en worden naar voor geplaatst, waardoor de uitstraling van de voorgevel behouden blijft. Ook bovenaan de geveluitbreiding wordt een nieuwe vooruitstekende kroonlijst voorzien. Dit wordt gunstig geadviseerd.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Bij het plaatsen van buitengevelisolatie dient er aandacht besteed te worden aan een aantal voorwaarden in functie van het inpalmen van het openbaar domein.

 

Wanneer er zich in de bestaande toestand openbare verlichtingsarmaturen (of andere elementen van nutsvoorzieningen) bevinden aan de gevel moeten deze na het uitvoeren van de werken opnieuw gemonteerd worden aan de gevel op een duurzame manier (eventueel met een achterliggende constructie). Deze elementen moeten te allen tijde kunnen hersteld worden of weggenomen worden. Indien nodig wordt hiervoor contact opgenomen met de dienst Openbaar Domein.

 

Wanneer de nieuwe constructie tot op het openbaar domein komt moet er rekening mee worden gehouden dat het voetpad in de toekomst hersteld kan worden zonder dat er aan de voorgevel ingrepen moeten gebeuren. Dit kan door de bestaande stoeptegel voor de werken weg te nemen en na de werken terug te plaatsen.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De isolatie samen met het afwerkingsmateriaal uit te voeren met een totale dikte van 14 cm.

2. De arrière-corps te behouden en vrij te laten van materiaal en isolatie.

3. Onderaan de gevel een plint te voorzien van minimaal 60 cm. De plint steekt minimaal even ver voorbij het gevelvlak als de bestaande plint.

4. De hoekprofielen die inherent zijn aan het gevelpleisterwerk, onzichtbaar uit te voeren.

5. De nieuwe constructie te laten aansluiten op het openbaar domein zodanig dat toekomstige werkzaamheden aan het openbaar domein kunnen plaatsvinden, los van herstelwerken aan de nieuwe constructie.

6. Wanneer er zich in de bestaande toestand openbare verlichtingsarmaturen (of andere elementen van nutsvoorzieningen) bevinden aan de gevel moeten deze na het uitvoeren van de werken opnieuw gemonteerd worden aan de gevel op een duurzame manier (eventueel met een achterliggende constructie). Deze elementen moeten te allen tijde kunnen hersteld worden of weggenomen worden. Indien nodig wordt hiervoor contact opgenomen met de dienst Openbaar Domein.

7. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van: dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).

8. De septische put te voorzien conform artikel 43 van de bouwcode.

9. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

10 augustus 2023

Volledig en ontvankelijk

19 oktober 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

18 december 2023

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

17 maart 2024

Verslag GOA

27 november 2023

Naam GOA

Wim Van Roosendael

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. De isolatie samen met het afwerkingsmateriaal uit te voeren met een totale dikte van 14 cm.

2. De arrière-corps te behouden en vrij te laten van materiaal en isolatie.

3. Onderaan de gevel een plint te voorzien van minimaal 60 cm. De plint steekt minimaal even ver voorbij het gevelvlak als de bestaande plint.

4. De hoekprofielen die inherent zijn aan het gevelpleisterwerk, onzichtbaar uit te voeren.

5. De nieuwe constructie te laten aansluiten op het openbaar domein zodanig dat toekomstige werkzaamheden aan het openbaar domein kunnen plaatsvinden, los van herstelwerken aan de nieuwe constructie.

6. Wanneer er zich in de bestaande toestand openbare verlichtingsarmaturen (of andere elementen van nutsvoorzieningen) bevinden aan de gevel moeten deze na het uitvoeren van de werken opnieuw gemonteerd worden aan de gevel op een duurzame manier (eventueel met een achterliggende constructie). Deze elementen moeten te allen tijde kunnen hersteld worden of weggenomen worden. Indien nodig wordt hiervoor contact opgenomen met de dienst Openbaar Domein.

7. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van: dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).

8. De septische put te voorzien conform artikel 43 van de bouwcode.

9. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.